Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
28ste Jaargang.
Woensdag 8 Maart 1905.
No. 8149.
We strijd om Moekden.
AVONTUREN.
Officieele Berichten.
Kennisgeyin
U Te°°pl!ïL7nrkl'lri°g0P eMe
Algemeen Oyerziclit.
l>e oorlog in Oost-Azië.
F EUILLETON.
Staten-Generaal.
Binnenland.
weïk\TceS Frr„Pfr 3 W mm*
doeld' e?8V 7l°f fT°nbfrVerkla,-ing be"
versteeg.
ABONNEMENTSPRIJS:
,Dlt blad verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen en
Afzonderlijke numme's^eenti' S f2- f k»rt"al'
etret^rbTïSfhS:!"115 "ÏS™0"1» »«i' oi» Buren,,: Boter-
MJ alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders.
llüll'V.'i'.lil!1 iiiül'.i1: i l.iililUilll
PRIJS DER ADVERTENTIëN:
Van 1—6 regels ƒ0.77 met inbegrip van bewijsnummer.
Elke regel daarboven 121/a cent.
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend.
Ingezonden mededeelingen 25 cent per regel.
Voor herhaaldelijk adverteeren worden uiterstj bil
lijke overeenkomsten aangegaan.
Telefoonnummer 85. Postbus no. 39.
Burgemeester en Wethouders van Schiedam
Uoen te weten
vergadering'3... 'j' "l"' openbare
vas^estehf de volgende Fel"Uan 1905 herft
VERORDENING ter vaststelling van de
wijze waarop het kenteeken van on-
Artikel 1.
door een of door van t' on'ngwet wordt
heuders aamrewLIn lë& Burgemeester en Wet-
in het oog vallendea?b.tetnaari ^i66" van buiten
eiken to#«ane met u k boven of naast
stevig bevestfgd schroe™n spijkers of krammen
hoïen tT™arb„en'StdUi','ie-ï 88Khi>d«d
31deePl™bB.~' 'OOWSÜ'S
Art 2
Februari SST^
De Burgemeester,
De Secretaris,
E» i» hiervan .a„ V' SICKEN«A-
behoort, den 8sten Maart"j005geSCiue<"i' Waai il6t
genieester en Wethouders voornoemd
VERSTEEG.
De Secretaris,
V. SICKENGA.
8 Maart.
Waarschijnlijk zullen we eerstdaa^ m. n
slissing van den oorlog hooren n
is sedert acht dagenn X -T*
Russischen linke^
et gevecht a^emeen en ,strekt het zich uit over
de heele lime der twee legers.
generaal"]! 0"tkenn'en' dat de toestand van
E n u"P niette§enstaanda de voor-
beha^'de h C" het 00sten
de Ta °gSt mtiek is' Het bliikt dat
tro,ft„rifannerS hem verrast ^bben, door hun
I in vier verschillende afdeelingen te ver-
ei? i?aer aanVOering van Koeroki> Nogb Okoe
Teceno i Vai' W'e drie het fronl ^vallen,
drie legerS kunnen de Russen slechts
dnc strijdmachten stellen en zij zullen hun rcch-
zZt?g 0adCT geileiaal Kaulbars, moeten ver-
akken om de, divisies van Nogi, die in 't
Een Ooet-jLviatieche vertelling.
53)
Ze wilde, naar mijne gedachten, daarmede
n zien, dat ik niet langer noodig was als
wik aan boord van het jacht. Ik twijfelde aan
e bekwaamheden Van ecne dame, die in zoo'n
Korten tijd zich had opgedaan en had dus den
vond van te voren het gewaagd, haar in het
weaanjscli aan te spreken. Doch zij antwoordde
nuj heel juist in diezelfde taal, met een klein
Sfdw glimlachje, hetwelk te kennen gaf, dat
2o wist, waarom ik tot haar gesproken had.
!k z«g derhalve in, mij een te lagen dunk
to hebben gevormd van de taalkennis der Ja-
pansche.
Ik ging de trap af en bood de jonge dame
(mijne hulp aan; maar zij had het zoo, druk
met de bemanning der sloep tg bedanken, dat
?e. Volstrekt niet lette, op mijne tegenwoordig
heid.
1 lug liep ze de treden op en nam plaats in
een gereedstaande rickshaw, geVolgd door de
Japansche dame.
Aan boord gekomen van het jacht, vond ik
manheer Hems ter, gelijk gewoonlijk in zijne pa-
noordwesten van Sinmintkig zich geconcentreerd
hebben, weerstand te kunnen bieden.
Niettegenstaande dezen tegenspoed blijft een
verandering niet onmogelijk, maar de omtrek
kende beweging van Nogi is voor de Russen
hoogst gevaarlijk, en indien zij er niet in sla
gen Nogi over de Liao-rivier terug te drijven
op neutraal gebied, of hem te dwingen naar
het zuiden te retireeren, loopen zij gevaar to
taal verslagen te worden, niettegenstaande hun
heldhaftige tegenweer en de ontegenzeggelijk
groote strategische kennis van Koeropatkin.
Het hangt er alleen vanaf of Koeropatkin tegen
over den Japanschen linkervleugel, die zijn
achterhoede bedreigt, genoeg reservetroepen kan
stellen.
De laatste berichten zijn vrijwel zonder be-
teekenis, maar hieruit zou men juist moeten op
maken, dat de toekomst heel duister is. Toch
moet men er wel op letten, dat de Japanners
evenals de Engolschen, alles vreeselijk overdrij
ven, wat hun overwinningen betreft, en men zou
uit de laatste berichten de gevolgtrekking kunnen
maken, dat het naar het noorden oprukken van
het Russische leger, zooals de Russische genera
lissimus gelastte, niet is geschied en dat de Rus
sen steeds stand houden.
Internationale commissie.
De Engelsche bladen deelen onder Voorbehoud
een telegram uit Petersburg mede, naar luid waar
van er sprake is om te Parijs een internationale
bijeenkomst samen te roepen teneinde naar midde
len te zoeken om den oorlog in het Verre Oos
ten ten einde te brengen, nu de eischen van
Japan overal onaannemelijk worden geacht. Die
bijeenkomst, waartoe Engeland en de Vereenigde
Staten zouden toetreden, zou het évenwicht in
de wereld herstellen, gelijk gebeuld is na den vrede
van Sijmonoseki.
DUITSCHLAND.
Op zijn kruistocht in de Middellandschc Zee
schijnt keizer Wilhelm te Taormina, op Sicilië,
verwacht te worden. Hiji moet daar, voor 100.000
lire, het hotel Cineo Voor twee maanden afge
huurd hebben. Men zegt dat de Keizer ook eenige
dagen te Messina zal vtertoeven.
ENGELAND.
In antwoord op een vraag heeft Balfour- gis
teren in het Lagerhujs gezegdDe commissie
Van 's rijks verdediging is van meening, dat een
inVal in Groot-Brittannië met een krijgsmacht
zoo sterk, dat de inneming van Londen of de
verovering van het land mogelijk is, buiten
de overwegingen ligt, waarmede wij rekening
behoeven te houden. De sterkte van de troe
pen die wij op de been moeten houden hangt
af van wat er voor de koloniën en Indië noo
dig is.
pieren Verdiept.
»Mel zeide hij, opkijkende, „hebt ge Cam-
merford gesproken?"
yy «JlU.
"u-1 fWat bad b'i tc hertellen?"
«Wel, eerst niet veel. Op het o,ogenblik dat
ik binnenkwam hie d hij mij een pistool voor."
„Groote goedheid! Was hij bang, dat gij hem
wildet bestelen of dacht hij, mij in den hoek
te hebben gejaagd?"
„Neen. Hij wist wie hem een bezoek kwam
brengen. Maar ik had u, moeten meedeelen
mijnheer Hemster, dat hij de man is, die eenige
jaren geleden mijn vijfmaal honderd duizend
dollars in den zak heeft gestoken. Hij verkeerde
in den waan, dat ik daar was, om een gedeelte
Van dat geld terug te krijgen."
„Hij dacht, dat gij zijn spoor gevolgd hadt,
misschien? En wat, hebt gij gedaan?"
„Ik vertelde hem, dat ik alleen tot hem kwam
m de hoedanigheid van uw zaakgelastigde. Hij
aarzelde in het eerst, om zijn spel te laten
zien, gelijk hij liet noemde. Doch toen hij be
merkte, dat er anders niets van de zaak zou
komen, nam hij mij in zijn vertrouwen, hoewel
erg tegen zijn zin."
„Goed. En waL is uw oordeel?"
„Dat zijn brief aan u gericht geheel volgens
de waarheid is. De volgende firma's hebben
hem toezegging gegeven, met een beraad van
zes maanden en deze andere hebben de za
ken geheel aan hem overgedaan. Zijne positie
AMERIKA.
Uit Amerika wordt geseind:
Het personeel der stadsspoorwegen besloot Zon
dag het werk te staken; de werkstaking op den
luehtspoorweg is gister-nacht om drie uur afgekon
digd en om vier uur reeds ingegaan. De staking
omvat 5000 man. Het geheele verkeer staat stil,
met uitzondering van dat op de nieuwe boven-
grondsche tram. Voor een groot aantal menschen,
die in de voorsteden wonen, is het volstrekt
onmogelijk, hun kantoren te bereiken op het ge
wone uur. Drieduizend agenten liewaken de sta
tions van den luehtspoorweg en van den onder-
groudschen spoorweg. De werkstaking is te wijten
wijten aan de weigering der directeuren om de
jongste eischen van het personeel in te willigen.
Een later telegram meldt:
De staking aan de stadsspoor duurt voort. Ver
scheiden treinen zijn met steenen bestookt. De
stakers overweldigden de motorbestuurders en
schakelden de luchtremmen los aan vijf treinen.
De bestuurders en conducteurs werden bevreesd
en lieten de treinen in den steek. In de 23e
Straat is er een botsing geweest, waarbij ver
scheiden menschen gekwetst zijn. De staking geeft
Veel overlast. j
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Dinsdag 1 Maart.
Pensioenwetten.
Nadat de Kamer van 11 uur af in de afdee
lingen heeft beraadslaagd, wordt om 12 uur de
openbare behandeling vkn de Pensioenwetten
voortgezet.
De heer Ketelaar beklaagt zich over de
wijze, waarop de minister hem heeft geantwoord.
Z.Exc. verweet hem, het ontwerp niet te hebben
begrepen. Wanneer dit zoo ware, zou dit liggen
aan de onduidelijke wijze, waarop de ontwerpen
tegenwoordig worden gemaakt, zegt spr.
De heer de Savor n i n Lohman verdedigt
zijn standpunt tegen de verschillende aanvallers,
die hem, spreker, zelfs »radicaal" en »sociaal"
noemden. Hij beschouwt sedert 1889 de bizon-
dere school reeds niet meer als een volkomen vrije
school, zeker niet sedert de invoering van den
leerplicht. Dit is ook goed. Spr. ijvert niet voor
de vrijheid als een abstractie, maar voor de vrij
heid van de ouders, om de school voor hun kin
deren te kiezen, invloed te hebben op het leer
plan enz. Omdat de onderwijzers door den Staat
worden gepansionneerd, worden ze volstrekt geen
ambtenaar, evenmin als bv. spoorweg-ambtenaren,
wien wettelijk pensioen werd verzekerd, dat daar
door geworden zijn. De grond voor de pension-
neering van onderwijzers aan-niet-gesubsidieerde
bijzondere scholen vindt spr. in de zekerheid, dat
deze scholen anders geen onderwijzers meer zou
den krijgen. Hij erkent echter, in tegenstelling
met den minister, dat er overigens geen band is
tusschen Staat en deze school. Spr. ziet in de
toekomst geen concurrentie, maar samenwerking
tusschen openbaar en bijzonder onderwijs. Hjj
geeft in overweging, het Lager Onderwijs-ontwerp
alsnu te behandelen en de stemming over de
Pensioenwetten uit te stellen totdat de eindstem
ming over de Lager Onderwijs wet heeft plaats
gehad.
is derhalve juist, zooals hij het heeft voorge
steld." i I t I
„Zijt ge daarvan ten volle overtuigd?"
„Ja. Maar natuurlijk zult ge deze papieren in
zien en uzelf op de hoog te stellen."
„Goed, Ik zal ze onderzoeken."
„Nog iets, mijnheer Hemster. Hij bood mij
tweemaal honderd en vijftig duizend dollars
aan, indien ik voor u het feit wilde verbor
gen homden, dat hij mij vroeger heeft afgezet."
„Ja? En wat hebt ge daarop gezegd."
„Ik heb het natuurlijk geweigerd."
Be oude heer keek mij aan met iets als
medelijden in zijn blik.
„Het spijt me, liet te moeten zeggén, Fremor-
ne, maar ge zijt een dwaas. Waarom hebt
ge het geld niet aangenomen. Ik kan heel goed
OP mij zelf passen. Het kan mij volstrekt niets
ischelen, of de man heel Amerika heeft beet
genomen. Als hij het mij doet moet ik er mij
bij neerleggen. De arbeider is zijn loon waard,
is niet?" I f
Ik had hetzelfde tot zijne dochter gezegd en
begreep nu, dat ze haar vader iets had mede
gedeeld over onze stormachtige samenspraak."
„Juist, mijnheer Hemster; maar er is nog
eene andere spreuk: Vermijd alle schijn van
boosheid, en dat. heb ik gedaan, met zijne po
ging tot omkooping te verijdelen.
„Ja, ja. Maar ge krijgt niets voor niets op
deze wereld en het was uw plicht geweest
zijn aanbod aan te nemen, zoolang gij mij
De voorzitter zal een formeel voorstel
daartoe afwachten, doch verklaart, dat hij er wel
bezwaar tegen heeft.
De heer Goeman Borgesius heeft den
minister weer met leedwezen diens stokpaardje
zien berijdenhoe meer geld voor het bizonder
onderwijs, hoe beter waarborg voor de vrijheid
van onderwijs. Deze stelling toch deugt niet.
Hoe kan de heer Lohman beweren, dat de mi
nister, ook het openbaar onderwijs goed gezind is
De opvatting, dat de band tusschen den Staat
en de onderwijzers ligt in hun Dgequalificeerde
positie", wordt door spr. ten eenemale verworpen.
Hij wijst er verder op, dat door de wijzigingen,
in het ontwerp aangebracht, de oorspronkelijke
berekeningen van de deskundigen niet meer gel
den speciaal de facultatieve toetreding tot bet
weduwen- en weezenfonds zet alles op losse
schroeven.
De heer Tydeman ziet in de rede van den
heer Lohman een bewijs, dat er ook nopens bet
onderwijs een evolutie heeft plaats gegrepen in
den gedachtengang van den heer Lobmam. Spr.
gaat met niemand mee, voordat hij weet waarheen
nij gaat, en daarom vraagt bij, ten aanlioore van
het Nederlandsche volk, wat net eindpunt is van
den weg, dien deze Regeering bij de oeliandeling
van het onderwijsvraagstuk bewandelt.
De heer Ter Laan dringt er in zijn repliek
nog eens op aan, dat de pensionneering van niet-
gesubsidieerde onderwijzers in de wet blijve.
De heer Schokking verwerpt den rechts
grond van den minister en dien van den heer de
Vries voor de pensionneering en handhaaft zijn
eigenen daarom verwerpt hij ook de pensionnee-
jing van de onderwijzers aan niet gesubsidieerde
scholen.
Nadat ook de heer S m e e n g e heeft gerepli
ceerd, wordt de beraadslaging verdaagd tot heden.
Van de txuuiuaiij&e tauiiiie.
Men meldt ons uit Den Haag
Heden-morgen is li. M. de Koningin met den
gewonen trein van 9.4U uur uit den Haag over
UtrechtAmersfoort naar Apeldoorn vertrokken.
Morgen keert H. M. met den trein van 5.02 n.m.
naar Den Haag terug.
Jubilé.
In Juli a.s. zal het vijttig jaren geleden zijn dat
de heer M. J. H. van Lier als kanselier der Ne
derlandsche legatie te Parijs in 's lands dienst
trad en sedert bleef liij daar onafgebroken als
kanselier, consul en consul-generaal werkzaam.
De Nederlandsche gezant, ridder de Stuers, heeft,
onder zijn persoonlijk voorzitterschap, een comité
van Nederlanders te Parijs gevormd ter viering
van dit jubileum van den algemeen geachten con
sul-generaal.
Behalve de heer de Stuers zijn leden van dit
comité de heerenDe Berset, Boas, L. Bodaan
Brinkman, Colloe d' Escury (secretaris), Loudon,
J. Pierson, Raphaël, ^Schroder, Sirtema van Gro-
vestins, Snabilié, Wennink (penningmeester) en
Wunderly.
Algemeene Bond van R. K. Kiesvereeuigingen
in Nederland.
Den 25sten Februari 1.1. werd in »Het Kasteel
maar naar waarheid op de hoogte steldet van
de stukken, welke gij moest onderzoeken."
„Hij is een man, met wien ik zoo weinig mo
gelijk te doen zoude willen hebben, mijnheer
Hemster.
„Daar hebt ge geen ongelijk in. Indien hij toe
vallig iets in zijn bezit heeft, dal ik noodig
heb, waarom zou ik dan niet met hem handelen?
Zijn karakter heeft daar niets mede te maken.
Dan kimt ge even goed weigeren bijvoorbeeld
eene spraakkunst te koopen bij een boekhan
delaar, die zijn eigen taal niet kent. Gij geeft
mij geen hoogen dunk van uw bekwaamheid
in izaken, mijnheer Fremorne."
„Dat ispijt me, mijnheer, maar hij is een man,
dien ik met het grootste wantrouwen zou
naderen."
„Wat dat betreft, ik vertrouw niemand, doch
schreeuw ook nooit, als ik beet word genomen.
Vertel me eens wat van uw samendoen met
Cammerford, waarmee gij uw geld hebt ver
loren."
Ik deelde hem die omstandigheden mede,
waarover ik hier niet behoef uit te weiden, ioen
ik geëindigd had, zei mijnheer Hemster met
nadruk
„Met uw verlof, mijnheer Fremorne, ge moogt
niet beweren, dat. die man u heeft afgezet. Zulk
eene uitdrukking past hier niet. Alles wat er
gedaan is, was volkomen volgens recht."
{Wcr.-l:
'gd«)