Dagblad voor Schiedam en
29ste Jaargang
Maandag 3 December 1906.
No. 8674.
A1) o n n e e r t op Je
Nieuwe ScMeiaiscle Couraat
iet sratis UelOnstreerJ ZiJaistoi
prijs 10 c. p.rei, 0.45 p. mul, fl.35 p. 3 mi
Officieele Berichten.
Kennisgeving.
Kennisgeving.
FEUILLETON.
Het uur der bekoring.
Buitenlandscli Nieuws.
Staten-Beiieraal.
ABONNEMENTSPRIJS:
Dit blad verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, en
kost voor Schiedam per 3 maanden ƒ1.35, per maand 45 cent en per
week 10 cent. Franco per post door geheel Nederland ƒ2.per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons BureauBoter-
straat 50 en bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders.
BureauBOTERSTRAAT 50.
PRIJS DER ADVERTENTIëN:
Van 16 regels 0.92 met inbegrip van bewijsnummer.
Elke regel daarboven 15 cent.
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend.
Ingezonden mededeelingen 25 cent per regel.
Voor herhaaldelijk adverteeren worden uiterst biU
lijke overeenkomsten aangegaan.
Telefoonnummer 85.
Postbus no. 39.
De Burgemeester van Schiedam,
brengt ter openbare kennis
dat de stemming ter vervulling der vacature van
een lid van den gemeenteraad in kiesdistrict III,
(door de ontslagname van den heer G. VISSER
Bzn.), zal gehouden worden op Dinsdag 11 Decem
ber aanstaande, van des voormiddags 8 tot des
namiddags 5 uur, over de candidaten
P. DE BRUIN, (üosterstraat 91).
A. COOL Mz. en
J. H. HOUTMAN
dat tot de stemming niemand wordt toegelaten,
dan die volgens de kiezerslijst bevoegd is tot de
keuze mede te werken en in het bezit is van de
bij art. 55 der kieswet vermelde kaart, bevattende
eene oproeping voor de stemming
dat aan een kiezer, die zijn kaart heeft verloren,
of wien geen kaart is toegezonden, op zijne aan
vraag door of vanwege den burgemeester eene
kaart wordt uitgereikt, mits hij voldoende van zijn
identiteit doe blijkenen dat tot die uitreiking
ook het stembureau bevoegd is
dat art. 128 van het wetboek van strafrecht
luidtHij die opzetteljjk zich voor een ander
uitgevende, aan eene krachtens wettelijk voor
schrift uitgeschreven verkiezing deelneemt, wordt
gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste
een jaar.
S chiedam, den 3den December 1906.
De Burgemeester voornoemd,
M. A. BRANTS.
De Burgemeester van Schiedam,
herinnert personen, bij wie en bestuurders van
bijzondere ondernemingen en instellingen, waarbij
mannen, die den leettjjd van 25 jaren hebben
bereikt, in dienstbetrekking zjjn
dat zij, volgens art. 57 der Kieswet, verplicht
zijn te zorgen, voor zoover niet bij algemeenen
maatregel van bestuur vrijstelling is verleend, dat
ieder van dezen, die bevoegd is tot eenen te hou
den stemming of herstemming mede te werken,
gedurende ten minste twee achtereenvolgende
uren, tusschen acht uren des voormiddags en vijf
uren des namiddags, daartoe gelegenheid vinde
dat zij, volgens art. 58 van genoemde wet, voor
zoover arbeid wordt verricht in fabrieken of werk
plaatsen, verplicht zjjn te zorgen, dat in het ar-
beidslokaal, en zoo er meerdere arbeidslokalen
zy d, in het grootste of wel in meer dan één
arbeidslokaal, gedurende twee werkdagen vóór en
op den tot stemming bepaalden tijd op eene zicht
bare wijze is opgehangen eene door hen of -yan
hunnentwege onderteekende lyst, de twee achter
eenvolgende uren, bovenbedoeld, vermeldende, voor
elk afzonderlijk of groepsgewijze of voor allen
gezamenljjk
dat, volgens art. 154 der Kieswet, overtreding
van bovenstaande voorschriften wordt gestraft
met hechtenis van ten hoogste veertien dagen
of geldboete van ten hoogste vjjf en zeventig
gulden en
dat blanco lijsten als hierboven bedoeld, tegen
betaling van 2£ cent, ter Gemeente-Secretarie,
afdeeling A, verkrijgbaar zijn gesteld.
Uit het Engelsch.)
13)
In die kast lagen tien millioen zuiver geld,
waarvan alleen aan hem het bestaan bekend was.
Als bjj nu van dezen rijkdom zooveel afnam, als
hij noodig had voor de welvaart van zjjn gezin,
was dat dan eene misdaad Gekke vraagnaar
de letter der strafwet beging hij door het stellen
er van reeds een misslag. Maar als hij al die bil
jetten verbrandde, en als hij zich tegelijkertijd als
een offerlam door de zelfzuchtige beweegredenen
van een ondeugdelijk superieur uit zjjne betrekking
liet stooten. waardoor zjjn gezin eene treurige,
troostelooze toekomst te gemoet ging, beging hij
dan daarmee ook niet een misdaad Vernietigde
hij daardoor niet de vooruitzichten van zjjn zoon,
die den drang naar weten in zich voelde Nood
zaakte hjj daardoor zijne lieve meisjes niet, voor
goed afstand te doen van een bljj vend levensgeluk
Welke misdaad was nu de zwaarste?
En als hij nu aan de waarschuwende stem in
zjjn binnenste het zwjjgen oplegde en zich ver
rijkte met dien «misdruk", tegenover wien beging
hjj dan eene misdaad; Natuurljjk tegenover den I
staat 1 Wanneer hjj nu de letter der wet ter zjjde l
De algeraeene maatregel van bestuur, boven
genoemd, is gegeven bij Koninkljjk Besluit van
24 Mei 1901, Staatsblad no. 109), en luidt als
volgt
Artikel 1.
Vrijstelling wordt verleend aan de in art. 57
der Kieswet bedoelde personen en bestuurders van
bjjzondere instellingen en ondernemingen ten
aanzien van bjj hen in dienstbetrekking zijnde
personen, welke uithoofde van die dienstbetrekking
op den dag der stemming tusschen de in vermeld
artikel genoemde tijdstippen niet gedurende twee
achtereenvolgende uren vertoeven in de gemeente,
op welker kiezerslijst zij voorkomen.
Artikel 2.
Vrijstelling als omschreven in het voorgaand
artikel wordt voorts verleend aan geneeskundigen
en apothekers ten aanzien van bij hen in dienst
betrekking zjjnde personen alsmede aan personen
en bestuurders van bjjzondere instellingen en
ondernemingen ten aanzien van bjj hen in dienst
betrekking zijnde ziekenverplegers.
Schiedam, den 3den December 1906.
De Burgemeester voornoemd,
M. A. BRANTS.
DUITSCHLAND.
In den Rjjksdag is Zaterdag de beraadslaging
over de aanvullingsbegrooting van Zuidwest-Afri-
ka voortgezet.
Bebel (soc.) heeft daarbij betoogd, dat hij niet
kan erkennen, dat Dernburg de hercules zal zijn,
die den Augiusstal in de Duitsche koloniale poli
tiek schoonveegt. De opstand in Zuidwest-Afrika
is een goudmijn geweest voor de leveranciers.
Het volk is voor honderden millioenen benadeeld
door de afgesloten contracten. De koloniale poli
tiek vormt op zichzelf geen misdaad, het komt
er alleen maar op aan hoe ze gevoerd wordt.
De kwestie der landconcessies is niet te regelen
door belastingwetten, maar door een goede ont
eigeningswet. De beele koloniale politiek is een
fata morgana. Toen Bebel op het voorgevallene
met Peters kwam en mededeelde, dat de geheim
raad Hellwig, die scherp opgetreden is in de
zaak van Peters, zijn betrekking is kwijt geraakt,
doordat de afgevaardigden graaf Arnim, Kardoff
en Arendt misbruik hebben gemaakt van hun
ambt, ontstond er lawaai, dat minuten lang
duurde. i j 1 j
Bebel werd tot de orde geroepen. Hij1 eindigde
met de verklaring, dat de socialistische partij
niet mededoet aan zulk een koloniale politiek,
dio slechts op onderdrukking neerkomt.
FRANKRIJK.
In de Kamer heeft Caillaux verklaard dat
hij in Januari zijn ontwerp van een inkomsten
belasting welke een geheele hervorming teweeg
zal brengen, zal indienen.
MAROKKO.
Pichon heeft in den Franschen ministerraad
zette, wie benadeelde hjj er dan eigenlijk mede
Toch zeker geen persoon, want de biljetten in
die portefeuille waren echt, geen mensch, die ooit
het tegendeel zou kunnen bewijzen. Nu zouden
natuurljjk in de toekomst dubbele banknoten
onder hetzelfde nummer in omloop zynvroeger
of later moesten zij hunnen weg naar de staatskas
terugvinden, en dan zou men de tegen den staat
bedreven misdaad ontdekken. De misdaad, ja,
maar niet de dader 1
Maar was hjj dan geheel van zijne zinnen
beroofd, om ook maar een oogenblik over zulke
hersenschimmen te denken Met welk eene vast
heid en kalmte was hjj weinige uren geleden nog
tegenover zjjn vriend opgetreden 1 Wat die porte
feuille inhield, mocht voor hem niets dan mis
druk zijn. Als die Spalting nu maar eens klaar
was metzijn eeuwigdurende verhooren. Dat scheen
vandaag geen einde te nemen. Rebe kon bijna het
oogenblik, dat hjj alleen zou zijn, niet afwachten,
om den inhoud der portefeuille in de kachel daar
in dien hoek te werpen. Maar tevergeefs beproef
de de commissaris, zijne gedachten in eene andere
richting te wenden. De acten daar voor hem, hoe
hjj er ook zjjne opmerkzaamheid bjj bepalen wilde,
ze hadden hem niets te zeggen't waren en
bleven heden woorden zonder beteekenis.
Wanneer hij maar één enkel van de tienduizend
biljetten voor zich hield en thuis bracht, wat zou
den de oogen zijner vrouw dan plotseling weer
glanzen, hoe zou de blijdschap haar de wangen
weer kleuren. Hjj zag 't in dea geest, hoe ze met
meegedeeld dat admiraal Touchard, de bevelheb
ber van het naar Marokko gezonden smaldeel,
Cadiz zal aandoen en te Madrid door den Koning
ontvangen zal worden.
Te New York verluidt dat Roosevelt's bood
schap aan het Congres een lange en hartelijke
verontschuldiging aan het adres van Japan zou
bevatten over het gebeurde met de Japansche
kinderen in Californië. Roosevelt zou daarin de
Californiërs in het ongelijk stellen en aan het
congres machtiging vragen om de Japanners in
de westelijke staten te naturaliseeren. In welin
gelichte kringen in Noord-Amerika acht men zulk
een machtiging onwaarschijnlijk. Overigens zou
een dergelijke uiting van Roosevelt er weinig
toe bijdragen, om de gemoederen in de westelijke
staten te sussen, waar men nog altijd opgewonden
is door geruchten, volgens welke de Japanners
er aan zouden denken de al of niet-verleening
van gelijke rechten aan Japanners in Noord-Ame
rika tot een casus belli te maken.
De bedaardere pers in Noord-Amerika, zooals
de Evening Post van New York, betreurt die
opgewonden oorlogzuchtige taal in de westelijke
staten ten zeerste, waarvoor geen enkele deug
delijke reden is. j
ongeloovigen blik naar het briefje van duizend
zou kjjken en 'tvoor onmogelijk zou houden, dat
'thun toekwam, en dat ze er naar welgevallen
mee handelen mocht.
Ontevreden met zich zeiven sprong Rebe van
zjjne zitplaats op, liep naar het venster en trom
melde op de ruiten. Men zou er gek van worden
had hjj dan reeds zjjn verstand verloren, dat
hij zich met zulke dwaze gedachten bezighield
Voor hem was er slechts één weg, n.I. tot aan
het einde zijn plicht te doen. De arme Lange had
hem daar straks herinnerd aan de woorden van
den geestelijke bij de aannemingsplechtigheid, die
had gesproken van »de ure der bekoring."
Rebe begon plotseling luid te lachen, zonder
te bemerken, dat zijn collega in hooge mate ver
baasd naar hem omkeek. Hjj zou die verzoekin
gen wel meester worden straks zouden ze met
de banknoten in 'tvuur te niet gaan en als
de laatste banknoot tot stof was vergaan, zouden
van zelf zjjne gedachten wel weer in 't goede spoor
kernen.
De ordonnans had reeds lang de gaslampen op
de schrijftafels aangestoken, toen Spalting zich
gereedmaakte om naar huis te gaan. Hij noodigde
Rebe uit om mee te gaan, maar deze gaf verdrie
tig brommend ten antwoord, dat hjj nog werken
moest. Toen was hjj eindelijk alleen. Onmiddellijk
opende hij nu de kastdeur en greep naar de lede
ren tasch. Zjjne hand beefde toen bjj ze opende
en hjj werd rood van ergernis over zich zeiven,
toen hjj dat merkte. Hjj trok een der bundels
ABESSINIË.
Te Rome is 30 November 1.1. opnieuw een
alarmeerend bericht ontvangen over den slech
ten gezondheidstoestand van keizer Menelik.
TWEEDE KAMER.
Zitting van Zaterdag i December.
De algemeene beschouwingen worden hervat.
In de eerste plaats repliceert de heer de Vis
ser, die ontkent de antithese op den voorgrond
te hebben gesteld. Spreker waardeert, dat de
Liberale Unie in haar program vraagt een weke-
ljjkschen rustdag, zoo mogelijk op Zondag, maar
spr. vraagt den rustdag op Zondag, met uizonde-
ring alleen voor de niet-chrisienen de Israëlieten.
De heer Troelstra protesteert er tegen dat
men, met een beroep op een uitlating van minister
Viviani, de sociaal-demokratische parjj kenmerkt
als een partjj staande vjjandig tegan den godsdienst.
De S. D. A. P. stelt zich uitsluitend op zuiver
maatschappeljjk standpunt. Zeker, de S. D. A. P.
is anti-clericaal. Maar dat zijn ook de liberalen,
zelfs de antirevolutionairen. Clericaal zijn alleen
de katholieken, die de Kerk stellen boven den Staat.
Tegenover die stelling der katholieken stelt spr.
zijn overtuiging, dat de Staat zich met den gods
dienst niet heeft in te laten, nog minder met het
Godsgeloof.
Spr. komt tot de conclusie, dat de bestaande
toestand, waar het geldt de geloofsvrijheid, hier
te lande moet gehandhaafd worden.
In-zake het kiesrecht is op dit oogeblik het
standpunt der katholieken nog onduidelijk en den
heer Talma verwjjt spreker, dat hjj, als de man
van «Patimonium", het kiesrecht op de baan
brengt, maar als «antirevolutionair" het van de
baan schuift.
Spreker verklaart voorts, dat de sociaal-demo-
krateD, alleen ter wille van de afschaffing van het
blijvend gedeelte, niet vóór de Oorlogsbegrooting
kunnen stemmen.
Wat de Verzekeringswetten aangaat, door de
scheiding van Ouderdoms- en Invaliditeitsverzeke
ring wordt de zaak zeker duurder voor den arbei
der. Spr. verwerpt het stanpunt der Regeering,
dat de Staat bjj de Invaliditeitsverzekering alleen
de administratiekosten zal hebben te betalen.
Tegenover den heer de Visser ontkent de heer
T y d e m a n, dat de liberale partjj indertjjd de
bekende woorden, waarin Gods zegen wordt af
gesmeekt, uit het adres op de Troonrede wilde
schrappen.
De minister van Financiën belooft
den wensch om de ambtenaarsvereenigingen in
zake de rechtspositie te hooren aan zjjn ambtge-
genoot van Justitie te zullen overbrengen.
Het blanco artikel bedoelt geen definitieve rege
ling van het kiesrecht.
Omtrent de verzekeringswetten, refereert de
minister zich geheel aan hetgeen hjj gister heeft
gezegd.
Hjj houdt vol, dat belangrijke inkrimping van
het blijvend gedeelte niet schadelijk is voor de
militaire vorming, en met den minister van Oorlog
was het geheele Kabinet 't eens, dat dit met
noodig is. Mocht de minister van Oorlog het
pleit verliezen, dan zullen zjjne ambtgenooten
zorgvuldig overwegen, welke de beteekenis van
het Kamer-votum is, met 't oog op 's Lands belang,
"en wat hun te doen staat.
Daarna wordt hoofdstuk I aangenomen.
Hoofdstuk II
I (Hooge Colleges van Staat).
Er worden geen algemeene beschouwingen
.gevoerd,
i&Bjj het artikel waarbij f40.000 wordt aange
vraagd voor een analytisch verslag, veralaart «ie
heer Roodhuyzen zich tegen dezen post.
De taak, waarop de Pers haar taak vervult, maakt
ingrijpen der Regeering niet noodig en rechtvaar
digt geen uitgaaf uit de Staatskas. De wyze,
waarop zjj die taak vervult, is niet volmaakt,
maar dat is onmogelijk, ook omdat de Ka uer
zelf haar de vervulling van die taak niet gemak
kelijk maakt.
Spreker verklaart ook niet te begrjjpen wie
zich op het analytisch verslag zouden aöonneeren,
en wie een dergelijk «zielloos" verslag zou moeten
samenstellen. Immers een journalist is tevens
een politiek man en zal bezwaarlijk den schijn
van partijdigheid kunnen ontgaan.
Het alleen toelaten van «overzichtschrijvers" op
de tribune acht hjj in strjjd met de vrijheid der
drukpers.
Ook de heer van Vuuren bestrjjdt de uitgaaf,
rakende het beroep op België, waar de Perstoe
standen geheel anders zjjn. Het analytisch verslag
is niet van belang voor het publiek, noch voor
de groote of kleine pers.
De groote pers heeft vlugge publicatie noodig,
voor de kleine pers is het te duur en onbruikbaar.
Spr. ontkent dat de verslagen der Pers partijdig
en onjuist zjjn.
En' ook de «overzichten" zjjn niet partjjdigze
zijn subjectief.
Spreker bepleit een betere plaats in de Kamer
voor de verslaggevers der Pers.
De heer Brummelkamp acht de uitgaaf
noodzakelijk, omdat de natie het recht heelt, op
een objectief relaas van het verhandelde omdat
banknoten uit de tasch en schoof zjjn stoel reeds
achteruit om op te staan en een begin te maken.
En toch bleef hij zitten, trok een bankbiljet uit
den bundel en hield dat dicht bij de lamp, om
het nauwkeurig te bekjjken. Zoo n papiertje was
dus in staat, om een in plichtsvervulling grijs
geworden man. die trotsch op zjjn onbezoedelde
eer als mensch en als ambtenaar was, het hoofd
op hol, hem in verzoeking te brengen I
Dat papiertje, zoo licht als een veertje, zeker
riet, maar de waarde, die er door de menschen
rchen aan toegekend zou worden, zoodra
ïjj dat wilde Toen voor drie weken het bericht
/an de Parijsche politie kwam, dat de uitgeweken
lankier Nussbaumer daar gearresteeerd was, had
lij nauwelijks de helft van de waarde dezer bank
noot noodig gehad, om persoonlijk naar de Seine-
stad te reizen, om door de identificeering van den
vluchteling de kroon te zetten zijne even tij lroo-
vende als moeitevolle recherche. Maar toen was
het onverstand, misschien ook de bewuste kwaad
willigheid van dien nieuwbakken superieur er
tusschen gekomen Hjj had niet mogen reizen op
itaatskosten, en de reis uit eigen middelen beta
len had hjj niet gekend.
(Wordt vervolgd
|T1^«Tnrrrpr^r»*i
AMERIKA.