Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
De Glasfabrieken.
io Ha eert D »p io
Kiem ScMeiwie Con
ut tratls Mlütiwl MagÉai
31ste Jaargang.
Maandag 6 Juli 1908.
No. 9151.
prijs 10 c.p. weel, D.45t.mag.fl.35 p. 3Ü.
Officieele berichten.
--.FEUILLETON.
b° verdwenen erfgename.
ABONNEMENTSPRIJS:
Dit blad verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, en
ost voor Schiedam per 3 maanden f 1.35, per maand 45 cent en per
Week 10 cent. Franco per post door geheel Nederland f 2,per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: Boter-
straat 50 en bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders.
BureauBOTERSTRAAT 50.
PRIJS DER ADVERTENTIëN:
Van 1—6 regels ƒ0.92 met inbegrip van bewijsnummer
Elke regel daarboven 15 cent. j j
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend. L 1
Ingezonden mededeelingen 25 cent per regel.
Voor herhaaldelijk adverteeren worden uiterst bil-
1 jj k e overeenkomsten aangegaan.
Telefoonnummer 85. Postbus no. 39.
JACHT.
Nivlfr Staatsraad i. b. d., Commissaris der Ko-
in in de Provincie Zuid-Holland,
ezien het besluit van Gedeputeerde Staten van
Juni 1908, no. 78;
(•o, et °P art. 11 der Wet van 13 Juni 1857
staatsblad no. 87)
Voorrenft ler kennis van belanghebbenden, dat bij
ben "li besluit door de Gedeputeerde Staten is
Wild dat de .urzonderlijke jachten op water-
Zate i°°r d'' )*ar zullen worden geopend op
tnitsH g den 25sten Juli aanstaanden, en dat
ianh.k6? van dat tijdstip af de uitoefening der
der ^Ven' vermeld in art. 15, litt. d, f en h
WordWea °P de Jacht en visscherjj, is geoorloofd
art -f 6 tevens herinnerd aan de bepaling van
jacht vantlet Reglement op de uitoefening der
welL v'sscherjj in deze provincie, krachtens
dan 6 jachten niet anders mogen plaats hebben
rassige f" Jangs bet water, mitsgader op moe
afee?8 ^ennisgeTiug zal, in plano gedrukt, worden
Eebr en aangeplakt waar zulks te doen
en jn'ri 's a'stnede in het Provinciaal blad
Plaatst 6 ^c^e>^an<^sc^le Staatscourant worden ge-
S"Gravenhjge, den 27sten Juni 1908.
De Staatsraad i. b. d., Commissaris der
Koningin voornoemd,
PATIJN.
I.
lreurige toestanden. Veel schade.
Merkwaardige waarnemingen. De
veestapel bedreigd. Wat de vee
houders zeggen. Minder melk.
Slecht hooi. De tuiniers-Tuinen ach
ter den Oostsingel. Melk voorziening
en levensmiddelen. De Volksgezond
heid Wat er gedaan is en nog ge-
daan behoort te worden.
Verj0?. nu en dan hoorde men in de laatste jaren
Math' 6n' ^at de veebouders en tuiniers in den
Schad6neS$er" Cn Spangersche polder veel hinder en
Muit 8 ondervinden van de glasfabrieken aan den
^en haven weg.
was anï^er men hieromtrent iets vernam, dan
rUstt ZU slechts in een ingezonden stuk en be-
SlechT de mededeel'ngen vaak eP vage geruchten.
0rUvanS We'n'^en werden bekend met den waren
en Ye"? Van schade> welke tuin- en landbouw
De6)?6^ Van d'e S'aslabriekeu ondervonden.
a*u h °eren' d,e schade leden, meenden, dat er
ZWeg 6t euve' toch niet veel te doen zou zjjn en
öieer611 nu de schade onder den boerenstand
financi^ .toeer Wordt gevoeld, nu deze njjvere lieden
ibzien^H ZWaar w»rden getroffen en men is gaan
geen at Van een kwaad van voorbjjgaanden aard
v°or 's> bomen zjj met de werkelijkheid
Zaken hL^ 60 'Cggen duide^ker hun stand van
Naar het Engelsch).
33)
bet vertrek0"0114 Was ecbter zoo schitterend, dat
b°ewel de «t helderder scheen dan te voren,
^aten, PB_ ralep alle op een plek samengetrokken
0iuUr, waarm?3? Vak in het midden van den
Waren in twee oogen in het bed gevestigd
*ant niemand Chting' welke uiemand begreep,
jleke gekoman W1St dat de °Proeping voor den
bat oogenblik W ?n dat de enSe' des doods op
Vaar aal de kamer stond. V
cht is aan ?1 maanhcht niet het natuurlijke
®ea der veruwL!Ponde vaa een zieken man, was
6 halen tin opgestaan om een andere kaars
r.bem deed st.i l lk heb nooit gehoord wat
dmdelnk od hl en orakUken en daar zag hij
f v°orme°d Ï&TSS dea mUUr' het™lk
kaatst, de figuur van een hond weer-
v°°rbqlifp -a hoDgerig uitziend, die
een kreet uit h????' Tegelijkertijd kwam
Gelukkig, dat de boeren en tuiniers zoo ver
standig zjjn geweest, in te hebben gezien, dat
alleen dan wat ter verbetering is te doen wanneer
autoriteiten en publiek de feiten kennen.
Wie de feiten kent en, evenals wij, zich persoon
lijk op de hoogte van de aangerichte schade heeft
gesteld, zal met ons van meening zijn, dat hetgeen
totnogtoe bekend was, geen tiende deel is van den
waren toestand.
De schade onder het vee, aan bet te velde staan
de gewas, aan vrucbtboomen en bloemen is waar
lijk bedroevend.
Den eersten boer, dien wjj over de verwoestingen
spraken, vroegen wij of het werkelijk welzoo erg
was met bet vee, dat in den omtrek van de glas
blazerijen loopt, als hier en daar wordt beweerd.
Acb, meneer, zeide hij, ze gelooven je toch
niet als je 't vertelt, ze moeten zich eerst maar
eens persoonlijk komen overtuigen, dan zal er wel
anders worde geredeneerd. Wanneer U nu alles
precies wil weten, ga dan naar de boeren aan den
Rotterdamschen dijk en vraagt hun eens naar de
geleden schade. Die menschen hebben al heel
wat misère van de glasfabrieken gehad en nog
steeds berokkenen zjj hun groote verliezen.
Wjj hebben den raad van onzen vriend gevolgd
en zq'n bij die boeren op bezoek geweest. Daar
was nu werkelijk niet éen boer, die niet klaagde.
Niet doorloopend heef, men gelegenheid de oor
zaken vast te stellen, aldus vertelde men ons.
Alleen wanneer de .windrichting zóó ts, dat de
rook en de gassen over de daar gelegen weilanden
trekken, en voornamelijk bij lage luchten, met
regen (in het bizonder motregen) valt het goed
te constateeren. De giftige substantiëo, over de
velden gedreven, komen in aaraking met het gras,
boomen, heesters, veldvruchten enz. en langzaam
ziet men dan de toppen van het gras, geheele
vlakten weiland, groenten, bladeren enz. ver
kleuren. Het groen wordt bruin en men denkt,
na een plaats hebbende verwoesting, of men in den
herfst is, zoo vaalbruin, dor en onttakeld ziet dan
het nog den vorigen dag zoo frissche groen eruit.
Kijk maar naar de boomenrij links van den
Rotterdamschen dijk. Ge kunt daaraan zien, hoe
venijnig het vergift werkt. In het voorjaar stond
daar alles in een prachtig groen gewaad en nu
is een 12-tal boomen geheel bladerloos
In het weekblad «Fioralia" is door verschillende
personen over de beschadiging door de glasfabri-
ken aan bloemen, planten enz. geschreven en er
op gewezen, dat de beschadigingen voortkomen uit
het dageljjkssch bedrjjf dier fabrieken.
Door achtereenvolgende waarnemingen, loopende
over het tijdvak 19011907 toonde de heer J. C.
Woensdregt in het nummer van 27 Maart 1.1.
het volgende aan.
«In het voorjaar lijdt de Plantage, het grootste
stadsplantsoen, het meest en wel in de maanden
Mei en Juni. Dit houdt verband met den daar
soms veelvuldig heerschenden N.O. wind. Nu is
de N.O.-wind gewoonlijk droog en zou daarmee
dus schijnbaar weerlegd worden, dat bij regenach-
reeds jaren 1 ae naam van zjjn
°P, de een „m 1 u ee?te Vrouw-Allen sPr^gen
den zieke? m! bond weg te de ander
geiten man te helpen en te troosten. Maar
er was geen hoDd, en hjj had geen troost meer
noodig. Hij was gestorven met dien kreet op zjjn
lippen en toen zij naar zijn gelaat keken, nu diep
in zjjn kussen gezonken alsof hij opgeschrikt was
en teruggevallen, voelden zij den schrik van het
oogenblik over hen komon tot ook zij sprakeloos
waren. Want de bejaarde gelaatstrekken waren
verwrongen door lijnen van onbeschrijfelijke smart
en algrjjzen.
Maar toen de nacht voorbjj was en de ochtend
aanbrak, waren de lijnen weggetrokken, en bjj de
begrafenis spraken zij, die hem goed gekend hadden
over de schoone kalmte, welke gelegen had op
het gelaat, dat zij nooit anders gezien hadden dan ge-
teekend door een diepe en onafgebroken zwaar
moedigheid. Van den hond werd niets gezegd
zelfs niets gefluisterd, tot de tijd dat graf gewijd
had, en de kleine kinderen uit de omgeving waren
opgegroeid tot mannen en vrouwen. Toen had de
praatzucht der menschen haar gewonen loop.
Deze geschiedenis, en de beelden, welke zij voor
mij deed oprijzen, overvielen mij met een schok
terwijl ik daar stilstond, en in plaats van naar de
stallen te gaan, richtte ik mjjn schreden naar het
huis, waar ik een ouden knecht, die langer met
de familie geleefd had dan ik-zelf, uit zijn bed riep.
Hem gelast hebbende een lantaarn te halen,
wachtte ik op hem onder den overdekten ingang,
en toen hij daarmede bjj mij kwam, vertelde ik
hem wat ik gezien had. Ik wist onmiddeljjk, dat
de geschiedenis niet nieuw voor hem was. Hu
werd zeer bleek en zette de lantaarn neer, welke
tig weer de schade het grootst is, doch dit is
niets meer dan schijn. Dat in 't voorjaar de
schade ook bij droogte aanzienlijk is, komt, om
dat 't blad nog te jong en te teer is, naarmate
de schadelijke winden meer in 't begin van Juni
optreden, worden de vroeg in 't blad komende
boomen weinig en de laat in 't blad komende erg
gehavend.
In 1901 woei de wind van 20—30 Mei, dat was
var. Maandag tot Donderdag, uit 't N.O., met 't
gevolg, dat sommige boomen in de Plantage o.d.
een manna esch, geheel zwart werden.
In 1905 woei de wind den 8en Juni met regen
buien krachtig uit 't N.O. en van 11-14 Juni
was de wind O.Z.O. tot N.O. De 8e was een
Donderdag en 1114 was van ZondagWoensdag.
De vroeg in 't blad staande boomen hadden weinig
geleden, de laat in 't blad staande des te meer.
Voor een heerenhuis stond een Robinia pseudaca-
cia, die een een deel van zjjn kroon voor een slop
had, waar de N.O. wind doorkwam, 't Gedeelte
van den boom voor 't huis stond in bloei, dat,
wat voor 't slop kwam, was zwart. In 1906
draaide de wind op Zondag 20 Mei van W.N.W.
naar N.N.O. en ook den 21en was de wind N.N.O.
In den namiddag van den 20en, toen de wind
N.N.O. geworden was, begon 't te regenen tot den
namiddag van den 21en en nooit had de Plantage
meer geleden dan toen. In sommige tuinen waren
laat in 't blad komende boomen gedood, doordat
alle groeipunten vernietigd werden. In de Plantage
lag 't doQde blad of 't herfst was. Nu had dus
de regen 't kwaad tot een maximum opgevoerd-
In 1907 liep de wind in den nacht van 3 op 4
Oct van O.Z.W. door 't Z.O. met regen. Toen
was de verwoesting in den richting van den Oost
singel groot, en vertoonden zich in 1906 de
sporen der verwoesting tot op de Willeraskade, n u
drong 't gif door tot op de tuinen van Hoogland
aan den Overschieschenweg. Die nacht van 3 op
4 Oct. was van Donderdag op Vrijdag. Ook van
4 op 5 Juli, ook een Donderdagnacht, was veel
met Z.Z.W. wind en regen vernielddat was op
Zondag en in den nacht van Zondag op Maandag.
Uit het hier medegedeelde blijkt overtuigend
welke groote invloed de windrichting en de weers
gesteldheid bjj de beschadigingen uitoefenen.
Bjj de veehouders, zeiden wjj reeds, is 't treurig
gesteld. De veehouder v. d. Valk deelde ons
mede, dat hjj verleden jaar op het land achter
zjjn erf vee had loopen, hetwelk door het eten
van het door de vergiftige gassen aangetaste
gras ziek is geworden. Een tuintje achter zjjn
huis is waardeloos. Verleden jaar had hjj prach
tige salade staan en deze werd in één nacht
totaal bedorven. »Meneer", zei v. d. Valk, »ik
scheidde er maar mee uit, want daar heb ik niets
dan verdriet van gehad."
De heer Willem H o 1 i e r h o e k zou het
wenscheljjk vinden, dat men eens meer op de
schadeljjke gevolgen der glasfabricatie voor den
landbouw en veeteelt ging letten. Uit zjjn eigen
ervaring kon hjj ons mededeelen, dat niet alleen
duideljjk zichtbaar in zjjn hand schudde.
»Hebt u naar boven gekeken vroeg hjjsik
bedoel toen u in het paviljoen was
Neen, waarom zou ik dat gedaan hebben De
hond liep op den grond. Daarenboven
sLaten wjj naar net paviljoen gaan", fluisterde
hjj. sik wenschte zelf te zien of of
»Of wat, Jared
Hjj zag mjj aan, maar gaf geen antwoord. Mjj
bukkende, nam ik de lantaarn op en gaf ze hem
in zjjn handen. Hjj trilde als een blad, maar er
lag een meer dan gewone vastberadenheid op zijn
gelaat. Wat deed hem trillen hem die alleen
van dezen hond wist hooren zeggen en wat gaf
hem niettegenstaande zjjn vrees zulk een vastbe
radenheid Ik liep vlak achter hem aan, om te zien
wat het was.
De maan scheen nog helder op het grasveld, en
het was met een zekeren terugkeer van mjjn
vorige angsten dat ik de plek van den muur na
derde waar ik gezien had wat ik zeer bljjde was
nu niet te zien. Hoe ik in die richting keek
welke man zou dat hebben kunnen nalaten ik
bespeurde niets dan de naakte verf en wjj liepen
door en kwamen binnen den muur zonder een woord
te zeggen, Jared voorop.
Maar nauweljjks op den drempel van het pavil
joen, was het zjjn beurt om zich laf te toonen.
Zich omdraaiende maakte hjj een gebaareen dat
ik niet begreepen ziende dat ik het niet be
greep, zei hjj na een vreesachtigen blik om zich
heen
het vee in de wei ziek wordt, tengevolge van het
eten van door de giftige gassen bedorven gras,
maar zelfs hooi afkomstig van de weilanden, die
invloed van de gassen hebben ondervonden, scha-
deljjk is voor het vee. Zjjn vee is op stal ziek
geworden en er moest ander hooi gevoerd wor
den.
Op een zeker tjjdstip had hjj 8 koeien in de
weide loopen. Van die 8 stuks zou hjj er twee
(op één na de besten) verkoopen. Ze brachten
f185.— op. Toen dacht men van de 2 besten
natuurljjk nog wat meer te maken. De wind
dreef in dien lusscbentjjd de giftige gassen door
het land de koeien werden magerder en verkwjjn-
den met den dag. Zjj werden 8 dagen na den
verkoop der twee minder goede met veel moeite
voor een belangrjjk mindere som dan f185.—
van de band gedaan.
Een paar andere koebeesten gingen, nadat ze
door hem gekocht waren, dadeljjk in de wei ach
ter het erf. Zjj gaven elk ongeveer 7 pinten
melk. Maar toen ze eenige dagen in deze wei
hadden geloopen, gaven zjj ieder slechts 2 pinten.
Op stal gebracht, kwamen zjj weer bjj en gaven
toen een normaal kwantum melk.
Ook bjj hem gaat de groententeelt niet zooals
het in gewone omstandigheden kon zjjn. Vrucht-
boomen, welke goed verzorgd worden, dragen in
het geheel geen vrucht. Een seringeboompje
bloeit er evenmin. Wel zonderling, want een
stekje van dit boompje groeide bjj een landbouwer
te Kethel welig op en levert daar jaarljjks
fraaie bloemen.
De heer A. Verkade heeft op het 10e stuk
land vanaf den Boezem in den N. Mathenesserpol-
der vee loopen. Een dezer beesten is zoo ziek
geworden, dat het nu plat op den grond ligt en
niet meer kan opstaan.
Schade aan dit beest, dat f 200 kostte, ongeveer
f100.daar het niet gemakkelijk meer te ver
koopen is. De koeien in dit laod geven ongeveer
van de normale kwaliteit melk.
De heer H a r t e v e 1 d, die ongeveer ter hoogte
van de nieuwe spoorbaan in den polder Oud-
Matbenesse woont, kan op zjjn land geen zeugen
met biggen meer laten loopen. Verleden jaar heeft
hjj enorme schade geleden. Hjj kiest nu den
verstandigsten weg door zjjn vee op stal te hou
den. Bjj een gedane proefneming bleek, dat
biggen buiten dood gingen en anderen van dezelfde
zeug, die binnen gehouden waren, in leven ble
ven.
De heer J. B e r k e 1 had 40 stuks vee in de
wei. De beesten zjjn ziek geworden toen de wind
op t land stond, welke uit de richting van de
glasfabriek kwam. De verkoopwaarde van het vee
verminderde. Met veel zorg heeft bjj ze weer bjj-
gebracht en hoopt nu maar dat het land van de
giftige dampen eenigen tjjd verschoond zal bljjven.
Een sterk staaltje van de schade, door hem ver
leden jaar geleden, is wel het volgende:
Op een weiland bjj de Villastraat had hjj 9
lammeren loopen, die annvankeljjk goed groeiden
»Denk niet aan den hond dat was maar schjjn
Richt uw oogen naar het plafond daar ginds
naar het uiterste eind zuidwaarts ziet u
wat ziet u
»Niets antwoordde ik, verbaasd over hetgeen mjj
de grootste dwaasheid scheen.
«Niets herhaalde hjj met verlichting in zjjn
stem terwijl hjj de lantaarn omhoog hief. »A.bl"
kwam het in een soort van gemonpelden schreeuw
over zijn lippen, terwjjl hjj naar boren wees naar
verschillende plaatsen langs het achtereind van
het plafond, waar nu het licht zjjn stralen volop
vallen liet. «Wat is die plek, en die piek, en die
Zjj waren er vandaag niet. Ik was hier binnen
vóór het souper, en ik zou het gezien hebben.
Wat is het Mijnheer, was is het Zij noemen
het
Nu wat noemen ze het vroegen ik ongeduldig.
«Bloed 1 Ziet u niet, dat het bloed is Wat an
ders is rood en helder en vertoont zich in zulke
droppels
«Onzin I" riep ik, de lantaarn in mjjn eigen
hand nemend. «Bloed op het plafond van mjjn
oude paviljoen Waar zou dat vandaan komen
Er is geen twist geweest, geen gevecht; alleen
vrooljjkbeid
Waar kwam de hond vandaan fluister-ie Dy,
Ik liet mjjn arm zakken, hem aanziende inet een
mengeling van toorn en een zeker half-begrjjpend
medevoelen.
Worü weatieti.