Dagblad voor Schiedam en Omstreken. £=isL=rs, 28ste Jaargang. Donderdag 9 Maart 1905. No. 8150. ItA ™™aAK»en, De strijd om Moekden. AVONTUREN. Kennisgeving. Algemeen Overzicht. De oorlog in Oost-Azië. dM" M Tlsiilsii'10 (°p d™ 20US?lfe, CenJ"Um- Het d0rpje ligt op n°ë geen FEUILLETON. ABONNEMENTSPRIJS: kostD vr«!JalliIfh^nt daielüks' uitgezonderd Zon- en Feestdagen, en week 10 rent F am '>er 'uaandeo f 1.33, per maand 45 cent en per week 10 cent. Franco per post door geheel Nederland f2.- per kwartaal. Aizonaernjke nummers 2 cent. straat 5o"en'''bij6a 1 le'l',oe kda?e[9ks aangenomen aan ons Bureau: Boter- blJ alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders. PRIJS DER ADVERTENTIëN: Van 1—6 regels ƒ0.77 met inbegrip van bewijsnummer. Elke regel daarboven 12i/j cent. Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend. Ingezonden mededeelingen 25 cent per regel. Voor herhaaldelijk adverteeren worden uit4erstj bil lijke overeenkomsten aangegaan. Telefoonnummer 85. Postbus no. drankwet. Burgemeester enwWude„s van Schiedam ter oDe'nharp6 L°lge-ar j 12' le Ud der Drankwet, lo. van de Wed. H. J. TIE Yofpt pand Oosterstraat no ll)' J' voor het do. van J. VAN DONeem Singel no. 46. "ONEEN, V00r net pand is ^Sied^Tan^H"' Dadat deZe bekendmakmg het verlof schriftelijk T t6Sen 'let verleenen van wioi scnrittelijk bezwaren inbrengen. Schiedam, 9 Maart 1905. Burgemeester en Wethouders voornoemd, VERSTEEG. De Secretaris, V. SICKENGA. 9 Maart. Een beslissende slag. Mn ^6"?"d,sr telegrammen tref, ■>ij Koeroki"C Lm .Reu^ers ewreapondent Russen to otdkwartier, meldende, dat de safer'met v!S, Men dient voorzichtig te bericht encllt' is wel waar, dat het uiissch' 16 ^0n^S'* ë^Agteekend telegram is, maar wat njj11 de correspondent reeds als zeker, zooda|Un m Z1-'lri omëeving onvermijdelijk acht, opgevat S°mmige teekenen Als bewijzen worden. gcv,'d"\i^aarVan 1S' Zal sPoe<üg blijken, en in elk kan de Tr 6en ^aar daëen. want veel langer WMsW H 8 tmeldeloos Imrgc» Intusschen zijn de tn f ,i llc, richten over de iomrsle i - ontvA»gen he iver i knJgsverrichtingen zelf weer in hoog© mate verwarrend, en ze bren gen ook niet veel nieuws. Koeropatkin erkent hafld Tt n"ming"tm§) <loor ziin troepen be- er tn 1 ged£Um is> maar er toen volgde, blijft in het duister. De bezet- JAnsutoen, op 10 K.M. ten W.Z.W. van oekden, door de Japanners, i,s nog niet beves- ug datzelfde is het geval met een bericht over e verovering van Hantsjunpoe, even ten N.O. an Linsjinpoe, dus aan de rechterflank van het 0 K.M. ten Z.Z.W. van Moekden. Hier schijnt a'e beslissing te zullen vallen over de kwestie Een Oost-Aziatische vertelling. 54) „Oh, dat weet ik heel goed. Van morgen zei hij rmj hetzelfde nog. Zulks neemt niet weg, dat hij zeer goed wist, dat de mijn waar deloos was." „Mat zou dat? Het was zijne zaak niet, u °P de hoogte te brengen. Gij: hadt zelf eerst meer betrouwbare inlichtingen moeten inwin nen. Gij geeft eenvoudig Cammerford de schuld van uw eigen onvoorzichtigheid. Indien hij het geld niet. had gekregen, zou de eerste de beste slimmerd het u toch afhandig hebben gemaakt- Als ik u vertelde, dat deze zak duizend dollars in goud bevatte, zoudt ge dien dan daarvoor aannemen, zonder het geld na te tellen?" „Zeker zou ik dat." De oude heer scheen geheel versteld over dit antwoord en staarde mij aan, alsof ik een bij zonder socrt van mensch ware geweest. „Zoo, zoudt ge dat?" riep hij eindelijk uit. „Wel, ge zijt onverbeterlijk. Ik geloof nu dat gti gojijk hebt gehad met die tweemaal honderd en vijftig duizend dollars te weigeren, ge kunt W toch niets mede uitvoeren." of dit meest vooruitgeschoven deel van het Rus sische centrum het zal kunnen houden tegen de heftige aanvallen van Nodzoe uit het zu.- den en Okoe uit het zuidwesten. Reuter's be richtgever acht, gelijk wij zagen, de zaak in dit deel van het oorlogsterrein al beslecht, en de ontruiming van Moekden dientengevolge onver mijdelijk. Maar de telegrammen van Russische zijde ade men ©en heel anderen geest. Koeropatkin blijft de toestand zoo voorstellen, alsof de Japanners voortdurend met 't hoofd tegen den muur loo- pen; op enkele punten wel eenig voordeel be halende, maar overigens telkens genoodzaakt wor dende, veroverde stellingen weer prijs te geven, waarbij dan soms nog kanonnen in handen der Russen vallen. Wat van de Japansche zijde over de krijgs verrichtingen aan den oostelijken vleugel gemeld wordt, pleit er inderdaad niet voor, dat Koeroki hard opschiet. Masjoemtan en Tita zijn in hun handen gevallen. Eerstgenoemde plaats ligt op 24 K.M. ten Z.Z.O. van het veelgenoemde Foe- sjoen (ten 0. van Moekden aan de Hoen-ho), tusschen den Kao-toe-lin en den Toen-sji-lin; het schijnt een belangrijk knooppunt van wegen, maar of de plaats strategisch van groote beteekenis is, valt niet uit te maken. Tita of Dita ligt wat verder naar het oosten, op 30 K.M. ten Z.Ü. van Foesjoen, op den weg van den voor- naamsten Taling-pas naar het dal van de Hoen- ho, halverwege ongeveer. Maar reeds verschei den dagen geleden werd er in deze buurt, bij Koedjatsi, gevochten. Den Foe-tsji-tin hebben de Japanners nog vóór zich. Verder westelijk, bij den Kao-toe-lin en bij Benia,poets, schijnen zij in 't geheel niet vooruitgekomen te zijn. Weer schijnt het dus, of de krijgsverrichtingen aan den westelijken vleugel over de uitkomst van dezen grooten slag zullen beslissen. En een zoo juist ontvangen telegram, over gevechten bij de keizerlijke graven (op enkele KM. ten NYV. van Moekden) maakt, den toestand wel uiterst ongunstig voor Koeropatkin. Ook de Peter sburgsche dagblad-corresponden ten kunnen niets naders over den toestand op het oorlogsterrein te weten komen, buiten het geen de telegrammen vermelden. Zij1 stellen zich schadeloos met het uithooren van aanzienlijke menschen wier meening over de zaken van den oorlog ondersteld wordt, van belang te zijn. Zoo heeft generaal Dragomirof zich tegenover den correspondent van de Echo de Paris uitgelaten zeer pessimistisch. De Russen zullen Moek den prijsgeven en op Liao-jarig terugtrekken, zoo voorspelt hij; maar Koeropatkin zal niet omsin geld wordendaartoe is hij te voorzichtig. Koe ropatkin is altijd te voorzichtig, volgens Drago mirof. Zijn beleid als generaal keurt hij ech ter minder af den zijn vroeger beleid als mi nister van oorlog. Koeropatkin lijdt nu onder de gevolgen van zijn eigen fouten. Het Russi sche leger zal slechts terugtrekkenden weerstand kunnen bieden, de Russen hebben het verloren „Jawel, mijnheer Hemster. Ik zou het in so nde strikken beleggen en er geen cent van wagen m eenige onderneming." ba<1 "iet. gedacht, dat ge nog zooveel s anc zoudt hebben", zei de oude heer zich weder naar zijn lessenaar wendende. „Maar ge hebt me een dienst bewezen hoewel ge u ze «gen zijt geweest. Ik zal aan Cammer ford schrijven en hem de voorwaarde meedee- len waarop ik met hem samen wil doen." „Ge zult toch zeker eerst de stukken zelf inzien, mijnheer Hemster?" „Oh, wees maar niet bang. Ge moet niet denken, dat ik op mijn leeftijd nog uwe koop mansmanieren zal aannemen. Ga heen en laat Hilda u wat te -eten geven. Ik heb alleen maai den tijd voor ©en broodje met vleesch. Mijne dochter is aan land gegaan, ze wilde lunchen in het Nagasaki-hotel, daar onze scheepskost haar verveelt. I k zal den brief voor Cammer ford gereed hebben, zoodra ge terugkomt." Ik spoedde mij om het geliefde meisje op te zoeken en daar het ontbijt nog niet. gereed was, verzocht ik haar met mij aan dek te gaan. Daar plaatste ik de tafel en de stoelen juist gelijk ze gestaan hadden, toen juffrouw Hem ster ons zoo onverwachts was komen over vallen. „Nu, Hilda", zoo begon ik, toen we gezeten waren. „Ik verzoek u oni antwoord op 'die vraag." „Welk© vraag?" zonder hoop op revanche, althans wat dezen oorlog betreft. Van heel andere meening is generaal Soechpoe- linof, een vriend en leerling van Dragomirof. Deze legt de telegrammen zeer hoopvol uit, en is vol vertrouwen in den loop dien de zaken ten slotte zullen nemen. De telegrammen van het oorlogsterrein. MOEKDEN, (8 Maart?) 2.40 'sochtends. Maan dagnacht hebben de Japanners met een aanzien lijke strijdmacht de vooruitgeschoven Russische ling te Tsjantsjenpoe, aan den spoorweg, aange vallen. Na verscheiden vergeefsche aanvallen staakten de Japanners hun pog.ngen. Beiderzijds zijn de verliezen zwaar. Ook Rennenkampf's af- deeling heeft aanvallen der Japanners afgeslagen. Op dit oogenblik hoort men geen kanongebulder. Het is ©ogenschijnlijk ook ten westen van de stellingen aan de Sjaho rustig. MOEKDEN, 8 Maart. 10 u,. 's morgens. Ten noordwesten van Moekden is sterk kanongebulder hoorbaar. De muren der huizen te Moekden tril len. De slag woedt op de keizerlijke begraaf plaatsen. LONDEN, 8 Maart. Reuter's correspondent in Koeroki's kamp seint: Vanochtend vroeg heb ben de Russen, door de duisternis begunstigd, hun geheele Sjaho-linie prijsgegeven. Zij zijn nu in vollen aftocht naar het noorden. De Japansche infanterie zit hen op de hielen. Alvorens terug te trekken staken de Russen een ontzaglijken voorraad in brand; de vlammen waren den ge- heelen nacht zichtbaar. De val van Moekden ia elk oogenblik te verwachten. De Japanners dringen sterk öp de -Russen aan in het oosten. TOKIO, 8 Maart. De Japanners hebben heden om acht uur Matsjoentan genomen. PETERSBURG, 8 Maart. Van Koeropatkin zijn drie telegrammen ontvangen. In het eerste telegram, van 6 dezer, zegt de opperbevelhebber, dat de vijand op den rech teroever (der Hoen-ho de Russische stellingen aan viel ten noorden en ten zuiden van Jansintoen, maar teruggeslagen werd. Een Russische afdee- ling rukte in de richting van Hsin-ming-ting op en bezette na. een bloedigen strijd het dorp Ta- fansjin, (bij Tasjitsjiao, krachtig verdedigde, ver sterking had gekregen uit het noordoosten en zuidwesten. De verliezen der Japanners waren aanzienlijk. Bij den Poetilof-berg veroverden wij gisteren drie revolverkanonnen, en 50 krijgsgevangenen vielen in onze handen. De aanvallen op Kan- doüsa zijn afgeslagen, evenzoo die op Benia- poetse. Bij den Kaotoelin heerscht rust. Het tweede telegram, van 7 dezer, luidt Op den rechteroever der Hoenho viel de vij and verscheiden malen onze stellingen aan voor de dorpen Jansitoen en Janhoeatoen; hij werd echter teruggeworpen. Alle aanvallen op den Poe- tilof en den Novgorod, die zeer bloedig waren, zijn afgeslagen; evenzoo de nachtelijke aanval len op Kandolisa. Verscheiden malen wendden de Japansche soldaten zich om, en vuurden op „Dat weet ge heel goed. Het antwoord lag u op de lippen, toen we gestoord werden." „Niet waar." „Hilda, er was eene uitdrukking in uwe oogen, welke ik er niet in had gezien en indien uwe lippen zich plooiden om de boodschap tegen te spreken, welke ze mij toezonden. „Schenen toe te zenden", onderbrak ze mij: met een glimlach. „Was het dus slechts schijn?" „Oh, ik weet het niet. Ik ben teleurgesteld met mij zelve. Is dit nu het hof maken? Ik heb altijd gedacht, dat de tijd van verkeering bestaat in een lange vriendschap, veel wande lingen in den maneschijn, en gesprekken over wederzijdsche belangen. Ik had mezelf al voorgesteld, ongeduldig wachtende onder een met rozen omslingerde veranda, terwijl de uit verkoren minnaar naar mij toekwam te paard natuurlijk. En vergelijk daarmede nu de wer kelijkheid. We hebben elkander slechts een paar dagen gekend. Ons eerste onderhoud was fei telijk een twistgesprek en eene uitweiding over financiën en armoede en dergelijke stootende öingen. En nu, indien ik thans „ja" zeide, zou ik mijzelve er later altijd om verachten. Het zou schijnen, of ik den eersten den besten man had genomen, dien zich aanbood." „aen ik de eerste Hilda? Dat zal ik nooit gelooven." „Ik zal het u njet zeggen. Ge vraagt veel te Veel." (naar?) hun eigen wapenbroeders, alsof zij Rus sen warenten einde aldus hun kameraden tot aan de draadversperringen te lokken. Benia- poetse js gisteren-avond om acht uur en tegen middernacht aangevallendaarbij maakten de onzen, toen zij den aanval afsloegen, twee re volverkanonnen buit. Om zes uur 's ochtends hernieuwden ,de Japanners den aanval. Wij de den pen tegen-aanvaJ en vermeesterden daarbij revolverkanonnen. Op den linkervleugel is het rustig. Het derde telegram, van 7 dezer, luidt: De vijand heeft het dorp Foehoean-toen heftig aangevallen pn een deel ervan bezet, maar is later weer verdreven. De aanvallen op ons cen trum zijn afgeslagen. Op de linkerflank heeft de vijand. Reniapoetse aangevallen; hij week ech ter terug onder ons vuur, dat bijna a bout por- tant kwam. RUSLAND. Hoe de keizerlijke familie leeft. Een dame, die dezer dagen een bezoek bracht aan het Russische Hof te Tsarkoje Selo, ver telt, dat de alarmeerende berichten omtrent de gezondheid van de keizerlijke familie geheel on waar zijn. De keizerin, aan wie zij was voor gesteld, had er in lang niet zoo goed uitgezien. De Tsarejwitz is een gezonde jongen. Van den Tsaar getuigt zij, dat hij een ver rassing is voor zijn geheele omgeving. Hij ver neemt de groote woelingen met een kalmte, die aan het cynische grenst. Menschen, die deze groote kalmte niet begrijpen, meenen, dat een gedeelte van de ergste berichten voor hem ver zwegen wordt. Men vertelt, dat grootvorst Wladimir zich schuil houdt en niet durft uitgaan. Ik heb hem, vertelt de dame, twee keer in de stad zien wandelen zonder eenige bewaking. Eenmaal liep hij met een dame, eenmaal met zijn aide-de- camp. De grootvorst was naar de stallen in de Groote Kanouchnaix gegaan, om persoonlijk een zieken koetsier te bezoeken. Grootvorst Boris Wladimirowitz zag ik langs de Nevakade gaan hij de Hermitage. Hij droeg een groote militaire muts van schapenvel. Men zegt, dat hij binnenkort naar het front terug gaat. Grootvorst Alexis wordt dagelijks gezien als hij naar de jachtclub gaat. Bedreigingen ten spijt, lijdt hij hetzelfde leven als gewoonlijk en gaat vaak naar Tsarkoje Selo-, Hij heeft alleen een extra wacht bij zijn paleis, omdat zijn ven sterruiten onlangs zijn ingegooid. Russen zijn allen fatalisten, en de grootvor sten zijn echte Russen. Zij weten zoo- goed als het publiek, wie van hen door de revolutionai ren veroordeeld zijn, en zij aanvaarden het hun toegezegde lot als stoicijnen. Zij meenen, dat niets hen beveiligen kan voor de moordenaars handen van wanhopende mannen. De Tsaar heeft meer zorg voor de grootvor sten dan voor zichzelven. Daarom gaf hij hun „Wel, ik blijf in allen gevallen volhouden, dat het echte antwoord 'op uwe lippen was, toen we op zulk eepe ruwe manier werden onderbroken." „Nu dan, mijnheer Fremorne „Rupert, alstublieft, Hilda", „Nu dan, prins Rupert. Om u te bewijzen, hoezeer men gevaar loopt een verkeerden uitleg te geven, aan hetgeen eene vrouw op het punt is te zeggen, zal ik u, precies vertellen, wat er in mijn hoofd lag, toen we gestoord werden. Het waren voorwaarden, bepalingen, bedenkin gen, alles in de wereld, behalve dat kleine woordje, hetwelk ge scheent te verwachten. „Zelfs in dat geval Hilda, gevoel ik me al gelukkig; want dat zijn voorteekenen van het einde. In al die voorwaarden, bepalingen, enzoovoort stem ik al dadelijk toe; we kunnen dus zon der uitstel overgaan tot het kleine maar ge wichtige woordje „ja." „Indien ge vooraf toestemt, is het niet wet tig. Ge zoudt kunnen zeggen de dokumenten niet te hebben gezien of zoo iets en dat ge niet toerekenbaar waart, toen ge ze teekendet. „Laat one dan uw voorwaarden één voor één ihooren, Hilda." (Wordt vervolgd.)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1905 | | pagina 1