Dagblad voor Schiedam en Omstreken. -??ïïïï Geliefde. 25ste Jaars. Zondaar 17 Augustus 1902. So. 7 ÜÜitSTE BLAD. «iSS»*. Bureau Boterstraat 50. Telefoon No. 85. PBIJS TAI DIT BLAD: «aam D»r o scaanaen '°cr Scjjj ••«ncc pej- p0SÏ aoor ?eseei Neaeriand 2.— Alïsnderiüke dammers 1- 0.Ö5 PB IJS D KB ADYBBTBITIËI: 7ar. 1 8 resreis'; i J J /0.60 Elke gewone regei meer i 1 -0.10 Voor herhaaide plaatsing worden biiiiika overeenkomsten aangegaan. ELE BERICHTEN. ^^Unisgeving. Cd5611 we,ke gevaar, schade of 8r hunnen veroorzaken. h ^®v®n k k®Pa''nSen der Hinderwet aaQenii's aan de ingezetenen, dat op Vri^bden Landheer en zljQ0 recht" V»Jc«tiue- en Wethouders van V» vergunning verleend is tot Va^ofiie een®r inrichting tet het malen a n» m?t behulp van een gasmotor de r(i®nkracht in het pand staande Cl>® q ange Haven no. 68. kadaster «o- 96. ^Ur9e>n ID' ^9n ^den Augustus 1902. ees<er en Wethouders voornoemd, VERSTEEG. De Secretaris, WIJTEMA. 'e 1 de v °Penbare school met uitgebreid m°°r jegens (Hoofd de heer Tijl) ^4!fï ®u Wiskunde. Wer*(js J], v°°gden, die leerlingen dat ^0 Z|ch doen vo'8en' worden ver- W<Akfciieii? de week van 25 tot en met ae week van 25 tot en met f<i der s. aan te melden bij bet ■\^*^school. to ^eeken des tijds. t Q b9h on'"1 n0g geen V9Uig iaren te t ^®t le 60 l9d beleefd te hebben, waar- ^r°°rd89^ril®"ige Christendom voor altijd o ltlachtl0 scb«®n. Met welk een voorname S l lag men van zekere zijde neer n°g geloofden. Hoe werd op de k®", rif Za^ m®n van zekere zijde neer kt 16 ooi «v vap t... d9 *llikan °P®nbare leven door moderne kutDaJllen en Israëlitische journalisten *"'e|t en de menschenmin, surro- ^ettilleton. (Adar het Duitsch). (1 d^Hewo ^akw**® «hi r de kleine zolderkamer met ri tafei eD ®n de oude meubels. De ®v«h 0t>der£raBt°jd diclu b9 bet venster s'Pen and? son moe3t hem nog p, ®ef, «rwiji hij verder de noten ®#be ei'ng b>si Jr°Uw van ,de d®ar g®opend, en nfle' stern Bll1^<i®lbaren leeftijd komt ^Poren11 Juist n,«! b'nnen. Haar kleeding ab<i t v»n k«. netJ®86e schort toonde »v»j. ®ld 2;; "®nwerk, en in de eene 8> aJi°beer p. tg een scbuimspaan. asen u1 's tiJ(1 voor 6e dans- 5 ttian« Dlet altijd aan i® 6enkt 1 ®«n vrouw hebben. De gaten voor godsdienst en christelijke liefde, aangeprezen Neen, volgens die heeren kon een weten schappelijk man onmogelijk geloovig blijven. Het geloof was iets kleingeestigs, iets ach terlijks. De moderne wetenschap alieen kon den mensch verheffen en heil, vrede en geluk brengen. Daar is sinds dien tijd een kentering gekomen. Voor ieder die zien kan, is het duidelijk, dat de moderne wetenschap bank roet heeft geslagen. De oude uitspraak van Sint Augustinus blijft nog immer in haar volie kracht: »'s menschenhart vindt geen rust, tenzij het rust vinde in U, o God 1" Zelfs volslagen ongeloovigen gevoelen een zeker heimwee naar het oude geloof met zijn absolute waarheden, met zijn krachtig bewustzijn van het bestaan en van de Voorzienigheid Gods. De wanhoopskreet van het menschehjk hart, dat zijn geluk meende te vinden buiten God, klonk het meest snijdend in de moderne poëzie, waarbij het coquetteeren met de eigen ware öf inge beelde smart bijna een wellust scheeo. Van berusting, van mannelijke onder werping, van levensmoed, van christelijke geestkracht was daarbij geen sprake meer. De blijmoedigheid van het leven, dat God met zooveel zonneschijn en zoovele gaven heelt verrijkt, ging schuil onder den grauwen, somberen nevel van een neerdrukkend pes simisme. Ook de ontwikkeling van het sociale vraagstuk bracht velen, die vroeger met den godsdienst gespot hadden, tot ernstig nadenken. Wie niet gewoon was aan de oppervlakte der dingen te blijven hangen, begreep zeer goed, dat er een nauw ver band bestond tusschen de sociale wanorde en het populair geworden naturalisme, m. a. w. tusschen de uitbreiding der sociaal- democratie en het ongeloof. De bekende uitspraak, volgens welke op den bodem aller vragen de theologie ligt, herinnerde men zich, toen het gezag meer en meer werd ondermijnd, toen zelfs de brutale vraag z'ch weduwe van den winkel hierover bijvoor beeld. Dan kan zij voor haar ondeugden van kinderen zorgen en gij in den winkel helpen, juist iets voor u. Of als. gij de weduwe niet wilt, de piano-onderwijzeres, die beneden woont dan kan ik u nog een kamertje er bij gevenof de modemaak ster, die heeft een nette betrekking," jVrouw Muller", sprak hij opstaande, »'t is nu genoegde spraak is een mooie gave, maar gij moogt ze met misbruiken". »Nu ja, ik ken myn plichten tegenover de nuurders en als ik hun raad,geef, heb ben zij altijd spijt, hem niet opgevolgd te hebbenik zal u de volgende week eens met eenige der dames op de koffie vragen". ïDoe geen moeite juffrouw, ik kom toch niet". Nu hoorde men een kind huilen: »0jé", riep 6e vrouw »nu is myn gruustje weer wakker", en naar de deur loopend, riep zij nog: vergeet niet een das om te doen, bij u moet men aan alles denken". Ge ïoorzaam zoekt mijnheer Peske in de lade het bedoelde kleeaingstuk en een pakje brieven met een verdorden vliertak valt hem m do hand. fljj en een vrouw, opdrong of er van gerechtigheid en van straf sprake kon zijn, wanneer 's menseken handeling niets meer was dan een chemisch proces. Ook in den kleinen kring van het huis gezin deed zich de behoefte aan geloof ie vendig gevoelen, sik zou geen echtgenoote willen hebben, die ongeloovig was, ver klaarde eens een ongeloovige uit gansch zijn hart." De ongelukkige begreep niet, dat hij hiermede de veroordeeling van zijn eigen levensbeschouwing uitsprak. Bij de opvoeding der eigen zonen en dochters kwam vooral de behoefte aan absolute waarheid tegen over een Wezen, Wiens H. Wil onze le venswet behoort te zijn, aan het licht. Hoe men het ook wiide verbloemen, daar bleef een leegte in bet gezin, welks leden niet geloofden, niet baden, geen troost en hulp van den Hemel in moeilijke omstandigheden ver wachtten. Gelukkig zijn er zulke gezinnen zeer weinig. Hoevelen zich misschien ongeloovig noemen, de levensbehoefte aan het geloof in den Eeuwigen God vraagt vooral in de ure der beproeving voldoening. Het Godsbegrip moge bij velen vaag zijn, maar geheel afwezig is het zelden of nooit. Zelfs de onafgebroken, vinnige strijd, die de atheïst tegen het geloot voert, is een bewijs dat hij met zijn eigen ongeloof geen vrede neemt. Het hartstochtelijk pogen om ook anderen zijn ongeloof op te dringen, mag men veilig beschouwen als de uitdrukking eener onvoldaanheid, die lotgenooten en medestanders zoekt. Sterker dan ooit doet zich in onze maatschappij de behoefte aan geloof gevoelen. Moge die behoefte in hooge en lage kringen steeds meer en meer vervuld worden. suus- en Grewesteiijfc Nieuws. Schiedam, 16 Augustus 1902. Het zilver' feest van St. Jans pastoor. De parochiekerk van den H. Joannes den Dooper, de traditioneele bedepiaats van het katholieke Schiedam, bood gisteren als men ondervonden heeft wat hij onder vond Krampachtig zoekt bij steun aan de la detafel het was reeds zoolang geleden en toch Op den toren sloeg het vijf uur hij nam spoedig zijn viool, deed haar in het zwarte zakje en ging weg. In de zaal bevonden zien reeds de dansmeester en de kinderen, bakvischjes en gymnasiasten, een veertigtal. nHeeren engageert de dames!" Zichtbare onrust op de meisjesgezichten, die op banken zittend met angst de heeren tegemoet zien. Mijnheer Peske hoorde hoe een meisje het andere toefluisterde Dik wou dat die grocte blonde bij mij kwam"maar hij ging voorbjj en het meisje zuchtte. Het meisje had blond haar en mooie blauwe oogen en Peske hield van blauwe oogen, waut Maar hy had geen tijd om te denken. Een bakvischje zeide tamelijk luid tot haar vriendinïKtjk eens, daar komt die dreu mes met hooge laarzen naar mij toe zeker, men zal als men vijftien jaar is, en een opwekkenden aanblik. Het hoogaltaar, rijk met groen, bloemen en sierplanten gesierd, terwijl ook de zijaltaren eene schoons bloemenversiering te zien gaven en het maagdelijk waslicht in rijken overvloed op het blanke zilver schitterde, deed zien, dat meer nog dan het hooge feest van den dag in de oudste onzer kerken werd gevierd. Ruim half elf trad dan ook voor het altaar de hooggeachte pastoor der parochie, de zeereerw. pastoor Ant. Verhoeven, ge reed op dezen zijnen jubeldag, den dag, waarop hij vóór 25 jaren de H. Priester wijding ontving, het plechtig H. Dankoffer den Aigoede op te dragen. De plechtig heid nam als altijd een aanvang met de smeekbede tot den H. Geest, de Veni Creator, naar Beltjens toonzetting door het koorgezelschap gezongen. Bij het opdra gen van het H. Misoffer werd de geachte jubilaris door de weieerw. paters Huys- mans en Van Dijk geassisteerd, terwyl door de koristen de missa Riga op verdienste lijke wijze werd uitgevoerd. Na het H. Evangelie betrad de weieerw. pater Natalis, van de Orde der Capucjjnen, den kansel om de feestrede te houden. Magnificat anima mea Dominum quia fecit mihi magna qui potens est. Mijne ziel verheft den Heer, omdat Hij die macntig is, aan mij groote dingen gedaan heeft. Dat was de juichtoon, die de hroeder des jubilaris heden op de iippen had, nu hij moest vertolken, wat er in het hart van feesteling en feestgenooten beiden op dezen dag omging. Magnificat anima mea. Zoo juicht en jubelt neuen in de hemeiscne glorie de Moeder Gods, nu alle Engelen en Heih gen Haar lof toezingen en zalig pryzen ais de Koningin van hemel en aarde. Maar er is feest ook in deze stad m deze kerk, in deze parochie, nu hare herder zijn zilveren priesterfeest viert. Groot u de waardigheid en de macht des priesters, eene waardigheid en een macht, zooals er buiten God geen andere in hemel en op aarde gevonden wordt en reeds vijf en twintig jaren is de jubileerende priester daarmede bekleed. Overstelpt door Gods weidaden, begiftigd met een stroom van genade roept de dankbare jubilaris dan ook er uitziet ais zeventien, met zoo'n kleintje dansen." Voor de vriendin boog zich een jongen van zestien jaar met correcte kleeding en een knap gezichtde vriendin ontving hem blozend, glimlachend. »Dat is de rechte," dacht Peske »dat >s de hoofdzaak in het leven, hij wordt tenminste door haar als de rechte beschouwd, als man hen niet scheidt, en toch geen menschen had den gescheiden en De paren stelden zich op voor een polo naise. Peske speelde en zag de kinderen voorbijtrekken. O jeugd, o ongelukkige herinnering I en het contrast, dat deze jeugd met zijn eigen lot bood, ontlokte zijn viool een sterke dissonant. Maar niemand merkte het. De marsch ging verder, tot de stem van den dansmeester Dde dames naar hare plaatsen geleiden", weerklonk. Wordt vervolgd, j NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT kv ha» w 1 Honti»tnl»A« ca a IA fV Ara U a w j

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1902 | | pagina 1