Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
26ste Jaar».
Woensdag 9 September 1903.
No. 7695.
Bureau Boterstraat 50. Telefoon No. 85.
PB IJ 8 Till DIT BI A Dl
Toer Schiedam per 3 maandenf 1.50
Franco per post door geheel Nederland - 2.
Afzonderlijke Nummers- 0.05
PRIJS DER ADYERTENTIËN:
Van 16 regels.11. f 0.60
Elke gewone regel meer- 0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billjjke overeenkomsten
aangegaan.
OFFICIEELE BERICHTEN.
Kennisgeving.
Burgemeester en Wethouders van
Schiedam,
brengen ter kennis van de ingezetenen
dat door den raad dier gemeente, in zijne
openbare vergadering van den lsten dezer,
zijn benoemd in de Raadcommissie
lage grete
Feuilleton.
i)
Ik mag gerust zeggen dat ik mijn heele
leven dol op antiquiteiten ben geweest. Een
ruïne, kerk ot abdij, tot nu toe onbekend,
is voor mij een mij van onuitsprekelijk
geluk. Oude manuscripten, legenden, relie
ken wat ons is gelaten door een vergeten
tijd hebben een zekere betoovering
voor me. Daarbij heb ik een manie om
geheimen van allerlei soort na te speuren,
en heb menig onvruchtbaar uurtje besteed
aan het trachten op te iossen van problemen,
die de wanhoop van heele geslachten van
antiquairs zijn geweest.
Stel u dus mijn geluk voor toen ik op
een dag ontdekte in een stoffing deel
kronieken in een bibliotheek te Edinburgh
wat my een authentieke beschrijving scheen
En is hiervan afkondiging geschied, waar
het behoort, den 8sten September 1903.
Burgemeester en Wethouders van Schiedam,
VERSTEEG.
De Secretaris,
V. SICKENGA.
ALGEMEEN OVERZICHT.
8 September 1903.
De Macedonische opstand.
De opstand in de Macedonische districten
van Turkije schijut meer en meer te leiden
tot hetgeen door velen reeds sedert lang
voorzien iseen oorlog tusschen Bulgarij e
en Turkije, die het voorspel zal zijn van
de eindelijke ontwikkeling van het drama,
dat in het oosten reeds sedert zoo lang
wordt afgespeeld.
De Parijsche Temps verneemt uit Con-
stantinopel, dat de stemming er steeds
ooriogzuchtiger wordt. Men wil Bulgarije
te lijf. De Sultan heeft Vrijdag zelf aan
twee nieuwe regimenten ruiterij de vaan
dels uitgereikt. Dat heeft hij nu voor 't
eerst gedaan, zegt men.
Bij de overhandiging der vaandels aan
de nieuwgevormde regimenten, die er
eenigszins als kozakken uitzien en bestemd
zijn voor de Roemelische grens, hield de
Sultan, die omgeven was door een schit
terend gevolg, een toespraak tot de troepen
De nieuwe regimenten moesten zich, zoo
zeide hij, steeds de tradities van het Osma-
nische leger waardig toonen, en met het
oog op hun standaard, den Islam en de
van een geheime kamer in een oud Schotsch
kasteel 1
Ik had natuurlijk al veel over zulke dingen
gelezenmaar ik had ze aitijd beschouwd
als oude-wijven-praatjes, Hier echter scheen
't wat anders te zijnnaar een oude traditie
moest er in het groote complex van
gebouwen, bekend als 't kasteel St, Fillan
werkelijk een kamer zijn, zoo goed verbor
gen, uat zelfs zy, die hun heele leveu
in 't kasteel gewoond hadden, niets van
wisten. Het geheim moesten maar drie lui
kennende graaf van St. Fillan, zijn oudste
zoon en de factor of land-agent over de
familiegoederen en in deze drieën was het
van vader op zoon overgegaan.
'k Had nog niet het werk, dat me dit
nieuws gat goed ingekeken, ot 'k besloot
het mysterie van de geheime kamer te
ontraadselen.
Mijn eerste daad was door een mede-
antiquair, van den graaf de permissie te
krijgen om zijn slot te mogen doorzoeken.
Het verlof was geadresseerd aan Hector
Max Pherson, factor van de Schotsche
goederen van den graaf. Hij woonde in het
stadje Dutchie, dat ongeveer tien mijl van
het kasteel St. Fillan ligten naar die stad
menschelijkheid naar eer en overwinning
voeren.
Aan de Temps wordt uit Konstantinopel
over Sofia nog gemeldDe ongerustheid
in Turksche regeeringskringen is toegeno
men tengevolge van nieuwe rapporten van
den inspecteur-generaal Kilmi pasja, mel
dende dat de opstandelingen een hernieuwde
roerigheid toonen en hun aantal thans op
25000 geschat wordt. De oorlogspartij windt
veld in het wilajet Adrianopel. De opstan
delingen hebben zich meester gemaakt van
het stadje Agathapoli aan de Zwarte Zee
en er een voorloopige regeering uit stede
lijke notabelen gevestigd.
Een Macedoniër van aanzien heeft
tegenover den verslaggever van de Temps
te Sofia met nadruk ontkend, dat zijn
stamgenooten een oorlog tusschen Turkije
en Bulgarije willen ontlokkeD. Zelfs als
Bulgarije won, 'tgeen twijfelachtig is,
zou 't Macedonië niet helpen. Het land
wil niet onder Bulgarije of eenig ander
land komen niet verdeeld, maar zelfstandig
worden. De groote mogendheden kunnen
alleen over zijn lot beslissen, niet Bulgarije.
Te Konstantinopel loopen geruchten
over een ophandenden zijnde inmenging
van de mogendheden in Macedonië, maar
men slaat er geen geloof aan. In elk
geval zijn er geen teekenen, waar te nemen
die er op wijzen. De toestand is dezelfde,
maar het is niet te miskenneD, dat de
opgewondenheid or.der de Mahomedanen
toeneemt.
Te Belgrado en Nisj hebben nieuwe
inhechtenisnemingen plaats gehad. O.a.zijn
or weer verscheidene jonge otficieren
gevangen gezet.
Bulgaarsche soldaten zijn de grens over
getrokken en het wilajet Andrianopel binnen
gekomen, maar door Turksche troepen
teruggedreven.
Een consulair bericht te Oonstantinopel
uit Saioniki ontvangen, meldt, dat volgens
betrouwbare mededeelingen, Zandjah en
vertrok ik dezelfden dag dat ik de permissie
ontving.
Ik bevond mijnheer Mac Pherson een
groote, breede, kloeke Schot, met vriendelijke
oogen en een handgreep, die het handengeven,
zoowel een smart ais een plezier maakte.
Hij ontving me beleefden teen ik hem
vertelde dat het «enige doet waarom ik zoo
hoog in 't Noorden kwam, was het beroemde
kasteel St. Fillan te zien, moest en zou ik
een paar dagen bij hem blijven en dan zou
hij me zelt in het kasteel rondleiden. Dit
stookte echter volstrekt niet met mijn
plannen. Ik moest op mijn eentje die
nasporingen doen en op mijn gemak. Dus
sloeg ik zijn invitatie af, hem beloovende
op mijn terugtocht bij hem te komen en
hem als over 't kasteel te vertellen. En zoo
begon ik mijn ontdekkingsreis.
't Karsteel, bevond ik, was enorm groot
en haf in ruïne. 't Is geoouwd op den top
van een rots; eri gebouwd uit de steen van
de streek, is 't niet makkelijk op 't eerste
gezicht aan te wyzen waar de natuurstuk
ken eindigen en 't werk des menschen
begint. Er zijn verscheiden poorten, ontel
bare trappen en kamers zonder tal.
Na mijn logies in een nabijzijnde herberg
Monastir de opstand feitelijk onderdrukt is.
De Basjlbazoeks hielpen de Turken daarbij
men ging daarbij, naar gemeld wordt, met
bloedige wreedheid te werk. Het doel der
Turken is blijkbaar niet de Bulgaarsche
inwoners maar alle christenen uit te roeien.
De meeste gezantschappen te Oonstanti
nopel worden binnenshuis bewaakt door
matrozen van de wachtschepen. Het Duitsche
gezantschap wordt bewaakt door een
afdeeling Turksche soldaten, aangezien de
Loreley, het Duitsche wachtschip, in de
Zwarte Zee aan het kruisen is.
De Bulgaarsche Kabinetsraad, Zondag in
's vorsten zomerresidentie Euxinograd ver
gaderd, heeft besloten, dat Bulgarije bij
zijne strikt onzijdige houding zal blijven.
Naar men zegt, was vooral de minister
van oorlog er sterk tegen, Turkije den
oorlog te verklaren.
De conventietrein gaat tegenwoordig
maar tot dicht bij de Turksche grens. Alle
passagiers moeten daar uitstappen om zich
aan den lijve en in hun bagage aan een
nauwgezet onderzoek te onderwerpen.
Vervolgens gaan zij verder met een
gereedstaanden Turkschen trein.
Consulaire berichten bevestigen, dat Ana-
tolische redifs (reserve-soldaten)christelijke
vrouwen en kinderen tegen Arnautische
redifs beschermen. In weerwii daarvan ver
wacht men bloedige weerwraak van de
komitadjis. De Turken zeggen, dat zij het
aantal soldaten op 350.000 zullen brengen
en dan in korten tijd den opstand den kop
in zuilen drukken.
Aan de Grieksche regeerring is olficieel
medegedeeld, dat de grootvizier een onder
zoek naar de gewelddaden te Kroesjevo en
de bestraffiag van de schuldigen gelast heeft.
Te Belgrado is eergisteren een door 300
personen bezochte socialistische vergadering
gehouden, die hare verontwaardiging over
de gebeurtenissen in Macedonië uitsprak
en de regeering uitnoodigde benden uit te
rusten.
genomen en een leepe jongen als helper
aangenomen te hebben, begon ik mijn taak
van meten en berekenen met grooten ijver.
Vier dagen ging ik met dat werk voort, maar
wat ik ook deed, ik kon niet tot een goed
resultaat komen, 't Was niet zoozeer de
grootte van het geheel, die me in de war
bracht, want ik had plannen gemaakt van
nog veel grooter gebouwen en na dagen van
bard werk, kwam ik tot 't besluit dat het
onmogelijk was de geheime kamer (gesteld
dat ze al bestond) bij meting te vinden. Eu
was ze er dan, moest ze, zoo nauwkeurig
waren mijn berekeningen, met grooter zijn
dan een groote kast. 't Speet me erg. maar
ik kon er niets aan doeo,
Toch gaf ik de zaak nog niet op. Ik had
een paar oude menschen ondervraagd, die
in een »clachad bij net kasteel woonden en
meer dan een had me verteld dat hij als
jongen zijn vader of grootvader had hooren
praten over een geheime kamer, die werke
lijk moest bestaan. Ik ging terug naar
Datchie, besloten om door Mac Pherson
achter het geheim te komen.
(S/of volgt
NIEUWE SGHIED
belast om burgemeester en wethouders bij te staan
in het beheer van de gasfabriek eu drinkwaterleiding
der gemeente, onder voorzitterschap van het lid van
het dsgelijkseh bestuur, den heer M. L. HONNER-
tot leden de heeren M. KRANEN,
P. C. Al. JANSEN,
A. GOUKA,
P. LOOPUYT,
C. KLEIN en
P. M. J. A. LAGERWE1J j
voor gemeentewerken, onder voorzitterschap van het
lid van het dagelijksch bestuur, den heer G. VISSER Bz.
tot leden de heeren C. KLEIN,
W. A. BEUKERS,
N. VAN DER VELDEN en
F. J. SA1IT
belast om bnrgemeester en wethouders bij te
staan in het beheer van de gemeente-reiniging, onder
voorzitterschap vsn den bnrgemeester, den heer H. J.
VERSTEEG
tot leden de heeren W. A. BEUKERS,
P. LOOPUYT,
A. GOUKA en
J. O. BENDER
belast, om bnrgemeester en wethonders bij te staan
in het beheer van het pakhuis „de Nederlanden -
onder voorzitterschap van het lid van het dagelijksch
bestuur, den heer Mr. W. H. JANSEN:
tot leden de heeren M. KRANEN en
B. A. J. WITTKAMPF;
tot het ontwerpen der verordeningen, tegen w er
overtreding straf wordt bedreigd, ter voldoening aan
art. 177 der gemeentewet en ler voorbereiding van
hetgeen bij art. 178 dier wet is bevolen, onder voor
zitterschap van den burgemeester, den heer H. J.
VERSTEEG
tot leden de heeren M. KRANEN,
Al. L HONNERLAGE GRETE,
L. H. F. A. FAURE en
D. RIS Jz.;
tot het herzien van alle plaatselijke belastingen, de
rechten, loonen en andere gelden, in art. 238 der
gemeentewet bedoeld, daaronder begrepen,
tot voorzitter de heer G. VISSER Bi., en
tot leden de heeren J. M. VAN DER SCHALK Jr.,
F. J. SMIT,
A. J, VAN DE POEL en
B. A. J. WITTKAMPF
en tot hunne plaatsvervangera, wanneer deze
zelfde commissie optreedt als vaste raadscommissie,
belast met het onderzoeken der bezwaarschriften
van aangaslagenen over hnnneD aanslag in de plaatse
lijke directe belasting naar het inkomen, de heeren
W. A. BEUKERS,
M. C. M. DE GROOT en
H. VAN DER DRIFT
tot het geven van verslag en het dienen van raad
nopens de begrooting en de rekening en verantwoor
ding der plaatselijke inkomsten en uitgaven, ingevolge
de artt. 203 en 219 der gemeentewet, door burge
meester tn,wethouders aan den raad aangeboden, en ten
aanzien van de begrootingen en rekeningen bij art.
148 dier wet bedoeld,
tot voorzitter de heer M. C. M. DE GROOT, en
tot leden de heeren J. O. BENDER en
J. M. VAN DER SCHALK Jr.