Dagblad mor Schiedam en Omstreken.
Atomi bbrt 11 op ie
Miemie Miefaimiis Coral
9 Mastlai
30ste Jaargang.
Zaterdag 12 October 1907.
JNo. 8933
TWEEDE BLAD.
iratii
ïen strijde tegen den woeker!
FEUILLETON.
Donker Par ij s.
ABONNEMENTSPRIJS?
Dit blad verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, en
kost voor Schiedam per 3 maanden ƒ1.35, per maand 45 cent en per
week 10 cent. Franco per post door geheel Nederland ƒ2.per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons BureauBoter-
straat 50 en bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders.
Bureau: BOTERSTRAAT 50
PRIJS DER ADVERTENTIëN:
Van 16 regels 0.92 met inbegrip van bewijsnummer.
Elke regel daarboven 15 cent.
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend.
Ingezonden rnededeelingen 25 cent per regel.
Voor herhaaldelijk adverteeren worden uiterst bil
lijke overeenkomsten aangegaan.
Telefoonnummer 85.
Postbus no. 39.
i.
In een onzer vorige nummers vermeldden wjj
®en motie, met algemeene stemmen aangenomen
ln een vergadering van de afd. Schiedam van het
Nederlandsch Werkliedenverbond, «Patrimonium",
daarin het volgende werd gezegd
«gehoord de besprekingen omtrent de ver
derfelijke werking der Pandjeshuizen op maat
schappelijk gebied,
gelet op den ongehoorden woeker, die over
het algemeen door de houders van dergeljjke
inrichtingen ten nadeele van de minder ge
plaatsten in de maatschappij wordt gedre
ven,
spreekt de wenscheljjkheid uit, dat uit alle
kringen der maatschappij een krachtige actie
opkome tot beteugeling, zoo mogelijk tot op
heffing, van dit maatschappelijk kwaad, en
besluit om, zoo mogelijk in vereeniging met
andere daarvoor in aanmerking komende cor
poraties hier ter stede, een krachtige plaat
selijke beweging, tegen de pandjeshuizen op
touw te zetten, teneinde het daarheen te
leiden, dat óf door gemeentelijke verordenin
gen óf door het particulier initiatief de maat
schappelijk zwakkere worde beschermd tegen
hen, die van zjjne tijdelijke ongelegenheid
misbruik willen maken."
Wij kunnen bedoeld besluit niet anders dan in
hooge mate prijzen. Er is hoegenaamd niets te
Veel in deze motie gezegd. De woeker breidt zich
m den lande hoe langer zoo meer uit en hetgeen
tot bestrijding ervan totnogtoe is geschied, heeft
Geinig te beteekenen.
Het is een onloochenbaar feit, dat de woeker
reeds te lang door de regeering onbeteugeld wordt
toegelaten. De geldwolven, die profiteeren van
de tijdelijke moeilijkheden van eerzame menschen,
van den honger van den arme, van de werkloos
heid van den werkman, doen wat hun goed dunkt.
ZÜ storen zich niet aan billijkheid, rechtvaardigheid
en humaniteit. Zij trachten alleen zoo veel mogelijk
8eld te kloppen uit de zakken hunner «klanten",
door buitensporig hooge rente, geknoei met be-
taeningsbriefjes enz.
Ja, lezers, als men verneemt op welk een
Schandelijke manier die vampyren er slag van heb
ben het bloedgeld der ongelukkigen op de voor
deligste wijze in hun kas te doen vloeien, staat
SÜ verbaasd, dat er niet reeds lang van verschil
lende kanten met kracht tegen de woekerkrotten
18 geageerd geworden.
Hoor de welwillendheid van het hoofdbestuur
der Nationale Vereeniging tot bestrijding van den
Woeker zjjn wü in staat gesteld onzen lezers eens
een duidelijk beeld te geven van de ellendige
Praktijken der woekeraars.
Het gelukte ons eens een werkman, dien wij
Uit het Fransch.)
89,
Hij droeg in de hand een reiszak, die het voed-
8e'> voor Bertha bestemd, bevatte en die een van
de ondergeschikten van Troussardière hem over
handigd had op het eogenblik, dat hij uit de laan
f'ög, om het voetpad in te slaan, dat naar het
Witte Huis leidde.
i??. s^aahte hij even een kreet vanj vreugde.
Hij geloofde, dat Bertha van vermoeienis sliep
01 bezwijmd was.
Hjj richtte zich al naar de trap, toen hjj een
geluid vernam, dat van den kant der keuken
kwam.
luisterde.
Het geluid liet zich duidelijk onderscheiden en
öam in kracht toe.
Men zou zeggen, dat in de diepten van
en kelder en het onderaardsch gewelf menschen
an het werk waren en zware slagen deden met
een hamer.
Marcel was niet bijgeloovig en het ontbrak hem
och aan moed, noch aan tegenwoordigheid van
«eest.
ontmoetten, juist toen bjj een woekerkrot had
verlaten, in vertrouwen te nemen. De man bui
ten schuld werkloos geworden, had geldgebrek.
Zijn vrouw had vroeger uit haar zeer bes
ten dienst een stel gouden oorbellen met
agaat in haar huwelijk meegebracht, gekocht
toen «voor oud" voor 35 gulden. Die had hjj nu
met haar goedvinden verkocht voor 5 gulden tegen
een beleeningsrente van 5 pet. per weeken ze
moetens op den dag af, over 6 weken worden
teruggekocht voor dien prijs met afbetaling van
5 X 5X6 150 ets. Kwam hij éen dag te
laat, dan waren ze de mooie bellen kwjjt. «Als
ik nu binnen dien tijd maar weer werk krijg en
zooveel verdien, dat we te eten hebben, en ik
die 6Vi gulden bij mekaar heb ook nog, dan is
het niet zoo erg maar anders ben ik er stom bij,
weet uDie bellen bennen al een keer of wat bij
den baas geweest. Ja, die heeft er zat centen
aan verdiend I"
Of hjj wel wist, hoeveel rente hjj betaalde voor
zijn vjjf gulden
Nou, zoo precies niet, maar het zou wel een
slordig druppie wezen.
Ons potlood kwam voor den dag, en op een
stuk van een oude krant op het tafeltje, waar
we ons glaasje bier dronken, rekenden wjj uit5
pet. per week, 260 pet. per jaar. «Of dat erg
veul was 't
Als hjj (de man is grondwerker) een spade kocht,
die bijv. 2 gld. waard was, wat hij wel beoor-
deelen kon, niet waar en de winkelier vroeg
hem er eens 2.60 X 2 5.20 gulden voor, wat
hjj dan wel zeggen zou
Nou, maar, dat had daar toch geen vergelijk
bij 1 Zoo stom was immers geen mensch, om het
te eischen, laat staan het te geven.
Wjj beduiden hem, dat het stelletje «stomme
lingen" vertegenwoordigd werd door den welwil-
lenden pandjeshuishouder en den gewezen eige
naar der gouden oorbellen. «Gewezen", want hij
is ze kwijt, zoo goed als zeker.
Men ziet, de armen kennen den omvang vaa
het uitzuigingsproces niet eens. Ze weten niet te
beoordeelen, en dat is al vast het eerste, wat er
gedaan moet worden en wat er op ieders weg
ligt. Ons voorbeeld van de spade, die f 5.20 moest
kosten sloeg in.
De man dronk zjjn glas uit met een zucht en
erkende prevelend, dat hij dan toch wezenlijk «een
weerlichtsche stommeling" was geweest, maar «wjj
soort menschen, mijnheer, weten dat zoo niet".
Juist, maar «wij soort van menschen" des te
beter, en daarom moeten wij, het maar eens
voor hen uitrekenen en hun duidelijk, maken,
hoe er alzoo met hen wordt omgesprongen. Dat
helpt al vast wat.
Een kind, een jongetje van een jaar of acht,
komt 's Maandags morgens tegen elf uur in een
z. g. verkoophuis. Het arme knaapje hol-
oogig, schokschouderend, bibberend met naakte
beentjes, als bleekwitte vleeschplekken gapende
Maar toen hij dit geluid hoorde, overtoog eene
lijkkleur zjjn gelaat.
Een koud zweet parelde op zijn voorhoofd en
alle deelen van zijn lichaam.
De meest zonderlinge idee's, de vreemdste ge
dachten beslopen hem en doorkruisten zjjn brein.
Maar deze ontsteltenis was van korten duur.
Hjj vermeesterde weldra zijne verbeelding door
eene energieke inspanning van zjjn wil en zag den
toestand helderder in.
Wie veroorzaakte die geluiden
Dieven
Lieden, op zoek naar het lijk 1
Raulhac misschien
Hij besloot, er zich terstond van te vergewissen.
Hij had een revolver genomen.
Hjj keek, of deze in orde was en richtte zich
naar den kelder, behoedzaam voortloopende.
De slagen waren verdubbeld en het geluid er
van was zoo sterk, dat het dat van zjjne passen
verdoofde.
Nadat hjj op de hoogste trap, die naar den
kelder voert, was aangekomen, bleef hij als aan
den grond genageld staan, vol schrik en zjjne
oogen niet geloovende.
Hjj zag juist Raulhac, die zwoegde om het hout
van de deur los te krijgen, dat sterker was, dan
hij dacht, en Mazamet, die zijn vriend voorlichtte.
Geheel opgaande in hun werk, hadden hem
zjjne twee vijanden niet bemerkt.
Een oogenblik later was hij verdwenen.
In de vestibule aangekomen, opende hjj er voor
door de gescheurde pijpen van het dunne gera
felde broekje, op klompen, heeft vier paar schoenen
bjj zich. Een heer staat een bak met timmer
gereedschap te bezichtigen, een mooi stel werk
tuigen, dat te koop is voor zes gulden en een
waarde heeft van tien. Daar zal al voldoende op
verdiend zijn, en... hoe eer zoo'n heerschap den
winkel uit is, hoe beter. Maar 't is een treuzelaar
en hjj neemt beitels en centerboor en schaaf éen
voor éen in de hand en geeft intusschen oog en
oor goed den kost, ook buiten den bak.
«Wat vraag je voor dat rotrommeltje, Keesie
buldert de koopman, quasie vriendelijk. Moeder
zei: «twee kwartjes!" fluistert bevend het kind.
«Ben je mooi mal, jö Ze zijn me geen kwartje
waard. Afgedragen spul!" «Nietes! Ze bennen
haast nieuwrepliceert het in armoede rjjp en
wijs geworden kind vrijmoediger; «kjjk zelf, er is
geen lappie op en geen steekie aan los
Nau, snjj maar uitIk wil ze niet
«Nou, toe, geef dan maar drie dubbeltjes
Moeder heeft ze zoo noodig I"
De stumper kreeg drie dubbeltjes en een briefje,
dat hem beduiddeover een maand 35 ct. terug,
of geen schoenen.
Nog al billijk, nietwaar lezer 't Is maar 200
pet., meer niet. Een spa van 2 gld. verkocht voor
4 gid. een waar peulschilletje, inderdaad.
En toch zat er heusch geen lappie op, en was
er geen steekie aan los I
Wat honger moest die 30 ct. wel stillen En
wanneer zou de groote som van 35 ets bijéénge-
scharreld zijn"? Wanneer... en hoe 1 Want heel
groot is zoo'n som voor stumpers, die hun goede
schoenen afstaan om dertig cent te hebben voor
een stuk brood wellicht
Op de vraag waarom de slachtoffers van het
woekerstelsel niet naar een gemeentelijke bank
van leening gaan, omdat er een hooger bedrag voor
het ingebrachte wordt gegeven en de rente be
langrijk lager is, kreeg men in den regel de vol
gende antwoorden
lo. Oude artikelen, meubelen, gedragen kleede
ren etc. worden er niet genomenmen wil zoo
goed als nieuwe kleeren, weinig gebruikt bedde-
goed, goud en zilver, en dat alles hebben wij niet.
De «groote bank" is goed voor winkeliers, om er
tijdelijk hun artikelen te beleenen en voor men
schen, die het beter hebben dan wjj.
2o. Als we er iets van waarde brengen, taxee-
ren de sheeren" het ook heel laag. Men is te
bang, zich in de werkelijke waarde te vergissen,
ten nadeele der beambten, die het beleenden, en
daarom maken die er vaak maar iets van. Voor
sommige artikelen, losse juweelen bijv., geeft de
houder van het pandjashuis vaak nog meer dan
de «groote bank", want hjj is beter met de waar
de dezer dingen op de hoogte.
3o. De beleeningstermijn is te groot. Men ver
geet zjjn goed en daarmee den tjjd, dat het geld
er wezen moet. sAl3 'n mensch een heel jaar
zjjn klok bijv. kwjjt is, dan went hij er zich af
zichtig de deur van, gaf een noodsignaal aan een
der agenten, die zich had opgesteld aan het eene
uiteinde van de laan.
Een oogenblik later, waren de beide agenten
van Troussardière bjj hem.
Hoort gjj dat geluid? zeide hjj hun. Het zjjn
twee zoogenaamde vrienden van de gevangene,
die in den kelder de deur van het gewelf aanval
len, waar zij haar zonder twijfel opgesloten den
ken.
Hebt gjj hen gezien vroeg een der agenten.
Ja, daar net.
En de gevangene
Ik weet niet, wat er met haar gebeurd is.
Ik ben nog niet naar de eerste verdieping gegaan.
De agent sprong met eenige passen de trap
op.
Een oogenblik later kwam hjj weer naar be
neden.
De kamerdeur is geforceerd, en de vogel is
gevlogen, zeide hjj.
Wat doen ze dan in den kelder vroeg Mar
cel levendig.
Ik weet het niet, zei de ondergeschikte. Dat
moet u beter weten dan wjj.
En, toen hjj de schouders ophaalde, en deed,
of hjj er niets van begreep, hernam de agent
Dat alles zou niet gebeurd zijn, mjjnheer
Percieux, indien u ons in het huis gelaten had,
zooals wij het hebben voorgesteld.
Ik zou er u gelaten hebben, hernam Marcel
verbitterd, indien u mjj niet verzekerd had, dat
en het kan hem niet meer schelen, of bjj ze terug
krijgt al dan niet, en in dien tusschentjjd heeft
men z'n «centen" alweer voor andere dingen
noodig gehad."
4o. De «groote bank" is zoo ver uit de
buurt.
5o. We kunnen met de heeren lang zoo goed
niet terecht als met den «koopman", die is meer
van ons soort.
6o. «Je staat er zoo voor iedereen te koopAls
je bjj den «winkelier" komt en er zjjn menschen,
dan doe je, alsof je iets komt koopen en dikwjjls
kan men buiten den winkel in het kantoortje
alleen geholpen worden. Den heelen dag, ook des
avonds, kan men er terecht.
Van genoemde bezwaren frappeerde ons aan-
vankeljjk het derde het meest. Men zou, opper
vlakkig redeneerende, tot de conclusie komen, dat
het in het belang der betrokkenen zou zjjn, den
beleenigstermjjn zeer lang te stellen. Bjjna allen
adviseerden het tegendeel«beter kort dan lang"
Eén lichte zjjn meening toe als volgt:
«Als ik in het voorjaar mijn overjas of een
bont van mjjn vrouw naar de bank breng, dan
denken we er den heelen zomer niet om, en ook
in het najaar maken we ons er niet druk over.
Dan komt de winter, de slechte tjjd, en dan
brengen we weer andere dingen weg, en daarvoor
hebben we dan ons geld noodig. Van de inlossing
van de jas en de bont komt zoodoende niets".
Een ander voegde, bij ongeveer dezelfde opmer
king, er aan toe«Meestal zjjn we het briefje
van (je bank al lang kwjjt, voor de tjjd van aflos
sing er is. Dat is dan alweer beleend bjj den
pandjeshuishouder. Daar bljjven heel wat briefjes,
vooral van arme lui, die niet buiten een paar
kwartjes kunnen, als het nijpt".
Ons is gebleken dat de woekeraars op de be-
leeningsbriefjes, hier bedoeld, als ware roofvogels
azen. Een arme, die op een beleend voorwerp
van tien gulden er vier ontving, beleende het
briefje terstond veer voor f2,50, of liever, hjj ver
kocht het voor dien prjjs want de pandjes
koopman koopt en beleent niet met het recht
van wederinkoop binnen zes weken ad 4^ pet.
per week. Hjj had na ommekomst van dien ter-
mjjn het geld niet en was dus het briefje en
daarmee het beleende kwjjt. Hjj had dus betaald
9 pet. van f 4 aan de bank van leening 36 ets.
4£ pet. over 6 weken van
f2.50 aan den koopman 67s
totaal aan rente van t 6.50
over 6 weken 1035 ets.
Wij laten den lezers het genoegen van het
rekensommetje: Hoeveel procent per jaar is er
betaald, als men gedurende 6 weken voor f 6.50
aan rente 1036 ets. betaalde? En als de uitkomst
ons dan verbaast en ongeloofeljjk toeschjjnt, dan
voege men er aan toeEn bovendien verloor de
betrokkene een waarde van zes guldenwant
hij was het beleende kwjjt. Dat werd het eigen-
niemand getuige is geweest van de ontvoering.
Men heeft ons gezien, en is het huis binnenge
drongen, langs den weg, dien gij zelf genomen
hebt.
Noch Marcel, noch zjjne helpers hadden detus-
schenkomst voorzien van Léontine en van Jules,
twee kinderen.
Zoo is er dikwjjls in de beste berekeningen iets,
dat alles in duigen doet vallen.
Het is het deel, dat de Voorzienigheid aan onze
daden neemt, het is de toepassing van het spreek
woord: «De mensch wikt, God beschikt!"
Het dient nergens toe, om over hetgeen ge
beurd is te spreken, zeide de tweede helper op
verzoenenden toon. De tjjd dringtwe moeten
haastig een besluit nemen. Wat beveelt u ons,
mjjnheer Percieux.
Vraagt ge dat nog! riep Marcel uit. Wel,
hen aan te houden. Hebt gjj uwe revolvers
Ja mjjnheer.
Ik voor mij heb die ook. Dan vooruit
Hjj richtte zich naar de keuken.
De twee agenten van Troussardière waren ex-
soldaten.
Zjj volgden Marcel dapper.
(Wordt vervolgd).
d Hii opende zachtjes de deur der vestibule, en
aar hjj geen geluid hoorde op de eerste verdie-