pastoor Varhoeven gevraagd en bereid be vonden werd van het college deel uit te maken, mocht men toch verwachten, dat zijne benoeming door den Raad zoo goed als vast stond. Wat zagen wij echter na dien gebeuren Het college curatoren, dat toch zijn voordracht zóo had in te richten, dat den Raad duidelijk bleek de bedoeling om den pastoor benoemd te zien, plaatste op de voordracht: 1 dr. J. Endtz, 2 A. Verhoeven pastoor. Dat hier van alfabe tische inrichting geen sprake was, bleek wel uit de tweede voordracht, waar in de vacatureDe Wilde ds. Van den Broek eerst geplaatst werd, ofschoon mr. Borrias alfabetisch den voorrang had. Hoewel aldus deze voordracht weinig geschikt bleek, om den Raad in het rechte spoor te houden, zou hij toch, dunkt ons, van meer loyaliteit blijk hebben gege ven, als hij desondanks den pastoor had benoemd. In het licht van het opmerkelijk feit dat ds. van den Broek in de vaca ture—de Wilde even daarna met 16 stemmen benoemd werd, krijgt de zoo zonderlinge houding van den Raad temeer beteekenis. Den Katholieken stond het nu vrij hunnerzijds op den dominee niet te stemmen, maar zij hebben er, grootmoedig, geen gebruik van gemaakt. Zeker is 't, dunkt ons, dat na het nu gebeurde wel geen pastoor te dezer stede er zich meer toe zal leenen als figurant op een aanbevelingslijst van het college curato ren geplaatst te worden. Na afdoening van eenige andere onder werpen, waarbij alleen de begrooting der nieuwe Gezondheidscommissie nog stof tot eenige discussie gaf, kwam in behandeling het voorstel van B. en W. inzake de prijs berekening der geneesmiddelen ten dienste van de algemeene armen en de lijders in het Stads Ziekenhuis. Eigenaardig was 't, dat het apothekers gilde, dat bij deze zaak zoo nauw betrok ken is, door twee leden in den Raad vertegenwoordigd wordt, waarvan er een ai aanstonds ais pleitbezorger voor zijne collega's optrad blijkens de discussie die wij hieronder zooveel mogelijk weergeven De heer Van der Schalk vraagt om wat reden de ontworpen prijsregeling niet om aavies aan de commissie voor het Arm bestuur en het Stadsziekenhuis verzonden is. Vroeger is in dergelijke aangelegenheid het Armtiesiuur wel geraadpleegd. De heerV an Westendorp zegt,dat het Armbestuur en de commissie voor het Stads ziekenhuis niet gehoord zijn, omdat die col- legiën te dezer zake incompetent werden geaeht. De heer Van der Schalk zegt, dat dan ook de Raad in deze incompetent moet worden geacht. Het is wel treurig dat de apothekers aldus de wet voorschrijven. Zou er niet een anderen weg zijn in te slaan De heer Van Westendorp zegt,dat vroeger de apothekers gedwongen werden belangrijke reductie op den prijs hunner waren toe te staan. Toen hebben zij zoolang geprutteld, dat een prijsregeling verkregen werd* Nu kon men wel een anderen weg gaan bewandelen en tol aanbesteding over gaan, maar dan waarschuwt spr. tegen de gevolgen van dat verderfelijk stelsel. Liever dan dezen weg, door den heer Van der Schalk aangegeven in te slaan, zou hy anderedes kundigen willen raadplegen als men die aangewezen door den inspecteur van het geneeskundig staatstoezicht, niet vertrouwt. De heer Van der Schalk verweert zich op het verwijt van verfelykheid"de heer C. J. P. van der schalk had m de betrokken zitting, waarin hij geïnstalleerd werd, zeker geen enkel woord aan de toen evenzeer behandelde kwestie gewjjd. Spr. zegt het ontwerp, eerst Vrijdag ter zijner kennis gekomen, met te hebben kunnen beoordeelenhij stelt daarom voor, het om advies te zenden aan de commissie voor het burgerlijk armbestuur en het stads-ziekenhuis. Dat voorstel, alleen door den heer Lager wey ondersteund, kan geen punt van beraadslaging uitmaken. Daarna stelt de heer Van der Scha Ik voor, oe benandenng van het ontwerp uit te stellen tot de volgende vergadering. Ook dit voorstel, weer op dezellde wijn ondersteund, kan niet inbenandeling komen. Naaat enkele opmerkingen van onderge ven.kt belang door de heereo Kranen, Van Westendorp en De Groot nog gemaakt, door den Voorzitter beantwoord zijn, wordt de verordening met algemeene stemmen aangenomen. Daarna verkreeg de heer Loopuyt het woord, teneinde aan B. en W. een vraag te stellen, die onder de bekende omstan digheden van eigenaardig belang moet worden geacht. Het gold den onaangenamen reuk veroorzaakt door bet drogen van nat goed op mouterijen, die door heel de stad wordt waargenomen. De heer Loopuyt zegt, dat de vreem delingen in onze stad altijd wel een onaangenamen reuk opmerken, die voor de Schiedamsche slijmvliezen niet zoo erg is, maar in den Iaatsten tijd wordt toch °wat al te veel van die slijmvliezen gevergd door den onaangenamen reuk die alles doordringt. Daarom vraagt hij of niet op grond van een of andere verordening bedorven granen uit de gemeente kunnen worden geweerd. Zijn vraag is dan ten slotte: bestaat er zulk een verordening en wordt zij toegepast De Voorzitter zegt, dat hij op gevaar af, het schijat hij een afspraak met den heer Loopuyt heeft wat toch niet het geval is kan getuigen, dat het hem aangenaam is, deze vraag tot B. en W. te zien gericht. Hij vindt het verbazend onhebbelijk, dat onze naburen deze zaden in deze gemeente drogen, hoewel het niet de eerste maal is dat stankverspreidende goe deren in onze gemeente worden gebracht. Op de vraag: is er een verordening die dit kan beletten, antwoordt hij ja. De ver ordening op haven, schippers en schepen gemaakt een aantal jaren geleden, toen de cholera dreigde met het doel lompen, vodden enz. te weren, maar nooit of nimmer toe gepast, kan hier van toepassing zijn. Het goed hier bedoeld was reeds 8 a 10 dagen op verschillende mouterijen, toen B. en W. vernamen het zich in onze gemeente bevond. Maar spr. verzekert.dat als er weer zulk soort goed wordt aangebracht, hij per telefoon er van zal worden ingelicht en het schip zal doen vasthouden. Verder zullen B. en W. overwegen of er als uitvloeisel van de hinderwet voor het drogen van kwalijk riekende granen voorwaarden moeten worden gesteld. De heer Ris meent, dat de bedoelde verordening hier niet goed toegepast kan worden. Daarin is toch alleen sprake van voor de openbare gezondheid schadelijke goederen, maar hy ziet niet m, dat dit hier het geval is. De Voorzitter zegt, dat het artikel niet zou toegepast worden, dan na dat deskundigen daaromtrent zijn gehoord het zou moeten blijken, dat bedoeide stank schadelijk is voor de gezondheid. De heer Klein zegt, dat het drogen van bedoelde goederen vroeger aan de orde van den dag was. Midden in Rotterdam in een mou terij aan de Baan, die aan den Dijk uitkomt, werd vroeger dat goed gedroogd en hij zelf heeft er wellicht wel 10.000 last van te drogen gehad. Men noemde dat toen niet beschadigd goed maar vpolka" en jaar in jaar uit kwam dat goed uitsluitend in Schiedam, waar men er niet aan dacht het waardeloos te verklaren. Slechts het argu ment van nadeel voor de gezondheid kan hier gelden. De heer Loopuyt, zijne bezwaren omtrent het drogen van bedoelde goederen handhavend, zou bepaald het drogen van maanzaad en tabak willen verboden zien. De heer De Groot was van tegen overgesteld gevoelen. Hij hecht toch te veel aan de belangen van bedrijf en vertier, die door het drogen van bedoelde goederen worden bevorderd. De heer Klein beveelt deze aangele genheid in aller ernstige overweging. Hij is dankbaar als vApollo" wat minder stank verspreidt, maar als de wind er naar toe is, kan het beenderenvet ook een onaan genamen reuk verspreiden. De heer Loopuyt zegt, dat er hier een heel verschil is. Het bedrijf' van »Apollo" valt onder de Hinderwet en daar voor is vergunning gegeven. Hiermede werd deze vrij belangwekkende discussie besloten. Ons inziens moet zij lelden tot het besluit, dat het drogen van bedoelde goederen alleen verboden kan worden, als het beslist schadelijk is voor de gezondheid. Een andere vraag is echter of voor dat drogen, met het oog op den werkelijk niet te miskennen vergaand onaangenamen reuk, niet zekere voorwaarden aan de mouteryen moeten gesteld woi den. En dan wijzen wij op Engeland, waar aan dergelijke tabneken de verplichting wordt opgelegd, de kokers zoo hoog te bouwen, dat bij neerslag de onaangename reuk nagenoeg verloren gaat. Zeker is 't, dat in ieder geval dit bedrijf, dat voor velen een zeer welkome verdienste oplevert, zoo weinig mogelijk moet belem merd worden. ^taids- en ttewesïeitjfc Nieuw*. Schiedam, 26 November 1902. Gisteren werden hier dwalende aange- trollen twee knaapjes van 8 a 9 jaar, die bleken te Rotterdam thuis te behooren. Zij zijn door onze politie aan de Rotter- damsche politie overgegeven em bij de ouders te worden teruggebracht. Het bebrag der schaalcollecte en der inzameling per inteekenbiljetten voor het Generale Boerenhulpfonds te Rotterdam heeft, onder aftrek der onvermijdelijke onkosten, bedragen f 23.407.56, welk bedrag aan den beer W. J. C. Brebner, te den Haag, ter hand gesteld is. Even buiten Voorburg zijn Zondag de twee broeders Van Wijk, schaatsen rijdeude, in een wak gereden en verdronken. Maanaag-ochtend werden hunne lijken opgehaald. BINNENLAND. TWEEDE KAMER. Zitting van Dinsdag 25 November. Het debat over de Indische Begrooting is voortgezet. De neer Van Kol wees bij de afdeeling binueniandsch bestuur op verschillende ge breken bij de organisatie van het korps ambtenaren over wier gehalte, wat tact en plicht betreft, hij klaagde. Spreker wenschte promotie zonder verplaatsing, beweerde dat veel hootdambtenarea in de buitenbezitingen, even weinig van Dun gewest weten als wij van de Noordpool, en drong er, als een daad van gezond imperialisme, op aan, dat de Regeeruig haar gezag en gebied zou uitbreiden op de particuliere landerijen op Java. Bij dezen Iaatsten wensch sloot de heer F o c k zien aan, beloogeude dat op die landerijen thans middeieeuwsche toestanden neerscnen. De minister van Koloniën ver klaarde dat bij een plan overweegt om de keuze voor de Qooge ambten ter verruimen. De minister erkende net nut van zoo groot mogelijke staOihteit in nel ambtenaarskorps, omdat veel afnaiigt van goede aanraking met de ïnlaudscne hooiden, en eveneens erkende hij, dat er iets gedaan moet worden tea aanzien der particuliere landerijen op Java, al oordeelde hy den toestand te zwarte geschetst. Bij de afdeeling veuropeescüe bestuur" belootde de minister aan den heer Hels- dingen een onderzoek naar de misbruiken oij de vendutiën in Deli, waaraan die af gevaardigde het siappe bestuur in Deli toeschreef. De minister belootde aan den heer Fock, te zullen overwegen de gelijkstelling der residenten op Java met die op de buitenbezittingen. De heer V a n K o 1 bepleitte gelijkstelling van de inlandsche ambtenaren met de europeesche, en wenschtte het aanleggen van een ranglyst voor de inlandsche ambte naren, hetgeen volgens den heer Fock practisch was. De Minister antwoordde, dat reeds van een groot aantal inlandsche ambtenaren een lijst wordt aangenouden. De noodzake lijkheid van een absolute gelijkstelling in alle opzichten tusschen inlandsche en europeesche ambtenaren zag de minister niet in, maar hij zal zjjn aandacht wijdeD aan de regeling der rechtspositie van de ambtenaren. De heer Van Kol klaagde nog over de wijze van benoemingen der inlandsche ambtenaren, waarbij de Europeesche hoofden vaak geleid worden door de schoonheid der Minahassasche vrouwen. (Gelach) Naar verbetering ook in dit opzicht streeft de Minister die geen bezwaar heeft tegen benoemingen bij keuze. Minister Idenburg kon niet voldoen aan den wemch van den heer Van Karnebeek om den post voor reorganisatie van het inlandsche bestuur in de Tanata Boemboe eilanden terug te nemen. De Min'st vreesde hiervan geen verwikkelingen. De stemming over dezen begrootwgsp0 is voorloopig aangehouden. gf Bij het verder debat schetste de Van Kol den sultan van Deli als nutteloozen ouwen heer, schatrijk ge"0': door het tabaksmonopolie en die niets voor de bevolking. f De heer G r e m e r achtte 't nadeelig land en bevolking op deze wijze over bevrienden vorst te spreken en de Milj31 oordeelde, dat men den sultan niet k° dwingen op welke wijze hij zijn geld besteden. .j Na den Minister voerden nog een a»D sprekers het woord. J De heer Van Limbug Stiru® o.a. uitvoerige beschouwingen over gouvernementskoffiecuultur, het contract stelsel, de verplichte levering, waar cultuur niet loonend is, enz. Na repliek van den Minister werd vergadering geschorst tot heden-ocht®"" ure, wanneer onderafdeeiing 56 (bosch® tuur) aan de orde komt. Na afdoening der Indische begroo" volgt het sectie-onderzoek van ®?0Jg. bijzondere begrootingen en onteig®nl0° ontwerpen. H. M. de Koningin Moeder zal, na b* f verblijf te Arolsen, Donderdag 27 Nove® vertrekken naar König, tot het br®"£ van een bezoek aan den erfgraaf (j erfgravin van Erbach Schöuberg. D®" Dec. zal H. M. te 's-Gravenhage terugk«®r® De gewone audiënties van den mi"lS van Oorlog Donderdag 27 Nov. en di® den minister van Kolnn ën Vriidaz 281,1 den minister van Kolon ën Vrijdag zullen niet plaats hebben 1 Ba- De tuniek wordt bij de infanterie °f\g Januari ingevoerd voor de miliciens lichting 1903 wordt ook van dat kl®®^'0^ stuk voorzien. Met 1 Januari 1904 *°r zij voor allen verplicht gesteld. Atjeh. De correspondent der N. R. Ct. t® tavia seinde gisteren Luitenant P. de Kok en 45 mind®r®f werden, in een prauw op de PiadaDv' varende, beschoten. De prauw slo«g 0 Slechts 13 minderen en 7 dwangarbeid' werden gered en 3 gewereD kwamen ter® De overigens personen worden ver011" Een patrouille zoekt nu naar hen. De 2V. R. Ct. teekent hierbij aan Uit door ons bij het aepartem®"1 3) koloniën ingewonnen informatiëo bleek dat daar mededeeiing is ontvang®0 een telegram van generaal van B®u gP waaruit blykt, dat luitenant de ^ok 20 soldaten bij het ongeluk zijn verdr®0 De luitenant, die zoo treurig 0tOir0i, leven kwam, is luitenant P. R. D. d« 11 g die pas, bij gouvernementsbesluit **^8 October jl., van 2e- tot le- luitenant bevorderd. De Piadarivier bevindt zich op de N® kust van Atjeh en Meureudoe. d et De Staatscourant meldt de nam®" vermoedelijk verdronkenen de 2de-luitenant der infanterie P. B' g, Kok de sergeant C. F. Buchhor" 43819); de korporaals G. van Deelen (no.4 en L. J. Thole (no. 46020); de *a3®lie?U, Zingel (no. 35139), J. J. Sourbag (no. 35 R. Molenaar (no. 39855), F. (no. 41106), W. Wilgenkamj) (no. 42 A. H. Huiskes (do. 42210). A. Ko3t®rpVp5 40041), F. Tandie (no. 36110), j. (no. 32355), J. J. Pasman (no. 51^ Lambart (no. 35599), F. J. van der 1 (no. 43614), D. A. Wils (no. 5271%'35> Wolles (no. 41044), W. F. Riesz (no. i5.e„. J. Brijs (no. 41980), en de soldaat^® verpleger J. P. Brassart (no. 49633)- Op 9 October tot lste-lniten»nt Op initiatief van de afd. 's-Gra'®" van den Nederl. Coöperatieven Vrouw®"^gP zal door deskundigen een onderzoek t9 ngesteld naar de mogelijkheid van ^gP s-Gravenhage oprichten en exploit®®1®1^® coöperatieve keukens. De afdeeling be"° ggP hiertoe in haar jongste vergadering^^ commissie van onderzoek en voorber®1 y

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1902 | | pagina 2