Binnenland.
roet water. Groote schade is over het geheel
aangericht.
Een draadbericht uit Lissabon meldt
Een ontploffing had gisteren plaats in de artillerie
kazerne van Trafuria. Een soldaat trachtte een
spijker in een laars te verwijderen met oude
Hotchkiss-grenaat toen deze ontplofte. Er zijn
drie gewonden waaronder de bedoelde soldaat, die
ernstig gekwetst is.
De gevangenen te Tiflis kwamen gisteren in
verzet tegen de overheid wat een schildwacht
aanleiding gaf op hen te schieten, waarbij een
persoon gewond werd. Daarna ontstond wanorde
lijkheid onder de staatkundige gevangenen. Bij het
bedwingen van den opsterd werden 30 personen
gewond.
Te Agbassar, provincie Omsk (Aziatisch
Rusland) heeft er tijdens de jaarmarkt een ernstige
botsing van Russen met Kurgiezen plaats gehad
De troepen maakten gebruik van hun vuurwapens
waardoor 10 personen gedood en 32 gewond
werden.
Maatregelen betrekkelijk werkloosheid.
Blijkens het Voorloopig Verslag over het betrek
kelijk wetsontwerp tot aanvulling van de begroo
ting voo:- bet Dep. van landbouw, nijverheid en
handel voor 1907, waren verscheidene leden van
oordeel, dat de rijksoverheid beter deed zich voor
alsnog van bemoeiingen in de gevolgen van werk
loosheid te onthouden. Met voldoening hadden
deze leden gezien, dat het aantal zich uitbreidt
van de groote gemeenten die aan de beweging
tot het in het leven roepen van eene verzekéring
tegen de geldelijke gevolgen van werkloosheid
steun veileenen of het voornemen hebben zulks
te doen; maar het scheen hun geen gelukkige
gedachte van het opgetreden Kabinet nu maar
aanstonds 's rijks schatkist te willen openstellen
om de gemeenten de taak, welke zij op zich namen,
gemakkelijker te maken. Het vraagstuk van de
werkloosheid, zoo merkten zij op, is nog niet
genoegzaam opgehelderd, de oorzaken daarvan
zijn nog niet voldoende bekend dan dat men thans
reeds een juist oordeel zou vermogen te vormen
en uit te spreken over de doeltreffendheid van
de maatregelen, welke worden aanbevolen of hier
en daar worden toegepast tot bestrijding van de
gevolgen van dat verschijnsel. Zoolang het op
dit gebied nog is een zoeken en tasten, is liet
zeker nuttig dat de gemeentelijke overheid, in
samenwerking met bestaande vakvereenigingen,
er naar streeft de hardheid van de zich plaat
selijk voordoende werkloosheid weg te nemen of
te verzachten. Elk gemeentebestuur kan hier op
tieden op de wijze, welke met de zich ter plaatse
voordoende omstandigheden het best schijnt te
slreoken. Zou nu de rijksoverheid bij den huidi-
gen stand van het vraagstuk zich bereid ver
klaren de gemeenten onder zekere voorwaardén
bij haar pogingen te steunen, dan ontstaat twee
ërlei gevaar. Worden voor het verteenen van dien
sleun vaste regelen gesteld, dan staat het te
vrcezen, dat men overal de organisatie der ver
zekering in dier voege zal inrichten, dat men
de meesle kans heeft op een rijksbijdrage. En
zou de regeering, zooals in de bedoeling schijnt
te liggen, om dit gevaar van uniformiteit te ont
zeilen, geen vaste regelen stellen, dan staat weder
de deur open voor willekeur.
Beier dan door het geven van geld ter onder
steuning, van werHoozen, zou, meenden sommi
gen, de rijksoverheid handelen door het bevor
deren van maatregelen, waardoor de werkloos
heid zelve zou kunnen .worden tegengegaan. Be
vordering b.v van het wonen der arbeiders ten
platlfcfande in de nabijheid van middelpunten van
nijverheid en werkverschaffing scheen alle aanbe
veling te verdienen, omdat daardoor een stap
zon worden gedaan om de arbeiders niet zoo
licht bloot te stellen aan de voor hen <*n hun
gezin zoo noodlottige gevolgen van werkloosheid.
Door den bouw van arbeiderswoningen buiten
de groote centra, aanmerkelijke verbetering der
verkeersmiddelen, vooral door arbeiderstneinen en
trams zou in deze richting veel kunnen worden
gedaan.
Eenige leden meenden de door de regèering
voorgestelde geldelijke bijdragen te mogen ken
schetsen als een middel om voor armoede te
bewaren, dus als een soort armenzorg, ie zon
derlinger omdat de regeering zelve in de Memorié
van Toelichting verklaard heeft, dat hetgeen de
gemeente tot leniging van de werkloosheid ver
richt, niet het karakter zal mogen dragen van
armenverzorging.
Anderen meenden evenwel, dat in geen géval
het algemeen erkende feit, dat in zake de wérk-
looshtid en de bestrijding harer gevolgen het
laatste woord nog niet is gesproken, een veront
schuldiging, ja zelfs een aansporing zijn voor het
rijk om zich deze aangelegenheid niet aan te
trekken. Van armenverzorging kan nier geen sprake
zijn, meende men. De werkloosheidverzekering
heeft juist ten doel, armoede te voorkomen en
maakt mitsdien armenverzorging overbodig.
Nu de gemeenten door den rijkswetgever met
tal van uitgaven zijn bezwaard, tengevolge waar
van vele in geldelijken nood verkeeren, schéén
het niet meer dan billijk, dat het rijk haar ter
zake van een zoo gewichtig volksbelang als de
werkloosheidverzekering met een flinke bijdrage
steunde. Trouwens ook om practische oveuwe-
&ingen was die steun geboden, aangezien daardoor
zal worden tegemoet gekomen aan bezwaren van
iinancieelen aard, welke voor sommige gemeenten
een beletsel mochten opleveren tegen hét volgen
van het door Amsterdam en Utrecht gegeven voor
beeld. De werkloozen in die gemeenten mochtén
niet. van die bezwaren de slachtoffers wiorden.
Volgens sommigen was de fout deze, dat de
icgeciing zich wenscht te bepalen tot het steunen
van het gemeentelijk initiatief en niet inziet, dat
het initiatief juist van de rijksoverheid moest
uitgaan.
Be steun aan de werkloosheidverzekering zou,
meenden sommigen, het best kunnen worden ver
leend door bijdragen, niet aan enkele bestaande
gemeentelijke fondsen, maar rechtstreeks aan die
van de arbeidersorganisaties, evenals zulks b.v.
in Frankrijk geschiedt.
Anderen meenden, dat, behalve aan gemeenten
ook aan arbeidsbeurzen, vakvereenigingen en an
dere landelijke bonden van arbeiders uit 's lands
kas bijdragen moeten kunnen worden toegekend,
Weer anderen oordeelden, dat, nu onder de
bestaande omstandigheden van eene over het ge
heele land werkende werkloosheidverzekering bé-
zwaarlij'k sprake kan zijn, het gevaar van een
te sterke aantrekkingskracht van de groote ste
den het best ware te keeren door aan alle ge
meenten, die op welke wfijze ook, het euvel dér
werkloosheid bestrijden, geldelijken steun te ver-
leenen.
Met instemming was vernomen, dat cTe regee
ring gr-cde vruchten meent te mogen verwachten
van ten stelsel, berustend op samenwerking tus
schen plaatselijke overheid en vakvéreenigingen.
Sommigen zouden gaarne zien dat een stap
verder wt-rd gegaan en dat alleen steun iwerd
verleend aan die gemeenten, die overéénkomstig
de beginselen van het Gentsche stelsel door uit-
keennger. aan vakvereenigingen ingeval van ge
dwongen werkloosheid een bijslag verzekeren aan
de bij die vereenigingen aangesloten arbeiders,
welk denkbeeld echter van verschillende zijden
werd bestreden.
tiet ontwerp zou, zoo werd nog opgemerkt, in
elk geval in dier voege dienen gewijzigd te wor
den, dat eene aanvulling wérd voorgesteld niet
van de begrooting voor 1907, maar van die voor
1908. In verband met het feit, dat Amsterdam
en Utrecht thans niet meer de eenige gemeéntén
zijn, die zich ten behoeve van de werkloosheid-
verzekering uitgaven getroosten, zou waarschijn
lijk ook bet aangevraagde bedrag wel eenige wij
ziging dienen te ondergaan.
Generaal Bergansius.
De „Standaard", het hoofdorgaan der Anti-revo
lutionaire partij, schrijft:
Nu de „Staatscourant" het bericht bracht, dat
Generaal Bergansius uit den Staatsdienst scheiden
moest, voegt ons ook van Anti-revolutionaire zijde
een woord van dankbare herinnering en niet
minder van hartelijke sympathie in zijn leed.
'Van zijn schitterende militaire loopbaan zwijgen
wedie ging buiten het politieke leven ommaar
twee malen is Generaal Bergansius Minister van
Oorlog geweest in een ons bevriend Kabinet, eerst
in het Kabinet-Mackay en later in het Kabinet-
Kuyper, en van beide Kabinetten verhoogde hij
door zijn uitnemende hoedanigheden de bewinds-
kracht.
Gedurende zijn eerste Ministerschap had hij den
moed, tegen den zin van een groot deel zijner
geestverwanten, een militieregeling voor te dragen,
die den persoonlijken dienstplicht opnam, al wist
hij bijna zeker, gelijk dan ook de uitkomst leerde,
dat dit ontwerp hem ten val zou brengen. En in
hot tweede Kabinet, waarvan hij lid was, heeft bijl
een geheel andere regeling, die buitèn hém om
was tot stand gekomen, nochtans trouw1 en eerlijk
uitgevoerd. Daarna werd hij benoemd tot lid van
den Raad van State, maar nauwelijks was hij
hierin opgetreden, of een onverhoedsche aanval
brak voor altoos zijn kracht. f
Steeds verstond hij de kunst, om in elk dezer
betrekkingen ook met zijn protestantsche mede
leden op de hartelijkste en uitstekendste wijze
om te- gaan Alle stroefheid was hem vreemd.
En cok in de Kamer was hij een vaardig spreker,
die wist te zeggen waar het op stond, en toch
aller sympathie won. f
En nu heeft het God behaagd dezen nobelen
man voor den rustigen ouden dag, waarnaar hij
verlangde, een zoo droeven levensavond te schen
ken.
Zijn krankekamer kan hij niet meer verlaten,
alle beweging is hem ontzegd, en al is zijn geest
nog vaardig, zoodat hij in alles meeleeft en nog
van alles op de hoogte is, hij kan niet meer spre
ken en niet meer schrijven, en ternauwernood
zelf iets meer lezen. Als een hulpelooze wordt
hij door zijn lieve dochter verzorgd. En in zulk
een toestand verviel de man, die steeds warm
aan elk gesprek deelnam, van alles een indruk
■ontving, en steeds drang voelde, om dien indruk
in woorden te vertolken.
Een donkere schaduw onderschept den zonne
glans die steeds zijn leven bescheen, en op terug
keer van dien zonneglans verviel elk uitzicht.
'Zoo moest hij dan ook zijn ontslag uit den Raad
van State vragen; maar al scheidt hij hiermee uit
den puhlieken dienst, en al is hij op zijn zieke-
kamer van de wereld als afgesloten, zijn vrienden
vergeten hem niet, en ook de Anti-revolutionaire
partij herdenkt bij1 zijn scheiden met dankbare
herinnering wat hij ook voor ons geweest is.
Gedelegeerden ter Vredesconferentie.
Uit Den Haag wordt gemeld
De Duitsche Italiaansche en Oostenrjjksche gede
legeerden ter Vredesconferentie 1907, die hier zijn
ter onderteekening van eenige acten, brachten be
zoeken van kennismaking aan den miuister van
Ëuitenlandsche Zaken.
Staatscommissie voor den Middenstand.
Naar wjj nader vernemen, is op de gisteren te
's Gravenhage gehouden vergadering der Staatscom
missie voor den Middenstand, langdurig beraad
slaagd over de te houden enquête.
Ten slotte is men er in geslaagd met de regeering
tot overeenstemming te komen omtrent de wjjze,
waarop de enquête zal geschieden.
Deze enquête wordt gehouden over het geheele
land, dat verdeeld zal worden in drie districten,
t w. de noordelijke, de westelijke, en de zuidelijke
provinciën.
Iedere districts-commissie bestaat uit 3 personen
Het onderzoek zal zoowel mondeling als schifte-
Ijjk geschieden, zoowel individueel, als door tus-
schenkomst van nationale en locale vereenigingen,
plaats hebben.
Bovendien bestaat het voornemen omtrent vele
bedrjjven monografieën te doen samenstellen.
(Tel.)
Gisting in Indië.
Blijkens een uit Nederlandsch-Indië bjj het de
partement van Koloniën ontvangen telegram gaat
om te patrouilleeren een escadron cavalerie naar Su
matra's Westkust. Alle bestuurszetels in de Padang-
sche Bovenlanden worden thans doordetachementen
beschermd. Het verzet bljjft zich uiten in plaatselijk
gewelddadig optreden en terugvordering van reeds
betaalde belasting.
De »N. R. Crt." schrijft
Hel regeeriDgstelegram geeft slechts tot eenige
opmerkingen aanleiding. Het breDgt in de eerste
plaats de bevestiging van hei door den correspon
dent te Batavia van de Nieuwe Courant geseinde
en door ons overgenomen nieuwtje, dat er een
escadron cavalerie naar Padang gaat. «Om te
patrouilleeren" voegt het regeeringstelegram er
verduidelijkend bij. Wjj bljjven van meening, dat
die cavalerie in dat terrein niet veel zal kunnen
presteeren. Alleen voor het begeleiden van ambte
naren, die eens te paard door bun afdeeling willen
rijden, kunnen afdeelingen ruiterjj van dienst zjjn,
maar daarvoor is een escadron van 128 karabjjnen
niet veel. De verklarende toevoeging van de regee-
riDg bewjjst wel, dat het nut der zending van
cavalerie niet zoo voor de hand ligt.
A quelque chose malheur est bon 1 Nadat een
onzer ambtenaren door de bevolking vermoord
werd, doet men alle bestuurszetels door detache
menten bewaken. Het zal hier te lande zoo moge
lijk nog meer waardeering doen ontstaan voor de
plichtsbetrachting onzer ambtenaren, die, voor een
deel zonder dadeljjke bescherming, trouw op hun
post bleven.
Berichten over een beraamden aanval op Palem-
bajon zullen den controleur Edie waarschijnlijk
genoopt hebben naar Fort de Koek te vluchten.
Het zou dan de derwaarts onder kapitein \\on
Raesfeld Mejjer gezonden troepenafdeeling ter
sterkte van 75 man zjjn. die met den thans
geseinden uitslag dien aanval heeft teruggewezen.
Niet aan te nemen is toch, dat die ambtenaar zijn
post heeft verlaten, terwjjl een detachement ter
zijner bescherming aanwezig was, tenzjj zjjn zenuw
gestel door een tjjd van spanning gedurende drie
maanden danig geschokt werdhetgeen geen ver
wondering zou behoeven te wekken.
Dat er een compagnie te Malang gereed gehou
den wordt, om naar Padang te vertrekken, wordt
door dit regeeringstelegram niet bevestigd.
Bij de vermoording (zie de Nederlandsche Staats
courant van gisteren) van den controleur Bastiaans,
wiens gezin ongedeerd bleef, is tevens de contro
leurswoning te Boea verbrand en de kas geplunderd.
Op den 24en dezer is een aanval op Palembajan
afgeslagen, waarbij de aanvallers 57 dooden bekwa.
men, terwjjl één inlandsche fuselier gewond werd.
Een Gemeentelijke Hyp.-Bank?
Uit den Haagschen brief in de Zutpb. Ct.
«En wil men nu maar sub rosa het aller
nieuwste snufje Er schjjnt sprake te zjjn bjj de
inrichting van ons grondbedrijf ze'fe een gemeen
telijke hypotheekbank te organiseeren. Men zegt,
dat de wethouder Simons op zijn onderzoekingsreis
n Duitschland sympathie voor die instellingen
heeft opgevat".
Wijziging lager onderwijswet
Het hoofdbestuur der Maatschappij tot nut van
't algemeen heeft een adres gericht tot den Mi
nister van Binnenlandsche Zaken, waarin het
vraagt, dat het initiatief worde genomen tot zoo
danige wjjziging van de wet op het lager onder
wijs.
ie. dat de jaren vóór het voleindigde zevende
jaar niet voor de vervulling van een, op een be
paalde duur vastgesteldeD, leerplicht worden mee
gerekend
2e. dat aan Gedeputeerde Staten der provinciën
welke hun goedkeuring moeten verleenen voor
den leeitjjd, waarop door de gemeentebesturen de
leerlingen worden toegelaten op openbare scholen,
ook worde opgedragen de goedkeuring daarvan
ten aanzien van de bjjzondere scholen, met dien
verstande, dat bedoelde leeftjjd van toelating voor
beide soorten van scholen in dezelfde gemeente
geljjk gesteld worde.
Bisschoppelijk bezoek.
Men meldt uit AmsterdamVan den streng
eenvoudigen gevel van het gebouw «De Voorzie
nigheid" in de Elandsstraat waaide gisteren de vlag
uit. De stichting, een weeshuis, voor weezen en
half weezen werd bezocht door den Bisschop
van Haarlem. Z. D. H. Mgr. Callier. Z. D. H.
kwam engeveer half elf in de stichting aan, bege
leid door den secretaris en den directeur der
inrichting den weleerw. heer W. H. J. Willeman.
Monseignieur werd ontvangen door den president
der stichting den hoogeerw. mgr. A. J. F. J. de
Bouter, den secretaris mr. Wynand J. M. Koch en
de eerw. zuster E. J. van der Lugt, de directrice
der aan de stichting verbonden school. Na de
rondgang door het gebouw ontving mgr. verschil
lende hooggeplaatste geestelijken dezer stad, ender
wie mgr. Jansen, deken van Amsterdam. Zooals
te begrijpen was deze dag ook voor de vele ver
pleegde meisjes een feestdag.
Overheidsbemoeiing.
In het «Friesche Dagblad" schrjjft Uitkjjk over
Staatsbemoeiing in vroeger tjjden
't Was in 1545, toen winstgrage korenhande
laars een «trust" hadden gevormd, die zich over
al de lage landen uitstrekte.er is nu eenmaal
niet nieuws onder de zon 1
t Was een dure tjjd en 't koren, d&t er nog
was, werd als goud gezocht.
Doch waar het ter markt kwam en wie bieden
wildede korenkoopers boden er tegen in,
kochten en hoopten het op in hun pakhuizen
met plan om dan pas te verkoopen, als de prjjs
naar hun zin hoog genoeg was gestegen.
Daartegen kwam Karei V op met een kras
plakkaat, dat ook in Alkmaar werd afgekondigd
en waardoor deze kwade machinatiën te eenen-
male onmogelijk werden gemaakt, o.a. door den
inkoop op de markten in het groot voor den be
paalden tjjd absoluut te verbieden.
Nog eensEen «tendenz" heb ik allerminst.
Wat ik maar opmerken wou, is dat de Over
heidsbemoeiing geen uitvindsel is van den laatsten
tjjd, maar ook in vroeger eeuwen gevonden werd
en soms zóo, dat wjj wellicht hard geroepen zou
den hebben over zóó krasse inperking onzer per
soonlijke vrjjheid,
Kapitein-Spuitgast.
De kapitein der artillerie J. S. Tromp heeft aan
H. M. de Koningin een verzoek gericht om, in het
belang van het aanzien van den militairen stand in
het algemeen en van den officiersstand in het
bijzonder, den Staten-Generaal zoodanige voorstel
len te doen toekomen als leiden kunnen tot ophef
fing der verplichting, ook op actief dienende
militairen rustende, om desgevorderd brandweer
diensten te verrichten bij een gemeente-brandweer
in elke functie, waarvoor B. en W. hen, ongeacht
hun rang, kunnen aanwjjzen.
Men herinnert zich, dat kapitein Tromp, fort
commandant te IJmuiden, was aangewezen om
als spuitgast de oefeningen mede te maken van
de Veisensche brandweer. De kapitein meende,
dat hoogere plichten hem dat verboden, en dat
»onthouding" bier vanzelf sprekend geacht zou
worden, maar bjj werd veroordeeld.
Werkloosheid te Siiedrecht.
Met het oog op het groot aantal werkloozen,
dat te Siiedrecht rondloopt, heeft de directie der
Intern. Guano- en SHperphosphaat werken, te
Zwjjndrecht, stappen gedaan, om een aantal dier
werklieden in dienst te nemen. Donderdagvoormid
dag vervoegde zich iemand, namens gezegde directie
te Siiedrecht ten gemeente-huize, waar de gemeente
secretaris hem verweesnaar den voorzitter van het
burgeljjk armbestuur, en den secretaris der werk-
liedenvereeniging, die hem behulpzaam zullen zjjn
een 40 k 50-tal geschikte arbeiders te vinden
tegen een loon, geheel geljjk aan dat wat op het
oogenblik aan de Zwjjndrechtsche fabriek wordt
uitbetaald. (D. Ct.)
Passtoor Evers.
In de «Leeuwarder Courant" komt een interview
voor met pastoor Evers te Duivendrecht, naar aan
leiding van diens benoeming in den Raad van
Defensie.
Op de vraag, waardoor hjj tot de studie van het
marine-vraagstuk gekomen was, zeide de zeereerw-
heer Evers
«Ja, hoe ik daartoe gekomen ben. Zoo heel erg
vreemd moet je d'r anders niet van opkjjken dat
ik als Roorosch geestelijke over marine-zaken wat
kan meepraten. Vermoedelijk zult ge 't niet eens
weten, dat Engeland z'n pater L'Hoste heeft, van
de Jezuïeten, wiens werken, o. a. over zee-tactiek,
werkelijk meetellen onder 't beste, daarover ge
schreven is. Wat mij betreft, dat is al heel gauw
verteld. Van huis uit was er niet het minste wat
mjjn marine-sympathiën zou kunnen verklareü.
Eiganljjk is pater Van Meurs, u weet wel de dich
ter, de schuld van alles. Ik had zoo eens iets ge
schreven voor de «Katholieke Illustratie" en daar
kreeg ik hem op 'n goeien dag bjj me. Hjj wilde
hebben, dat ik doorging met schrjjven, iets waar
ik eerljjk gezegd, aanvankelijk niet zoo heel veel
voor gevoelde.
«Je moet schjjven", bleef pater van Meurs, met
den vriendeljjken aandrang, die hem zoo eigen was
aangehouden. «De stof heb je immers maar voor
't grijpen. Je hebt maar uit je venster te kjjken..»"
«Nu, daar had hij wel geljjk in. Want u moet
weten, ik stond toen, 't was in '95 of '96, aan de
kerk van «de Martelaren van Gorcum", op Fejje-
noord. En van uit mjjn kamer had ik het mooiste