Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
SCHELMEN.
27ste Jaargang.
Donderdag 6 October 1904
No. 8020.
FEUILLETON.
Algemeen Overzicht.
De oorlog in Oost-Azië.
Tweede Kamer.
ABONNEMENTSPRIJS:
Dit blad verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Fesstdagen, en
kost voor Schiedam per 3 maanden 1.35, per maand 45 cent en per
week 10 cent. Franco per post door geheel Nederland ƒ2.per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons BureauBoter-
straat 50 en bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders.
BureauBOTERSTRAAT 50.
PRIJS DER ADVERTENTIëN:
Van 16 regels ƒ0.77 met inbegrip van bewijsnummer.
Elke regel daarboven 12i/2 cent.
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend.
Ingezonden mededeelingen 25 cent per regel.
Voor herhaaldelijk adverteeren worden uiterst bil
lijke overeenkomsten aangegaan.
Telefoonnummer 85. Postbus no. 39.
Een zeer belangrijk wetsontwerp tot aanvulling
van de wet van 15 April 1891 Staatsblad no. 87)
tot regeling van de brievenposterij is thans bij
de Tweede Kamer ingediend.
Voorgesteld wordt een nieuw artikel in te voe
gen, luidende:
„Het overbrengen van niet gesloten stukken
kan worden geweigerd of gestuit, wanneer hun
inhoud in strijd wordt geacht met de veiligheid
van den Staat, de openbare orde of de goede
zeden.
Bijaldien de afzender bekend is, worden hem
de stukken teruggezonden onder mededeeling van
de reden der weigering of stuiting.
Is de afzender niet bekend, dan worden de
stukken gedurende drie maanden te zijner be
schikking bewaard, waarna zij kunnen worden
vernietigd."
In de toelichting wijst de minister van Water
staat er op, dat hier te lande zich, vooral in den
laatsten tijd, de wenschelijkheid heeft doen ge
voelen, de wet tot regeling der brievenposterij
aan te vullen ten opzichte van het verzenden
van stukken van zedekwetsenden aard (porno-
graphische drukwerken, afbeeldingen en derge
lijke zaken.) De postadministratie heeft thans
niet 't recht bedoelde stukken van de verzending
uit te sluiten.
In de leemte wil nu het aangeboden ontwerp
voorzien.
Moet de bevoegdheid aan de postadministratie
worden verleend dergelijke stukken van de ver
zending uit te sluiten, de wet behoort naar het
inzien des ministers nog een stap verder te gaan.
Stukken nl. waarvan de inhoud in strijd wordt
geacht met de veiligheid van den Staat, de open
bare orde of de goede zeden moeten ook kunnen
worden geweigerd of gestuit. Ook de verzen
ding van boekwerken, van denzelfden aard als
omschreven in art. 240 Wetb. van Strafr. moet
kunnen worden belet. Door de afzending daar
van kan toch tegen de goede zeden worden ge
handeld. De verzending behoort te kunnen worden
tegengegaan, ook dan, wanneer van in beslag
neming of strafvervolging geen sprake kan zijn.
De minister wijst ook nog op het volgende:
Aan art. 1 van het Kon. besl. van 22 Juli 1848
(Stbl. no. 86), houdende verbod van alle vreemde
of particuliere loterijen, zoowel binnenlandsche
als buitenlandsche, ontbreekt sedert 1 Sept. 1886
de handhaving door middel van de Strafwet,
gelijk is beslist bij arrest van den Hoogen Raad
van 25 Jan. 1897. Nu wordt ons land overstroomd
met gedrukte aanbiedingen tot deelneming aan
zoodanige loterijen, zonder dat de postadministra
tie het recht heeft bedoelde stukken te weigeren.
Het voorgestelde artikel verleent ook hier de
bevoegdheid dergelijke niet gesloten stukken te
weigeren of te stuiten, als in strijd met de open
bare orde.
Ten slotte betoogt de minister dat het ont-
Engelsch Volksverhaal uit het begin der
vorige eeuw.
Een natte onaangename mist vulde de stra
ten vian St. Giles, toen het diepgezonken paar de
kroeg van juffrouw Brewster verliet. De rent
meester leidde Jack door verscheidene bijna een
zame steegjes in de nabijheid van Holywell-
straat, een plek, die voornamelijk bestemd is
voor den verkoop van oude boeken en kleeren,
die eens betere dagen gekend hebben. Zij hiel
den stil voor de deur van een uitdragerswinkel,
waar een enorme hoeveelheid van allerlei goe
deren was uitgestald, vanaf de militaire uni
form met zwart geworden gouden galons, tot
de op den draad versleten kantoorjassen toe;
van de nog vrij voldoende staatsiedegens met
verkleurde kwasten, tot de onherstelbaar afge
dragen rijlaarzen ^van een generaal.
Sic transit gloria mundi! Hier werden alle
voorwerpen van den meest uiteenloopenden aard
heengebracht, als hun laatste bezitters naar het
kerkhof gedragen waren.
„What bhlieven de heere?" vroeg een
kromgeueusd man, die in den winkel stond, en
werp alleen bedoelt de zaak administratief te
regelen.
De bizonderheden, de uitvoering betreffende,
moeten naar het oordeel des ministers aan amb
telijke voorschriften worden overgelaten.
5 October.
In en om Moekden.
Het oorlogsnieuws is vandaag al bizonder
schaarsch. De oorlogscorrespondenten houden
zich thans bezig met het leveren van allerlei
beschouwingen, maar eigenlijk nieuws valt er
voor hen niet te melden.
Generaal Koerópatkine moet dezer dagen in
een gesprek met den correspondent van de
lloeskoe-Slovo ronduit gezegd hebben, dat de
toestand van het oogenblik niet weinig bemoei
lijkt wordt, zoowel door de noodzakelijkheid om
zich in het vreemde land alles aan te schaffen
wat noodig is, als door de vijandige houding
der Chineezen. Bovendien zijn den Russischen
generaal feitelijk de handen gebonden door ver
schillende overeenkomsten, vroeger met de Chi
neezen gesloten. Koeropatkine is en blijft ove
rigens de krachtige man van vast inzicht en
van ijzeren wilskracht. Hij verzuimt geen ge
legenheid om zijn troepen, de noodzakelijkheid
van geduld-oefenen voor oogen te houden en
telkens geeft hij zijn onwankelbaar vertrouwen
te kennen in de eindzege der Russen en het
vernietigen van den vijandEene dergelijke
houding is zeker suggestief en men moet alle
achting hebben voor de geestkracht van dezen
merkwaardigen bevelhebber.
Zeer belangrijk is hetgeen de Petersburgsche
correspondent Marcel Hutin weet te vertellen.
Ilutin is bij een generaal van den staf inlich
tingen gaan vragen over hetgeen er nu toch in
de buurt van Moekden eindelijk gaande is.
De Tsaar, zoo zeide de generaal, heeft Maandag
ochtend, toen hij te Peterhof terugkwam een tele
gram van Koeropatkin ontvangen, met de mede
deeling dat de kozakken verscheidene jonken met
levensmiddelen en schietvoorraad voor de Japan
ners in den grond hadden geboord. Verder zijn
er eenige onbeteekenende voorpostengevechten
geleverd.
Gelooft gij dat er een groote slag ophanden
is? vroeg Hutin.
Gij kunt, antwoordde de ander, binnen vijf of
zes dagen een ernstigen slag verwachten. Dat
blijkt uit de door Z. M. ontvangen telegrammen.
Te Moekden of te Tiëling?
Ten Oosten van Moekden, tusschen Fooling
en Foesjoen. Kijk maar op de kaart. Koeropat
kin houdt de lijn Moekden-Foeling-Foesjoen-Sin-
tsiatin bezet. Onze voorposten ontplooien zich
op 20 werst ten Z. van Moekden, in een kring
van 50 KM., terwijl de Japanners een front van
100 werst ontwikkelen. Ik ben zeker dat een
wiens uitspraak verried, dat hij of een zoon
van Israël of erg verkouden was.
„Kunt gij mijn vriend hier in een half
uur tijds in een fatsoenlijk pak steken?" vroeg
mijnheer Leech.
„In 't zwart," voegde Jack er bij, „dat staat
deftiger."
„Nathierelijk," antwoordde de koopman
schielijk, "en zoo'n khappe heer van 'm mhakc,
as sen heige inhoeder 'm niet meer sou khenne...
in een half uur?. in thwee thellens."
Jack werd nu achter een soort van scherm
geplaatst dat zeer vernuftig uit een hoogen
stoel en een pak kleeren was samengesteld
en daar begon hij de taak om zichzelf eens
recht mooi te maken. Nadat hij zes of zeven
pakken gepast had, bepaalde hij zijne keus op
een broek, vest, en een paar laarzen, die vroe
ger nooit door een en dezelfden persoon ge
dragen waren, en toen hij weer te voorschijn
kwam in het schemerlicht, dat tusschen de mou
wen, lijven en jaspanden door van het ven
ster in den winkel drong, was den uitwendigen
mensch ontegenzeggelijk veel in zijn voordeel
veranderd. Toen kwam het voornaamste ge
deelte van het veranderingsproces, want de jas
maakt den man. Zij, die deze kleedingstukkcn,
welke het best bij zijne gestalte pasten, vroe
ger gedragen hadden, hadden het zeker beter
gehad dan de arme Jack, want alle jassen waren
hem te wijd. Nadat hij ei' wel twintig had
gepast, wist Mozes met een slimmen streek
ernstige, beslissende slag bij Foesjoen zal ge
leverd worden, want de Japanners bedienen zich
van Jentai als voornaamste steunpunt voor hun
bewegingen, terwijl Beniapoetse, ten O. van Jen
tai, de wegen beheerscht, die gaan in de richting
van Moekden, van Foeling, van Foesjoen, van
den Taling en van Sintsiatin. Foesjoen is een
belangrijk punt, want van Jentai af loopt een
weg in een rechte lijn op Tiëling aan. Foesjoen
zal moeten dienen om den vijand tegen te hou
den; dientengevolge zullen wij, indien wij te Foes
joen den slag verliezeh, verplicht zijn, om Moek
den te ontruimen, dat dan zijn belang verliest.
Indien wij hem winnen, zal Moekden echter
geen voorname rol spelen. Maar in elk geval
zal de slag ten 0. van die stad geleverd worden.
Heeft Koeropatkin een omtrekkende bewe
ging te vreezen? vroeg de journalist verder.
Wel mogelijk, meende de generaal, dat Koeroki
de Russen tusschen Foeling en Foesjoen zou
trachten om te trekken, maar in elk geval had
men zich daarop voorbereid. In geval van een
Russischen terugtocht zou Tiëling van niet veel
nut zijn. Tiëling is namelijk wegens zijn natuur
lijke ligging een gevaarlijk punt voor de Russen.
Het. ligt op een pas van 8 werst lang en 2 werst
breed, tusschen een berg en de rivier Lankhe
in het oosten en het gebergte Chamaling in het
westen. Het is dus een gevaarlijk punt om voorbij
te trekken. Met het oog daarop hebben de Rus
sen de passen in het Chamaling-gebergte ver
sterkt.
Verspreide berichten.
Generaal Grippenberg, de commandant van
het tweede Mantsjoersche leger, is gisteren te
St. Petersburg aangekomen.
De Standard verneemt uit Tokio: De gou
verneur van de bank van Japan is het met andere
financiers eens geworden over de uitgifte van
een derde binnenlandsche leen»g van 80 mil-
lioen jen, rentende 5 pet. Zij zal eerstdaags uit
gegeven worden tegen dezelfde voorwaarden als
de vorige, namelijk tot den koers van 99, en
aflosbaar zijn binnen 7 jaar.
De Kölnische Zeitung verneemt uit Ham
burg, dat twaalf stoomschepen van de Ilamburg-
Amerika-lijn naar verschillende punten, waar de
Oostzee-vloot op weg naar Oost-Azië langs komt,
steenkool zullen brengen.
Generaal Romanof, vroeger bevelhebber over
de 6de Russische divisie, heeft zich in een inter
view met de Nowosti Dnja wijs en bedachtzaam
uitgelaten. De groote oorlog, zei hij, is pas be
gonnen met Liao-jang. Wij mogen nu een reeks
van bloedige gevechten verwachten en, naar mijn
mcening, zal de thans komende periode van
den Russischen opmarsch de ingewikkeldste en
moeilijkste helft van den veldtocht blijken.
De generaal erkent verder vrijmoedig dat het
bergachtige terrein, hetwelk de Russen bij de
verdediging tot dusver van zooveel nut is ge
weest, dan niet meer Rusland's bondgenoot zal
wezen, maar integendeel van voordeel voor den
vijand zal worden. Hij geeft toe dat de Japan
den knoop door te hakken, door den jas in het
midden van den rug met de eene hand naar
achteren te trekken, terwijl hij met de andere
hand de knoopen van voren vastmaakt, en het
zoodoende den schijn gaf, alsof hij volmaakt
paste. 1
„Killaar is Ivhees," zei Mozes triomfante
lijk, terwijl hij er wel voor zorgde den jas in
den rug steeds goed vast te houden, ,,'t staat
meneer as of 'tvoor meneer gekhnipt was;
meneer khan den jas hopen drage, as nou in
de mode his, en as meneer 'm thoeknoopt, sthaat
ie sthrak om meneer's leif."
Van dit laatste overtuigde Jack zich door
zijn eigen oogen, en gaf toen zijn besluit te
kennen om den jas open te dragen.
Terstond maakte Mozes de knoopen los, liet
toen den rug vrij, en raadde een hoogen hoed
met breeden rand aan.
Wij gevoelen ons hier verplicht dezen waar-
digen uitdrager recht te laten wedervaren, door
het verzwijgen eener daad van groote edelmoe
digheid. Toen de rekening betaald was stopte
hij Jack een shilling in de hand, als vergoeding
voor zijne oude kleeren, die hij achterliet. Wij
moeten ingelijks vermelden, dat hij den heer
Leech ook het voorstel tot aankoop van een
nieuw pak deed, en blijk gaf van zijn schran-
deren koopmansgeest, toen hij. bespeureiioe uai
de kleeren van dien heer nog zoo goed als
nieuw waren, zeide, meneer's oude rommel tegen
een goede som te willen inruilen. Maar mijn-
ners tot dusver, betrekkelijk gemakkelijk de Rus
sische vleugels zijn omgetrokken en vraagt dan
pessimistisch: „Hoe zullen wij den vijand over
vleugelen of omsingelen met een leger van
300.000 man?" Natuurlijk gelooft hij in Rus
land's zegepraal, maar al winnen wij het, zoo
zal de oorlog toch ernstig wezen, aangezien de
vijand zich zeer bekwaam en dapper getoond
heeft."
Het Japansche gezantschap te Londen heeft
het volgende telegram uit Tokio ontvangen, gister
verzondenOngeveer vijftig man Russische ruiterij
waren den 30en September bezig jpnken van
inlanders op de Hoenho te verbranden. Door
het geweervuur van Japansche troepen op beide
oevers werd het werk gestuit. Het Russische
bericht, dat zij zeventien jonken, met Japansche
munitie geladen, verbrand hebben, is geheel on
juist. Men gelooft, dat het bericht als veront
schuldiging moest strekken voor de onverantwoor
delijke vernieling van jonken, om te beletten,
dat de Japanners ze zouden gebruiken.
In haar halfmaandelijksche circulaire schrijft
de firma H. E. Moss Co. te Liverpool o. in.:
De vele aanvragen inzake aankoop van schepen
voor Russische rekening hebben voor zooverre
bekend, slechts geleid tot den verkoop van een
Britsche stoomboot van 10.000 ton, terwijl daar
entegen de Duitschers eenige hunner snelvarende
stoombooten en een half dozijn cargo-booten aan
Rusland verkocht hebben, en onderhandelingen
over nog meerdere gaande zijn. De Japanners
hebben echter ca. 60 booten gekocht, meestal
oude en van middelmatige afmetingen.
Uit Uuitschland.
Het garnizoen van Lippe-Detmold heeft nog
niet den eed van trouw aan den nieuwen regent
afgelegd. Men waagt het nog niet, in afwachting
der beslissing omtrent graaf Leopold's aan
spraken.
De Duitsche bondsvorsten wenschen naar de
Berl. Lokal-Anzeiger verneemt zelfstandig te
beslissen, en Lippe zal, totdat de eindbeslissing
is gevallen, niet in den bondsraad vertegenwoor
digd zijn.
De Oldenburger Landdag heeft in de kwestie
der troonopvolging uitspraak gedaan ten gunste
van den hertog van Sleeswijk-Holstein-Sonder-
burg-Glücksburg. Het protest van hertog Ernst
Günther van Sleeswijk-IIolstein heeft dus op het
besluit van den Landdag geen invloed uitgeoefend.
Uit Frankrijk.
Een te Parijs ontvangen telegram uit Rome
meldt, dat de voormalige minister-president onder
het keizerrijk, de académicien Emil Olivier, door
den Paus ontvangen is in langdurige audiëntie.
Onder den indruk daarvan zou Olivier zich tegen
over een berichtgever van den Temps aldus heb
ben uitgelaten, dat de Fransche Regeering zich
wel driemaal mag bedenken alvorens met zulk
een Paus den strijd aan te binden, daar Pius X
zich tegen elke poging om de rechten van den
heer Leech was in Schotland geboren, het eenige
land waar de Joden geen handel drijven, om
dat zij tegen den nationalen geest niet zijn
opgewassen. de sluwe oosterling kan de
Noordsche diamant niet bekrassen; en mijnheer
Leech knipte bijgevolg met zijne oogen, schudde
het hoofd ontkennend en waagde de opmer
king, dat hij gewoon was vroeg op te staan,
en beval Mozes in zijn eigen belang aan het
zelfde te doen.
Zij verlieten den uitdrager om hem gelegen
heid te geven dit gratis advies op zijn gemak
te overwegen, en vervolgden hun weg in de
lichting van het strand, door een der voor
naamste straten van Londen, die op de Teems
uitkomen.
En zoo bleef Mozes in het bezit van de ellen
dige kleedingstukken van den in een heer ver
anderden schooier; van de tot op den draad
veisleten lompen, die, »met hunne stomme mon
den" eenmaal tegen hun laatsten eigenaar zou
den hebben kunnen getuigen. Jack Plush was
zich, in zijne tweede-hands deftigheid, genoeg
van zijne eigenwaarde bewust, om in het mid
den der straat te durven loopen en de bede
laars de vragende hand voor zich te doen uit
steken; de kleeren maken immers de man. De
eigenlijke, de zedelijke man was lager gezonken;
hij droeg de overtuiging van schuldvergrooting
in zijn binnenste, de ellendeling versmoorde
zijn geweten.
(Wordt vervolgd