Binnenland.
Verspreide berichten.
Russische torpedobooten uit Wladiwostok had
den kort geleden een Japansch stoomschip, de
Daisjen Maroe, van 700 ton, vermeesterd. Zij
plaatsten een Russische bemanning van 13 koppen
aan boord, maar, daar de Russen zich vergisten in
den koers, gingen zij naar Gensan, aan de O.kust
van Korea, waar zij een Japansch transportschip
ontmoetten. Het transportschip maakte zich klaar
voor het gevecht, toen de gevangenen aan boord
van de Daisjen de Russische bemanning aanvie
len, het
brachten.
schip heroverden en naar Gensan
ENGELAND.
Bij de discussies over het nieuwe verdrag met
Afghanistan zei Bath, de ondersecretaris voor
lndië, dat de Britsche regeering voldaan was de
overeenkomst was een goede en een voldoende.
Wij verkregen, zei hij. de plechtige en formeele
vernieuwing van de overeenkomst met den over
leden emir. De missie heeft het Afghaansche
volk getoond, dat, ofschoon de persoon van den
emir een andere is dan vroeger, er geen wijziging
is gekomen in de politiek van de Indische regee
ring onze belofte om Afghanistan te beschermen
blijft onveranderd, zoolang de voorwaarden, onder
welke die belofte was gedaan, onveranderd blijven
Wij zouden geen inmenging van eenige mogend
heid dulden, daar de emir onze adviezen opvelgt.
De regeering hecht groote waarde aan het ver
drag, maar nog meer van belang acht zij de
vriendschappelijke gevoelens, door den Emir gedu
rende de onderhandelingen aan den dag gelegd.
Lord Lansdowne verwierp het denkbeeld om
met geweld hervormingen in Afghanistan in te
voeren en gaf uiting aan de voldoening der
regeering over het sluiten van het verdrag.
FRANKRIJK.
PARIJSCHE KRONIEK.
Van onzen Parijschen correspondent
Parijs, 26 Mei/2 Jufii 1905
De scheiding van Kerk en Staat in de Kamer
De debatten over de 2de en 3de paragraaf
van art. IV ter, in de zitting der Kamer van
18 dezer gevoerd, waren weder zoo- verward,
dat het 't geial voorstanders van het „statu quo",
m. a. w. van het Concordaat, zal vergroot heb
ben. Men begint het gevoel te krijgen, dat iets
onzamenhangend wordt ineengezet en dat het
veel heter ware, de zaken te laten zooals zij
zoo lang geweest zijn.
De heer Bepmale verzoekt de Kamer de twec
de paragraaf, die volgens hem geheel nutteloos
is, te supprimeeren, d.aar de schuldeischers het
zij door de hypotheek op de gebouwen hetzij
door de verantwoordelijkheid der gemeente
noeg zekerheid zullen heibben.
De rapporteur zegt hierop, dat het verkeerd
is de beschikkingen van paragraaf 2 uit te brei
den over gevallen, welke wij niet te voorzien
hebben. Ze is alleen op parochies toepasselijk
waar het genootschap van eeredienst zich niet
zal hebben kunnen vormen.
De heer Ribot. „Waaruit wij dus opmaken,
„dat de, gevallen in paragraaf 2 bedoeld zich
„zelden zullen voordoen. Een reden te meer,
„dat de regeering haar plicht doet. Doch er kunnen
„andere gevallen voorkomen, waar de globale
„inkomsten der goederen de waarborg der schuld-
cischers zal moeten zijn", 330 stemmen te
gen 235 verwerpen het amendement Bepmale.
De heer Balitrand wenscht eenige woorden in
den tekst te veranderen, terwijl de heer Henrv
Boucher voorstelt die der Commissie onveran
derd te laten. Men moet niet uit het oog ver
liezen, dat het genootschap van eeredienst den
toestand kan aannêmen of weigeren of de schuld
qischers door den Staat betaald zullen worden
of niet.
De, heer Amthime Menard bestrijdt ook het
amendement, want de voorsteller vergeet, dat
dq kerkbesturen leeningen gesloten hebben met
den waarborg der gemeenten, zoodat ingeval van
insolvabiliteit, deze laatste verantwoordelijk zul
len zijn. Het amendement Balitrand werd piet
303 tqgen 266 stemmen verworpen.
Dq minister Bienvenu Martin heeft nu het
zonderlinge idee zijn tekst te willen amendee-
ren. Men maakt hem opmerkzaam, dat dit niet
de regel is, waarop de heer Rouamet het voor
zijn rekening neemt. Het amendement luidde:
„Wanneer een genootschap van eeredienst zich
„heeft opgericht, dat in staat is deze goederen
„op te nemen."
De heer Ribot zegt, dat dit voorstel in strijd
is met de vrijheid van eeredienst. Er kunnen
genootschappen van eeredienst gevonden worden,
welke, de bestaande kerk niet nemende, een
nieuwe kerk willen bouwen. Dan zult ge z
niet kunnen dwingen de lasten van het niet
meer bestaande kerkbestuur te aanvaarden. Het
amendement wordt met 304 tegen 257 stem
men in aanmerking genomen en paragraaf 2 en 3
zijn nu gestemd.
oor paragraaf 4 stellen de heeren Maurice
Sibille en Roch de volgende redactie voor: „In
„geval de Slaat, de departementen en gemeen
„ten weder in 't bezit van die gebouwen zijn
gekomen, waarvan zij de eigenaars zijn, dan
„worden zij verantwoordelijk voor de daarop ge
sloten of rustende schulden."
De Commissie wil daarom, om den een of an
deren reden, eenige woorden veranderen en d;
minister Bienvenu Martin bestrijdt het, want met
dit. systeem, zegt hij, hebben rle genootschap
pen van eeredienst. het oogenblik maar af te
wachten, dat hun gebruik der gebouwen een
einde zoude nemen om hunne schulden en-jas
ten aan den Staat of de gemeente over te
geven.
De heer Roch steunt het amendement en de
heer de Hamel evenzoo.
De rechten der schuldeischers moeten in zidk
een geval gewaarborgd blijven, omdat men de
kerkbesturen afschaft, zijn het de Staat of de
gemeente, die deze wettige- uitgaven moeten be-
taletn.
Na pointage werd het amendement toch aan-
gefnomen met 290 tegen 268 stemmen, wat een
nieuw en ernstig echec Voor de Commissie js
en wel toevallig ook door den heer Sibille toe
gebracht, die haar reeds vroeger een nederlaag
bezorgde.
Den 22sten Mei kwam art. V in behandeling,
waarin over. de toewijzing en de ter beschikking
stelling der losse en vaste goederen gesproken
wordt, waarvan het doel door eene weldadige
of aan den giodsdienst vreemde strekking be
last zijn. Deze toewijzing moet door den wet
tigen beheervoerder der geestelijke goederen aan
de openbare diensten of instellingen van gelijke
bestemming en van gelijk doel geschieden ,en
door den prefect Van het departement, waarin
die goederen gelegen zijn, worden goedgekeurd.
In geval van verschil zal de Raad van State
per decreet beslissen.
De heer Rudelle stelt een (amendement voor,
waarbij; deze goederen ook aan een genootschap
aan de vereischten van art. 5 der Wet van 1901
voldoende kunnen toegewezen worden.
De rapporteur merkt op, dat de Commissie
niet kan toestaan, dat die goederen aan ben
genootschap worden afgestaan, waarop de Staat
niet het minste toezicht heeft.
De heer I. Auffray verdedigt de stelling van
den heer Rudelle. „Men zal dus, zoo- zegt 'hij,
„geen rekening houden met den wil der gevers
,in hunne testamenten uitgedrukt en die (Ver
„langden, dat een bedienaar van den eeredienst,
„die weldaden en aalmoezen in hun naam zul
„len verstrekken. Gaat men nu de .gemeente
„daarvoor in de plaats stellen? Men gaat rlus
„weder overeenkomsten verbreken, welke op de
.eerste plaats door de wetgevers moesten
„eerbiedigd worden."
Op eene verklaring van den rapporteur zeide
de heer Rudelle, dat hij geen vertrouwen in
den Raad van Staten heeft, welken men in 1901
aan 't werk heeft gezien, toen hij aan de re
geering toestond en bloc een groot getal con
gregatiën op te heffen, da,t met de aangenomen
wet in strijd was.
Het amendement-Rudelle werd met 317 tegen
246 stemmen verworpen.
De heer Groussau vraag nog uitlegging
over eenige bepalingen in art. V voorkomende,
waarop de minister antwoordt, dat bij de groote
seminaria de beurzen eene kerkelijke bestem
mimg hebben, terwijl dit voor de kleine semina.-
ria eene kwestie is, welke onderzocht moet
worden, daar enkele daarvan vrije scholen ge
geworden zijn. De eerste paragraaf van art. V
werd nu met 329 tegen 232 stemmen aange
nomen.
(Slot volgt.)
De verklaring van den sultan wordt druk ge
commentarieerd.
De Engelsche gezant is nog niet te Fez aange
komen.
VENEZUELA.
President Castro verklaarde in zijn boodschap
aan het congres, dat Venezuela gsede betrekkin
gen onderhield met de buitenlandsche mogend
heden.
Overeenkomstig de eischen van de vertegen
woordigers van die landen, had Venezuela prompt
betaalt, wat de verbonden mogendheden, die
deelgenomen hadden aan de blokkade van 1903
met nadruk hadden geeischt en 30 pet. van de
douane-ontvangsten.
Laguaira en Puerto Cabello zouden een verdere
30 pc. betalen van de douane-ontvangsten dier
havens aan de mogendheden, die niet aan de
blokkade hadden deelgenomen, als de verbonden
mogendheden zjjn afbetaald.
Er waren kleine verschillen geweest met de
Vereenigde Staten, waarvoor Venezuela niet ver
antwoordelijk was. De Amerikaansche gezant
verlangde een nieuwe arbitrage, betreffende het
geschil met de Orinoco-maatschappij. Venezuela
kon dit niet toestaan, daar haar souvereiniteit
daarmede gemoeid was.
Castro sprak zijn voldoening uit over de onder-
teekening van de overeenkomsten met de verschil
lende mogendheden voor de regeling hunner
eischen.
AMERIKA.
Uit Washington wordt aan de Daily Chronicle
geseind, dat Taft zijn onderzoek in zake Bowen
Loomis voltooid heeft. Bowen krijgt beslist onge
lijk, en zal den diplomatieken dienst moeten ver
laten.
Officiëele berichten.
Bij Kon. Besl. is de eere-medaile der orde van
Oranje-Nassau, in zilver, toegekend aan A. Bo-
narius, werkzaam bij de firma Frans Pauwels,
fabrikant van hoeden en militaire equipement-
stukken te 's-Gravenhage, en aan J. Bijlsma,
werkzaam bij de firma Gebroeders Tichelaar, fa
brikanten van aardewerk te Makkum.
SPANJE.
Het bericht van den aanslag op koning
Alfonsus te Parijs werd te Madrid pas giste
ren-middag door de bulletins van de bladen be
kend. Het maakte een diepen indruk en verwekte
groote verontwaardiging. De Koningin-Moeder
bracht een slapeloozen nacht door. De minister
president stelde haar 's nachts om twee uur van
het gebeurde, in kennis. Gisteren-ochtend versche
nen alle ministers ten paleize. Reeds den vorigen
dag had daar ongerustheid geheerscht, wegens de
geruchten over den vroegeren aanslag. Te Barce
lona en Zaragcza zijn verscheidene anarchisten in
hechtenis genomen.
Een later bericht uit Madrid meldt dat de eerste
ontsteltenis plaats heeft gemaakt voor een gevoel
van bevrediging over 's Konings behoud. Politici,
diplomaten en grandes begaven zich 's middags
naar het paleis, om hunne gelukwenschen uit te
spreken. Er worden met hetzelfde doel honderden
telegrammen naar ChsUons aan den Koning ge
zonden. Ook de republikeinsche bladen veroor-
deelen den aanslag.
De Koningin heeft Loubet bedankt voor zijn
telegrafische betuiging van sympathie, en Villa-
verde heeft aan Rouvier geseind, om aan Loubet
de gelukwenschen van de Spaansche natie aan te
willen bieden. Rouvier verklaarde in zijn antwoord
dat de aanslag, waaraan de Koning en de President
zoo gelukkig waren ontkomen, een aanleiding was,
om de gevoelens van toegenegenheid die Frank
rijk voor Spanje gevoelt nog te versterken.
ITALIë.
Z. H. de Paus Pius X vierde gister zijn 70sten
verjaardag.
MAROKKO.
De sultan heeft den Franschen gezant officieel
gemeld, dat hij verplicht was, zijn antwoord op
de hervormingsvoorstellen te verdagen. Hij vraagt
verder te langer een internationale conferentie
bijeen te roepen. De gezant heeft nog niet geant
woord.
De plechtige overbrenging van het lijk van
den Oostenrijkschen gezant.
Zooals reeds gemeld, werd gister het .stoffe
lijk 'hulsel yam den Oostenrijkschen gezant bij om
Hof, baron Okoliqscani d'Okolicsna, van het sterf
huis nam den Langen Vijverberg -o verge brac hl
naar het S.S.-station, ,0111 daarna, te worden ver
voerd naar Hongarije, waar de ter aardebestelling
zal plaats hebben.
Uit Den Haag worden nog de volgende bizon
derheden gemeld
Lang vóór het vertrek van den indrukwekken
den gtoet van het sterfhuis, was het geheide
gedeelte van den Vijverberg, aan de zijde der
woonhuizen, bezet door een escadron huzaren,
een bataljon grenadiers en een bataljon jagers
Bij het batalj on grenadiers waren ingedeeld het
met rouwerèpe omfloerste regimen tsvaandel en
de stafinuziek, onder leiding van luit.-directeur
Bouwman. Bij het jagerbataljon behoorde de
hoornmuziek van dat korps. De beide bataljons
stonden onder de persoonlijke leiding van kolo
nel baron van Voorst tot Voorst, commandant
van het regiment grenadiers en jagers.
Tussc'hen half elf en elf ure had in de cha
pelle arden te van het sterfhuis nog een uitvaart
dienst plaats, geleid door den zeereerw. heer
deken-pastoor van 's-Gravenhage, mgr. van Er
ven Dorens, en welke werd bijgewoond door
alle autoriteiten en diplomaten die in den hier
onder vermelden stoet het stoffelijk overschot
naar het station vergezelden.
Liet oogenblik waarop de eikenhouten, a,an alle
Zijden met kostbare kant guirlandesgewijze ge
garneerde kist uit het sterfhuis gedragen werd
in den rouwwagen, wa,s zeer indrukwekkend.
Toen de breede deuren yan het huis zich
openden, zag men de vertegenwoordigers van
de koninklijke familie de stoep betreden en zich
ter rechter- en ter linkerzijde Van dat bordes
scharen om de kist, .voorafgegaan door den Se
cretaris der Oostenrijksdhe legatie, baron Hay-
merlé, in militair tenue, en een familielid, graaf
Széchenyi, legatieraad van Oostenrijk bij het Ilof
te Berlijn, gekleed in pen kostbaar donkergroen
fluweelen Hongaarsch gewaad, langs zich henen
te laten gaan.
Als slippendragers gingen, ter weerszijden van
de kist, onze minister van Buitenlandsche Zaken,
jhr. van YVeede, de gezant van Portugal graaf
de Sélir, de gezant van Duitse,hland baron (von
S'Chlozer, en de afgetreden Amerikaansche ge
zant, de heer Stanford Newel, de eenige diplo
maat, die, volgens de gebruiken van zijn land,
geen ambtsgewaad droeg.
En achter de kist zag men, in de breede
vestibule, het gansqhe corps diplomatique in
ambtsgewaad het stoffelijk hulsel uitgeleide doen
uit het sterfhuis.
Indrukwekkend zette op dat oogenblik de Ko
ninklijke Militaire Kapel, recht tegenover de wo
ning opgesteld, het Gott erhalte Franz den Kaiser
in, naar het gebruik ju Oostenrijk, wanneer een
stoffelijk overschot onder militaire honneurs het
sterfhuis verlaat. En dat Oostenrijksche volks
lied bleef weerklinken, terwijl de talrijke bloem
stukken. waaronder van de Vorstelijke Familie,
en één reuzekrans van het. diplomatieke korps,
aan den rouwwagen werden gehangen. De oranje-
bloemstukken, welke geen plaats meer daarop
konden vinden, werden neergelegd jn een open
rijtuig, dat den rouwwagen onmiddellijk volgde.
Toen werd de stoet verder als volgt paainge
steld in een onafzienbare .reeks vo-lgrijtuigen.
Vooral gingen de bereden politie en de af'
deeling huzaren. Dan volgde de Koninklijke Mi
litaire Kapel, welke to.t aan het staatsspoorsfa-
tion rouwmuziek uitvoerde.
Vervolgens de rouwwagen, langs de zijden waar
van blootshoofds gingen de aan het gezantschap
verbonden Hollandsche en Oostenrijksche kan'
selarijbedienden, de laatsten gekleed in Oosten-
rijksc,h j agerkostuum
In het eerste der yolgrij tuigen, was gezeten
bovengenoemd familielid, graaf Széchényi, en de
secretaris der legatie, baron Haymerlé, die dus
den rouw leidden.
Hierop volgden in drie galarijtuigen van het
Hof, de vertegenwoordigers van H. M. de Ko
ningin, baron Sirtema van Grovestins, grootmees
ter, en J. H. F. graaf Dumonceau, adjudant van
H. M.als vertegenwoordiger van H. M. de Ko
ningin-Moeder, (grootmeester jhr. de Ranitz; en
van Z. K. H. den Prins, kapitein jhr. van Suchtelen
Van de Haere.
Hierna onze minister van Buitenlandsche Za
ken, vergezeld van den secretaris-generaal van
zijn departement, mr. S. Hannema,
Vervolgens de gezanten, of, voor zoover niet
in de stad aanwezig, de zaakgelastigden of se
cretarissen van de gezantschappen van alle hier
vertegenwoordigde rijken; consuls van jOosten-
rijk-Hongarije in verschillende steden van ons
land, de minister van Oorlog, generaal Rergan-
sius, de minister van Marine, vice-admiraal El-
lis, de Commissaris der Koningin in Zuid-Hol
land, de heer Patijn; generaal van Ermel Scherer,
gouverneur der residentie, de burgemeester, de
heer Sweerts de Landas, vergezeld van den Se
cretaris, den heer Evers, beiden in ambtsgewaad
en vertegenwoordigende het college van B. en
W., en voorts officieren, vertegenwoordigende de
staven van de hier in garnizoen liggende korp
sen en van het regiment schutterij.
Deze lange stoet van rijtuigen werd gesloten
door het bataljon jagers, waarvan de muziek
eveneens treurmuziek uitvoerde, en een afdee-
ling huzaren.
Er waren heel wat menschen op de been om
dezen stoet langs Vijverberg, Tournooiveld, Kor
te Voorhout, Prinsessegracht, Bezuidenhout en
Rijnstraat te zien voorbijtrekken. Overal langs
den weg echter heerschte de meest volmaakte
en met de plechtigheid geheel overeenstemmende
orde, zoodat de taak der politie, onder hoofd
leiding van den hoofdcommissaris, den heer Ver-
steeg, en de commissarissen, de heeren Olivier
en Dietz, zeer werd gevergemakkelijkt.
In de Rijnstraat aangekomen scheidden zich
de militairen uit den ^toet en stelden zich en
haie in het midden der straat op om, onder het
presenteeren der geweren of sabels, den rouw
wagen en het verdere deel van den stoet voorbij
te laten trekken.
Alleen de Koninklijke Militaire Kapel stelde
zic,h op onder het overkapte gedeelte pan het
eind van het station, waar ook de tot chapelle
ardente ingerichte spoorwaggon stond, waarin
het stoffelijk hulsel naar Hongarije zal worden
vervoerd.
Daar bevonden zich ook nog verschillende be
langstellenden, zooals de afgetreden president der
Iweede Kamer, baron Mackay, de minister van
staat, staatsraad Asser, het kamerlid baron Mi-
chiels van Verduynen en enkele andere heeren
uit de hofkringen, die den lijkdienst ten sterfhuize
hadden bijgewoond.
De kist werd, onder jle tonen van het Oos
tenrijksche volkslied, in den waggon geplaatst,
waarbij weder eere-assistentie werd verleend door
den minister van Buitenlandsche Zaken en door
de gezanten van Duitscbland, Portugal en Ame
rika. Deze laatste plechtigheid geschiedde in bij
zijn van alle tot do plechtigheid genoodigden.
Toen de kist geplaatst was en de bloemen
er opgelegd waren, verzocht de heer v. Hay
merlé in de eerste plaats de vertegenwoordigers
van het Vorstelijk Huis pm aan Koningin, Ko
ningin-Moeder en Prins den (diepsten dank van
de betrekkingen en van de legatie over te bren
gen voor de belangstelling in eiken vorm, bij
dit sterfgeval betoond; ook den minister van
Buitenlandsche Zaken bedankte hij voor de be
langstelling en ook voor den bijstand in deze
betoond, daar de regeling ,van den stoet en het
bewijzen der honneurs in het sterfhuis waren
toevertrouwd aan twee heeren ,van het kabi
net des ministers. Voorts dankte hij het corps
diplomatique in den persoon yan graaf de Sé
lir, Portugeesch gezant, op dit oogenblik, daar
de Spaansche gezant uitstedig is, het oudste Jid
naar anciënniteit van het porps, Ook de ove
rige autoriteiten bedankte de secretaris.
Nadat zeer vele genoodigden nog hun deel
neming hadden betuigd aan graaf Széchenyi,
werd de stoet ontibonden, ,en trokken de troepen
onder marsc.hrnuziek naar de kazerne terug.
De Uaagsche Beurs
De Vereeniging voor den Haagschen Geld- en
Effectenhandel besloot eenigen tyd geleden tot