Dagblad voor Schiedam en Omstreken. 26ste Jaar». Woensdag 21 Januari 1903. No. 7505. Het Gouden Hart. Bureau Boterstraat 50. Telefoon No. 85. Feuilleton. F BUS TAS Dïï BLAD: Toor Schiedam par 3 maasdenf 1.50 France per pos» door eeneei Nederland 2.— Aiicnderiiike Nummers - 0.G5 F BIJ 8 DBB ADYlBTÏHTIlH: Van 1—8 regeis* 1 j j J /Q.5G Elke gewone regei meer 1J -0.10 Voor nernaaide piaatsmg worden biiiijke overeenkomsten aannesraan. iJLOEJH m> iVEKSI:M' 1 20 Januari 1903. Uit de Fransche Kamer. De Fransche Kamer hield gisteren eene trÜ belangwekkende zitting. Belangwekkend ^as deze zitting wegens de opmerkelijke v«rklaring afgelegd door den vorigen Kamer- Pr«sident, den heer Paul Deschanel, omtrent in de laatstverloopen dagen het gerucht dat hij zich van de groep Méline- '^ot had afgescheiden. Dit gerucht, bereids '®gengesproken, wordt zeker afdoende ge- 06«nstraft door hetgeen de oud-president 8'steren verklaarde. Bij het begrootingsdebat verklaarde De- Schanel een voorstander te zijn van een v®rstandige en vooruitstrevende politiek, '•gen de revolutieeen voorstander van "et overwicht der burgerlijke macht 1(1 godsdienstzaken tegenover verouderde denkbeelden, maar ook tegen tusschenkomst *aG het staatsgezag in godsdienstige kwes- l'®Q. Frankrijk wenscht, zeide hij, een Politiek van vrede er. gerechtigheid. De- Schanel bestreed het internationalistische Slreven van Jaures; hij deed een beroep °P hen, die noch reactie noch revolutie billen. In het centrum en rechts werd deze Verklaring met luide toejuichingen begroet. Bestournelles betreurde het, dat hij niet a°i meegaan met Deschanel's denkbeelden aanzien van de binnen- en buitenland se politiek. De oorzaak van de groote '•korten, overal in Europa, is de gewapende Vr«de. Wij moeten onze vloot versterken onze koloniën in staat van tegenweer brengen tegen Engeland en Duitschland. Bet Fransch-Russisch verbond heeft niet beantwoord aan de verwachtingen, die spreker er van had. Hij wenscht een °Prechten vrede, een vruchtbare onderlinge Verstandhouding, gelijk die, waar het Baagsehe congres naar streefde. Uit den Duitschen Rijksdag. Be Duitsche Ryksdag heeft bet gewichtig Schets uit het Duitscli.) 1) Be jonge artillerie-luitenant R, begaf zich P een kouden winteravond met vlugge chreden van de Krijgsschool naar zijn •bagelijk ingerichte jonggezellenwoning. Bij het huis aangekomen, waar hij eenige anaers bewoonde, haalde hij den blank jpworden sleutel uit zijn zak, opende de j ®lr, begaf zich naar zijn studeerkamer en °°t zijn trouwen oppasser Moretzki. j *ik heb je ééns voor altijd gelast de anap aan te steken tegen den tijd, waarop mij verwachten kunt, Moretzki", zeide «Och ja, meneer, dat is wel zoo", ant woordde de oppasser op eenigszms verlegen begrootingswerk onder handen genomen Bij den aanvang van het begrootingsdebat gaf de staatssecretaris Thielemann een overzicht van de geheele begrooting. Hij legde er nadruk cp, dat een leening van 125 millioen noodig zal zijn. Hervorming van 's Rijks financiën zal eerst mogelijk worden, na het in werking treden van het douanetarief en nadat nieuwe verdragen gesloten zijn. Het loopende dienstjaar 1902 zal een tekort van 30 millioen opleveren, teweeg gebracht door vermindering van de inkomsten, verhooging van de uitgaven. De uitgaven voor het leger zullen 6s/i millioen meer bedragen, maar de marine-begrooting zal de raming niet te boven gaan, boewei de blokkade van de Venezoiaaosche kust misschien een aanvullingsbegrooting zal eischen. Schiidler, van het centrum, nam r.u het woord. Hij zeide, dat het kenmerk van de financieele legeiing het tekort is minder inkomsten, meer uitgaven. Hij keurde het scherp af, dat de begrooting overschreden werd en vroeg hoe het stond met de kwestie van Venezuela. De vernieuwing van het Drievoudig Verbond is een heugelijke gebeurtenis, maar Duitschland zal zijn zware wapenrusting moeten blijven torsen. De spreker en zijn vrienden hebben niets tegen het rijk, maar veel wat er gebeurt is toch wel geschikt om het genoegen, dat men aan het rijk beleeft, te verminderen. De spreker weidde daarna uit over de ontstemming in den afgeloopen zomer in Beieren teweeggebracht door het telegram, dat de Keizer uit Swinemünde aan den prins-regent van Beieren had gezonaen, nadat de Beiersche Landdag 100.000 mark had geschrapt op de begrooting van kunsten en wetenschappen. In antwoord vooral op laatstbedoelde op merking zei de rijkskanselier von Bulow De prins-regent, die door prins Ludwig den Keizer nog eens mondeling liet bedanT ken voor zijn telegram, wist zeer goed, dat de Keizer niet de bedoeling had, zich te meDgen in de parlementaire aangelegen- toon, «maar het loopt tegen het einde van de maand en daar «Houd maar stil, 't is al lang goed, je hebt groot gelijk", viel de luitenant hem in de rede. Moretzki stak nu de lamp aan, en zette die na er een groene kap omheen gedaan te hebben, op de schrijftafel van zijn meester. »Is er ook nog iemand geweest, in den tijd dat ik weg was, Moretzki V' vroeg de luitenant. «Jawel luitenant, de knecht van den re- geeringsraad Von Z. heeft vanmiddag een brief voor u gebraent". Dadelijk wierp luitenant R. handschoenen en pet op de tafei, greep naastig den op de schrijftafel liggenden brief en scheurde dien open. Natuurlijk rook het fijne papier naar viooltjes en was het schritt groot, steil en voornaam. De brief luidde «Hooggeëerde luitenant 1 Uit naam van mijne mama, die vandaag uit de stad is, verzoek ik u vriendelijk morgenmiddag bij beden van een Bondsstaat. De Keizer en de Bondsvorsten beschouwen het als hun voornaamste taak, het karakter van het Duitsche Rijk als bondsstaat, dat principe welks onwrikbare grondslag de Rijksgrond wet vormt, te behoeden voor elke stoornis. Dat is ook de plicht van de afgevaardigden en Biilow betreurde het dan ook diep, dat Schiidler op deze wijze het regeermgsteie- gram ter sprake heeft gebracht. Hij sprak de hoop uit, dat van geen zijde iets gedaan zou worden dat het buitenland aanleiding zou kunnen geven om te twijfelen aan de vastheid van het Rijk, aan de verknochtheid der natie aan het keizerschap, dat voor het Duitsche volk meer beteekent dan een formaliteit, want het keizerschap is vast verbonden aan de dierbaarste herinneringen van het Duitsche volk, aan onze positie in de wereld, aan onze toekomst, en niemand mag twijfelen of het Duitsche volk wel vastbesloten is, niet te dulden dat men raakt aan het keizerschap. Levendige bravo's rechts. Nadat Stolberg voor de conservatieven gesproken had, werd de verdere beraadsla ging tot heden verdaagd. De Macedonische kwestie. Nu komt er weer een bericht, dat Rusland en Oostenrijk van plan zijn den Sultan bang te maken om zoo hun zin in zake de Macedonische kwestie door te drjjven. Een Oostenrijksche oorlogsbodem zou zich naar de Turksche wateren begeven om den Grooten Heer te bewegen de hervormingen in te voeren, die men te Weenen verlangt. De Fransche minister van buiteniandsche zaken, de heer Delcassé zal spoedig de volks vertegenwoordiging om volmacht vragen om tegelijk met Rusland en Oostenrijk dwang maatregelen tegen Turkije te nemen, voor bet geval dat de Sultan geen hervormingen in Macedonië toestaat. Het schijnt evenwel, dat de Sultan en zijn nieuwe grootvizier geneigd zijn om hervormingen in Macedonië en misschien ook in Armenië in te voeren. ons te komen om eens samen over de aanstaande liefdadigheidsbazar te spreken. Niet waar, ik kan er vast op rekenen, dat u komt Bedenk, dat de bazar gehouden wordt ten behoeve van die arme kleine weezen, die bij deze bittere koude groot gebrek lijden. Uw toegenegene Else v. Z." Lang hield luitenant K. den brief in de hand. Zijne jgroote donkere oogen rustten met welgevallen op de door zijne aangebe dene Else v. Z. geschreven regels. «Wat is zij toch goed voor hare behoef tige medemenschen" zeide hij in zich-zelf. «Welk een gouden hart heeft zij. Natuurlijk zal ik morgen bij haar komen". Hij ging aan zijn schrijftafel zitten en schreef de freule een brief terug. Qcder- tusschen was de oppasser met den koifieboel het vertrek binnengekomen, en zette alles op de tafel, die dicht bij den haard stond, waarin een behagelijk vuurtje brandde. «Bieng dezen brief dadelijk naar den regeeringsraaa von Z." gelastte de officier en gaf zyn oppasser den zoojuist geschreven De opstand in Marokko. De krijgskans schijnt weer ten voordeele van den Sultan gekeerd te zijn. Reuter seint uit Tanger, dat de troepen van den Sultan den pretendent een ernstige nederlaag hebben toegebracht in het gebied van den stam der Hajaina's. Volgens een draadbericht uit Gibraltar zullen een Spaansch infanterie-bataljon en een batterij berggeschut te Algeciras wor den ingescheept met bestemming naar Ceuta. Uit Tanger wordt van 14 dezer aan het agentschap-Havas nog gemeld Wij dragen hier geen kennis van het bericht, door een Engelsch blad openbaar gemaakt, volgens het welk de Sultan, naijverig op de populariteit van zijn broeder Moelei Mohammed, gelast zou hebben, dezen weer in de gevangenis te zetten. Mijn bijzondere bode uit Fez heeft niets van dien aard gemeld. Duitschland en Engeland tegen Venezuela Keizer Wilhelm moet, dunkt ons, niet aangenaamd gestemd zijn door het Reuter- telegram, dat een van de Duitsche oorlogs bodems op de Venezolaansche kust een nederlaag heeft geleden. Het gebeurde Zaterdag. Het Duitsche oorlogssctiip Panther trachtte aldus Reuter den ingang tot het meer van Maracaibo te forceeren. Het vuurde op het fort San Carlos, dat den ingang bewaakt. Van het fort werd het vuren beantwoord en zóó, dat de Panther na een gevecht, hetwelk uren duurde, gedwongen werd haar poging op te geven. De commandant van het fort rapporteerde, dat geen schade was toegebracht. Te Caiacas hield de bevolking betoogingen, toen het nieuws aldaar be kend werd. Men ziet het 't zijn en blijven de Duitschers die (haantjes-de-voorste, evenals in China), door hun agressief optreden bet karakter der «vredelievende" blokkade her haaldelijk schenden en den toestand steeds meer gecompliceerd maken, terwijl de brief. «Je weet toch zeker wel waar hij woont, is 't niet Moretzki lachte even en antwoordde: «Ja iuitenant, ik ben daar al meer geweest." En terwijl hij deze woorden zeide, dacht hij oij zien zelf aan de mooie, blonde keu kenmeid, die bij den regeermgsraad diende, en die hem altyd zoo vriendelijk toeknikte. «Luitenant, u zult mij toch zeker wel wihen helpen in onze pogingen, zooveel mogelijk geld en goed voor den bazar byeen te ki'ijgen niet waar zeide Else den vol genden dag tot luitenant. R. «Ik hoop maar, dat wij aan de arme schapen, voor wie bij den bazar organiseeren, en die zoo veriaten en hongerig zijn flink wat zullen kurrian geven". «Wat is zij toch goed", dacht de officier weer, «en wat gaat haar het lot der armen ter harte". -• të\il (W.ordt yerwlgdl* NIEUWE SCHIEDAMSCHE C

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1903 | | pagina 1