Binnenland. Ingezonden. leenend. vjo-or anarchistische opruiingen, werd ver worpen, met 491 tegen 70 stemmen. Hét amen dement, de amnestie uitstrekkend tot aanslagen gericht tegen bet hoofd vhn den staat, werd eveneens verworpen. Hét gèhèèlé ontwerp, dat amnestie verleent aan de voor hét Hooggérèchts- hof vlénoordieelden en voor hen, dijè zich aan gfctheimenschiennis hclbben schiuikMg gemaakt werd aangenomen meit. 641 tegen, 5 stemmen. President Loubet zal heden te Marseille aankomen en aanstonds naar Parijs vertrekken. Rouvier is reeds te Parijs terug. De koning van Portugal heeft de uitnoodiging van president Loubet, om nog eens een bezoek te brengen aan Parijs, aangenomen. Hij zal reeds in de volgende maand, vergezeld door den Portu- geeschen minister van Buitenlandsche Zaken deze bijzonderheid is van belang de reis aan vaarden. PARIJSCHE KRONIEK. Van onzen Parijschen correspondent Parijs, 15/27 October 1905. Zelden wa3 de parlementaire vacantie, welke binnen eenige dagen gaat eindigen, zoo bewogen als dit jaar. Evengoed in 't binnenland als naar buiten was zij vol gebeurtenissen, waarvan er enkelen op het punt waren op onheilen uit te loopen. De crisis van het patriotisme en die van Marokko hebben de partjjen en de natiën tegen over elkander doen staan, dat men het ergste kon gaan vreezen en velen gelooven, dat de oplossing nog niet gevonden is. De twist tusschen Jaurès en Clemenceau evenals die tusschen Rouvier en Delcassé hebben aan de minst helderzienden de diepste van het sociale gevaar en het dreigende van het buitenlandsche gevaar duidelijk doen uit komen. Men heeft uit de verschillende ware en onware onthullingen en polimieken gemakkelijk kunnen bespeuren, dat men hier van een incident of eene onhandigheid afhing en in het duister tastte, niet wetende of de stap welke men ging zetten het land niet in een verschrikkelijk avontuur kon storten, waarby het tusschen de revolutie en een buitenlandschen inval verpletterd, zijn toekomst en bestaan in de waagschaal stelde. Indien men nu zoude veronderstellen, dat het ernstige van dezen toestand aan de regeering de noodzakelijkheid heeft doen gevoelen om zich voorzichtig en ferm te toonen, dan bedriegt men zich. Wij moeten het tegendeel constateeren. Zij heeft geen vaste staatkunde en geen programma. Aan den vooravond van den terugkeer der afge vaardigden zoekt zij slechts naar de middelen, welke haar aan de noodzakelijkheid om haar gedrag te rechtvaardigen, kan doen ontsnappen in plaats van het land gerust te stellen over de ge varen welke zich voordeden. Zij zal de Kerk aan den Senaat overleveren, door de Scheiding met al hare gevolgen op te dringen, want een ieder weet, dat deze niet kan worden aangenomen als op de conditie van niet in discutie te zijn gebracht. Dal zal men dus een executie zonder genade kunnen noemen. In strijd met hetgeen enkele complaisante vrienden van Rouvier deden hopen, zal hij zich in den Senaat niet meer van de zaak aantrekken, dan hij het in de Kamer gedaan heeft. Hij zal de gematigden en liberalen tegen de Jacobjjnsche en mafonniekej coalitie laten worstelen en zelfs niet op z(jn post staan om aan de hooge vergadering te beletten van alle onafhankelijkheden en eigen waarde afstand te doen. 't Is niet om den godsdienstvrede te bewaren of de vrijheid van geweten te behouden, dat hij met de socialisten en radicalen zal breken. De Scheiding is het been, dat h\j hun te kluiven toewerpt. De berekening is el lendig, om zoo de driften te vleien, teneinde daardoor wat stemmen te winnen en het land aan sociale desorganisatie en financieel verval prijs te geven. Daarheen heeft het ministerieRouvier Frankrijk geleid door het tegendeel te doen van wat het scheen te beloven en wat men er van verwachtte. Rouvier heeft de staatkunde van oneenigheid en van willekeur, welke Combes in praktijk bracht, doch met eene cynieke openhartigheid, welke niemand bedroog, en zoo zij al slachtoffers vroeg, ten minste geen dupes maakte, op huichelachtige wijze voortgezet. De veel beteekenende bekentenissen en nieuwe onthullingen in de Echo de Paris en in de Matin verschenen en door de oud-ministers van marine, Lockroy en de Lanessan, over de nationale verde diging afgelegd en openlik geschreven, zijn in de hoogste mate leerrijk. Vooral wat de laatste der twee, een radicaal socialist en lid van het Bloc, schrijft, is bijna ongelooflijk. ïDuitschland is igereed tot den aanval, zoo schrijft Lanessan, en »w|j zijn het nietwij hebben twaalf dagen noodig ïom onze troepen te verzamelen wat de Duitschers »in vier-en-twintig uren kunnen doen". Wat een verpletterende bekentenisIndien een schrijver der oppositie zoo iets had durven beweren, dan was h|j als een landverrader of een lasteraar- gescholden, doch nu is het geen »calotin", maar een der vrienden van het tegenwoordige bewind, een der leiders, die gedurende jaren minister van marine in de schoonste dagen van het Bloc geweest is, die aan het ontstelde Frankrijk verkondigt dat het bij Duitschland ten achter staat en de dagbladen van het Bloc, die deze waarheid reeds lang schijnen te weten, doen het stilzwegen er over, wat wel het duidelijkst hunne hulploosheid verraadt. Voor hen die hun land liefhebben en het boven de republiek en de partijen stellen, is deze mededeeling van het grootste nut en wel in de eerste plaats om zoo spoedig taogeljjk te trachten het kwaad te herstellen, vervolgens degenen te straffen, die aan dezen toestand schuld hebben en aan de regeering rekenschap te vragen der desorganisatie welke b|j het leger en de marine zijn gaan heerschen. 't Is echter niet alleen de regeering welke deze toestand deed geboren worden, doch evenzoo de leden der slaafsche meerderheid waarvan er velen arm aan het bestuur kwamen en thans, rijk geworden, er ook aan willen blijven. De heer Lanessan denkt er evenzoo over. sHet geld voor ï's Lands verdediging bestemd, schrijft hij, is daar »niet voor gebruikt, want zij is slechter dan ooit". De verklaring is zonder omwegen en komt uit de eerste bron en 't is niet denkbaar, dat niet een onafhankelijk afgevaardigde in de Kamer eene verklaring komt uitlokken over de verspilde millioenen en vragen waar zij gebleven zijn. Dit jaar, even als de vorige, staat het Parle ment bij het hervatten zijner bezigheden voor een zeer belast programma, doch nu zal het moeie- lijker dan anders zijn om er door te komen, daar het den 25sten December weder opnieuw uiteen gaat, ten einde aan de senatoren die bij de drie jarige vernieuwing moeten aftreden, de gelegenheid te geven hunne kiezers te kunnen zien en spreken. In de Kamer vooral komt er zooveel te doen, dat de moedigste der afgevaardigden er niet zon der schrik om het hart aandenken kan. Om te beginnen, de begrooting van 1906, waarvan het rapport nog gedrukt moet worden, dan de werk liedenpensioenen, waarvan de onmiddellijke dis cussie door de in vacantie gaande Kamer bevolen is. Deze twee belangrijke werken zullen na Aller heiligen dus afwisselend behandeld worden en waarschijnlijk in twee zittingen per dag. Nu komt hier nog bij dat de regeering wel dadelijk zal ge sommeerd worden of laten wij liever zeggen, door een harer vrienden uitgenoodigd worden, om hare algemeene staatkundige bedoelingen en plannen aan de vertegenwoordigers van het Land bloot te leggen, wat ditmaal niet van belang ontbloot kan genoemd worden. De bij dozijnen ingeschreven interpellatiën mogen alleen 's Vrijdags behandeld worden, wat tengevolge heeft, dat de in volgorde ingeschreven interpellatie, wanneer zij eindelijk aan haar beurt komt om behandeld te worden, dikwerf veel, zoo niet geheel haar actualiteit ver loren heeft en daarom vaak wordt ingetrokken. Onder deze kan men zeker nu reeds de laatst in geschrevenen rekenen, waarbij den heer Vigné d'Octon den minister-president naar de redenen vraagt, waarom de regeering de Kamers dit jaar zoo laat bijeengeroepen heeft. De commissie uit den Senaat met het verslag over het wetsontwerp der scheiding van Kerk en Staat belast, heeft den 25sten hare werkzaamheden hervat. De heer Maxime Lecompte deed er voor lezing van en stelde voor in het door de Kamer aangenome ontwerp geen wijzigingen te brengen. Men wil absoluut vóór 25 December er mede af gedaan hebben. Wat men ook van deze wetten zeggen moge, zeker is 't, met de Katholieken onder eene hooge staatspolitie te plaatsen, verzekeren zij hun de vrijheid niet waarop zij als alle andere Franschen recht hebben. Door den verradel|jken weg open te laten om de uitoefening van den eeredienst en de verkondiging van de leer, onder het voor geven van den openbaren vrede van het burgerlijk leven en de rechten van den staat te ver storen te kunnen straffen, hebben de sectarissen de macht in handen gehouden om naar willekeur de Katholieken te kunnen hinderen, plagen, vervolgen en de kerken te sluiten In deze onoprechte en gedwongen schikking verkondigt men wel dat de Kerk recht op bestaan heeft, doch x|j bevatte de middelen om haar het leven onmogelijk te maken. W|j deelen dan ook de vrees van vele Katholieken, dat deze scheiding het preludium eener brutaler verdrukking zal zijn en eene on verbiddelijke vervolging der Kerk tengevolge zal hebben. Fidelius. oostbnuijk-hongarije. Iteuher felejïit uit Boedapest In een conferentie, dóe gisfer dè liberate par tij hfeUd oyer het voohstel van graai Tlisza., werd een mioitiie aangenomen, waarin werd hetoogd, dat het program dei' regeering nlèt tot de oplossing der cri sis zal leiden, en waarin wjerd opgekomen tegen hlet algemeen kiesrecht, dtotch uitbreiding gevraagd weid vhn het belasting-ktiejsiéch t SPANJE. Mpnterio Rios is bjeliast om, wat hét ook kos ten molge, een nieuw kabinet te vorm[ein. TURKIJë. De Times verneemt uit Sinaja, dat mogendheden, Duitschland inbegrepen, thans het er over eens geworden zijn, dat een vloetbetooging tegenover Turkije noodzakelijk geworden is. De mogendheden overwegen nu de uitvoering. Het Kon. Echtpaar. Uit Schwerin wordt geseindKoningin Wilhel- mina, groothertogin Marie en de groothertogin van Oldenburg hebben eergisteren-avond het kerkelijk concert van den Araerikaanschen orgelvirtuoos Saul bijgewoond. Mr. Harte. Naar het Huisgez. verneemt, zal de oud-minis ter van Financiën, rar. Harte, met zijn gezin het winterseizoen gaan doorbrengen op het eiland Capri, bij Napels. Bülow von Dennewifz. Over den begrootingspost betreffende een lijf rente aan graaf Bülow von Dennewitz en diens mannelijke afstammelingen in de rechte linie wild. in De Nederlander het volgende medege deeld In de aanteekeningen achter prof. Jorissens »De Omwenteling van 1813", opgenomen in diens Historische Studiën, leest men »De 16e afdeeling (der staatsbegrooting van 1862) bevat onder art. 47 een post, die tot nog toe daarop niet voor kwam. Het is eene lijfrente aan den Pruisischen generaal graaf Bülow von Dennewitz en diens mannelijke afstammelingen in de rechte linie, ten bedrage van ,1000 dukaten of 15250. Deze post werd door de regeering volgenderwijze toegelicht »Aan den Pruisischen generaal graat Bülow von Dennewitz is terzake van de uitstekende diensten, welke hij met zijn onderhebbend legerkorps in 1813 aan den lande heeft bewezen, door den souvereinen vorst, bij besluit van 6 Februari 1814 Ho. 3 als blijk van persoonlijke hoogachting en van diep gevoelde erkentelijkheid door de geheele Ned. natie, een jaarlijksche lijfrente van duizend dukaten (f 5250) toegekend, met bepaling dat deze rente op dezelfde termijnen en op denzelfden voet als de gewone pensioenen zal worden betaald, mitsgaders dat te dien effecte de rente in 't grootboek der pensioenen zal worden ingeschreven. Deze rente komt dan ook voor op de l(jst der gepensionneerden, onder het departement van oorlog resorteerende, welke in den tjjd, zoo men vermeent in 1842, aan de Tweede Kamer der Staten Generaal is overgelegd. Tot belooning van de diensten, door genoemden generaal opnieuw aan het rijk bewezen door zijn beslissend aandeel aan de glorierijke overwinning bij Belle Alliance, is opgemelde beschikking, bij koninklijk besluit van 8 Juli 1815 no. 4, in dier voege gewijzigd, dat de bedoelde rente niet alleen aan den generaal zeiven gedurende zijn leven, maar ook aan zijn mannelijke afstammeling in de regte linie, tot op het geheel uitsterven derzelve, regelmatig en zonder afbreken zal worden voldaan. Daar de algemeene rekenkamer echter zwarigheid heeft gemaakt om die lijfrente als een pensioen te ver evenen, is zij nu onder een afzonderlijk artikel op de begrooting uitgetrokken." De plannen der Regeering. De Haagistóhe chonaqueur der N. Gron. Ct. schrijft ovter de Staatscommissie voor de Grond wetsherziening De wijze waarop en de mannen waaraf daiei coimm'tssie is saamges teld, hebben mij evenmin verrast. Ik wist sedert ©enigen tijd, dat dé heer de Beaufort zich berefid verklaard had, hét voorzitterschap te aanvaarden en dat prof. Oppenbeiim en prof. de Louter het Lidmaatschap wilden op zich nemen. Maar ik wisit ook etn doelde daarop in mijne vorige kroniek, dat de regeerilng zich moeite had gegeven om zooveel mogleüijk alle politieke fracties in de commissie te doen vertegenwoordigen. Dit sfchijnt niet geheel te zijn getukt en kvan- neer men derhalVe aanmerking er op maakt dat dé anti-revtóutfonaire en socialistische groepen geien stem in 't kapittel hebben, dan geloof ik té mOgen beweren dat dit onafhankelijk van en zelfs tegen den wil vlah het Kabinet is. Voor 't overige heeft dè règèèrmg door hèt aan dè com missie Versterkte mandaat zich gèhèèl gehouden aan de Van den aanvang af afgebakende gedrags lijn. Gelheel lpjsi van dje wijzigingen, die het Kabinet „proptóo moto" in ide artt. 80, 127 |en 143 der Grondwet za/I voorstellen zoodat dè herziening van die artikelen biuitèn 't kadèr dér voordrachten van de commissie zal vallen ils haar volkomen vrijheid' gelaten om allé vèr- andieringèn die h. i. nog in de Grondwet moetëh worden gfebrafchit, zoowel iin vërband met als los van Ide electorate kwestie in wetsvoorstellen te belichamen. Dé commissie zal dus zoowel omtrent de troon opvolging als het onderwijs, ton aanzien van de (samenstelling der Eerste Kamér en dè evènrè- digle vertegenwoordiging, de onthindbaarheid van van dé Provinciale Staten, kortom over alle Vraag stukken haar denkbeelden kunnen uiteh en ih wletisontwerpèn néderléggèn. Het feit dat dè com missie uit zeven léden bestaat, waarvan 4 mét dén voorzitter tot de verschillende fractiën dèr linkerzijde én drfe to|t de reohtsche red.) hiehooren, bewijst dat dé regèèring gèstrèèfd hèèft naar onpartijdigheid en zoo mogelijk ook naar de heVbrdering van spoed met den arbeid. Bén ik wed ingblicht dan zo|U| 't Voornemen, bestaan de staatscommissie nog in dezë maand te in- stalleeren eln met bescheidenheid aan te spo ren, om, zoo mug olijk Vóór 1 Juli 1906 haar rap port en Voortstellen aan de regèèring in tè dié nen. 1 Verder schrijft do correspondent Wiemscbt het Kabinet d,ns blijkbaar met eeni ge Voortvarendheid ter zake van dè grondwets herziening te wérk te gaan, èr béhioèft {gèen Vreès te bestaan dat anderé wetgevènde arbeid èr oin- der zal behoeven te lijden; aan dè verschillen de departemehten van algemèen 'bèstuur, ook ajan heit nieiuiwè opder de leiding' van Mr. Veè- gems, würdt mét kracht en inspanning gewerkt, otm de belangrijke financteele, juötitieele én so ciale Voorstellen dfe in 't regeerin.gs-prograan zijn opgenomen, roods grooteüdeèls in hèt volgend zittingsjaar bij de Sta,ten-Genèraal te kuinnen a; n! bangig maken. Dat de minister Van Binnehlabd- scjhiet Z,aken met «ie» najdëie wijziging dèr Drank wet den moesten spOed maakt, is békend, maar ik kan u 'de verzekering geven, dat. ook Icfe ü- nnnclm'e plannen Van den heer Dè MèèStèr reeds oen vrij vasten vorm hébben aangenomen en bog in 't Joopend zittingjaar zal men van iden minis ter van Juistifce, -,en van zijn ambtgenoot voor Nijverheid zeer gewichtige voor stelten k'unnèn tegemoet zien op hét gebied dèr vérbètering van ons burgerlijk recht en vain do arbeiders-vieirzé- ■kériing, zoomede met betrekking tot het open baar verkeerswezen. Ik verneem toch dat alle gegevens zijn ver zameld en bewerkt, voor een evenfueele wetsl- voprdracht tot. naasting van alle spoorwegen door deh staat. Misschien zal deswege bij1 de aan staande begroo tings-deba tten reeds volledige ze kerheid worden Verkregen, zoodat eën opzette lijke behandeling van dd;t onderwerp bij de dien.' aangaande aanhangige mpte overbodig zou kun nen worden In Vèrband met de begroeting heb ik juist gifstoven Van welen gelichte zijde vernomen dat dé veelbesproken post voor den bouw der niéu we stollen; bij 't 'Kon. domein het Loo bij wij' ailgi.ng van Hoofdstuk I zal worden teruggen0' men. Men voiegde er bij dat H. M. de Koningin zielVè daartoe het Verlangen zou hebben te ken nen gegeven. Is dit zoo en ik 'heb' pile reden oim aan de juistheid der mededeeling té gèloo- ven, dan zo,u diit' struikelblok ieen klein °P' posi'tiewapen in mijn oog op de m|jest bevre digende wijze zijn uit den weg geruimd. Onderwijs. Binnenkort zal aan het Roomsch-Katholiek gymnasium te Katwijk aan Zee een Hoogere Bur gerschool met 3-jarigen cursus en een Handels school met 2-jarigen cursus worden verbonden. Electrische tramweg in de Zaanstreek. Aan den heer H. Drukker, directeur der Hol land American Company te Amsterdam, lS thans door de besturen van den Zuid wij kermeer- polder en den polder »Purmerland" definitieve concessie verleend voor het aanleggen, hebben en exploiteeren van een electrischen tramweg in de Zaanstreek, voor een tijdvak van dertig achtereen volgende jaren. Onderzeesche torpedoboot. De aan de Kon. Maatschappij de Schelde te Vlissingen gebouwde onderzeesche torpedoboot Luctor et Emergo zal binnenkort naar Nieuwediep vertrekken en aldaar zullen, in tegenwoordigheid van verschillende Marine-autoriteiten, de officieels proefnemingen plaats hebben. Zooals bekend is, zal de Luctor ei Emergo, als deze proeven naar wensch slagen, door de Marine worden overgc* nomen. Werkloozen-verzekering. De door den Utrechtschen Raad benoemde commis sie tot onderzoek naar de wenscbelijkheid van een verzekering tegen werkeloosheid, heeft als haar meening te kennen gegeven, dat zij zoodanige ver zekering mogelijk achtdat die gesteund moet worden door de vak vereen igingen en dat daarbij de gemeente een uitkeering kan geven overeen komstig het Gentsche stelsel en voorts de commis sie daarom voorstelt op de begrooting daarvoor een post van f 1000 uit te trekken. Men meldt uit Amersfoort: De 20-jarige W. V., die in het café v. D. in de Arnhemsche straat alhier het middagmaal gebruikte, heeft daarbij een groot stuk vleesch in de keel gekregen, ten gevolge waarvan hij gestikt is. Te Ewijk (G.) waren Zondag eenige jonge lingen aan schijfschieten, toen eensklaps, doordat hij te dicht bij de schijf kwam, de 18-jarige zoon van den wethouder Chr. H. een kogel in het voorhoofd kreeg, waardoor hij terstond een lijk was. Koorklasse van jonge dames en heeren van 14—20 jaar. Mijnheer de Redacteur, Reeds meermalen vroeg men mij. hoe bet met- de opterichten koorklasse stond, of zich een vol doend aantal jongelieden had aangemeld enz., et» ik weet geen beter middel om al die belangstel lenden te antwoorden, dan u een plaatsje in UW blad te verzoeken. Na de oproeping in Uwe Courant van den 3l Augustus bleek het m|j, bij m(jn bezoek aan en kele hoofden van inrichtingen van onderwijs te dezer stede, dat het plan om pogingen aan te wenden teneinde in deze gemeente een koorklasse van jonge dames en heeren van 14—20 jarige'1 leeftijd op te richten hun volle sympathie had- Dank zij hunne medewerking, heeft zich tot heden een 70 tal jongelieden aangemeld, zoodat de oprichting der koorklasse verzekerd is. Overeenkomstig de toezegging, vervat in gemelde oproeping, is het bestuur der Muziekschool fnet die aanmelding in kennis gesteld en naar mij va" bevoegde z(jde werd medegedeeld is reeds eei» oproeping voor een Directeur gedaan en zullen de repetitiën zoo spoedig mogelijk een aanvang neme0. Onder dankzegging voor de mij verleende plaats ruimte, Hoogachtend, Een voorstander van genoemde koorkla>sse' Schiedam, 30 October 1905. - - 'l 1 1 .- J" Ongelukken. (Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.) Van ingezonden stukken wordt de kopy niet teruggegeven.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1905 | | pagina 2