De Oorlogsbegrooting. tl«iiteuland*ch Nieuws. Verspreide berichten. Statcn-üeneraal. Binnenland Stads- en Gewestelijk Nieuws. Wat zich straks tegen ons zal keeren, en zorgen wij met alle kracht voor het steunen en sterken van een eigen Katholieke Pers, opdat aan onze geloovigen de reden of het voorwendsel worde ontnomen, om zich bloot te stellen aan gevaren, die niemand op den duur ongestraft kan trot- seeren en bidden wij intusschen veel voor onze ongelukkige geloofsgenooten, die nu, wie weet hoelang, de wrange vruchten zullen proeven van een zaad, dat zij jaren lang in zorgeloosheid lieten groeien en welks groei zij zeiven kort zichtig en lichtzinnig hebben bevorderd. Tevens bevelen wij dringend in uw voordurend gebed aan alle belangen van Kerk en Vaderland, het geluk en den arbeid van uwe geestelijke en wereldlijke overheden; bidt hartelijk voor Hare Majesteit onze dierbare Koningin en heel haar Koninklijk Huis en vergeet ook Ons in uwe ge beden niet. Overeenkomstig de ons daartoe door den Apos- tolischen Stoel verleende volmacht, geven wij U dit jaar de gewone dispensatiën in de kerkelijke wetten van onthouding onder de gewone voor waarden welke dispensatiën en voorwaarden door de WelEerwaarde Pastoors en Rectoren zullen worden afgekondigd. Krachtens Apostolische* volmacht verleenen wij aan de geloovigen van ons Bisdom; weder voor dit jaar, d. i. tot aan de 40-daagsche Vasten van het volgend jaar, dispensatie in de onthoudings- wet op alle Zaterdagen, uitgenomen die Zater dagen welke geboden Vastendagen zijn. Echter vermanen wij U, om door aalmoezen en andere goede werken aan te vullen wat door het gebruik maken van de verschillende dispensatiën aan uwe boetedoening ontbreekt. En zal dit ons herderlijk schrijven op den Zondag Quinquagesima in alle tot ons Bisdom beboorende kerken, alsmede in de kapellen waar over een Rector is aangesteld, op de gebruikelijke wijze worden voorgelezen. Gegeven te Haarlem, den lsten Februari 1907. t AUGUSTINUS JOSEPHUS, Bisschop van Haarlem. Op last van Z. D. Hoogwaardigheid, M. P. J. MöLLMANN, Secretaris. Wat in de laastverloopen dagen steeds meer waarschijnlijk werd, wat op grond van voorloo- pig verslag en aanvankelijk debat met te meer zekerheid werd verwacht, is gebeurd. De Eer ste Kamer heeft de Oorlogsbegrooting verwor pen en daarmee het beleid van den Oorlogsmi nister, die naar veler inzicht het leger desorgani seerde, die 't onbekwaam maakte zooal niet te gen den buitenlandschen vijand dan toch met, 't oog op binnenlandsche onlusten, beslist afge keurd en veroordeeld. Duideiijk en beslist hebben verschillende sprekers der rechterzijde doen uit komen, dat hun afkeurend votum alleen gold het beleid van den minister van oorlog, maar niet tegen het beleid van het geheele ministerie was gericht. Zij hebben daardoor het kabinetDe Meester gelegenheid willen geven, de kwestie zoo eenvoudig mogelijk op te lossen, door alleen den Oorlogsminister op te offeren zonder dat daar om het geheele Kabinet met minister Staal be hoefde af te treden. Desondanks heeft het ministerie bij monde van den minister van Financiën, tijdelijk voorzitter van den ministerraad, niet onduidelijk de Kabi netskwestie gesteld. Minister De Meester ver klaarde dat hoewel van de verklaringen van de leden der rechterzijde nota werd genomen en aan hare oprechtheid en ernst niet getwijfeld werd, het ministerie nauwgezet zal overwegen, welke de politieke gevolgen van het votum /.ou den zijn. Waar verder nog door den Minister verklaard werd, dat de denkbeelden van den Mi nister van Oorlog ten opzichte van het blijvend gedeelte deel uitmaken van het Regevrin0spi ogram moet dit ministerie zich wel met den minister van Oorlog homogeen verklaren. Staan wij hier dus niet voor een van die zonderlinge wendingen, zooals de politiek ze meermalen te aanschouwen geeft, dan hebben we te verwachten, dat met den minister van Oorlog het g.iieo.e Kub net. vait. Wat ons dan te wachten staat, of 't nog mogelijk zat zyn, dat met deze partijverhouding in de heide Kamers een ander ministerie optreedt, dan wel adeen eene ontbinding der Tweede Kamer heil zal brengen, zijn vragen waarop de naaste toe komst ons het antwoord zal geven. Met veel voorzichtigheid en beleid zal te crisis door het votum der Eerste Kamer verwekt, moeten worden opgelost. ENGELAND. De Koning en de Koningin van Engeland zjjn Zaterdag uit Parijs te Londen aangekomen. FRANKRIJK. Het dagblad „Messidor" maakt het volgen de telegram uit Rome openbaar: De Paus heeft het Fransche Episcopaat gemachtigd om den bij- zonderen eeredienst in te richten volgens de over eengekomen voorwaarden, hij zal waarschijn.ijk volledige instrucüën zenden aan de bisschoppen. Zondag-namiddag heeft de heer Jaurès in de Arbeidsbeurs te Parjjs eeae conferentie gehou den, waaraan circa 5000 personen deelnatnen. De redenaar zette uiteen onder welke voorwaar den de socialistische eenheid was tot stand ge komen en spoorde de dissidenten aan in die vereeniging zitting te nemen. Hij keurde het ge drag van minister Briand ter zak© van de kwestie der Scheidingswet goed, maar hij verzet zich tegen elke poging tegen de syndicaten der on derwijzers. Eene talrijke menigte verdrong zich Zondag in de chapelle ardente te Lorient, waar de slacht offers van den torpedojager 339 waren tentoon gesteld. De aandrang der menigte was zoo groot dat het kisten der lijken alsnog onmogelijk was. De maire heeft in een proclamatie den gemeente raad en de bevolking aangemaand in den rouw der marine te deelen een heeft bovendien de jongelieden aangemaand in de carnavalsdagen groote reserve in acht te nemen. De rechter van instructie Ducorsse heeft het onderzoek der bij monseign. Montagnini in beslag genomen documenten der Parijsche nuntiatuur ten einde gebracht. Daar de meeste dezer stuk ken in het Latijn en Italiaansch gesteld waren, eischte de vertaling een langdurigen arbeid. CHINA. De „Tribune" verneemt uit Shanghai dat men in China van plan is vier smaldeelen te vormen met de volgende stations1. in de Gele Zee het eiland Tsjan-tsjan in de Miao-tao-groep2. in de Golf ven Petsjili Jang-tsjing in de baai van den zelfden naam aan de kast van Sjantoeng en in de buurt, van Wei-hai-wei; 3. in den Tsjoisan- archipel het eiland Hsiang-sjan, en 4. in de zui delijke Chineesche Zee Pak-hoi. Het ministerie van oorlog heeft besloten te Tiënlsin een academie van marine en verder vier marine-scholen op te richten, waarin offi cieren voor de nieuwe Chineesche zeemacht onder leiding van Engelsche en Japansche instructeurs zullen worden opgeleid. De Japanners hebben op den Peropelochug heuvel te Port-Arthur twee monumenten opge richt ter nagedachtenis van de Russische en Ja pansche soldaten, die sneuvelden tijdens de be legering van Port-Arthur. Naast het Russische monument komt een Rus sische kapel met het opschrift: Ter nagedachtenis van de helden die sneuvelden tijdens de verde diging van Port-Arthur. Uit Jamaica wordt gemeld dat de voor naamste verzekeringsmaatschappijen nog altijd weigeren hun aansprakelijkheid voor de brand schade als gevolg van de aardbeving te erkennen. De lijders van de zwaarste verliezen zijn met dat al vast besloten er een geding over te voeren, want bij deze zaak is de toekomst van den han del van Jamaica betrokken. EERSTE KAMER. Zitting van Zaterdag 9 Februari. Oorlogsbegrooting De minister van Oorlog ontkent in de eerste plaats, tegenover den heer Reekers, dat bjj vermeerdering van het rendement aan sociale doeleinden koppelt. De minister verklaart, dat afschaffing ot inkrimping van het blijvend gedeelte moet beschouwd worden geheel los van een even- tueele wgziging der Militiewet. In elk geval, zoo is zgn overtuiging, moet het blgvend gedeelte zooveel rnogelgk verminderd worden. Met' dien wensch staat, hg op den bodem der Millitiewet en ai-heel in haar geest. De minister besirjjdt, dat hg het budget-recht uer Kamer heeft aangetast. Uitvoerig verdedigt de minister dan zjjn steeds .ijgv-nomen stelling, dat de belangen van rsen dienst met geschaad worden door den maatregel. Tegen over lieo, die wraken dat de minister IJ jaar e sie-oefeningstgd bjj de bereden wapens voldoen de acnt, beroept de mimster zich op een in 1888 n. eitldr- commissie, waarin o.a. zitting hadden geneiaai Kool, de teeenwooruige chef van den tieneralen Staf. de officieren Schimmelpennick van U-r Uye. thans voorznter der Eerste Kamer, van der S ar en Reuiher, welke cornrmssie concludeer- ■I dat een eerste-oefeningstijd van jaar vol- m ende was, en een blgvend gedeelte niet noodig. H.ertia staat de minister langdurig stil bjj de moralisatie en doet uitkomen dat bet alweer bo vengenoemde commissie was, die een landweer a nwees voor de taak der dekking van de mobi- 11 atip. Wider geeft de minister in détails hetzelfde overzicht dat hg reeds in de Tweede Kamer gaf. He geval, dat de heer von Löoen Seis stelde, dat dp Regeering een telegram kon krjjgen dat binnen 12 uren zekere eiscben moesten zgn ingewilligd, h-eft niet veel indruk op den minister gemaakt. Als men zooveel tijd heeft om zicb voor te beret- d-n zal bet nog wel schikken (Gelach.) Wat onze kustverdediging betreft, zjjn wjj vol doende berekend op ïcoupe de main". (Jok bij rustverstoring in den lande zjjn de meest doeltreffende maatregelen genomen. De tnimMer geeft de verzekering, dat bjj met een enkel te egram zjjn mannetjes weer bjj zich heeft. Wat betreft de landweergeweren, het zou 1| £t '2 ton aan 't land kosten, wanneer er opslagplaat sen moesten komen voor die wapenen. En de gevaren, die van het medegeven van de geweren gevreesd worden, kan de minister niet mede-voelen, omdat zijn vertrouwen in het volk die vrees niet Wel ligt Bujkt de maatregel onhoudbaar, dan zullen de geweien moeten worden opgeslagen in het Rjjks- nrng-ojjo, Hu-ma beantwoordt de minister verschillende sprekers nog op enkele spreciale punten, waarbjj bjj o.a. bestrjjdt de meening, ;dat bjj een afzon dei lj|ke kredietaanvraag had moeten doen. 'ien-slotte resumeert bjjdat hjj bewezen heeft, waar mngeljjk bezuiniging te willen aanbrengen dat inkrimping van het. bljjvend gedeelte, afgezien van het economisch belang, er bjj betrokken, aan- zienljjke bezuiniging met zich brengt, dat het zjjn vaste meening is dat de maatregel geen schade voor de landsdefensie en voor handhaving van de binnenlandsche orde en rust oplevertdat het zijn vaste overtuiging is dat de mededee- lingen, welke hjj tijdig vóórt April a in de Kamers zal doen, de zekerheid zullen wekken, dat ook ten aanzien van de oefeningen gunstige resultaten zullen worden verkregen. Onder deze omstandigheden is van den minister niet te verwachten, dat hjj den maat regel zal opschorten. Aanneming van deze Oorlogsbegrooting houdt niet tevens in, dat voor goed het blijvend ged elte naar huis zal worden gezonden. Eerlijk en onbe vangen zal de minister de werking van zgn stelsel nagaan, en mocht hem blijken, dat zjjn verwach tingen falen, dan zal bij niet aarzelen, onmiddel lijk de noodige maatregelen voor te stellen. Voor de pauze werd nog overeenkomstig de conclusie dor commissie voor de verzoekschriften besloten, ter griffie te deponeeren het adres van gezant van Heeckeren, onder verklaring dat er geen termen zijn tot het instellen van een com missie van onderzoek. Bjj de voortzetting der behandeling van de Oorlogsbegrooting, betoogt de heer van der P e 11 z, dat 's ministers maatregel is in overeen stemming met de wet, die voorschrijft dat de minister het bljjvend gedeelte kan, maar niet dat. hij dit moet houden. Hjj spreekt zgn volle ver trouwen in den minister uit. Spreker vraagt den minister nog, of hjj niet zou kunnen besluiten, evenals bjj de schutterij, bij de landweer een eerste en een tweede ban in te stellen. Hierna, vangen de replieken aan, waarbjj de heer Reekers er op wijst, dat deze minister van Oorlog zich eigenljjk slechts door goedgun stigbeid van partij-fracties aan het hoofd van zijn departement heeft kunnen handhaven tot dusver. Spreker acht dus 's ministers positie eigenlijk pé- nible, en meent dus, tegenover den heer Stork, dat de Eerste Kamer door verwerping van de Oorlogsbegrooting een geschikte daad zou doen. De heer T h o o f t komt op tegen de opvattingen van de heeren Stork en Rengers over de taak der Eerste Kamer. De heer van Zinnicq Bergmann maakt van de belangstellende aanwezigheid van alle mi nisters gebruik om te verklaren dat, als hjj en meerderen tegen de begrootingen zullen stemmen, dit votum niet gericht is tegen het Kabinet. De heer van Löben Seis, zijn bezwaren volhoudende, betoogt, d*t de geheele a inhaling van den minister van de voorstellen der S aals commissie van 1888 als zou deze óók geen bljj vend gedeelte voor de bereden wapens hebben gewenscht, geen hout snjjdt, aangezien de toestand toen ter 'tjjde geheel anders was. Ook de heer van Houten verklaart nog, dat zijn stem tegen de begrooiing alleen geldt den maatregel ten aanzien van het blijvend gedeelte. De bepr van Waelderen Rengers ver klaart dat hij, uit overweging dat verwerping eener begrooting door de Eerste Kamer, slechts een uiterst strijdmiddel mag zjjn, z'n goedkeurende stem aan de begrootirg niet zal onthouden. De minister van Financiën, de heer de Meester, verklaart, dat de aanwezigheid van alle ministers niet uitsluitend uit belangstelling voorkomt. De kwestie van het blijvend gedeelte toch te hoort tot het Regeeringsprogram en daar om zullen de minister en zjjn ambtgenooten ern stig overwegen over afstemming der Oorlogsbe- begrooting, welke de politieke gevolgen van dat votum zullen zjjn De beraadslagingen worden gesloten, en hierna de Oorlogsbegrooting verworp en met 27 tegen 17 stemmen. Vóór stemden de heeren de Jong, van Bejjma, Rabusen, Laan, Kist, Willinge, Breebaart, Dojes, van der Peltz, Scholten, van Leeuwen, Sickenga, Knol Wolt, Rengers, Stork, van Nierop en Vening Meinesz. De vergadering werd verdaagd tot heden-middag half twee. Offlcieele berichten. Bij Kon. besluit is E. Van Konijnburg, ingenieur 2e klasse van den Rijkswaterstaat te Maastricht, bevorderd tot officier in de orde van Oranje- Nassau. 1 1 De Indische zaal ten paleize. In het paleis van H. M. de Koningin, te 's-Gravenhage, werden, naar de „Ingen" meldt, op 7 dezer verschillende technische mannen ont vangen door den intendant der koninklijke pa leizen, jhr. J. P. E. Hoeufft van Velsen b.i., ter bezichting van de nieuwe Indische zaal, het ge schenk van de bevolking van Ned. Oost-Indië aan de Koningin. Aanwezig waren o.a. de admi nistrateur, chef der afdeeling kunsten en weten schappen bij het departement van Binnenlandsche Zaken, rijksbouwmeester, hoofdingenieur van de gevangenissen en rechtsgebouwen, hoofdambte naren en oud-hoofdambtenaren van den water staat, bouwkundige hoogleeraren van de T. H. S.j directeur der Academie van Beeldende Kun sten, directeur, onderdirecteur en bouwkundige der gemeentewerken, president en algemeen se cretaris van het Koninklijk Instituut van inge nieurs. j Diplomatieke vertegenwoordiging. Reuter seint uit Berlijn: 'Een kabeltelegram uit Tanger meldt, dat de Nederlandsche minister van Buitenlandsche Za ken den Duitschen graaf dr. Rosen aanzocht, bij den sultan van Marokko de goedkeuring tot de benoeming van den heer Ridder Van Rappard tot Nederlandsch gezant te Tanger te verwerven. Ridder van Rappard, thans gezantschapsraad te Berlijn, die genoemd wordt als aanstaand ge zant te Tanger, is te 's Gravenhage in „Hotel des Indes" aangekomen. Mr. J. W. van den Riesen. De toestand van het Eerste Kamerlid, den heer mr. J. \V. van den Biesen, was eergisteren voor uitgaande. Onderscheidingen. Naar men verneemt, hebben de heeren J. E. Scholten, commissaris-generaal, Floris Vos, ad- junct-commissaris-generaal, en Frans M. Knoo- te, secretaris van het Nederlandsche commissa riaat ter tentoonstelling te Milaan, de gouden medaille van verdienste ontvangen, aangeboden door het consulair comité van de Vereenigde La- tijnsche Republieken van Zuid-Amerika, die een collectieve inzending op deze tentoonstelling had den ingezonden. De geweren der landweer. De minister van Oorlog heeft bepaald, dat land weermannen, die de hun te verstrekken of ver strekte wapenen wegens minder goede behuisd- heid niet kunnen bewaren, deze kunnen inleve ren, in welk geval bedoeld bewaren plaats heeft in de magazijnruimten voor de landweer bestemd en in de standplaatsen der district-commandan ten in het leven geroepen. Naar wij vernemen, komen de verzoeken om bewaring zeer spora disch voor, terwijl toch tal van landweermannen in het bedoeld geval verkeeren. In November 1907 zullen voor het eerst de medegenomen ge weren worden geïnspecteerd. Gewenscht mag het worden geacht, dat voor dien tijd bepalingen in het leven worden geroepen, waardoor voorko men wordt, dat de wapenen enz. in handen ko men of blijven van hen, die ze slecht kunnen be waren en zich daardoor aan het opleggen van straffen blootstellen. Koffiebranderijen. Door de Kamer van Koophandel en Fabrieken te Rotterdam, is, evenals door die te Amsterdam, een schrijven gericht aan den minister van Bui tenlandsche Zaken, waarin gewezen wordt op het besluit, dat door de Duitsohe regeering zou genomen zijn, de koffiebranderijen te ontslaan van de formaliteiten, om te kunnen genieten van vrij dom van inkomende rechten voor de goederen, die het land weder verlaten na een „Veredlungs"- proceis te hebben ondergaan. De Kamer acht dit zoowel voor onzen koffie handel als voor onze koffiebranderijen een maat regel, waardoor de Nederlandsche industrie ge schaad zou worden. Scheepsbouw. Door den minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, js in handen der Kamer van koop handel en Fabrieken, te Rotterdam, gesteld, een schrijven van den consul-generaal te Londen, die meende, dat het wenschelijk was een bericht over den Nederlandschen scheepsbouw, voorko mende in het Engelsche weekblad „Fairplay," ambtelijk tegen te spreken. De Kamer is van oordeel, dat, al komen er onjuistheden in voor, het bericht in het alge meen voor onzen scheepsbouw niet ongunstig is. Daarenboven acht zij spaarzaamheid in offi- cieele tegenspraak steeds gewenscht, opdat de meening niet geboren worde, dat alles, wat niet tegenspraak uitlokt, juist is. De staking te Rijsseu. De firma Ter Horst Co. heeft een boekje uitgegeven, dat een overzicht bevat van de his torie der werkstaking te Rijssen. Na de geschiedenis verteld te hebben, zegt de firma aan het slot: „Men verwijt ons, dat wij de organisatie wei geren te erkennen, de hoofdbesturen niet ter bespreking willen ontvangen, voor onze arbei ders niet toegankelijk zijn, maar men verzuimt mede te deelen, dat al onze arbeiders wel we ten, ons te allen tijde te kunnen spreken, dat zelfs het stakingscomité is medegedeeld, dat ons kantoor voor hen open stond. „Men heeft ons bemiddelling voorgesteld, maar vond het niet de moeite waard ook ons recht te doen wedervaren, of eene poging te doen al lereerst de feiten zuiver te stellen. „Grenzeloos oppervlakkig durven mannen van naam een oordeel uitspreken, waaraan geen en kel deugdelijk onderzoek ten grondslag ligt en heeft men den roekeloozen moed een poging te doen om een bedrijf te gronde te richten, waar aan duizenden hun bestaan hebben, en wien men een toekomst van ellende bereidt."' Gevonden voorwerpen. Aanwezig aan het Commissariaat van politie 8 ijzeren petroleumfusten, koperen moer, kinder zak inhoudende zakdoek en handschoen, gouden oorbelletje met rood steentje, jjzeren schroefbout, sleutel, zweep. Terug te bekomen aan de volgende adressen vier baaltjes bloem, C. Zeelenberg, Singel 18410 blauwkoralen kinderarmband, C. Schep, Boter- straat 39; notitieboekje, Hubender, Singel 184r' zakje met 3 sleuteltjes, W. v. Ravens, Villastraat 93; kindermanteltje en jongensjasje, Schalie, Beier landschestraat 33. Rijssen en Helmond. Bij den penningmeester van het steuncomité voor de stakende en uitgesloten werklieden te Rjjssen en Helmond is tot 8 Februari ingekomen:

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1907 | | pagina 2