voor Schiedam en Omstreken.
nationale militie.
28ste Jaargang.
Zaterdag 14 Januari 1905.
No. 8104.
EERSTE
Officieele Berichten.
Keukenmeid Ziekenhuis.
Algemeen Overzicht.
ZEEMILITIE.
Me oorlog in Oost-Azië.
DENEMARKEN.
ABONNEMENTSPRIJS:
kostTnTs |(rIs.c'1'Jrit dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, en
week 40 eeS F Pei'. 3 ma,anden /135' lier maand 45 cent °en per
Afzon i 'i :inC° ',ei '"Ist 00r geheel Nederland ƒ2.per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
straatTo" e'nlT'! iiTTl ^afe'Ü'<s aangenomen aan ons Bureau: Boter-
d e oekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders.
BureauBOTERSTRAAT 50.
PRIJS DER ADVERTENTIëN:
Van 16 regels 0.77 met inbegrip van bewijsnummer.
Elke regel daarboven 12i/g cent.
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend.
Ingezonden mededeelingen 25 cent per regel.
Voor herhaaldelijk adverteeren worden uiterjst
I ij ke overeenkomsten aangegaan.
bil-
Telefoonnummer 85. Postbus no. 30.
Ontheffing van VVerkelijken Dienst.
ingevo ge art. 143, eerste zinsnede der Militie-
wet 4901.
Be Burgemeester van Schiedam.
van denVef T"'8 van, Seestelijken, bedienaren
dti-nn godsdienst, zendelingleeraren en broeders-
met! aU" ieene g°dsd'eostige vereeniging, als-
deliimlT Vu, ten in de godgeleerdheid en zen-
S ee e ngen' d,le, aan eene inrichting van
lodtZL °eeT likén> bedienaren van den
godsdienst of zendelingleeraren worden opge-
lan' eTe Tr 3,6 lüt broeder-diakonen
j godsdienstige vereeniging wor-
Wt°Pgeeid' 6,1 Boomsch-Kathoüeke orde
broeders, die tot eene binnen het Rijk gevestigde
kloosterinrichting belmoren, in deze lemeente
dat volgens art. 8b van het Koninklijk besluit
AANVR?rfm '19U,1 Staatsblad no 230, de
AAN\RAGEN om ontheffing van den werkeliiUon
dienst, vermeld in de eerste zinsnede van arSl3
J dS.tïïwEK Te nümffiTKTen!chen°!er
JSS^T UK^ïioeten" wo*ren
'n de laatste tien dagen van Jannari door hen,
bedoeld in de eerste zinsnede van art 96 on
der io. der wet en in de laatste tien damm
van Maart door hen, bedoeld in die zinsnede
onder 2o.
2°. door hen, die op een ander tijdstip ter in
lijving bij de militie moeten worden afgele
verd, binnen tien dagen na de dagteekening
van den oproepingsbrief
door hen, die op nieuw van den werkeliiken
dienst wenschen ontheven te worden, in de
laatste tien dagen der maand, op één na
voorafgaande aan de maand waarin de duur
van de verleende of laatstelijk verleende ont
heffing eindigt
4°' eerst tm ST de miHtie' die voor het
te kompn üfg aanmerki"g wenschen
WnrTl t 'U Z1J meenen °P ontheffing
aan. praak te kunnen maken en
dat het overgelegd bewijsstuk niet vroeger mag
er vanTi T t tieD d^n vóór de Kering
J mn Burgemeester en dat de aanvrage
op ongezegeld papier kan worden geschreven,
bebL-f ,ihiel'i/r! a^kondiging geschied, waar' het
Behoort, den 14den Januari 1905.
De Burgemeester voornoemd,
VERSTEEG.
3o
Burgemeester en Wethouders van Schiedam
gelet hebbende op art. 438 der Militiewet 1901
Roepen bij deze op alle lotelingen der Nationale
Militie, voor de lichtingen van 4904 en 1905 die
in Maart dezes jaars bestemd zijn om te worden
ingelijfd, een der na te melden beroepen uitoe
fenen en verlangen bij de ZEEMILITIE te dienen,
om zich daarvoor vóór i Februari aanstaande ter
gemeente-Secretarie aan te melden of te doen
opgeven.
De bovenbedoelde, bij beschikking van den Mi
nister van Marine van 4 December 1903, no. 33.
Bureau S/B, aangewezen beroepen zijn de vol
gende
Zeevarenden.
A. Stuurlieden, stuurmansleerlingen, matrozen,
lichtmatrozen en jongens op koopvaardij
schepen van de groote en kleine vaart en
op zeesleepbooten.
Stuurlieden, schippers en verdere opvaren
den van loodsvaartuigen en tonnenleggers.
Diepzeevischers en Noordzeevisschers.
Binnenschippers.
B. Stuurlieden, schippers schippersknechts van
Rijnschepen, aken, tjalken en kleinere
vaartuigen.
Stuurlieden, matrozen, schippers en schip
persknechts van passagiers- en sleepboo-
ten op binnenwateren.
Zuiderzeevisschers.
V isschers op Zeeuwsche wateren en op de
groote rivieren,
Mossel- en oestervisschers.
Schuitenvoerders, vletterlieden en veerlieden.
Smeden, stokers, machinisten, en bankwerkers.
C'. Machinisten en machinistleerlingen opsche
pen en vaartuigen bij spoor- of tram
wegen en op fabrieken en andere inrich
tingen.
Machinedrijvers.
Smeden en smid-bankwerkers.
Machine-bankwerkers en gewone bankwer
kers (hieronder ook te verstaan rijwiel
herstellers.)
Werktuigmakers.
Kolen tremmers.
Metaalbewerkers (hieronder te verstaan
koperslagers, ketelmakers, vijlenkappers,
en voorslagers).
Electriciëns.
Overige ambachten.
D. Scheepsbeschieters
Scheepstimmerlieden, (Scheepmakers).
E. Koek- en banketbakkers of -knechts.
Koks en koksmaat, hetzij aan boord van
schepen of vaartuigen, hetzij aan den wal.
F. Koffiehuis- en hotelbedienden.
Hofmeesters en Kellners op schepen of
booten.
Ziekenverplegers.
Barbiers.
Apothekersbedienden.
II. Personeel van 's Rijkswerven.
N.B. De personen genoemd onder A. B en D
komen allereerst in aanmerking voor inlij
ving als zeemilicien-matroos.
De personen genoemd onder C, komen aller
eerst in aanmerking voor inlijving als
zeemilicien-stoker.
De personen genoemd onder E komen in
aanmerking voor inlijving als zeemilicien-
kok.
De personen genoemd onder F komen in
aanmerking voor inlijving als zeemilicien-
hofmeester.
De personen genoemd onder G komen in
aanmerking voor inlijving als zeemilicien-
ziekenverpleger.
De personen genoemd onder II komen in
aanmerking voor zeemilicien-matroos of
-stoker al naar mate van het beroep dat
zij uitoefenen,
Uit de lotelingen, die een dezer beroepen uit
oefenen. wordt de voorkeur gegeven aan hen, die
zich overeenkomstig deze uitnoodiging voor den
dienst ter zee hebben aangemeld of hebben doen
opgeven; de overige voor dien dienst noodige
manschappen worden ter zijner tijd door loting
aangewezen.
De aandacht van de lotelingen wordt gevestigd
op art. 446 der Militiewet 1901, luidende als
volgt
»De bij de militie te land ingelijfden worden
niet tot het aangaan van eene verbintenis voor
de buitenlandsche zeevaart toegelaten, zonder
schriftelijke toestemming van wege Onzen Minister
van Oorlog.
Die toestemming wordt in gewone tijden niet
geweigerd aan de lotelingen, die reeds vóór hunne
inlijving bjj de militie hun beroep van de buiten
landsche zeevaart maakten en die zich overeen
komstig art. 438 voor de zeemilitie hebben aan
geboden, doch daarbij niet hebben kunnen worden
aangenomen."
Op aangifte na 4 Februari a.s. gedaan wordende
kan- niet worden gelet.
En is hiervan afkondiging geschied, waar het
behoort, den 44den Januari 1905.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
VERSTEEG.
De Secretaris,
V. S1CKENGA.
Wegens huwelijk van de tegenwoordige keu-
vviivi?,! met 1 F,,bruari eene FLINKE
KEUKENMEID gevraagd, boven de 30 jaar.
Loon t 150. benevens verval en waschgeld.
Zich persoonlijk- te vervoegen 's avonds tusschen
7 en 9 uur bij de adj. Directrice.
De Commissie van administratie voor het
Stads Ziekenhuis te Schiedam
VERSTEEG. Voorzitter.
W. A. v. DOLDER Dz.Secr.-Pen.
'14 Januari.
Stössel's vertrek uit Tort Arthur.
Samenzwering in China? - De
vredesvrienden weêr aan 't werk
Generaal Stössel, vergezeld van de zijnen en
voorts van generaal Reiss, heeft Port Arthur nu
verlaten. De generaals Fock en Srnyrnolï en eenige
andere officieren hebben hem ontmoet aan het
station van Carling-Tsoe, waar zij den trein naar
Dalny hebben genomen. Gisteren zijn zij, aan
boord van de Ogoera-Maroc, uit die haven naar
Nagasaki vertrokken.
De Petersburgscbe correspondent van tie Echo
de Paris maakt melding van het gerucht, dat
Rusland van een onzijdige mogendheid een eilandje
in den Indischen Oceaan zou hebben gekocht om
als steunpunt te dienen voor Rodjestvensky en
waar hij de komst van het derde eskader zou
kunnen afwachten.
De oorlogscorrespondent van de Matin te Chifoe
maakt melding van een gerucht, dat de Japanners
al hun best zouden doen om eene samenzwering
in China aan te stoken, welke ten doel zou heb-
om den 4en Februari op Chineesch Nieuwjaar
de keizerin-weduwe van den troon te stooten,
natuurlijk ten gunste van Japan's bedoelingen in
het Hemelsche Rijk. Het gerucht ziet er vrij
onaannemelijk uit en de correspondent, die er
melding van maakt, spoort zelf ten sterkste tot
«voorbehoud" aan
De vredesvrienden blijven onverdroten aan
't werk. Het internationaal bureau te Bern heeft
de vredesbonden in alle landen uitgenoodigd om
de petitie, welke aan de Russische en Japansche
regeeringen zal worden gezonden en waarbij op
een wapenstilstand wordt aangedrongen, te onder
steunen.
Bij Roosevelt zijn weer van verschillende kan
ten pogingen gedaan om hem er toe te brengen,
dat hij iets voor den vrede zal doen.
Kozakken aan het werk.
Er begint in Mantsjoerije weer eenige actie
te komen.
Een corps Russische ruiterij treedt zeer roerig
op ten ZW. van Liaojang en wenscht blijkbaar
Je verbindingslijn langs den spoor te teisteren en
het leger van Nogi dat Ojama versterkt, af te
snijden.
Het hoofdkwartier op Liao-jang zegt in een
rapport, gedagteekend van Donderdag, dat Woens
dag-ochtend om tien uur een afdeeling Japan
sche ruiterij vier compagnieën Russische ruiters
ten W. van Tangmasas, ten ZW. van Liao-jang
ontmoette. Er volgde een verwoed gevecht tot
half drie 's middags. De Russen werden terug
geslagen met ernstige verliezen, piaar daarna ver
sterkt door verscheidene compagnieën ruiterij en
acht kanonnen. De Japanners zetten de Russen
na tot Linerphao vielen hen aan en ver
volgden hen.
In den nacht van Woensdag bereikte een kleine
Russische afdeeling ruiterij de spoorlijn en ver
nielde die tusschen An-sjan-tsjan en Haitsjeng,
en tusschen Jinkou en Ta-sji-tsjao. De spoor
weg werd onmiddellijk hersteld en het verkeer
is hei-vat.
In den namiddag van Woensdag hebben twee
duizend Russische ruiters met geweren Nioe-
tsjwang aangevallen. De Japanners trokken voor-
loopig terug, maar kregen versterking. Daarna
vielen de Japanners de Russen aan en dezen
worden nu nog vervolgd. De Russen hebben ook
Nioetsjiatoen aangevallen, maar werden afge
slagen.
Een rapport van het Japansche hoofdkwartier
op Liao-tong meldt: De Russen, blijkbaar deel
uitmakende van Mists jenko's ruiterij met het
tweede regiment infanterie, spoorwegwachters en
twaalf kanonnen, hebben een Japanschen post
te Nioetsjiatoen, ten N. van Jinkou, aan de ver
bindingslijn omsingeld. De Russen vielen aan van
den kant. van Tsjantsjiat.se, maar werden terug
gedreven met een verlies van op zijn minst
80 man.
Vijfhonderd kozakken hebben, naar uit Tien
tsin wordt, geseind, de Japansche proviandeerin
gen te Hao-pang-tse hij Nioetsjwang vernield.
Het Japansche hoofdkwartier in Korea kreeg
eergisteren bericht, dat het Japansche garnizoen
te Ham-hoeng een afdeeling van de Siberische
kozakken wacht te Hon wan heeft verslagen. De
datum wordt niet vermeld. De Russen trokken
in wanorde terug met achterlating van negen ge
sneuvelden officieren en manschappen.
Financiën, indien de oorlog in 1905 zou moeten
voortduren, voorhanden of kunnen zonder moeie-
lijkheden worden verschaft. De tot het einde
van het. jaar geopende buitengewone oorlogskre
dieten hebben 621 millioen bedragen. De uit
gaven van de begrooting voor 1905 zijn. totaal
met 65.5 millioen tegen het vorige jaar vermin
derd. De gewone ontvangsten zouden dezelfde
zijn als in 1904 en met 54.8 millioen bij die van
1903 achterstaan.
Het exposé van den minister van. Financiën
toont aan, dat, in weerwil van den oorlog, geen
diepgaande storing in de staatshuishouding en
in de economische toestanden van Rusland is
waargenomen.
Prompte dekking van de groote extra-uitgaven
voor 1904, gunstig afsluiten van de raming voor
1905, stabiliteit in den goudkoers, gunstige om
standigheden in de granenkampagne bij rijken
oogst, zonder bovenmatige moeielijkheden voor
handel en ïujverheid, hebben getuigd van een in
economisch opzicht gunstig verloop van het eerste
oorlogsjaar, wanneer ook de invloed van den
oorlogstijd op de economische omstandigheden
mét kan worden ontkend.
Naar uit Kopenhagen wordt geseind, is het
nieuwe Kabinet als volgt samengesteld
Christensen, President, Oorlog en Marine
Raben-Levetzau Buitenl. Zaken; Alberti (blijft)
Justitie; Olaf Hansen (blijft) Landbouw; Svensen
(thans Binn. Zaken) Eeredieust, Sven Hoegsbro
Üpenb. Werken; Sigurd Berg Binnenl. Zaken, W.
Lassen Financiën.
Politiken meldt, dat de afgetreden minister
president Deuntzer onderhandelingen had aange
knoopt met Rusland over een arbitrage-verdrag.
Deze onderhandelingen waren reeds een heel eind
op weg; het onlworpen verdrag ging veel verder
dan alle dergelijke verdragen, met andere groote
mogendheden gesloten. Voorts trachtte Deuntzer
te onderhandelen over onzijdigverklaring van
Denemarken, onder voorwaarden,die met bezwaarlijk
geweest zouden zijn voor het land.
RUSLAND.
De financiën.
De rijksraming voor 1905 stelt de gewone ont
vangsten op 1.977.045.618 roebels, de buitenge
wone op 17.588.638; de gewone uilgaven op
1.916.065.571, de buitengewone op 78.568.685,
De begrooting bevat geen kredieten voor te ver
wachten oorlogsuitgaven. De middelen daartoe,
zijn, naar tie berekening van den minister van
DUITSCHL AND
Reuter seinde heden-nacht uit Berlijn
In de begrootingscommissie van den Rijksdag
verklaarde Stübel, de directeur van de koloniale
afdeeling, op een vraag, dat met de verster
kingen die op zee onderweg zijn, 519 officieren,
154 ambtenaren, 11.068 man, 9987 paarden, 54
kanonnen en 16 machinegeweren naar het oor
logsterrein in Zuidwest-Afrika zijn gezonden. Tot
einde December waren ruim 42 millioen mk. uit
gegeven.
Bebel vraagt inlichtingen over de behandeling
van de inlanders die gevangen worden, daarbij
verwijzende naar een bericht in de pers volgens
hetwelk Trotha het toelegt op uitroeiing van de
inboorlingen.
Stübel antwoordt dat de verklaringen die de
rijkskanselier 5 December in den Rijksdag ge
daan heeft, geen twijfel laten over de vraag,
wat met de Herero's zal gebeuren. Trotha had
zich eerst, tot taak gesteld de opstandelingen
niet alleen volkomen te verslaan, maar ook, zoo
noodig, over de grens te drijven. Trotha heeft
echter van den rijkskanselier telegrafisch last
g kregen, om de Herero's die zich vrijwillig over
geven, behalve degenen, die zich rechtstreeks
aan misdrijven hebben schuldig gemaakt en de
leiders, op te nemen. Dit is de Herero's medege
deeld. Ook moet hij de goede diensten van de
zending voor het onderbrengen van de Herero's
aannemen.
De interpellatie over de scheepsvaarttollen
in den Rijksdag is voorshands verdaagd moeten
worden wegens ongesteldheid van minister Budde.
zè ziekte van zijn collega schijnt graaf Bti-
ïów zeer gelegen te komen, want op zijn ver
langen wordt, uit consideratie voor Budde's ge
zondheid, nu ook de tweede lezing van het groote
kanaalplan dat spoedig in den Landdag aan de
orde moest komen, veertien dagen uitgesteld. Zoo
doende wordt eigenlijk de steeds luider weer
klinkende eisch van de conservatieve oppositie
vervuld, dat de rijkskanselier eerst de nog on
bekende nieuwe handelstractaten in den Rjjksdag
zat indienen, omdat de Pruisische agrariërs ten