Verspreide berichten.
Staten-Generaal.
Minnen land.
ten samenwerken. Deze mededeeling van Smuts
werd onstuimig toegejuicht.
De correspondent van de Standard seint, dat
Smuts zeer ingenomen was met het onthaal, dat
hij op de vergadering gevonden had. Hij is over
tuigd, dat het verbond van Engelsche nationa
listen en het Volk op den Rand ettelijke zetels
voor de Wetgevende Vergadering zal veroveren.
AMTIRTTCA.
De dreigende Amerikaansche spoorwegstaking,
waaraan, naar het heette, meer dan 100,000 spoor
wegmannen zouden deelnemen, schijnt ten slotte
niet te zullen uitbreken. Het geschil tusschen
de directie en de stokers van de Erie Mij. wordt
aan een scheidsrechterlijke uitspraak onderwor
pen. Bij de New York-Newhaven Mij. hebben werk
gevers en werknemers een vergelijk getroffen.
Deze beide berichten dragen nog een voorloopig
karakter.
VENEZUELA.
Telegrammen uit Willemstad aan de New York-
sche bladen bevestigen de slechte berichten over
Castro's gezondheid. De jongste mededeelingen
uit Caracas noemen zijn toestand bijna hopeloos
en zeggen dat de dokters bijna alle hoop op
herstel opgeven.
De opstandelingenaanvoerder Montilla heeft op
nieuw de wapenen opgenomen. Hij moet de re-
geeringstroepen tweemaal verslagen hebben en
dreigen de stad Barquisimein te vermeesteren.
Volgens de New York Sun gelooft men in Vene
zuela algemeen, dat Castro gek is geworden. De
daden zijner ministers wijzen daar ook op.
De Koning van Griekenland is eergisteren
avond uit Parijs te Weenen aangekomen. Hij blijft
eenige dagen.
Volgens een bericht van het Vatikaan aan
de Weener Politische Korresyondenz, blijft de oor
spronkelijk voor het December-consistorie voor
genomen benoeming van nieuwe kardinalen ach
terwege, wegens den kerkelijk-politieken toestand
in Frankrijk, van welks traditioneele acht kar
dinaalszetels thans 4 vacant zijn, welke op 't
oogenblik moeilijk bezet kunnen worden.
Aartshertog Karei Franz Joseph van Oosten
rijk, zoon van den onlangs overleden aartshertog
Otto en toekomstig troonopvolger (tengevolge van
het morganatisch huwelijk van zijn oom) is te
Praag aangekomen, waar hij een jaar zal door
brengen met het volgen der lessen aan de Tze-
chische en de Duitsche universiteit, en om zich te
oefenen in de Tzechische taal, die hij overigens
reeds vloeiend spreekt.
Er is een Japansche handelscommissie in
Europa om rond te kijken. Op het oogenblik
is ze in Spanje. Een aantal fabrikanten van in-
maaksels hebben echter besloten, de slimme Ja
panners geen toegang tot hun fabrieken te ver-
leenen. De commissie gaat ook Fransche fabrie
ken bezichtigen.
Mevrouw Russell Sage, de New-Yorksche
die zich ontdoen wil van de honderden milli-
oenen die haar man haar nagelaten heeft, is in
haar huis belegerd door drommen liefhebbers.
Zij heeft bij vrienden de wijk genomen en laat
bekend maken, dat niemand die vraagt, een cent
krijgt.
Volgens een ander bericht uit New-York is
er in Mexico een rijkaard, met name Pedro Alvi-
rado, bezitter van de zilvermijnen van Parro,
die binnen een maand tijds 24 millioen gulden
onder de armen van Mexico wil verdeelen.
Een telegram uit Saloniki, te Rome ontvan
gen, meldt, dat een aanslag is gepleegd op gene
raal Giorgis, commandant van de internationale
gendarmerie in Macedonië. In den kelder van het
huis van den generaal hebben onbekenden een
groote hoeveelheid hout aangebracht, die zij heb
ben aangestoken na er petroleum over gegoten te
hebben. De eigenaar van het huis heeft den brand
tjjdig genoeg ontdekt, om alarm te maken en
men kon aldus de vlammen dooven alvorens ver
der onheil was gesticht. De politie beschuldigt van
dien aanslag men weet nog niet met welk
recht leden van het Grieksche comité, die fnen
intusschen nog niet heeft kunnen arresteeren.
TWEEDE KAMER.
Zitting van Woensdag 14 November.
Indische Begrooting.
De heer De Waal Malefijt erkende bij de
repliek ook de wenschelijkheid van meerdere vol
ledigheid vnn de Koloniale Verslagenbepleitende
opnieuw een uitvoerrecht op petroleum en op
copra. Met dat op petroleum wachte de Minister
niet tot de inkomstenbelasting en dat op copra
moet niet ingevoerd worden in alle onze Indische
bezittingen, maar in die streken, waar de industrie
nog in opkomst is en de bevolking dus geleidelik
aan dit uitvoerrecht kan worden gewend. Nu op
Atjeh de bevolking is overwonnen, moet men haar
ook beschermen. En bij de vraag wat voor de
buitenbezittingen moet worden gedaan, zorge men
in de eerste plaats, dat de opium worde geweerd.
De beer Van Karnebeek vroeg het woord
voor een persoonlijk feit. De heer Van Kol had spr.
n.l. voorgesteld als de verpersoonlijking van het
xvleesch geworden conservatisme" en beweerd dat
spr. zich zou verheugd hebben over het «voor
uitzicht van de batige sloten". Spr. merkte te dien
aanzien op, dat de heer v. Kol ook op het gebied
van «conservatisme" niet zuiver is, waar deze her
haaldelijk zich niet afkeerig heeft getoond van een
«kapitalistisch stelsel" voor Indië. En voorts ont
kende spr. zich uitgelaten te hebben, als de heer
Van Kol hem in den mond had gelegd. Hij had
noch dit, noch iets anders gezegd, wat er zelfs ook
maar eenigszins op geleek.
De heer Piersou achtte een progressieve in
komstenbelasting voor de Naamlooze Vennootschap
pen onuitvoerbaar, omdat de maatstaf voor de
progressie niet is aan te geven. Aan het hoofd van
de bedrijven moeten aldus betoogde hij nog
commercieele mannen geplaatst zun.
Nadat spr. nog in eenige beschouwingen was
getreden over de toekenning van meerdere zelf
standigheid van Indië, beantwoordde de Minis
ter van Koloniën nader de verschillende
sprekers. Opnieuw protesteerde de Minister tegen
de bewering van den heer De Stuers over de onbe
trouwbaarheid van de officieele verslagen. De
minister was er van overtuigd (in tegenstelling
met den heer De Stuers), dat geen ambtenaar aan
Koloniën den Minister tot slachtoffer zou maken
ter wille van een of andere animositeit jegens
dien bewindsman. Tegenover den heer De Stuers
hield de Minister vol, dat de expeditie in de Posso
streken, in verband met de daar, door den heer
Engelenberg zelf erkende misstanden, onvermijde
lijk was. Onjuist was, dat de G. G. de expedities
op Bali heeft bevorderd. Integendeel heeft hij alles
gedaan om tot een vreedzame oplossing te komen
en zelfs is hem verweten, dat hij te veel heeft
gedraald. Het pessimisme van den heer Van
Deventer deelde de Minister niet. De volks
welvaart is inderdaad toegenomen, hetgeen kan
blijken uit de toeneming der middelen in 15 jaren
met ongeveer 40 millioen gulden. De Minister
herhaalt, dat de petroleum bij de inkomstenbe
lasting niet zal worden vergeten en reeds het vol
gend jaar zal kunnen blijken, dat die belasting
uitvoerbaar is. Een speciale petroteurnbelasiing
voor één jaar, ware onmogelijk. Met de Indische
Regeering zal in overleg worden getreden over
het denkbeeld om den Slaat deelgenoot te maken
in bepaalde induatrieele ondernemingen. Voor
agressief optreden tegen den Islam is de Minister
niet te vinden. Wat de zelfstandigheid van Indië
betreft, het ligt in de bedoeling door den uit te
breiden Raad van Indië de begrooting vooraf te
doen voorstellen. Het eindoordeel over de begroo
ting zal e hter blijven bij de wetgevende macht.
Voor de derde maal vroeg de heer De Stuers
het woord om op te komen tegen een uiting van
den Minister, die ten onrechte sprekers vroegere
verhouding ais ambtenaar tot den Ministerie debat
bracht. Spr. hield vol niet gezegd te hebben dat
de ambtenaren opzettelijk onwaarheid in de ver
slagen zetten. Spreker verklaarde het zich tot.plicht
te achten op te komen tegen het stelsel van geweld in
Indië. De kaart van Indië is overal met bloed be
spat, van vrouwen en kinderen. Daarom maant spr.
tot voorzichtigheid ingetogenheid en omzichtigheid
aan, in naam der Christelijkheid, der mensche-
lijkheid en in het belang onzer financiën. Met
klewang en karabijn in de hand kunnen wij onze
taak in Indië niet vervullen.
Na een kort antwoord des Ministers werden de
algemeene beraadslagingen gesloten.
Bij afdeeling II (Justitie) dankte de heer Troel
stra voor de wijziging van het drukpersregle
ment, maar kwam er tegenop dat de repressieve
bepalingen zijn blijven bestaan. Spreker wilde
deze ook opheffen en daarnevens wijziging van het
Strafwetboek, met name van de artt. 282285.
Wat Deli aangaat, spr. juichte toe de instelling
van een raad van justitie te Medan en vroeg
waarom de arbeidsinspectie is opgeheven en wat
de Minister nu denkt te doen. Is misschien de
bedoeling een Centrale Arbeidsinspectie te Batavia
in te richten? Hoe zal deze worden ingericht?
Of zullen de ambtenaren van het binnenlandsch
bestuur met de inspectie worden belast Dat zou
spreker betreuren. Tegenover de regeering hield
spreker vol dat de ambtenaren van het binnen
landsch bestuur intriges hebben, gesmeed tegen
mr. Van den Brand en vroeg te dien aanzien een
nader onderzoek, zoomede over de misstanden in
de Lampongsche districten, waar ambtenaren hun
publiek gezag misbruihen om zich te wreken op
verschillende personen, gelijk mr. Dijkstra in zijn
brochure heeft medegedeeld. De minister legge
het rapport van mr. Rhemrev over in deze zaak.
Het publiek belang moet gaan boven persoonlijke
belangen.
De heer van Kol vroeg krachtig optreden
tegen de koelieschandalen bij de houtaankap-onder
nemingen in de Riouw archipel, en tegen de mis
standen bij de rouselarij voor de tinmijnen in de
Straits drong aan op stichting van verbeterhui
zen voor jeugdige Europeesche en inlandsche mis
dadigers, en besprak vervolgens de knoeierijen"
van de naamlooze vennootschappen in Indië, voor
namelijk van de mijnbouwmaatschappijen en de
petroleumondernemingen (terwijl de minister had
toegezegd in Djambi geen particuliere ondernemin
gen te zullen toelaten).
De heer Bogaardt wenschte een onderzoek
naar de centrale gevangenis te Soerabaja, die hij
niet aldaar, maar te Magelang of te Djokja wil
zien herbouwd.
De toestanden in Deli worden ernstig overdre
ven, ook door mr. v. d. Brand. Spr. is overtuigd,
dat de koelies het er beter hebben dan in hun
eigen kampongs.
De minister van Koloniën deelde
mede, dat uit een onderzoek door den Gouverneur-
generaal ingesteld, gebleken is, dat de klachten
van mr. van den Brand over tegenwerking van
ambtenaren ongegrond zijn en dat den ambtena
ren geen blaam mag of kan treffen.
Overigens zullen ambtenaren, die particulieren
tegenwerken, niet worden gehandhaafd.
De minister achtte voor afschaffing van de dood
straf den tijd nog niet gekomenoordeelde met
de spreke: s die hierover het woord hadden ge
voerd, beperking van de preventieve hechtenis
gewenschtverklaarde niet te kunnen voldoen
aan het verzoek om het Rhemrev-rapport over
te leggen, en wees den heer Troelstra op de ver
betering, welke het drukpersreglement in den
aanvang van het jaar reeds heeft ondergaan, door
daaruit het «preventieve" weg te nemen. De
minister sprak pertinent tegen de bewering, als
zou het nieuwe artikel 75 van het Regeeringsre-
glement onuitvoerbaar zijn. Gedurende 18931899
zijn volstrekt niet meer concessiën verleend als
in latere jaren en bij de Mijnwet van minister
Cremer zijn de concessieverleeningen aan beper
kende bepalingen gehouden.
De heer Troelstra blijft op overlegging van
het rapport Rhemrev aandringen.
Bij het verder debat bepleit de heer L o h m a n
het behoud van het residentiegerecht te Medan,
waarbij de procedure allereenvoudigst is geregeld,
naast den in te stellen Raad van Justitie aldaar.
De minister antwoordt, dat alle zaken wel
bij den Raad van Justitie zullen worden gebracht,
maar dat de zaken beneden f500 zullen worden
berecht volgens de eenvoudige procedure van den
residentierecbter.
Heden voortzetting.
Stnatsbegrooting voor 1907.
Hoofdstuk X. (Landbouw, N ij verheid
en Handel.)
VOORLOOPIG VERSLAG.
(Slot).
Gevraagd werd, of de minister voornemens is
eene wettelijke regeling betreffende de veront
reiniging van openbare watered bij de Staten-
Generaal 'aanhangig te maken.
Vernomen was, dat eene aanvraag om subsidie
voor de .stoomvaartverbinding met Zuid-Afrika
hij de regeering was ingediend. Eenigen hoop
ten te mogen vernemen, dat de minister bereid
zou worden bevonden aan dit verzoek een gun
stig gevolg te geven.
Anderen konden zich hiermede niet vereeni-
gen. 1
Verscheidene leden hadden ernstig bezwaar te
gen het verleenen van subsidie aan de Neder-
landsche Vereeniging van Assuradeuren.
In Duitschland vindt men de weerberichten
aangeplakt aan de postkantoren. Gevraagd werd,
of het niet wenschelijk ware hetzelfde hier te
lande te doen.
Door eenige leden werd aangedrongen op her
ziening van het reglement betreffende den vorm,
de samenstelling en de afmetingen der maten
en gewichten.
Hier te lande behoort gelegenheid to zijn tot
het ijken van meters voor electrisch licht of elec-
trische kracht.
Bij vele leden bestond bezwaar tegen de sub
sidie voor banken voor den middenstand.
Het wekte bevreemding, dat dit voorstel gedaan
wordt, voordat het langverwachte verslag van
de staatscommissie voor den middenstand ver
schenen is.
Andere leden hadden met genoegen gezien, dat
op deze begrooting enkele bescheiden posten ter
bevordering van de belangen van den midden
stand zijn uitgetrokken. Zij hoopten, dat de re-
- geering op dezen weg zal voortgaan.
Tegen den post voor een rijksbureau voor het
onderzoek van handelswaren en gebruiksartikelen
bestond bij zeer vele leden bezwaar.
Men zou gaarne nader vernemen, op welken
grond het voorstel des ministers berust en waarom
hij winkeliers en klein-industrieelen en niet an
dere particulieren wil helpen aan kostelooze on
derzoekingen en adviezen.
Met bevreemding hadden vele leden opgemerkt,
dat in de jongste Troonrede gesproken wordt
van ouderdomsverzekering, terwijl in de Troon
rede van 1905 niet een ouderdomsverzekering,
maar eene ouderdoms- en invaliditeitsverzekering
was toegezegd. De scheiding van de ouderdoms-
en invaliditeitsverzekering heeft groote bezwa
ren. Daar deze bezwaren toenemen hoe langer
met de invoering dezer verzekeringen wordt ge
wacht, meenden deze leden op spoed te moeten
aandringen. 1
Eenige leden waren van oordeel, dat de ver
zekeringen tegen ongevallen, ziekte, ouderdom en
invaliditeit als deelen van een geheel beschouwd
moeten worden en zooveel mogelijk op dezelfde
leest moeten worden geschoeid.
In verband hiermede drong men op samen
smelting van alle arbeidersverzekeringen aan, op
dat de moeilijkheden, welke in Duitschland en
Oostenrijk aan het licht zijn gekomen, worden
vermeden. t
Andere leden merkten hiertegenover op, dat,
als men dit schema wilde volgen, er nog vele
jaren voorbij zouden gaan, voordat de arbeiders
verzekering tot stand kan komen.
Verscheidene leden waren van oordeel, dat de
inrichting der ongevallenverzekering tot zoo groo-
ten omslag en tot zoo groote misbruiken aan
leiding geeft, dat het noodig is de wet zoo spoe
dig mogelijk te wijzigen. De oorzaak van de onbe
vredigende werking der wet schreef men vooral
toe aan de centralisatie der uitvoering van de
Rijksverzekeringsbank.
In de jongste Troonrede is vermeld dat de
wettelijke bepalingen betreffende den arbeidsduur
en den nachtarbeid van volwassen mannen in
bepaalde bedrijven worden voorbereid. Met in
stemming hadden sommige leden hieruit gezien,
dat de minister aan partieele regeling de voor
keur blijft geven.
Gevraagd werd, in welke richting de minister
hierbij gaan wil, in die van het ontwerp-Lely
of in die van het ontwerp-Kuyper, en of verkor
ting van den arbeidsduur voor den minister een
principe is, dan wel door hem alleen in zoover
verlangd wordt als noodig blijkt met het oog
op de veiligheid. Eenige leden wenschten be
paaldelijk te vernemen, of de minister beperking
van den arbeid in alle vakken tot 10 uren per
dag en verbod van nachtarbeid voor bakkers denkt
voor te stellen.
Ook werd aangedrongen op beperking van den
arbeidstijd der winkelbedienden en op verdere
beperking van den kinderarbeid.
Geklaagd werd over de slappe toepassing der
wet op den kinderarbeid, en aangedrongen op
wettelijke maatregelen betreffende de huisindus
trie.
Het antwoord, door den minister op 28 Sept.
jl. gegeven aan den heer Schaper betreffende
do toepassing van het K. B. van 13 Juli j.l,
op de fabrieken van de Sphinx en van de Cé-
ramique te Maastricht, had sommige leden niet
bevredigd.
Door te spreken van bedreiging heeft de minis
ter de fabrikanten noodeloos ontstemd.
De schromelijke vergissing, die, naar den mi
nister schijnt te erkennen, gemaakt is, had bij
een beter beleid voorkomen kunnen zijn.
Eenige leden wenschten toepassing der bepa
lingen van het K. B. omtrent het gebruik van
loodverbindingen.
Aangedrongen werd op hygiënische voorschrif
ten voor de uitoefening van het steenhouwersbe-
drijf en op het uitsluiten van zandsteen in Rijks
bestekken voor openbare werken; op een onder
zoek naar den maatschappelijken toestand van
koffiehuis- en hotelbedienden en koetsiers; op
belangrijke uitbreiding van het personeel der ar
beidsinspectie, aanstelling van een hoofdinspec
teur, ontlasting dier inspectie van statistieke werk
zaamheden, op verleening van de bevoegdheid aan
de Kamers van Arbeid om opgeroepen perso
nen tot verschijning te dwingen en om de van
hen gevraagde inlichtingen te verstrekken.
Enkele leden achtten werkloosheidverzekering
van Rijkswege noodzakelijk, velen meenden dat
deze meèr op den weg der gemeenten ligt, doch
verscheidene wilden het gemeentelijk initiatief
jdoor Rijkssubsidie steunen.
Het voorstel tot uitbreiding van het personeel
der Rijksverzekeringsbank met 200 ambtenaren
ontmoette bij velen bezwaar. Sommigen meenden
dat de ontworpen tractementsregeling ten aanzien
van de klerken en adjunct-commiezen ten on
rechte afwijkt van de regeling vastgesteld voor
de ambtenaren van die rangen bij de departe
menten van algemeen bestuur.
Gaarne vernam men hoe de wedden van de
leden van het bestuur zijn geregeld.
De Koninklijke stallen.
Aan een commissie, bestaande uit de heeren
dr. P. J. H. Cuypers, prof. H. Evers en den rijks
bouwmeester in het le district, is opgedragen het
maken van een volledig plan met begrooting voor
stichting van nieuwe gebouwen voor stalpersoneel
en materieel op het Loo, welke commissie bin
nenkort met haren arbeid gereed zal zijn.
Minister De Meester.
Minister De Meester vertoefde gistermiddag ten
paleize het Loo.
Diner.
De Commissaris der Koningin in Zuid-Holland,
mr. Patijn, zal Dinsdag 20 dezer een gedeelte van
de leden der Prov. Staten een gastmaalaanb ieden
te zijnen huize.
De Mij. tot exploitatie van Staatsspoorwegen
tegenover Hongarije.
Volgens Het Volk zou het schrijven van de Mij-
tot exploitatie van staatsspoorwegen aan de leden
van de Belgische-Nederlandsche-Qostenrijksch Hon-
gaarsche Spoorwegvereeniging door mr. A. J. M-
Bake zijn verzonden, zonder daarin den directeur-
generaal van de Staatsspoor te kennen.
Dr. Kuyper.
De Nieuwe Courant had in een polemiek met
De Standaard zich de, juist niet als compliment
bedoelde, uitdrukking laten ontvallen, dat dr. Kuyper
zich (op politiek gebied), al is hij staatsman in
ruste, nog immer duchtig «roert". Het anti-rev.
hoofdorgaan komt hiertegen op en schrijft
Dat de afgetreden bewindsman, dien ze. (De
Nieuwe Courantbeleedigde, zich nog zoo roert
is in strijd met de feiten.
Elk aanbod, om een opengemaakte plaats in het
Parlement in te nemen, wees hij af. Niet één,
maar meerdere.
Daarna trok hij zich geheel terug, en vertrok
voor een jaar naar elders.
Sinds hjj terug kwam, bedankte hjj voor de 92
aanzoeken, die h(j ontving om op politieke meetings
te spreken.
Hij roerde zich ganschelijk niet. Hij ging zijn
geboortestad eens opzoeken, om er een school in
te wijden. H(j deed meê aan de Bilderd(jk-her-
denking. Hjj zocht ook zijn oude vrienden in
«Patrimonium" nog eens op.
Of mocht ook dit niet?
De Scheveningsche haven.
De Deiningscommissie van gemeentewege tot
onderzoek der middelen tot verbetering der
Scheveningsche haven met het doel de daarin
hinderlijke schommeling der vaartuigen weg te
nemen, is met haar rapport gereed. De conclusie
zou strekken tot het maken van een tweede binnen
haven naast en ter uitbreiding van de bestaande.
Ambtenaren Rijksverzekeringsbank.
Het departement Haarlem der Maatschappij van
Nijverheid zal er bij het hoofdbestuur op aandringen
dat het tot de Tweede Kamer het verzoek ricbte
den post van f 62.000 voor het aanstellen van 200
nieuwe ambtenaren aan de Rijksverzekeringsbank
van de Staats begrooting te schrappen. De thans
aan die inrichting werkzaam zijnde 350 ambtenaren
achtte men voldoende voor het te verrichten
werk. Een deskundige reorganisatie in de om
slachtige administratie zou volgens het departement
aanbeveling verdienen.
Rechtspositie Indische officieren.
Indertijd werd door den heer Thomson in e