Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
26ste Jaar£.
Donderdag 5 Februari 1903.
.No. 7518.
Bureau Boterstraat 50. Telefoon No. 85.
PRIJS VAN DIT BLAD:
Voor Schiedam per 3 maandenf 1.50
Franco per post door geheel Nederland - 2.
Afzonderlijke Nummers- 0.05
PRIJS DER ADVERTENTIE N:
Van 16 regel
ƒ0.60
Elke gewone regel meer- 0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
aangegaan.
QFFICIEELE BERICHTEN.
BEKENDMAKING.
De Gedeputeerde Staten der Provincie
Zuid Holland,
Gezien de opgaven van het aar.tal werk
gevers en werklieden, ingezonden door de
Burgemeesters der gemeenten, vallende
onder tiet ressort van den raad van beroep,
gevestigd te Rotterdam:
Gelet op hei Koninklijk besluit van 8
December 1902 Staatsblad no. 210) en op
Hoofdstuk I 1 van het Koninklijk besluit
van 8 Decemoer 1902 (Staatsblad no. 212.)
BESLUITEN
Voor den raad van beroep, gevestigd te
Rotterdam, vast te stellen
het aantal werkgevers, die te zamen één
gemachtigde kunnen aanwijzen, op 26
het aantal werklieden, die te zamen één
gemachtigde kunnen aanwijzen, op 62
het aantal gemachtigde werkgevers, die te
zamen één voordracht kunnen doen, op 4
het aantal gemachtigde werklieden die te
zamen één voordracht kunnen doen, op 12.
's-Gravenhage, den 2den Februari 1903.
De Gedeputeerde Staten voornoemd,
(get.) PATIJN, Voorzitter.
(get.) F. TAVENRAAT, Griffier.
Voor eensiuitend afschrift,
De Griffier der Provinciale Staten van
Zuid Holland,
F. TAVENRAAT.
Kennisgeving.
De Burge meester van Schiedam,
gezien art. 15 der wet van den 26sten Mei
1870 (Staatsblad no. 82) betrekkelijk de
grondbelasting,
brengt ter kennis van de daarbij belang
hebbenden, dat de staat, aanwijzende de uit
komsten van de metingen en de krachtens art.
14 der aangehaalde wet vastgestelde schat
tingen van geooawde en ongebouwde eigen
dommen, binnen deze gemeente gelegen,
gedurende dertig dagen ter inzage op de
secretarie is neaergelegd.
En is hiervan afkondiging geschied, waar
het behoort, den 4den Februari 1903.
De Burgemeester van Schiedam,
VERSTEEG.
Kennisgeving.
De Burgemeester van Schiedam,
Schiedam, den 4aen Februari 1903.
De Burgemeester voornoemd,
VERSTEEG.
ALGEMEEN OVERZICHT.
4 Februari 1903.
Uit den Duitschen Rijksdag.
Bij de begrooung der Rijkskanselarij
was gisteren in den Rijksdag ingekomen
een voorstel van Bartu en Müiler betret-
fende een nieuwe inaeehng der kiesdistricten
voor den Rijksdag. Spahn drong in den
Rijksdag op maatregelen aan om het ge
heim der verkiezingen beter te waarborgen.
Hij zeide, dat het volstrekt noodig was,
presentiegeld toe te kennen aan de leden.
Voorts verlangde hij te weten, hoe de
Bondsraad over het Jesuieten-wetsontwerp
dacht.
De Rijkskanselier erkende, dat hij niet
blind was voor de redenen van doelmatig,
heid, die voor de toekenniug v»n presentie»
geiil aan de leden van den Rijksdag pleitten
maar ook met de belangen en opvattingen
der verbonden regeeringen moest rekening
gehouden worden. De toekening van presen
tiegeld zou een wijziging van een artikel
in ue grondwet medebrengen. Bij hun aan
sluiting aan het Rijk hadden de Bonds-
vorsten afstand gedaan van zeer belang
rijke rechten, en zij gevoelden niet veel
neig ng, in het bezoldigen der leden van
den Rijksdag toe stemmen. Ten aanzien
van net wetsontwerp Hompesch verklaarde
Bu ow, dat de regeering niet kon overgaan
tot toelating van Jezuïeten-nederzettingen,
maar de confessioneele verhoudingen in het
Durische njk maakten het niet langer
nooriig, Dunsche onderdanen individueel aan
uucoiidenngswetten te onderwerpen, om
dat zij tot de orde der Jezuïeten behoorden
en at zelfde gold van vreemdelmgen.
Da verklaring, aldus door den Rijkskan
selier afgelegd, dat de Bondsraad voorshands
nog niet toestemt in de toekenning van
presentiegeld aan de leden van den Rijks
dag wordt zóó opgevat, dat deze toestem
ming wei spoedig zal volgen na de aan
staande algemeene verkiezingen, vooral
wanneer deze gsljjk verwacht wordt, vrij
stern ten gunste van de linkerzijde zullen
uit - aden.
Met de toestemming uer Pruisische
regeering, blijkens ae veruere mededeeltnge»
NIEUWE SCHIE
Gezien de artt. 11, 12 en 13 der kieswet,
Noodigt de mannelijke ingezetenen, die den ISden
Mei a.s. den leeftijd ran 25 jaren hebben bereikt, uit, om
la. wanneer zij in eene andere gemeente over bet
laatstverloopen dienstjaar in eene der Rijks directe
belastingen zijn aangeslagen, (wat de grondbelasting
betreft in eene andere gemeente of in meer gemeenten
te zamen tot een bedrag van ten minste ƒ!.-), daar-
yau door overlegging van de gekwiteerde aanslagbil
jetten voor 15 Februari a.s. ter gemeente-secretarie te
doen blfjken
2o. wanneer zij als mede-eigenaar of wegens eene
onverdeelde nalatenschap, aandeeJ van minstens ƒ1.-
hebben in aanslagen in de grondbelasting zonder dat
ban naam bij den aanslag is vermeld, daarvan over
eenkomstig het model, dat ter secretarie verkrijgbaar
18, en onder overlegging der gevorderde bewijsstukken
mede voor 15 Februari a.s. ter gemeente-secretarie
aangifte te doen;
3o. wanneer zij aanspraak meenen te kuunen ma
ken om op de kiezerslijst geplaatst te worden krach
tens hnnr van een huis of gedeelte van een huis,
krachtons eigendom, vruchtgebruik of huur van een
vaartuig, wegens inkomsten uit dienstbetrekking of als
inwonende zoon in het bedrijf of beroep der onders
Werkzaam, wegens pensioen of lijfrente, wegens in
schrijving van ten minste ƒ100.- in de Grootboeken
4er Nationale Schold of van ten minste ƒ50.- in
eene spaarbank, of omdat zij met goed gevolg bebbea
afgelegd een examen, ingesteld door of krachtens de
wet of aangewezen bij algemeenen maatregel van be
stuur en in verband staande met de benoembaarheid
tot eenig ambt, de vervulling van eenige betrekking
of de uitoefening van eenig bedrijf of beroep, daarvan,
mede overeenkomstig een der ter gemeente-secretarie
verkrijgbare modellen, voor zooveel noodig, voor 15
Februari a.s. aldaar aangifte te doen.
Voor hen, die krachtens vroeger gedsne aangifte
op de loopende kiezerslijst dezer gemeente voorkomen,
is hernieuwde aangifte onnoodigindien de plaatsing
op de kiezerslijst bernstte op
lo. bewoning van een buis of gedeelfte van een
hnis of van een vaartuig, mits zij op 31 Januari als
nog hetzelfde huis of een gedeelte van betzelfde huis
of betzelfde vaartuig bewonen
2o. genot van pensioen of lijtrente
3o. bezit van eene inschrijving in de Grootboeken
der Nationale Schuld of van een inleg in eene spaarbank
do. aflegging van een examen.
Daarentegen is hernieuwde aangifte wel noodig voor
hen wier plaatsing op die lijst berustte u[7~i
io. bewoning van een buis of gedeelte van een
hnis of van een vaartuig, indien zij niet meer op 31
Januari hetzelfde hnis of een gedeelte van hetzelfde
huis of betzelfde taartuig bewonen of
2o. genot van inkomen in dienstbetrekking, of als
inwonende zoon, in het bedrijf of beroep der onders
werkzaam, hetzij met of zonder genot van pensioen
of lijfrente;
Van de bepalingen der kieswet, die op het boven
staande betrekking hebben, luidt:
Artikel 1.
De leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
worden gekozen door de mannelijke ingezetenen des
Rijks, tevens Nederlanders, die den leeftijd van vijf
en twintig jaren hebben bereikt, voor zoover zij over
bet laatstverloopen dienstjaar m eene of meer dea Rijks
directe belastingen zijn aangeslagen, het te dier zake
veschuldigde voor ot op den lsten Maart voldaan
beoben, en
a. over het laatatverloopen dienstjaar zijn aange
slagen in de grondbelasting voor eeo bedrag van ten
minste een gulden, in de vermogensbelasting, in de
belasting op bedrijfs- en andere inkomsten of naar
een of meer der vijf eerste grondslagen van de per-
soneele belasting, zooais die is geregeld bij de wet
van 16 April 1896 (Staatsblad no. 72) of
l>. indien zij met overeenkomstig het bepaalde
sub a zijn aangeslagen, voldoen aan eene der volgende
voorwaarden
lo. dat zij als hoofden van gezinnen of als alleen
wonende personen op den 31sten Januari sedert den
lsten Angnstns van het vorige jaar hebben bewoond,
krachtens buur, een buis of een gedeelte van een
buis, waarvoor met of zonder bij behoorenden of in
buur gebruikten grond of lokalen en bijgebouwen,
niet ter bewoning bestemd, de werkelijke huurprijs,
per week berekend, ten minste heeft bedragen de som,
voor de gemeente of het gedeelte der gemeente, waar
bes buis gelegen is, vermeld in de bij deze wet
gevoegde tabel; (f 1.75) of wel achtereenvolgens in
dezelfde gemeente twee zoodanige huizen of gedeelten
van huizen;
of krachtens eigendom, vruchtgebruik of huur, een
zelfde vaartuig van ten minste 24 kubieke Meter
inhoud of 24U00 Kilogram laadvermogen
2o. dat zij op den 31aten Januari sedert den lsten
Januari van bet laatstverloopen jaar achtereenvolgens
bij niet meer dan twee personen, ondernemingen,
openbare of bijzondere instellingen in dienstbetrekking
of als inwonende zeon in bet bedrijf of beroep der
ouders werkzaam zijn geweest en als zoodanig over
dat jaar een inkomen hebben genoten als voor de
gemeente of het gedeeite der gemeente, waar zij
wonen, is vernield in de bij deze wet gevoegde
tabel; (f450.-
of dat zij op den lsten Februari in het genot zijn
van een door eene ondernemidg, openbare of bijzondere
instelling verleend pensioen of verleende lijfrente van
gelijk bedrag
met dien verstande dat voor hen, die in beide
gevallen verkeeren; zoo noodig, ter bereiking van het
vereieohte bedrag, het inkomen, bet pensioen en de
lijfrente worden samengesteld
3o. dat zjj op den isten Februari sedert een jaar
den eigendom met recht van vrije beschikking heb
ben van ten minste 100 (nominaal) ingeschreven in
de Grootboeken der Nationale Schuld of van tea
minste /"50, ingelegd in de Rijkspostspaarbank, in
eene aemeentelijke spaarbank of in eeue spaarbauk
beheerd door het bestnnr van eene rechtspersoonlijk
heid bozittende vereeniging, van eene naamlooze Ven
nootschap, van eene coöperatieve vereeniging of van
eene stichting;
Onder de bijzondere spaarbanken, bedoeld bij bet
vorige lid van d.t artikel, zijn de banken, opgericht
na 1 Mei 1900, alleen begrepen voor zoover en voor
zoolang als zij blijkens opgave aan bet bestuur der
gemeente, waar zij gevestigd zijn, een waarborgfonds
van ƒ25000 bij de Nederlandsche Bank hebben gede
poneerd.
4o. dat zij met goed gevolg hebben afgelegd een
examen, ingesteld door of krachtens de wet of aange
wezen bij algemeenen maatregel van bestunr en in
verband staande met de benoembaarheid tot eenig
ambt, de vervulling van eenige betrekking of de uit
oefening van eenig bedrijf of beroep.
Artikel 2.
Onder hen, die den leeftijd van vijf en twintig
jaren hebben bereikt, verstaat deze wet hen, die dien
leeftijd hebben bereikt vóór of op den 15den Mei.
De aanslag der vrouw in de Rijks directe belastin
gen geldt voor haren mandie van minderjarige
kinderen wegens goederen, waarvan hnn vader bet
vruchtgenot heeft, voor bunnen vader.
Aanslagen in de Rijks directe belastingen, waarvoor
eerst na 31 December van het laatstverloopen jaar
een aanslagbiljet is uitgereikt, blijven voor de toepas
sing van bet bepaalde bij art. f buiten aanmerking.
Aauslagen in de grondbelasting wegens onroerende
goederen eener onverdeelde nalatenschap gelden ook
voor den mede-eigenaar, wiens naam niet bij den
aanslag in het kohier is vermeld, mits zijn aandeel
in dien aanslag ten minste één gulden bedraagt.
Door den aaBslag in de grondbelasting, in art. 1
vermeld, worden de hoofdsom en de Rijksopcenten
verstaan.
Aanslag in de vermogens-, bedrijf-- of personeele
belasting geeft geene aanspraak op kiesrecht, indien
hij het gevolg is van eene met de waarheid strijdige
aangifte.
Bij de berekening van den werkelijken huurprijs die
ook verschuldigd kau zijn in den vorm van contri
butie aan eene coöperatieve bouwvereeniging, wordt
maandhuur tot weekbnur herleid door deeling met 4,
jaarhuur door deeling met 50 en vindt geen aftrek
plaats van de som, verschuldigd voor gas- of water
leiding, ingeval deze in den huurprijs is begrepen.
Bij de berekening van het inkomen, bedoeld in art.
1 b, 2o., eerste lid, worden vrije woning of inwoning
en vrije kost en inwoning gerekend op het bedrag,
voor de gemeente of het gedeelte der gemeente, waar
zij genoten worden, vermeld in de bij deze wet gevoegde
labelenkel vrije kost op het bedrag, vermeld in de
laatste kolom, verminderd met dat, vermeld in de
voorlaatste kolom dier tabel. Overigens komt alleen
geld in aanmerking, (vrije woning of inwoningƒ 87.50
vrije kost en inwoning 300.)
Ten aanzien van vrijen kost wordt geene rekening
gebonden met den Zondag of algemeen erkende Chris
telijke feestdagen, of, voor zooveel Israëlieten betreft,
met den Sabbatb.
Indien de aard der werkzaamheden in een bedrijf
medebrengt, dat zij in den regel een gedeelte van bet
jaar niet worden uitgeoefend, wordt ter berekening
van den tijd, gedurende welken iemand volgens het
vorig artikel in diensbetrekking is geweest, de tijd
medegeteld, gedurende welkeH de werkzaamheden,
waarvoor hy in dienst ia, hebben stil gestaan ook
indien gedurende dien tijd de dienstbetrekking tijdelijk
was opgeheven.
Indien bet inkomen, bedoeld in art. 1 b, 2o., als
vast week-, veeriiendaagseb-, maand- of jaarloon is
genoten en dit loon wegens ziekte of verwonding
gedurende ten hoogste twee maanden niet of niet ten
volle is ontvangen, wordt bet geacht tot het normale
bedrag te zijn genoten.
Indien in de plaats van het inkomen, bedoeld in art.
I b2o., eeue tijdelijke ongevallenrente wordt geno
ten, wordt deze, zoolang zij wordt genoten, ia rekening
gebracht tot een bedrag, gelijk aan bet aormale loon
Inkomen, pensioen en lijfrente, bedoeld in art. 1 b,
2o., der vrouw geldt voor haren mandat van de
inwonende minderjarige kinderen voor de helft voor
bunnen vader.
Indien gedeelten eener gemeente in de bij deze wet
gevoegde tabel afzonderlijk worden genoemd, wordt de
grens tusschen die gedeelten door Ons, Gedeputeerde
Staten geboord, bepaald en wanneer verandering van
omstandigheden daartoe aanleiding geeft, gewyzigd.
Van deze besluiten wordt mededeeiiug gedaan inde
Staatscourant, met bijvoeging van de adviezen van
Gedeputeerde Staten, voor zoover bij de besluiten van
die adviezen is afgeweken.
Artikel 3,
Van de uitoefening van het kiesrecht zijn uitgesloten i
zij, wien bet kiesrecht ontzegd is bij eene onher
roepelijk geworden rechterlijke uitspraak
zij, die in gevangenschap of hechtenis zijn
zij, die by onherroepelijk geworden rechterlijke uit
spraak de Beschikking of bet beheer over hunne goe-
dren hebben verloreD
zij, die in het burgerlijk jaar, voorafgaande aan de
vaststelling der kiezerslijsten onderstand van eeue in
stelling van weldadigheid of van een gemeentebestuur
hebben genoten.
Artikel 6.
Voor de bevoegdheid tot het kiezen Van leden der
Provinciale Staten gelden dezelfde regelen, als die
we ke in de artt. 1-5 voor de bevoegdheid tot het
kiezen van leden der Tweede Kamer der Siaten-Gsae-
raal zijn gesteld, met dien verstande, dat men boven
dien ingezeten der provincie moet zijn.
Artikel 7.
Voor de bevoegdheid tot het kiezen van leden van
den gemeenteraad gelden dezelfde regelen als die,
welke in de artt. 1-5 voor de bevoegdheid tot het
kiezen van leden van de Tweede Kamer der Staten-
Generaal zijn gesteld, met dien verstande, dat men
bovendien ingezeten der gemeente moet lijn, en dat
zij. die niet vallen onder art. 1 a, over het laatst
verloopen dienstjaar in de gemeente moeten zijn
aang slagen in eene plaatselijke directe belasting tot
ten minste het bedrag, voor de gemeente of het
gedeelte der gemeente, waar zij wonen, vermeld in
de .weede kolom der sub. art. 1 b, lo., bedoelde
tab-1 en hun aanslag in die belasting op den lsten
Maart ten volle moeten hebben voldaan (ƒ1.75).
Ai uslag in eene plaatselijke directe belasting geeft
geeue aanspraak op bet kiesrecht, indien bij het
gevolg is van eene met de waarheid strydige aangifte.