Staten-tieneraal. Binnenland. Stads- en Gewestelijk Nieuws. wnafonaerie." En de meerderheid trotseerende, welke deze waarheden niet gemakkelijk verdraagt, eindigt de moedige strijder voor het recht onder de luide toejuichingen van alle vrijz'nnigen welke de Kamer nog telt, zijn schitterende rede met de volgende verklaringen »A1 de Katholieken willen den vrede, maar de sScheidingswet, indien gij ze niet verandert, is seen ware oorlogsverklaring hen gedaan. Wilt sgij den oorlog, het zjj zoo De gebeurtenissen, de sopenbare opinie, de gerechtigheid Gods, zullen ïtusschen U en ons beslissen." Fidelius. SPANJE. In de Kamer van afgevaardigden heeft de mi- nisier van Marine verklaard, dat het zenden van een pantserschip naar Tandzjer geen ongerustheid moet verwekken. De andere schepen zullen zich bij aankomst van de Pelayo terugtrekken. Het zenden van schepen is niet geschied krachtens een geheim verdrag, maar eenig en alleen ter zake van de nabuurschap van Marokko en ten gevolge van de besluiten te Algeciras genomen. De minister van Binnenlandsche Zaken, Root, hield te Kansas City eergister een redevoering, waarin hij met nadruk verklaarde, dat de Mon- roe-leer heden ten dage een nog even verstandige verkondiging is van een gezonde politieke over tuiging, en dat die leer nog evenzeer een levende kracht is, als toen zij voor het eerst was verkon digd. De Monroe-leer was de oprechte uiting der bewuste en onbewuste gevoelens van de Ameri kanen. Verder gaf Root den Amerikanen den raad, hun handel met de Zuid-Amerikaansche republie ken uit te breiden door de stichting van banken (in Zuidamerikaansche centra), de verbetering der verkeersmiddelen en het beschikbaar stellen van kapitaal. TWEEDE KAMER. Zitting van U oensdag 21 November. Indische begrooting. De beraadslaging wordt hervat over de afdeeling Oorlog. De minister van Koloniën beantwoordt de gister gemaakte opmerkingen en leest uit een rapport van een uit Indië teruggekeerd hoofdofficier een gedeelte voor, ten betooge dat de marechaus see in Atjeh niet zoo wreed optreedt als 't wordt voorgesteld. Hij verklaart de commiseie inzake de oprichting van een pensioenfonds voor weduwen en weezen van mindere militairen tot^spoed te zullen aan zetten. De positie van de onderofficieren is reeds hernaaidelijk verbeterd. Ook hun lotsverbetering heelt grenzen. Dbd heer Thomson antwoordt de minister dat men voorloopig in Indië niet tot een volksleger kan komen. Dat het inlandsch element in het leger sterk vertegenwoordigd is, verontrust den minister niet. Een Europeesch element blijft en daarmede de werving nooaig, die thans weer beter gaat. Het legerbestuur zal zeer zeker voor handhaving van de tucht zorgen. De minister begrijpt niet, dat alleen door de buitengewone bevordering van luitenant Christoffel den geest onder het officierenkorps bedrukt zou zijn, en daardoor een gevoel van rechtsonzekerheid ZuU bestaan. De machtiging om dien luitenant tot kapitein te bevorderen, zal worden uitgevoerd, zoodra het overcompleet aan kapiteins niet meer bestaat. De minister meent dat die bevordering bjj keuze gerechtvaardigd is, waar het hier geldt een zoo buitengewoon bekwaam officier, dat hjj een unicum genoemd mag worden. Het belang van den dienst eischt, dat deze officier een hoogere positie gaat innemen. Bevordering bjj keuze moet uitzondering blyven, maar hier goldt het een unicum. Na repliek wordt het algemeen debat over deze afdeeling gesloten. Bjj verder debat belooft de minister den heeren Schaper en de Waal Malefjjt een ernstig onderzoek naar plaats gehad hebbende slechte behandeling (en als gevolg daarvan groote sterfte) van koelis bjj den aanleg van de Atjeh-tram. De heer B1 o o k e r klaagt over het groote incompleet bjj het korps officieren van gezondheid, dit toeschrijvende aan de slechte bezoldiging en slechte promotie. De minister heeft reeds adviezen gevraagd en gekregen van de commissie van keuring. De heeren van Vljjmen en Duymaer van Twist juichen de regeling van de opleiding der inlandsche officieren toe. De heer Boogardt bepleit overbrenging van de Militaire Pupillenschool van Gombong naar Nederland. Het Indische legerbestuur zal er naar streven, dat de verhouding tusschen de Europeesche en inlandsche officiersn goed en kameraadschappe lijk zjj. in antwoord op opmerkingen van Wassenaer van Catwjjck en Janssen (den Haag), verklaart de minister van Koloniën, dat de Gouver neur-generaal voor de verdediging van Indië 5 schepen voldoende acht. Alleen in bijzondere om standigheden werd het aantal uitgebreid tot 6 of 8 schepen. De minister van Marine acht ook uit zending van een een zesde schip naar Indië niet nooriig. De heeren van Deventer en van Kol be spreken de werking van de gemeenteraden. De minister van Koloniën betoogt, dat gebleken is dat de ambtenaren de decentralisatie krachtig steunen. Hoofdstuk II (uitgaven in Indië) wordt daarop goedgekeurd. B(j de behandeling van hoofdstuk I (uitgaven in Nederland) brengt de heer Noltin g eenige klachten ter sprake van het personeel aan het koloniaal établissement te Amsterdam. De minister acht den toestand van de vaste werklieden nog zoo beklagenswaardig niet. Voor de losse werklieden zal hij lotsverbetering over wegen. Hoofdstuk I (Uitgaven in Nederland) goedge keurd. Voorts goedgekeurd het wetsontwerp betreffende de teruggaat van kosten van het consortium voor de drinkwaterleiding van Soerabaja. Daarna werd behandeld het w. o. betreffende den aanleg van een spoorweg, uitgaande van den Sumatra-Staatsspoorweg naar Pariaman. Heden voortzetting. Generaal Bergansius. Naar de N. Haart. Crt. uit de beste bron verneemt, is in den toestand van generaal Ber gansius, den oud-minister van Oorlog, een gun stige wending geconstateerd; althans kan de pa tiënt beter den arm en den voet, die verlamd waren, bewegen; de toestand echter blijft toch zorgelijk. Afschaffing der tienden. Da ar eindverslag over dit wetsontwerp is uitge bracht, is het thans voor de openbare beraad slaging gereed. College van zetters. Krachtens wettelijke bepalingen wordt aan de leden der colleges van zetters voor 's Rijks di recte belastingen een presentiegeld toegekend en kan aan de leden die schattingen verrichten krach tens de wet tot regeling der grondbelasting, daar voor, behalve hun aandeel in het presentiegeld, een afzonderlijke vergoeding worden toegelegd. Doch voor het uitbrengen van advies over ont heffing of vermindering van belasting wegens ge leden verlies tengevolge van onvoorziene rampen, ontvangen de zetters geen vergoeding, hoewel de voor dat advies noodige locale opnemingen hun soms niet geringe kosten, inspanning en tijd verlies veroorzaken. Sedert eenige jaren werden op de begrooting gelden voor die opnemingen j beschikbaar gesteld. Bij de Rekenkamer evenwel ontmoet de verevening der uitgave deswege be zwaar, omdat de werkzaamheid voor de bedoelde 1 opnemingen zou behooren tot die waarvoor het presentiegeld wordt toegekend. De minister van financiën deelt in dat ge voelen der Rekenkamer niet. Hij heeft daarom een wetsontwerp aanhangig gemaakt, waarbij het toekennen van bedoelde vergoeding uitdrukkelijk wordt toegestaan. De maatregel zal van de schat kist geen offers van belang vorderen wegens het zeldzame der hier bedoelde ontheffing van grond belasting. De jongste overstroomingen in Zeeland geven tot eenige uitgebreide opneming voor ont heffing aanleiding; toch zal ook hiervoor de uit gaaf niet groot behoeven te zijn. Kardinaal Fischer. De Tijd meldt: Tijdens z(jn kort verblijf te Haarlem gisteren, voor het brengen van een bezoek aan Mgr. Cal- lier, bezichtigde de Kardinaal ook de nieuwe Ka thedraal en stelde in dezen 4bouw zeer veel be langstelling. Gister-ochtend las de Kardinaal Fischer te 7i/2 uur in de O. L. Vrouwekerk alhier de H. Mis, waaronder het knapenkoor der kerk eenige ge zangen uitvoerde en die door een buitengewoon groot aantal geloovigen werd bijgewoond. Na de H. Mis bleef Z, E. nog een gedeelte der Hoogmis van 8 uur bijwonen, om zich vervolgens naar het klooster te begeven en zich voor zijn vertrek ge reed te maken. Z. E. betuigde herhaaldelijk zijn hooge ingenomenheid met den zang, welke hij gedurende zijn verblijf alhier, in de O. L, Vrou wekerk had hooren uitvoeren. Te 9 uur 47 minuten spoortijd vertrok de Kardi naal, vergezeld van den hoogeerwaarden pater Meeuwissen, provinciaal der eerw. paters Re demptoristen in ons land, naar 's Hertogenbosch. Daar zou de hooge gast zich naar het klooster der eerw. paters Redemptoristen begeven om ver volgens een bezoek te brengen aan Mgr. v. d. Ven, Bisschop van Den Bosch. Te 5 uur vertrok Z. E. naar Vucht, om daar het Missiehuis voor Mongolië en Congo, op het landgoed „Sparrendaal," te bezoeken, alsook de groote nieuwe onderwijsstichting van Fransche zusters, de Chanoinesses de St. Augustin, gesticht door den zaligen Pierre Fourrier. Deze zusters hebben in ons land ook nog een nederzetting te Beek bij Nijmegen. Ministerieel bezoek. De minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, mr. Veegens, begaf zich gister naar Maas tricht, tot het brengen van een bezoek aan de fabrieken de „Sphynx" en de „Céramique", aldaar. ZEx. was daarbij vergezeld door den heer mr. Ch. M. A. Bijleveld, referendaris, hoofd der af deeling arbeid aan 't departement, en door den betrokken arbeidsinspecteur. Na afloop van dat bezoek zal de minister de volgende dagen te Heerlen de mijnindustrie be zoeken. Daarbij zal hij vergezeld zijn door den lieer mr. dr. W. F. J. Frowein, commies ter afdeeling nijverheid en handel aan 's ministers departement. 1 Een Nederlandsch kardinaal. De correspondent te Utrecht van de N. C. meldt: In een onderhoud dat ik gistermiddag mocht hebben met den secretaris van den aartsbisschop, machtigde deze mij, het bericht in de N. R. Gt., betreffende de eerlang te verwachten verheffing tot kardinaal van mgr. Van de Wetering, beslist tegen te spreken. Rijkspostspaarbank. In het begin van 1907 zal er, blijkens mede- deeling in de Stct. (no. 273), een vergelijkend onderzoek plaats hebben van adspiranten voor de betrekking van tijdelijk ambtenaar bij de directie van de Rijkspostspaarbank, waarvoor veertig plaatsen worden opengesteld (aanvangssalaris f 6 per week). i Voor ten hoogste tien van deze veertig plaat sen zullen vrouwelijke candidaten in aanmerking kunnen komen. Men zie bijzonderheden hierom trent in de Stct. Wereldtentoonstelling St. Louis. De medailles voor de bekroonde kunstenaars in de Nederlandsche kunstafdeeling ter wereldtentoon stelling te St. Louis in 1904 zjjn eindeljjk door de commissie ontvangen en zullen door haar nog deze week aan de belanghebbenden worden toe gezonden. Deze medailles zjjn alle uitgevoerd in brens, naar verschillend model voor eiken graad. Zjj werden geslagen aan de Rjjksmunt te Washington. Nederl. Indië en Japan. Naar verluidt der berichten, zal de voorgenomen reis van een handelscommissaris voor Ned. Indië naar Japan, tot het aanknoopen van handelsbe trekkingen, nog eenigen tijd worden uitgesteld.jgg De minister van Oorlog te Willemstad. Zaterdag bracht de minister van Oorlog een bezoek aan Willemstad. Naar de Ned verneemt, had dit betrekking op den bouw van een nieuwe marechausseekazerne en op het verzoek van het gemeentebestuur om afstand door het rijk van terreinen ten behoeve van den aanleg van een vluchthaven, om vermeerdering van garnizoen en ontmanteling der vesting. Aan de oude mare chausseekazerne, de artilleriekazerne, het mili tair hospitaal en een deel der vestingwallen en grachten, werd een bezoek gebracht, terwijl een conferentie ten stadhuize plaats had. De minister was vergezeld van zijn adjudant, kapitein Dufour en den luitenant-kolonel der genie Kieinhens. De staking te Leiden. Het Leidsche stakingsbestuur en het hoofdbestuur van den timmerliedenbond hebben vergaderd en naar aanleiding daarvan kwamen 's avonds de stakers bijeen. Met meerderheid van stemmen werd Daar men meldt besloten de rege'ing van arbeids voorwaarden, door de patroons voorgesteld, niet te aanvaarden en de staking voort te zetten. Internationale Electriciteitstentoonstelling. Men meldt ons uit Arnhem: De „Internationale Electriciteitstentoonstelling", uitgaande van het „Departement van Nijverheid" alhier, zal gehouden worden in de maand Juli 1907. 1 Ongelukken. Bjj het station Hoogezand geraakten de paarden van den omnibus naar Siddeburen tengevolge van het fluiten der locomotief op hol. Van de 12 reizigers wisten 9 zich door er uit te springen te redden. Drie dames bleven zitten. Voor het Winschoterdiep stortten de paarden op het fundament der brug neer. De dissel brak. Eéne dame werd ernstig gewond, ééne bekwam lichte kwetsuren, de derde bleef ongedeerd. Gemeenteraad. Vergadering van den Gemeenteraad van Schie dam op Dinsdag 27 November 1906, des namid dags te 2 uren. Vaststelling der notulen. Ingekomen stukken. Agenda: 1. Benoeming van een stembureau voor de stem ming en eventueele herstemming van een lid van den Gemeenteraad in Kiesdistrict III. 2. Voorstel van den heer De Groot tot afschaf fing van de kermis. 3. Adres van den heer C. Bethe om eervol ontslag als leeraar in de Hoogduitsche taal aan het Gymnasium en in de Hoogduitsche taal en letterkunde aan de Hoogere Burgerschool. 4. Voorstel van B. en W. tot verhooging der jaarwedde van de leeraren bij het M. Onderwijs Mr. Dr. H. J. D. van Lier en A. C. Lin^choten en van den concierge J. Koning. 5. Bezwaarschriften inkomstenbelasting, dienst 1905/6 en 1906/7. 6. Voorstel van B. en W, tot wijziging van de Gemeente-begrooting voor het dienstjaar 1906 (2 modellen B. en 2 modellen C.) 7. Idem tot wijziging der Verordening regelende de geldelijke verhouding van de gemeente-gas fabriek en de gemeente-drinkwaterleiding tot de gemeente. 8. Idem tot wijziging van art. 5 der Instructie voor den Directeur der gemeentelijke gasfabriek en drinkwaterleiding. 9. Idem tot het verleenen van gratificatiën voor het blusschen van brand. 10. Idem naar aanleiding van een schrijven van Ged. Staten betreffende het le gedeelte van het Uitbreidingsplan dezer gemeente. 11. Idem om aan de Vereeniging „Volkshuis vesting" tijdelijk vrijstelling te verleenen van ieder der eischen vervat in het voorschrift van art. 17 der Bouwverordening. 12. Adressen van de firma Gebr. van der Meer en van het bestuur der afd. Schiedam van den Ned. R. K. Volksbond om ontheffing van het verbod betreffende het vervaardigen van ijzeren schepen op de werf „de Hoop" aan de Lange Nieuwstraat. 13. Voorstel van de Commissie tot onderzoek van de voorwaarden van erfpacht, tot herziening dier voorwaarden. En verdere voorstellen en mededeelingen. Bezwaren uitbreidingsplan ran 19 Jan. 1906, voor het Zuid-Westelijk deel der Gemeente. Van Gedeputeerde Staten ontvingen B. en W. naar aanleiding van het hun ter goedkeuring ge zonden uitbreidingsplan voor het Zuid-Westelijk deel der Gemeente, vastgesteld in de Raadszit ting van 19 Januari 1906, een schrijven. Gehoord de Commissie voor de Gemeentewer ken, kunnen B. en W. daarop het volgende be richten. Gedeputeerde Staten wenschen inlichting om trent de richting van den doorgaanden verkeers weg Vlaardingen—Rotterdam, die na de Lau- rensstraat niet verder is aangegeven. Gedepu teerde Staten zijn daardoor op een dwaalspoor gebracht en veronderstellen dat rechtstreeksche doortrekking met doorsnijding van het eiland Nieuwe- en Lange-Haven in de bedoeling ligt. Dit is echter niet het geval. De voortzetting zal zijn OranjestraatKoemarkt. Waar de Nieuwe Haven de grens is van dit plan, werd de voort zetting na het bereiken van deze niet aangege ven. j B. en W> stellen zich voor op de kaart aan te geven hoe de weg verder zal loopen. Vervolgens maken Gedeputeerde Staten be zwaar tegen de verandering van het oorspronke lijke phm ten aanzien van den Vlaardingerdijk, waarbij een 35 M. breede weg op dien dijk was geprojecteerd. De Raad meende echter nu deze weg niet de hoofdverkeersweg naar Vlaardingen zal vormen, dat zoodanige breedte niet vereischt is en dat volstaan kan worden met een breedte van 16 M., zoodat niet zulke groote offers voor straat- aanleg en verlies van grond van de betrokken eigenaren behoeven gevergd te worden. Alleen het gedeelte dat van de Vlaardinger poort af het begin vormt van den belangrijken verkeers weg naar de Rivier, moest een grootere breedte verkrijgen en werd genomen op 20 M. Voor dit gedeelte is de dijk geheel gevolgd en wel op de volgende gronden. De aangenomen richting is om technische rede nen de meest gewenschte, ook met het oog op de daarin te leggen persbuis, waardoor ten be hoeve van het Noordelijk en Oostelijk deel der Gemeente, de rioolstoffen zullen zijn te stuwen naar de Rivier. De weg volgens het oorspronkelijke plan ver toont eenigszins een tegenbocht. Door de wijziging wordt verder van den grond van geen der eigenaren een te groot gedeelte voor straat gereserveerd. Tegen bepaling van de rooiing overeenkomstig het oorspronkelijk plan, heeft Mej. N. H. Jan sen als eigenares van de dijksgedeelten ten ka daster bekend Sectie M. nos. 8, 998 en 994 eindeloos gerekwesteerd, evenals D. Stolk, eige naar van perceel 999. Hunne bezwaren zijn nu vervallen, terwijl de Bouwgrond-Maatschappij „Kortland", van welker uitgestrekt bezit in den Kortlandpolder voor het eerste gedeelte weg iets meer grond wordt ge reserveerd dan bij het oorspronkelijk plan, in haar adres van 18 Januari 1906, waarin zij be zwaren tegen het tegenwoordige plan ontwik kelde, wel is waar zich niet bizonder gunstig over dezen geprojecteerden weg uitsprak, im mers dit nieuwe plan zou slechts weinig onder doen bij dat van den heer Paul in l^et veroor zaken van kosten, waardoor de bebouwing van dat gedeelte voor lange jaren onmogelijk wordt doch daardoor toch te kennen gaf dit plan, met den zoogenaamden „put" incluis altijd nog gunstiger te achten dan het oorspronkelijke plan, waartegen heeren Gedeputeerde Staten geen bei zwaar hebben. En inderdaad is dit plan, dat voor het eerste kleine gedeelte een weg aanneemt van 20 M- en daarna van 16 M., met het oog op de kos ten van straataanleg en grondverlies veel voor- deeliger voor de betrokken eigenaren, dan bet oorspronkelijke plan met den geheelen weg van 35 M. Over een zoogenaamde „put" zonder bestem ming tusschen twee dijken, n.l. den Vlaardin ger dijk en den 20 M. breeden weg is veel ge sproken. Doch dit is een misverstand. Die „pnt" zal niet bestaan, daar de Kortland-Maatschap pij om goedkoop te werken den dijk als grond- keering zal gebruiken voor de ophooging en dus de put uit eigen belang zal dempen. Dat de eigenares van den dijk dit niet zal toestaan is ondenkbaar, omdat zij door het toestaan een deel van haar terrein opgehoogd krijgt, welke ophoo ging noodzakelijk is om het terrein als bouwter rein huwen exglojteeren. i AMUÏRTX A

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1906 | | pagina 2