Dagblad voor Schiedam en Omstreken. Aan onze Adverteerders. Een slotwoord. DE OORLOG. 28ste Jaargang. Donderdag 20 April 1905. No. 8185. pe uilleton. Mijnwerkersleven. Officieele Berichten. Algemeen Overzicht. De Russische en Japansche vloot. ABONNEMENTSPRIJS: kostDvonra^^orHChijnt da|eliJks' uitgezonderd Zon- en Feestdagen, en week 10 cent Frarf per 3 ma;lnden ^-35' Per maand 45 cent enper AfzonderHÏ J n PoSt d°01' geheel^Nederland ƒ2.- per kwartaal, afzonderlijke nummers 2 cent. straat O50neThdenlir°Rdeu dafe!«ks aangenomen aan ons Bureau: Boter- 50 en "tl alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarder BureauBOTERSTRAAT 50. PRIJS DER ADVERTENTIëN: Van 1—6 regels ƒ0.77 met inbegrip van bewijsnummer. Elke regel daarboven 12i/j cent. Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend. Ingezonden mededeelingen 25 cent per regel. Voor h er h aaldel ij k adverteer en worden uiterst] bil lijke overeenkomsten aangegaan. Telefoonnummer 85. - Postbus no. 39. GoedL VrSaAT den. B,urKerlÜken Stand zal ep zijn uitslmtPnH °P 06 Paasdagen geopend Voor tal van winkeliers en handelaars is nu de tqd aangebroken, om de aandacht van het publiek op hunne artikelen te vestigen. SCHTFn?u^hnUmmer Van de MEUWE CHIEDAMSCHE COURANT, Dagblad voor Schredam en Omstreken, dat gedurende de Paasch- voor11, "Thaaldelijk t6r hand wordt genomen, biedt publiciteit een uitmuntende gelegenheid. r 16 1 e z e r s k r i n g van de Nieuwe Scluedarnsche Courant is waarborg, dat deadver- tentien beslist succes hebben. iet alleen hier ter stede telt de Nieuwe Scinedamsche Courant een groot aantal lezers, als n °°k 'n °m^Sgende gemeenten, VlaaJdrSChl6' Kethel en Spaland, Gaardingen enz. Wie dus het koopkrachtig publiek zoowel hier ter stede als in den omtrek opmerk- m wi maken op nieuwe zomerartikelen of re waren plaatse zijn adrertentiën in de «■euuie Sctmdaimchc Courant. y**~. a_g2_««ken <1 ringend r7~-^tHa!^Jr»egtpig i„ ie t» enrSrll' SckirCrt. is slecht teekeningen MPli,ik °P ha*r kort<! ka"1- ontvL,md'' 'la' 26 °»Eem»tiveerde antwoorden toch ig:.'en..ZOU' hever de pen neerleggen. Maar "u zijpog even aankloppen. u' als onze antwoorden zóózeer ongemoti- 6ei waren, dan moest collega, met zoo'n min waardige geen dans 'breken. e kekken in onze repliek gezegd, dat de orwijs-kwestie de oorzaak js van de felheid, darmede in Juni a. s. gestreden zal worden. tieS da^ 'waar? Zeker, ook bij de kwes- lari^941 Boo§®r Onderwijs ging het er aardig her^t ^Uar toppunt is de laatste maanden 2j ^S. nioi waar, dat de oppositie der vrip ^^nnigen in de eerste twee jaren van het Ka- d ri('k^ KuYPer loy-aal was En was Kuyper toen del man n^e^' d'e 1111 *s'> Be oppositie is °Y-aal geworden, getuige de houding der 11- en bïl de stemming over de Drankwet, toen Uit het Engelsch. 14) zeiaar k'r wereld is nu toch Minerva Downs in fIaPP®me' »en waarom gaat ze daar neinels naam heen?" En haar naam ook olan Sheila Carolanl" lo ,aai naam", barstte Mary verontwaardigd dra moegeholpen had de bagage binnen te gen, en daar nu stond, hoog opgericht, met nimond gelaat en woedende oogen. rn heb u gezegd, dat ze een dame is en alle cn.schen kunnen, zien, dat ze een dame is en nrolan is een van de beste namen in Ierland dat zeg ik u." „Ga de kamer uit, Mary," zei mrs. Trap- peme hoogmoedig. »De kamer uit, zegt u? Ik kan u wel zeg gen, dat ik klaar ben, orn hier heelemaal weg 'e €aan, en de kok ook, en de< koetsier pok, cu lp.® tuinman ook. Geen van ons willen Wijven in een huis, waar we zóó behandeld worden." De gedachte, dat a.1 haar dienstpersoneel haar opeens zou kunnen verlaten, was te vreeselijk ÏW>ï SWra, ïjappème, d,an dat ze piet cfadelijk het bij eene wet, die toch zeker geen partijwet was, rechts tegen links ging. De redactie van de S. Ct. zoekt die felheid elders. Zij schrijft ze toe aan de geloofsver deeldheid, die alomme wordt gezaaid door de tegenstelling: „Christen of Paganish" Wij willen het voor die tegenstelling niet op nemen, en de excellente mond, die ze uitsprak, zou ze zeker binnenhouden, als ze weer op de lippen kwam. Vergeten we niet, dat in den strijd der meeningen van weerszijden wel eens een wapen gehanteerd wordt, dat minder edel is. Eilieve hooren we onze zuster-reda'ctie zeg gen ge hebt toch zelf de liberalen moderne heidenen genoemd. Dat we die qualificatie in het algetneen ge bruikt hebben, is waar. En de 8. Ct. zal het zeker wel met ons eens zijn, dat .onder de vrij zinnigen van diverse pluimage heel wat mo derne heidenen gevonden worden. Maar wij stellen er prijs op te verklaren, dat onze zus- ter-redactie daar niet toe gerekend moet worden. Om nog even op „de geloofsverdeeldheid, die alomme gezaaid wordt", terug te komen: wie zouden (aan de felheid, waarmee gestreden wordt meer schuld hebben: de Uilenspiegels e. t. q., die jaren en jaren den doleantie- en den Kuy- per-haat hebben gevoed, of de mannen van rechts, die een enkele maal een woord gebmikten, dat prikkelt? We vragen slechts. De strijd, van 1888'91 tegen het Ministerie-Mackay gevoerd, geleek in niets op den feilen strijd, die tegen Kuyper gaat. Maar zouden de Uilenspiegels bovengenoemd de oofüaak niet kennen? Zooals we hoven zeiden: de redactie van de 8. Ct. is onbevredigd over onze antwoorden. Zij wil nog een antwoord op wat wij schreven omtrent onze staatkundige formule„wij wil len volkomen vrijheid voor de ontwikkeling, den groei en den bloei van het godsdienstig leven." Is dat niet een vragen naar den bekenden weg? Onze zuster-redaetie zal toch niet ge dacht hebben: de katholieken en anti-revolutio nairen mogen jtj.oc.h hun kerken houwen, hun pastoors en voorgangers benoemen, huil gods dienstoefeningen houden. Zóó naïef zal zij toch wel niet zijn. Voor wie lezen kan en lezen wilde was het duidelijk, dat deze formule op de kwestie van den dag, op het onderwijs, sloeg. Op {het onderwijs in het algemeen. Op vrijmaking van.' lyet hooger-, middelbaar- en lager onder wijs. Onderwijs en godsdienst een vrijzin nige begrijpt dat zoo niet hangen voor de „kerkdijken" ten nauwste samen. En waar het onderwijs niet volkomen vrij is, is dit een be lemmering voor de ontwikkeling, den groei en den bloei v:an ons volksleven. De S. Ct. zal dan zeker wel begrepen hebben, dat o. a. door wet-Ivappeijne dien groei en dien bloei be lemmerd zijn. En omgekeerd, da.t door de wet- Mackay diezelfde groei en bloei bevorderd wor den. De onderwijsnovelle van dr. Kuyper beoogt nu weer hetzelfde als de wet van '89. Was het v,a.n toon veranderde. „Nu, wees maar niet zoo haastig, Mary. Dan f,„„ 1 dat miss Carolan een Iersche is, kan da,t? „Ja, dal. is ze. Ik zalg het al aan haar gezicht, voor ze nog gesproken had." „Dan moet je haar maar goed verzorgen, Mary. Ze blijft maar een paar weken hier." Mary's woedende oogen werden zachter. „Dat zal ik doen, ma' am." HOOFDSTUK VIII. Mary en Sheila. Er was niets geheimzinnigs met Sheila Car rolan; haar geschiedenis was heel eenvoudig. Haar ouders waren beiden gestorven en ze had geen bloedverwanten, uitgezonderd een tante, waarbij ze de laatste vijf jaar had gewoond. De twee 'echter konden het samen niet goed vindon en Sheila,, die een onafhankelijke geest had en oen paar honderd pond va,n zichzelf bezat, ver telde haar tante eerlijk, dat ze van plan was zich een eigen weg te banen door het leven. In North Queensland woonde een vroegere, in tieme vriendin van haar moeder een zekere mr,s. Farrow, wier echtgenoot de eigenaar was van een grooten veestapel, dichtbij Dalrymple en naar die vriendin schreef ze en vroeg haar, of ze baar ook kon helpen aan een betrekking als gouvernante Zes weken later toen een begin van vrijmaking, nu krijgen we de gedeeltelijke voortzetting. Hier vat de 8. Ct. ons aan en zegt: „Ieder weet, we herhalen het nog eens, dat de wet Van '89 werd gesteund door liberalen, omdat er een pacificatie was beloofd, een einde van den schoolstrijd." Mis collega,. Het einde van den schoolstrijd word niet beloofd. Lees wat de toenmalige mi nister Mackay zeidesla de Handelingen der Tweede Kamer maar eens op. Maar pangenomen voor een oogenblik, dat het einde van den strijd er was: waarom schonk minister Borgesius dan bij de wet van Juni 1901 uit eigen beweging meer subsidie aan de bijzondere .scholen, daarbij nog rente voor den scholenbouw Dat deed hij. hooren we antwoorden omdat de leerplichtwet meerdere onkosten voor het bijzonder onderwijs bracht. Mis. Leee wat mr. Tydeman in Juni 1901 over die. subsidie zeide; minister Kuyper rele veerde het toen door mr. Tydeman gesprokene in zijn jongste groote, rede. Ook over de. waarborgen is de redactie van de 8. Ct. nog niet uitgepraat. Wij noemden er een vijf-of zestal. Kun-je begrijpen: die ge ven niets. Welke waarborgen van het bijzonder onderwijs geëischt moeten worden, zegt de S. Ct. niet. Alleen wijst ze op den stroom van amen dementen in de Tweede Kamer. Is dat nü een bewijs Laat da S. Ct. nu eerst eens bewij ze1".. dat die waarborgen noodig zijn, m. a. w., dat het bijzonder onderwijs in doorsnee slecht is. Maar dat bewijs kan zij niet geven, want bet bijzonder onderwijs kan er zijn. Aangeno men voor een oogenblik, dat het niet in orde is, dan zouden we wel willen vragen: och, gij voorstanders van goed volksonderwijs, helpt een handje om het bijzonder onderwijs beter te ma ken. Ruimer middelen helpen daartoe. Maar de hoeren willen eenvoudig niet, dat is de zaak. j De 8. Ct. heeft in onze repliek gelezen, da.t volgens ons ©en pa.rtijregeering en een! christe lijke dito 't zelfde zijn. Eere aan haar scherpzinnigheidmaar hoe dikwijls zij onze woorden moet overgehaald heb ben, om er dat uit te distilleeren, weten wij niet. De S. Ct. verwijst naar de N. R. Ct., waar de vraag is gesteld, hoe het mogelijk is, dat de zorg voor het openbaar onderwijs kan wor den opgedragen aan christelijke arr.-sclioolop- zieners, die dat onderwijs verfoeien en bestrij den moeten. Maar begint dat nu niet op eene insinjuatie te gelijken? Bewijzen asjeblieft dat de aange stelde christelijke schoolopzieners geen goede zorg voor bet openbaar onderwijs hebben. Geen woor den, feiten moeten we hebben. We noemen, een man, die onder het m i nis ter ie -Mao kay tot het hoogste ambt bij het lager onderwijs, tot in specteur .werd benoemd. Een man van chris- onlving ze een warmen en meest hartelijken, brief. i i 1, «Mijn lieve Sheila.. Waarom heb je me niet al veel, veel eerder geschreven en mij verteld, dat jij en je tante Margaret niet zoo goed sa men omgingen! Ik herinner me als kind, dat ze een beetje luimig was. Ik zal je geen lan gen brief iS;Chrijven. Ik wil je alleen vragen of je bij ons wilt komen. Wees de gouvernante Van mijn kinderen en ik heb werkelijk een! gouvernante noodig maar denk er aan, dat j© bij je moeder's vriendin komt, en da.t, al geef ik je 100 pond per jaar als dat te weinig is, laten we het dan tot 150 pond v©r- hoogen je komt bij mij als de dochter van je dierbare moeder. Nu moet ik je zeggen, dat Minerva Downs een moeilijke plaats is om te bereiken, en dat je, van Townsville af, den geheelen weg zult moeten rijden dat is 250 mijlen maar dat zal niet veel beteekenen voor een meisje, in Australië geboren, met Oostersch bloed in zich. Wanneer je in Towns ville bent, meld je dan bij mr. Mallard aan, den redacteur van de „Champion", die een vriend van ons is (ik heb hem geschreven) ■en hij zal je „overgeven" aa.n een anderen) vriend van ons,een zekeren mr. Grainger, die in een stad, ;in de nabijheid van een mijn woont, Ghinkie's Flat genaamd, negentig mijlen, van hier verwijderd, en mr. Grainger (verlies jo (hqut niet aan hem, zoodat mijn kinderen. telijken, van anti-rev. huize. Heeft de heer Fa- bius ooit getoond geen zorg Voor het openbaar onderwijs ,te hebben, heeft hij ooit getoond dat onderwijs ,te, verfoeien en te bestrijden? Die ambtenaar is nu 15 jaar in dienst. Bewijzen s. v. p. Wat wij meermalen hoorden is dit: waar mis standen zijn, treedt de heer Fabius flink op, zij mogen dan bij hel openbaar of bij het bij zonder onderwijs aangetroffen worden. Wie levert nu de bewijzen, dat de heer Fabius de open bare school verfoeit en bestrijdt? Wij keeren nog even tot de waarborgen terug. Aan het slot zal de 8. Ct. eens even aan de Katholieken voorhouden, dat de waarborgen toch zoo noodig zijn. Ze vraagt een antwoord op een paar vragen: „Wat is de oorzaak van den treurigen 'toestand van het onderwijs en van| den grooten achteruitgang van de volksontwikke ling in België?" We dachten wel, dat die vraag komen zou. Een liberale redactie houdt ze altoos in petto. We antwoorden: de redactie van de S. Ct. leest toch zeker nu en dan wel iets van de tegenpartij? Ze heeft toch zeker de „Futura"- uitgave „Maakt front voor de, Bijzondere School" gelezen? D;a.t spreekt, zouden wij zoo zeggen. Dan weet ze toch ook, wat daar op blz. 2935 over 't onderwijs in België gezegd wordt. Of heeft ze die uitgave niet bij de hand? Nu, wij hebbeji nog een exemplaartje over; we willen het wel sturen. De tweede vraag luidt: „Hoe bestrijdt gij de uiting, dat de meerdere subsidie niet uw bij zonder onderwijs, maar grootendeels uw kloos terorden ten goede zal komen?" Nu konden w© de rede van mr. Baron Van Wijnbergen, onlangs in de Tweede Kamer over deze materie gehouden, wel overschrijven, maar de S. Ct. leest toch ook de Handelingen Ons slotwoord loopt ten einde. Wij zien uit naar de „bewijzen" die we bo ven vroegen. Geeft de 8. Ct. antwoord, dan zal het ook mede van die „bewijzen" afhan gen, of we, om Staring even te borgen, „na ons laatste woord nog een laatster spreken." 20 April. De verblijfplaats van beide vloten. Togo haast zich niet. Russische kruisers reeds voorbij Formosa.De Russen gaan Japansche koopvaardij schepen overrompelen. Zal Togo zijn vloot moeten verzwakken Een telegraafkabel doorgesneden. in Wladiwostok. Admiraal Rozjestwenski. De neutralneits-kwestie. i De berichten, die wij gister en heden omtrent hun gouvernante niet verliezen) zal je „over geven" aan den „mailman" voor Minerva Downs. Het hierbij ingesloten geld (het is het salaris van een half jaar vooruit) kan je mis schien van dienst zijn, en mijn echtgenoot en mijn geheele, groote, vurige familie van ruwe jongens en nog ruwere meisjes zullen verheugd zijn je te zien. Je je van harte toegenegen, mijn lieve Sheila, Nora Farrow." Bij den brief was ingesloten een cheque voor 50 pond op de Sydney Bank. 1 Toen het meisje den Melton Hill afdaalde, i naar de heete, stoffige en woelende Flinders l Street, glimlachte ze in zichzelf, terwijl ze er aan dacht, hoe hevig ze de nieuwsgierigheid van mrs. Xrappème had geprikkeld die haar haast onbewust een grooten atkeer had inge boezemd. Toen ze de woelige vestibule van het Royal Hotel binnentrad, maakte een groep mannen - mijnwerkers, suikerplanters, pakmcesters, ban kiersknechts, scheepskapiteins en politie-agen- ten, die schril lachten over een verhaal, dat een onder hen aan het vertellen was onmiddellijk plaats voor haar, zoodat ze liet kantoor kon naderen want dames vooral jonge en lieve dames waren hier heel weinig, in vergelijking met de mannen in North Queens land, in die dagen, en een kreet van bewonde ring steeg op, toen ze zich tot den klerk wendde. 1 Wordt vervolgd.)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1905 | | pagina 1