Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
Mr.O. J.H. Graafvan Limburg Stirum,
Inde politieke hondsdagen.
Haar vriend.
28ste Jaargang.
Dinsdag 13 Juni 1905.
No. 8228.
KIEZERS!
bevelen bij de stemming voor het lidmaatschap van de
tweede Kamer op Yrijdag 16 Juni dringend aan: den candidaat
der verbonden christelijke partijen,
_PE UILLETON.
Algemeen Overzicht.
Aftredend Lid.
en
ABONNEMENTSPRIJS:
Dit blad verschijnt dageüjks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen
kost voor Schiedam per 3 maanden 1.35, per maand 45 cent en per
week 10 cent. Franco per post door geheel Nederland ƒ2.?per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons BureauBoter-
straat 50 en bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders.
BureauBOTERSTRAAT 50.
PRIJS DER ADVERTENTIëN:
Van 1—6 regels ƒ0.77 met inbegrip van bewijsnummer.
Elke regel daarboven 12i/j cent.
Driemaal plaatsen wordt tiveemaal berekend.
Ingezonden mededeelingen 25 cent per regel.
Voor herhaaldelijk adverteeren worden uiterst
lijke overeenkomsten aangegaan.
bil'
Telefoonnummer 85. Postbus no. 39.
i.
Dinsdag, 6 Juni, was de dag, waarop de
r bezingen van candidaten moesten geschieden.
en löden Juni zal gestemd worden de politieke
n sdagen zijn dus begonnen, en loopen, valt
toes rnee> betrekkelijk gauw af, maar kunnen ook
0 ben 28sten van deze maand duren.
"De politieke hondsdagen liooren we een
zer vragen zijn die deze week pas begonnen
we hebben al een maand vijf, zes in de
Warmte gezeten."
In de warmte ja, maar de hitte moet nog komen.
e verschillende partijen, partijtjes, fracties en
onder-fracties hebben hun candidaat gesteld en
zullen in de dagen, die we nog voor ons hebben,
k"e moeite jdoen om den candidaat hunner
«uze op den 16den dezer maand te doen vzwart-
fiaaken."
En de inzet van den strijd is eene belangrijke.
et gaat op 16 Juni a.s. over de vraag welke
c°ncentratie, die van links of van rechts, zal de
herwinning bevechten Zullen de vrijzinnigen
V:in diverte pluimage, die jaren en jaren de teu-
ge's van het bewind voerden, hun verloren macht
f.n 'nvloed weer herwinnen, of zullen de christe-
'I n hun zegenrijken arbeid als regeeringsmeer-
etneid blijven voortzetten
aar willen de christelijke kiezers op uit?
jlj willen uit op een bestendiging der meer-
e>'heid ter Tweede Kamerop een krachtig tot
regeeren bekwame meerderheid, die hoewel uit
Schillende bestanddeelen bestaande in hoofd
Zaak en wat de meeste bijzonderheden betreft één
'faar waarvan ieder zijn eigen beginsel kloek
611 onverkracht handhaaft.
Maar wat beteekent, zoo wordt nogal eens van
v,1jzinnigen kant gevraagd, de meerderheid? En
Waarom wilt gij op een bestendiging der meer
heid uit?
Eet is zeker te verwonderen, dat van die zijde
eze Vaag gesteld wordt. Indien die meerderheid
ï!lets beteekent, waarom gaan dan, zooals b. v. te
H°Uerdam en te Amsterdam geschiedt, de ver-
c ''llende vrijzinnigen: oud-liberalen, Unie-man-
Öen en vrijzinnig-democraten aanstonds broederlijk,
srware er geen verschil, ten strijde?
weten zeer goed, van welke beteekenis de
5)
"D zeide hij, er werd toen niet veel omslag
gehaakt. De overgrootvader van den o veria-
p tl lord klaagde zijn ouderen broeder aan als
en Jacolbijn niets meer dan dat. Het
as ,la vier en vijftig. De jongeren broeder
hmf ''Us ^en Ete'l en de eigendommen. Maar
den dood van den overleden lord, een
J ar of twaalf geleden, was de jongere lijn
1 gestorven en de titel keerde terug."
"Ja, ik begrijp het", .zeide de lady. Zij fronste
ar wenkbrauwen. „Generaal Blanchemain",
S'Hg zij vioort, zooials de. tegenwoordige lord
°01' heit grootste deel van zijn leven werd
ëcnoemd, is ongetrouwd. U zult dus een Van
aJn nevten zijn? En zij zag hein vragend aan.
>>De zoon van zijn broeder Philip." zeide de
J°«ge man.
Lady Blanchemain ginig weer rechtop zitten.
"Maar dan", riep zij uit, vergetende haar
(.r.f "x'r'ug 'e verbergen, „maar dan zijt gij de
"fgenaam. Philip Blanchemain had maar één
zoon en was de jongere broeder van den ge-
iK'riaal. Gij zijt Johaji Blanchemain. John
meerderheid is. En zullen dan ook niets onbe
proefd laten om de in 1901 verloren meerderheid
weer te herwinnen.
De meerderheid is, den toon aangeven, niet
alleen in de wetgeving, maar in het geheele be
stuur. Nu willen wij niet ontkennen, dat op menig
gebied de liberalen even goede wetten kunnen
maken als de christelijken, maar een regeering
heeft meer te doen zij bestuurt, geleidt, bevor
dert, benoemt, ontwikkelteen regeering keurt
zedelijke lichamen goed of weigert die goedkeu
ring. De geheele werking van ons nationaal leven
hangt af van den geest van de regeering is ten
langen leste de geest van de partij, die de meer
derheid heeft.
En dan mag gevraagd, of de uiterste krachten
niet dienen ingespannen, om te beletten, dat, nu
in het volgende vierjarig regeeringstijdperk voor
namelijk de sociale wetten aan de orde gesteld
zullen worden, dit geschiede door een liberaal be
wind. Het is toch geheel iets anders, of wij een
sociale wetgeving zullen krijgen in christelijken
zin, dan een, die slechts op stoffelijke en niet op
zedelijke lotsverbetering uit is.
Men heeft in Duitschland, meer misschien dan el
ders, wetgevende maatregelen op sociaal gebied geno -
men met de kracht, die een regeering als die van
het Duitsche Rijk kan uitoefenen. En wat is nu
de uitkomst Een uitbreiding der Staats-almacht,
een uitbreiding van de burgerlijke souvereiniteit.
Maar op zedelijk gebied is daar weinig of niets
gedaan de werkman is meer afhankelijk geworden.
Ieder bemoeiing op sociaal gebied zonder Chris
tendom zal leiden tot staatssocialismealleen de
sociale beginselen van het Christendom kunnen
geven socialen vrede.
Men ziet dusook in het nu volgend vierjarig
regeeringstijdperk staan gewichtige zaken op het
spelvan een gewicht zoo ernstig en zoo groot,
dat niet alleen de belangen van het vaderland in
de eerste vier jaren, maar ook in de volgende
tijden daarvan afhangen.
Laten wij dus zorgen, dat wij leiders en gelei
ders blijven; dat het christelijke in onze regeering
bewaard blijve.
»In de politieke hondsdagen, schreven we boven
dit eerste artikel van dien naam.
Nu, de warmte is er en meer dan velen soms
lief is.
Wie zien ze in verschillende daden onzer poli
tieke tegenstanders.
En vóór we 16 Juni schrijven, en vóór 28 Juni
Friancis Joseph Mary. Gij zijt de erfgenaam."'
De jonge man glimlachte misschien om
haar drift.
„De vermoedelijke erfgenaam ja, dat ben
ik", zeide hij.
Lady Blanchemain leunde achterover en
lachte.
„Ken ik niet goed het Boek van Adel 1" riep
zij uit. En 'toen zeide zij ernstig„Gij zijt
de erfgenaam van een buitengewoon goeden
ouden naam."
„Ik hoop, dat het lang mag duren Voor ik
iets anders ben", zeide hij,
„Uw oom is een oud man", zeide zij' Veel-
be teekenend.
„O nog niet zoo heel oud," meende hij. „Zoo
wat zeventig en in menig opzicht is hij jon
ger dan ik. lklho.op, dat hij eeuwig zal leven."
„Hm zeide ze en scheen in gedachten ver
zonken. Even gedachteloos naar het scheen, trok
zij haar handschoenen uit.
„Familieveeten", ging zij na een oogehblik
voort, „zijn onplezierige dingen. Waarom maakt
ge het niet goed'?"'
De jonge man wuifde met do hand. Een
stom non-pussumus.
„Er is niemand meer ovter 0111 het goed te
maken iedereen is dood."
„O?" Vroeg zij1 verwonderd, met opgeirok
ken wenkbrauwen, terwijl zij werktuigelijk haar
handschoenen verder uittrok. Ik dacht dat de
overleden lord een wed,uwe achterliet. Ik meen
in het land is, zullen we nog wel meer aan
schouwen.
Sommige onzer tegenstanders houden er manie
ren op na, waarvan we nu enkel zullen zeggen,
dat ze unfair zijn.
Laten we hen daarin niet navolgen.
Laten we bij al ons strijden wapenen gebruiken,
die eerlijk zijn.
Al zouden we dan ook ditmaal den slag ver
liezen, we zouden dan toch de bewustheid hebben
op loyale wijze voor onze beginselen te hebben
gestreden.
Van leugen en verdachtmaking, om laster en
eerroof niet eens te noemen, mag zelfs geen sprake
zijn.
Onze strijd gaat niet tegen personen, onze
strijd gaat tegen beginselen.
Dit worde nooit uit het oog verloren.
Alleen dan blijft de strijd zuiver.
13 Juni.
De pogingen van president Roosevelt om een
verzoening tusschen Japan en Rusland tot stand
te brengen schijnen veel kans op welslagen te
hebben.
Donderdag den 8en Juni zond president Roose
velt aan de Russische en Japansche regeeringen
de in ons nummer van Zaterdag gepubliceerde
nota.
De antwoorden van Japan en Rusland op deza
vredes-nota zijn thans te Washington ontvangen.
Roosevelt heeft een samenkomst gehad met Taft,
den waarnemenden minister van Buitenlandsche
Zaken. Na afloop van deze samenkomst werd
bekend gemaakt dat de antwoorden, door Rusland
en Japan gegeven, niet openbaar gemaakt zouden
worden, met het oog op den toestand gelijk die
gebleken was uit ambtelijke inlichtingen, tijdens
de afwezigheid van den president ontvangen.
Er wordt echter bijgevoegd dat het geheimhouden
dezer antwoorden niet wijst op stremming in de
onderhandelingen. De president acht den toestand
bevredigend.
De eenige reden voor het talmen met de
openbaarmaking der antwoorden, is Roosevelt's
wensch om eerst formeel Japan's antwoord naar
Petersburg en Rusland's antwoord naar Tokio
over te brengen, waarmee de voorloopige onder
handelingen zijn afgeloopen en Amerika's werk
daarin feitelijk is voltooid. Rusland en Japan
zullen naar men verwacht, dan een wapenstilstand
sluiten, gevolgd door een bijeenkomst van verte
genwoordigers der oorlogvoerende partijen ter door
Japan aangegeven plaatse, vanwaar Japan's voor
waarden, naar men zegt, rechtstreeks aan den
Tsaar zullen worden overgeseind indien zij aan
nemelijk zijn voor Z. M., zal er waarschijnlijk later
een bijeenkomst van gevolmachtigden plaats heb
ben te Washington om een vredesverdrag op te
stellen.
Van een lady Blanchemain gehoord te hebben."
De jonge man lachte weer even.
„Linda lady Blanchemain?" zeide hij: „Ja
men hoort zeer veel van haar. Een zeer ori-
gineele 'dame, dat is zeker. Men hoort overal
Van "haar."
Linda lady Blanohemain's lippen trilden, maar
zij 'beheerschte zich.
„Wel?" Vroeg zij en zij zag 'hem grappig
uitdagend aan, alsof zij wilde zeggen: denk nu
maar, dat ik een oude bemoeizuchtige vrouw
ben en doe zooals' ge wilt, „wel waarom
maakt u bet niet. goed met haar?"
Maar bij scheen haar niet bemoeiziek le vin
den. Hij droeg dood op zijn gemak zijn be
denkingen vioor.
„Waarom ik dat niet doe? of dat mijn oom
het niet doet'? Mijn oom is een Verstokt con
servatief, en zijn tradities zijn hem heilig, hij
is een man, die nooit iets doen zal wat zijn
Voorvaders niet deden. Hij zou er evenmin aan
denken om een ouderwetsche familievette goed
te maken als om het familiezilver te verkoo-
pen. En lik zelf? Wel, het zou niet aan mij
zijn om den eersten stap te doen."
„Gij hebt, gelijk", zeide lady Blanchemain.
,,'t Is aan haar om den eersten stap te doen.
Maar de meeste menschen hebben zulk een
ongelukkige gewoonte ook al zijn ze geen
verstokte conservatieven om de dingen te
laten zooals zij ze vinden. Daarbij, ze had
u nooit gezien en wist niet, dat ge zoo aardig
Intusschen weet men te vertellen, dat in het ant
woord van Japan gezegd wordt, dat Japan, zoowel
in het belang van de wereld, als van zich zelf,
het herstel van den vrede met Rusland wenscht,
op voorwaarden, waarbij waarborg wordt gegeven
voor het behoud der hechte grondslagen, waarop
het keizerrijk is gevestigd.
Japan zal, in antwoord op het voorstel van
Roosevelt, gemachtigden beneemen, die de Rus
sische vertegenwoordigers zullen ontmoeten op
een tijdstip en op een plaats, nader door de beide
oorlogvoerenden te bepalen en aan te wijzen, ten
einde onderhandelingen aan te knoopen over vre
desvoorwaarden.
Volgens inlichtingen uit diplomatieke bron zal
baron Rosen, die vóór den oorlog Russisch gezant
te Tokio was, tot vertegenwoordiger van Rusland
worden benoemd.
Het bericht, dat Rusland en Japan het voorstel
van Roosevelt hebben aangenomen, is overal met
vreugde begroet. Wat de Engelsche bladen zeggen,
is nog niet bekend alleen de Westminster Gazette
gebruikte in een artikei over de mogelijkheid van
den vrede een zinsnede, welke dient worden op-
geteekend
»Als bondgenooten van Japan hopen wy, zegt
het blad, een zekeren invloed te tieooen en deze
invloed zal zeker een verzoenend karakter dragen.
Maar Japan zal wel zijn eigen zaken weten te
beheeren, zooals het tot nu toe bewezen neeft."
Volgens professor Takakoesoe, ex-aitacne van
baron Soeyeinatsue, gezant te Lonueu, zouuen de
Japansche voorwaarden de volgenoe zyn
'le Ontruiming Van-Matitsjueiije uour Uusland.
2e Japansch protectoraat over Aiamsjueiije, even
als het Engelsch protectoraat over Egypte. 3e
Japansch protectoraat over Korea. 4e Port-Arthur
blijft aan Japan. 5e Ontmanteling van VViadiwo-
stok. 6e. Atstand van het eiland öaciialm aan de
Japanners. (Op dit eiland hopen de Japanners een
rijke bron van inkomsten te vinden, door kolen-
lagen, minerale bronnen, tvischvaDgst enz.) 7e.
Uitbetaling van een oorlogsschatting, gelijkstaand
rr.et de door Japan geleden oorlogskosten.
Deze voorwaarden zijn zeker veeleischend, maar
wat 'n professor denkt, is daarom nog niet het
gevoelen van de diplomaten.
In een telegram uit Washington werd gister
officieus verzekerd, dat de voorloopige ontvangst,
aan Roosevelt's voorstel van Russische zijde té
beurt gevallen, de mogelijkheid uitsluit, dat Rus
land alleen Japan's voorwaarden zou willen ken
nen, zonder gezind te zijn tot onderhandelen.
Uit gezaghebbende bron verluidt, dat Japan
weigert te onderhandelen, tenzij Rusland behoor
lijk gevolmachtigde vredesonderhandelaars benoemt.
Volgens den Petersburgsclien correspondent van
de Standard wordt in Rusland's antwoord inder
daad van gevolmachtigden gesproken, maar zou
den dezen toch slechts de opdracht hebben, Ja
pan's vredesvoorstellen over te brengenandere
vredesonderhandelingen zou de Russische regee
ring onmogelijk achten.
Naar de Standard uit Washington verneemt,
wordt een wapenstilstand van zes weken nu be
waart. Toch wil ik bekennen, als gij erop aan
dringt, dat zij zich schamen moest. Kom, la
ten wij het goed maken."
Zij stond op, een groote schitterende, vrien
delijke verschijning en stak haar hand uit, nu
zonder handschoen, haar kleine, zachte witte
hand met de glinsterende ringen.
„O I" riep de verbaasde jonge man, de ver
verbaasde, verbeederde en geheel overwonnen
jonge man; hij, sperde zijn lichtblauwe oogen
wijd open en die straalden van plezier en ver
rassing.
De vriendelijke verschijning zweefde naar hem
toe en hij nam de kleine hand in zijne lange,
smalle gebruinde handen.
VIII.
Toen de eerste ontroering voorbij was, keer-
,1e Lady Blanchemain naar de divan terug en
vroeg John om naast haar plaats te nemen.
„Nu", zeide zij op vriendelijk heerschzuchtigo
wijze, terwijl er bewondering en belangstel
ling uit haar gelaat sprak, „nu heb ik u wei
negen millioen negen en negentig dingen te
vragen, die ge alle beantwoorden moet.
Wordt vervolad.\