8üaü*- en fcrewesteiijk Xieuw&i. Ontzettend ongeluk. Kunst en Letteren. Orpheus". Ingezonden. Dinsdag den 13den dezer k wannen de Kamer en Senaat weder bijeen. In de Ka mer begon men de werkzaamheden met bet benoemen van Jaurès, den bekenden socialist, na ballotage, tot een der onder voorzitters. De aanhitser der noodlottige werkstakingen, die de ruïne van den handel en nijverheid van Frankrijk bevorderen, de man, die de overwinningen der Duitschers openlijk toegejuicht, werd met 209 stemmen een der vier onder voorzitters der Kamer. Het was een mooi begin. De heer Leon Bourgeois werd met 336 stemmen als nare voorzitter herkozen. Eenige hier gevestigde Nederlanders hebben de vorige week een Nederlandsch- Fransche vereemging opgericht met het doel de Nederiandsche belangen in Frankrijk en de Fransche belangen in Nederland en zijne koloniën te bevorderen. Zij zal in afdeelingen gesplitst worden, waarvan een voor Handel en Nijverheid en een voor Kunst en Wetenschappen. Het Algemeen Verbond en de in den Haag gevestigde vereemging lOost en West welke hier hunne vertakkingen hadden, zuilen in deze vereeniging, waarvan wij het beste hopen, worden opgenomen. Fidelius. Parijs, 1—16 Jan. 1903. Schiedam, 17 Januari 1903. De Arbeidsbeurs. (Opgave 17 Januari 1903.) Gevraagde arbeidskrachten. Leerjongens rij wiel vak. Personen bekend met rijwielvak. Gelegenheid voor een jongen ter opleiding wagenmakers vak. Een schoenmakersjongen. Bar biersleerlingen. Een boerenknecht (in wonend). Dienstboden. Aangeboden arbeidskrachten. Een bakker. Brandersknechts. Distillatenrsknechts. Een boerenknecht. Een tabaksbewerker. Een timmerman. Ververs. Houtkooperknechts. Een machinist stoker. Een borstelmaker. Schippersknechts. Mouters. Koetsiers. Personen voor lichte werkzaamheden, schrijfwerk, loopwerk en loswerk. Ge legenheid gezocht voor jongens ter opleiding ia smidsvak en kuipersvak. Brandersboud. In sake de voorgestelde verhooging van den accijns op het gedistilleerd heeft de Bran- dersbond zich met een adres tot de Tweed» Kamer gewend, waarin in hoofdzaak het volgende wordt gezegd Wel werd door den Bond dankbaar ver nomen, dat een biilyker regeling zal worden gemaakt voor de borgtocmen, doch adres sant veroorlooft zich de vryneid er op te wijzen, dat er bedaive deze nog zooveel maatregelen kunnen worden genomen in bet belang van de branders o. a. de ver rekening van over- en ondermaat en vrij heid van den tjjd van arbeid en zulks zon der hel minste bezwaar voor de zekerheid van den accijns, over welke maatregelen adressant zich bereids per request tot Z.Ex. den Minister van Financiën neeft gewend. Vooropstellend, dat de graanstokeryen van minstens evenveel belang zijn voor de algemeene welvaart als de suikerindustrie en opmerkend dat de buitenlanasche pre- miën voor gedistilleerd nog hooger zijn dan die van suiker, herinnert adressante er aan, dat door den Brandersbond reeds meei malen gewezen is op de anomalie de suikerindustrie meer dan de graanstokerijen wordt gehol pen, doch dat hei blijkbaar tot heden niet heeft mogen gelukken, hef idee by de Re geering ingang te doen vinoen, dat juist wijl de branders geen premies ontvangen, zooals de suikerfabrikauten, hoewel er veel meer reden toe bestond, het allernoodzake lijkst is, dat de Regeering hen zooveel mo gelijk tegemoetkome, behalve door een meer vrijzinnige wetgeving, waardoor kan worden gebruik gemaakt van al de vooruitgang in de techniek van het bedrijf1°- door het uitvoerrecht op gedistilleerd te brengen in verhouding tot den accijns en 2o. door een invoerrecht te heffen op melasse voor spiritusfabnkatie bestemd. Verder wordt er op gewezen dat nu de accyns op het gedistilleerd wederom wordt verhoogd, de wanverhouding tusschen ac cijns en invoerrecht ontstaan door de her haalde accijnsverhoogingen, nog zooveel te grooter wordt en nog zooveel te meer op den fabrikant drukt. Het tegenwoordige invoerrecht van f3.50 per HL. ad 50 °/o, is vastgesteld geworden, toeo de accijns f 22.per H.L. ad 50 °/0 bedroeg. De invoerrechten op gedistilleerd zooals vroeger reeds van mmisterieele zijde werd erkend, t zijn noodzakelijk ter vergoeding voor de schade en kosten, welke het werken onder een accijns wetgeving meaeorengt, in ver band met de vervluchtiging, waaraan het artikel onderhevig is en de aansprakelijkneid van aen fabrikant voor den noogeri accijns, hoe hooger de accijns, hoe zwaarder die verantwoordelijkheid drukt en hoe duurder elke fout, noe gering ook, aan den fabrikant te staan komt. Adressant betoogt verder, dat een ver hooging van het invoerrecht or gedistilleerd geen nut heeft, indien met gelijktijdig een invoerrecht op melasse wordt geneven, immers anders zal in plaats van spiritus zonder eenige betaling meiasse worden inge voerd en daaruit spiritus worden gestookt met zeer gering of geen profijt voor net algemeen. Door vrijen invoer van meiasse kan de brander derhalve nooit profiteered van de hem van Regeeringswege toegedachte vergoeding voor het werken onder accijns- wetgeving, en daarom meent adressant, aat de billijkheid nu eiscnt, dat nu vooral bij deze nieuwe verzwaring van het bedrijf in dezen tegenstrijdigen toestand verande ring moet worden gebracht. Op dien tegen strijdigen toestand wijzend met de eigen woorden der regeering betoogt adressante, dat de Regeering van den eenen kant erkent, dat den branders voor de lasten hun opgelegd een klein voordeel moet worden gegeven door het heffen van een invoerrecht op gedistilleerd. Van den anderen kant eenter laat de Regee ring toe, dat meiasse, waaruit in andere landen geen gedistilleerd mag worden ver vaardigd, omdat daardoor de graanstokerijen zouden worden vernietigd, hier vrijelijk kan worden ingevoerd, waardoor naar streven om aan de branders de nun toekomende vergoe ding te geven, wordt te niet gedaan. Adressante wendt zich derhalve totde Kamer met eerbiedig doch dringend verzoek, om, bij eventueele aanneming der verhooging van den accijns op gedistilleerd, gelijktijdig het invoerrecht op gedistilleerd te vernoogen tot op t 11.en een invoerrecht van f 5 50 per 100 K.G. te willen vaststellen op melasse bestemd voor de stokerij. Een ontzettend ongeluk neeft heden-nacht plaats gehad in ae stoom branderij van de firma H. Jansen Co. aan de Noordvest alnier, een ongeluk, üat een man, vader van zeven kinderen, hel leven kostte en zjjn gezin in diepen rouw heeft gedompeld. Heaen-nacht omstreeks half twee was de 35 jarige Bern. Bosman, die eerst gisteren avond in genoemde branderij werk had gekregen, bezig met het opstoken van aen ruwketel, terwijl de 18-jarige Van Leeuwen, mede aidaar werkzaam, de noouige kolen aanbraent, toen op eens de ketel met een geweldigen slag uiteensloeg en, over de geheeie lengte spletend, om streeks een meter verschoof. 3., voor den ketel staande, werd door bet uitspattende vuur in lendenen en beenen getroffen, terwijl v. L., die zich uit ae voeten wist te maken, geen noemenswaardig letsel bekwam Toen de andere knechts in de branderij eemgszins van den schrik bekomen waren, snelden zy den ongeiukkigeu B. te nuip, die geheel met brandwonden overdekt uit den geweldigen chaos te voorscnijn werd gebracht. Naar het Ziekenhuis overgebracht, bleek daar zijn toestand zóo ernstig, dat het noodig was hem de laatste H. H. Sacra menten te doen toedienen. Nauat Bosman wonende aan den Parallelweg door een der geestelijken van de Singelkerk van de Genademiddelen der H. Kerk was voorzien, zag men al meer het einde naderen, totaat bij na een verschrikkelijk lijden omstreeks haifnegen overleed. In de branderij toonde zich ook het ontzettend ongeluk in de groote verwoesting, die alom was aangericht. Niet alleen de steenen mantel van den ruwketel, maar ook die van den naaststaanden ketel werd grootendeels afgeworpen, terwijl ook aan den achterwand en den schoorsteen belang rijke schade werd aangericht. Naar men ons mededeelt, is hier van geen doorbreken van den ketel sprake, maar moet aan eene ontploffing in het kolenvuur onder den ketel gedacht worden de geweldige verwoesting, die in enkele «oogenblikken werd aangericht, zou inderdaad aan eene ontploffing doen denken. Gevonden voorwerpen. Aanwezig aan het commissariaat van politie een koperen hectogram, een koek, een wielband van een kinderwagen Terug te bekomen aan de volgeude adresseneen kip bij J. C, Lansbergen, Dam 59; bril met huisje, wed. Molenaar. BrOersveld 91kinderbontje, bij C. van Zutphen, Hoofdstraat 193wollen hano schoen bij A. C. Grims, Raam 214duim stok bij N. v. d. Bos, Buitensluis, Hoofdstraat; theedoek bij J. C. v. Rbijn, Broersveld 105, Na grondig onderzoek en rijp beraad wordtdoorhet bestuur van den aannemersbond in Nederland haren leden ten sterkste aangeraden het risico der Ongevallenwet over te dragen aan de Eerste Onderlin ge Aannemers-Verzekering-Maatschappij te Zwolle. Te Overschie wappert van het nieuwe postkantoor de vaderlandsche driekleur ten bewijze, dat het kantoor voor het publiek is geopend en men in de gelegenheid wordt gesteld, brieven te verzenden, plakzegels, postzegels en briefkaarten te koopen. Ook kan men nu zijn overgespaarde gelden op de postspaarbank deponeeren. De werkstaking der koetsiers by Van Gend Loos te Rotterdam is aan bet verloopen. Eenige koetsiers hebben zich weer aangemeld. Gisteren-avond hield het scheidsgerecht in zake bedoelde stakingzijn eerste zitting. Gehoord werden eenerzijds de ontslagen voerman Van Stolk en anderzijds de direc teur van Van Gend Loos, de heer Vannooy. Op verzoek van den voorzitter gaven beiden twee getuigen op. Stolk noemde als zoodanig de voerlieden Kroost en Van Gintel, terwijl de directeur opgaf den stalbaas De Melker en den chef der bureau Van Daalen. Heden-avond zal het getuigenverhoor plaats hebben. Op verzoek van den voor zitter wordt eerst een uitvoerig verslag gegeven na sluiting der zitting. In bet ziekenhuis te Rotterdam is giste ren-middag overleden de driejarige D. Schoenmakers, die in den loop van den middag in de ouderlyke woning aan de Wilhelmmastraat, alleen in de kamer zijnde, in brand was geraakt en ernstige wonden had bekomen. »Orpheus" mag tevreden zijn over het succes, dat haar concert van gister-avond hier heeft gehad. Zij heeft bij de vernieuwde kennismaking weder getoond, dat zij haar naam als eerste-rangs mannenkoor hoog houdt. Het programma was zeer varieerend en met zorg samengesteld met liederen van verschillende nationaliteit. Jammer, dat er zoo weinig Hollandsche liederen waren. In onze taal treft men toch fraaie en indruk wekkende liederen genoeg om op concerten te worden gezongen. Waarom steeds het programma meest met Fransche of Duitsche liederen samengesteld Het eerst werd de Kroningscantate van Fiore delia Neve op muziek van Bernard Zweers uitgevoerd. Dank zij een ernstige voorbereiding, dank de groote krachten, die de leidende partijen in handen hadden, was dit nummer een bepaald succes. Het koor was in uitstekende conditie en kweet zicb uitnemend van zijn taak. De tenor solist, de heer W. Renaud uit 's-Gravenhage, heeft het publiek zeer goed voldaan. Zijn flinke, forsche en heldere stem maakte vooral in de ernstige strofeB een goeden indruk. Mejuffrouw H. de Groen, uit Rotterdami die de sopraan-partij zong, heeft mede groot succes gehad. Haar stem is zeer mooi, helder en teeder van klank van daar dat zij in deze cantante ongemeen goed uitkwam. Eenige hupsche versjes, der Frühling van Wagenaar, Pastorale van Bizet en Dimanche d l aube van Bourgault-Ducondray werden, naaat het koor F/ühlingsmorgen had uitgevoerd, door mejuffrouw De Groen gezongen, geaccompagneerd met de piano door den heer Anton Rijken. In deze liederen kwam haar stem het voordeeligst uit, vooral in Pastorale. Er werd nernaaldeiijk geapplaudiseerd, zoodat mej. De Groen nog een extra num mertje moest ten beste geven. De heer W. Renaud debuteerde met Herbststimmungvan Hendrick van Oort, Ich hatte einst ein schönes vaterland van E. Lassen en Trotzdem van Wuh. Berger. Het eerste lied was wei het beste, daar dit met een fraai en teeder gevoel werd gezongen. De heer Renaud oogste voor zijn schoone melodieuzen zang een uitbundig applaus en moest nog een extra zang nummer doen hooren, Tot slot van dezen kunstavond werd de cantate voor mannenkoor en sopraansolo van Gouvy Frühlings erwaclxen gegeven. Hier had de soliste mej. De Groen geen ge makkelijke taak, toch neeft zij zich uitste kend gehouden. Het koor was in dit slotnummer prachtig er werd met gevoel en heldere stem ge zongen. Den heer Georg Rijken, die de leiding had, komt een woord van hulde toe voor de talentvolle wijze, waarop hij gister avond heeft gedirigeerd. Ook den heer Anton Rijken, die door zijn uitstekende piano-begeleiding zooveel tot het welslagen van het concert heeft medegewerkt, behoort een woord van lot te worden gegeven. (Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.) Mijnheer de Redacteur, Ook in de kolommen van het hier verschijnend orgaan der locialDten ia het geschrijf Tan IJ- Z. be sproken, maar daar heeft hij uatnurlijk de b...l ge brand, omdat er „kwaad" gesproken werd van werk lieden. Het wourd ne louchez pas a la reinewordt door die lui altijd, te pas of te onpas, ten opzichte van de werklieden in praktijk gebracht, 't Is of dat allen heilige boontjes zyn, allen even ijverig in hun arbeid, allen de belangen voorstaand van hun werk gevers; of zij geen van allen ooit aangeschoten te werk komen of op het werk zelf drinken, en allen flink bekwaam zijn in hun vak, zoodat zij het loon Waard zijn en verdienen, dat zij krijgen. Het heet maar, dat zij hard moeten werkeo voor een karig loon, en daarmede is dan de patroon veroordeeld en den werkman stroop om den mond gesmeerd. Zoo iets gaat er altijd in en men lokt er de massa mtne. Wil ik nu zeggen, dat een ijverig en goed werkman niet een goed loon toekomt, of dat ik hem dit niet gun' Die dat denkt, is de plank volkomen mis. Integen deel, ik vind het billijk en rechtvaardig, dat werke lijke verdienste naar eiBch worde beloond. Maar dan is er ook niets onbillijks in, te verge" dat de werklieden toonen last te hebbes in hun arbeid, toonen hart te hebben voor de belangen van den patroon, waardoor zij ook hun eigen belang dienen. In dat geval - als zij daaraan voldoen - zal geen patroon ten achter bijjveu om zijn werkman behoorlijk te betalen en goed te behandelen; indien anders, hij zou zelf de dupe er van worden. Ziet me" het dikwijls, siet men het haast wel ooit, dat een werkelijk bekwaam en toegewij.l werkman geen goed loon krijgt of zonder werk is Dus oppassen is de boodschap, zoowei voor den werkman als voof den patroonhunne belangeu gaan samen en zy doen het best, elkander te werken in do hand. Dsn kunnen beiden hnn brood verdienen, en dan is er geen reden tot ontevredenheid of gemor, iets wat men van zekers zjjde echter niet gaarne schjjnt te zien. Er moet heel wat te doen zijn geweest in de „libe rale" kringen, over de verkiezing van den heer Hon- nerlage Grete tot wethouder, of liever, over de niet" verkiezing daartoe van dsn heer Gouka. Men had zijn elf mannetjes zoo mooi bij elkaar, nu ook de christelijk-historische heer Pinster zich, naar verluid wordt, had laten overhalen om dok op den heer Gouka t6 stemmen. Nu kwam de beerP. ten slotiewegens ongesteld" met ter vergadering, zoodat er dus maar tien stemmen zonden zijn voor den kanuidaat der „liberalen". Ma»r hoe keken deze heeren op hun neus, toen de heer G«

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1903 | | pagina 2