Dagblad voor Schiedam Omstreken.
lo au eert 0 op ie
Nienwe ScMedaiclie Courant
Eratis
t mmu
Blijs 10 c. p. weet, fl.4jjj.mg.fl.35p. 3aa.
31ste Jaargang.
Woensdag 22 Juli 1908.
i\o. 9165,
feuilleton.
Buiteulandsck Nieuws.
Verspreide berichten
Staten-Generaal.
De verdwenen erfgename.
DENEMARKEN.
ïomfc0' ,nfn- Wij: hebben Gwendolen niet ge-
Wteh, laten wij nu weggaan. O, laten wij
ABONNEMENTSPRIJS:
Dit blad verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, en
kost voor Schiedam per 3 maanden ƒ1.36, per maand 45 cent en per
week 10 cent. Franco per post door geheel Nederland 2 per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: Boter-
straat 50 en bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders.
BureauBOTERSTRAAT 50.
PRIJS DER ADVERTENTIëN:
Van 16 regels ƒ0.92 met inbegrip van bewijsnummer
Elke regel daarboven 15 cent.
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend.
Ingezonden mededeelingen 25 cent per regel.
Voor herhaaldelijk adverteeren worden uiterst bil-
lijke overeenkomsten aangegaan.
Telefoonnummer 85. Postbus no.
President Fallières, vergezeld van den Koning,
gisteren te Kopenhagen ontvangen door den heer
idenburg, voorzitter van het gemeentebestuur, die
zUu hooge gasten al de zalen van het gemeente
gebouw deed zien. De heer Oldenburg bracht een
I°ost uit op den President en uitte de beste wenschen
voor het geluk der Eranscbe natie. President Fal-
'eres dronk op den voorspoed van Kopenhagen,
aarna zgn de President en de Koning naar het
kasteel Amaliënborg teruggekeerd.
De minister van Buitenlandsche zaken, graaf
aben, gaf 's avonds een diner, waaraan de Koning,
zïn gast, en de leden der koninklijke familie deel
namen. Er waren in liet geheel 38 gasten. Met
660 c°ncert aan het Hof werd de avond besloten.
TURKIJE.
De Londenscbe bladen vernemen uit Saloniki, dat
)°nge officieren van het Turksche garnizoen te
ores eergisteren hun kolonel aanvielen. Zjj doodden
em na een hevig gevecht, waarin de moordenaars
Ze ven verscheidene lichte wonden liepen. De
o onel werd later met 32 gewonden gevonden.
e moordenaars ontkwamen. Zg behoorden allen
2°l de jong-Turksche partg. De misdaad draagt
0Qder twgfel een politiek karakter.
VENEZUELA.
e uitbreiding van de builenpest te Caracas
»tn president Castro doen besluiten den zetel
er regeering naar Valencia over te brengen. Hg
ereidt er zich op voor, met buitengewone ener-
8'e het leger der revolutionairen uiteen te slaan,
at in den laatsten tijd belangrgk is aangegroeid!
e moeilijkheden, die zich zoowel met de Unie als
met Nederland voordoen en de vrees voor een ge
opende tusschenkomst der mogendheden hebben
etl revolutionairen nieuwe hulptroepen gebracht.
De President bereidt zich tot den burger-oorlog
°°r zijne troepen op voet van oorlog te brengen voor
doet door bgzondere agenten de wegen der
cuezolaansche samenzweerders, naar Curapao,
pew-York en Europa uitgeweken, bespieden,
kresident Castro vreest niets van Amerika. Een
°kkade der Venezolaansche haven, door de
Herikaansche vloot schijnt hem onmogelijk en
U is overtuigd dat Europa er niets bg zou winnen
°°r zich met geweld in de Venezolaansche zaken
16 «lengen.
JAPAN.
De gezant van Amerika in Japan, met verlof te
lcago, heeft daar verklaard, dat in Japan nie-
a«d aan een oorlog denkt. Men stelt er veeleer
Zir-k 6er 'D' °P k0t gebied van handel en industrie
te ontwikkelen.
Op 't oogenblik dat de Russische dagbladen
op gezag van het telegram gisteren, uit Duitsch-
land ontvangen, beschouwingen bevatten over den
dood van admiraal Rodjesvensky, den ongelukkig
overwonnene van Tjoesima, en den merkwaardigen
man beklagen, die, edel en vol zelfverloochening
het slachtoffer was van een vermolmd systeem en
alles deed om de eer van het vaderland te redden,
meldt een nieuw telegram uit Nauheim (badplaats
in Hessen), dat het overlijden van den admiraal
niet bevestigd wordt.
De staat van beleg duurt in Rusland nog
steeds voort. Het stelsel van buitengewone verde
digbaarheid voor de stad en de provincie St. Pe
tersburg is weer voor zes maanden veilengd.
De staat van beleg in de stad en het arrondis
sement van Khorkofï is vervangen door den staat
van versterkte bescherming.
Het «Journal de Bruxelies" bericht de gevan-
nenneming van verdachte lieden, die bekend zijn
voor hun anarchistische betrekkingen. Het blad
voegt er aan toe, dat de laatste dagen een gerucht
heeft geloopen over een aanslag op den koning.
Op de Champs de Mars te Pargs is vanwege
het Ministerie van Oorlog een ondergrondsch station
voor draadlooze telegrafie opgericht, dat zelfs tot
New-York zal kunnen seinen.
De Duitsche Keizer heeft een Amerikaansch
journalist, Bayard Hale, van de «New-York Times",
aan boord van de «Hohenzollern" ontvangen en zich
meer dan twee uur met hem onderhouden.
- De Fransche gezant te Londen heeft gis
teren aan de ambassade een collatie gegeven van
100 couverts ter eere van de parlementaire Fran
sche groep, den vorigen dag aldaar aangekomen.
Sir Ed, Grey, lord Fritz Maurice, lord Landsdowne,
lord Rood, lord Waerdale, de heeren Barcot,
Kant en sir Thomas Barclay bevonden zich onder
de gasten.
Geen enkele redevoering werd uitgesproken,
maar toosten op president Fallières en op den
Koning en de Koningin geslagen.
Haldane, de Engelsche minister van oorlog
heeft gisteren in het Lagerhuis meegedeeld, dat
uit Zuid-Afrika binnenkort teruggeroepen zullen
worden een regiment gardedragonders en een batal
jon voetvolk uit Middelburg, K. K., een bataljon
voetvolk uit Harrismith, een bataljon voetvolk uit
Pietermaritzburg en een bataljon voetvolk uit
Wgnberg.
De «Politische Correspondenz" verneemt, dat
Stoerdza en Von Aehrenthal niet alleen het Roe-
meensch handelsverdrag bespraken, maar ook de
Macedonische kwestie behandelden. De sporen van
het bendewezen sebgnen tot Griekeland en Servië
terug te gaan en schijnen aan te wijzen, dat van
die zgde steun wordt verleend. De militaire be
weging schjjnt tot verdubbelde voorzichtigheid aan
leiding te geven. Te Athene en Belgrado zou men
goed doen het voorbeeld van Rumenië en Bulga
rije te volgen, door geen bescherming te verleenen
aan de bende, en zich in de Balkanpolitiek te
richten naar die van Europa in het algemeen.
De Turksche ambassade te Parijs logenstraft
ofiicieel het bericht dat door Turkije adhaesie aan
den Driebond zou zjjn verleend en de mededeelin
gen omtrent de troonopvolging en het huwelgk
van een der zonen van den Sultan met eene Euro-
peesche prinses.
Naar het Engelsch).
44)
^as'1 U:1 s. zeker zonderling, want het vertrek
hgj/i °tJ zichzelf wel geschikt de nieuwsgierig
zin i®.wekken, vooral van iemand, die met
Van §eschiedenis, bekend was. Een tafel, dik
Veji, e® si°i en vol vlekken van de vochtigheid,
hc>,i °nde ,n°g teekenen van een plaats gehad
e« eer *eesteDjkheid waaronder een flesch
0ok ë^az'€n bet meest opvielen. Er waren
sril n' vuil en Sroen van de schimmel
vlot,,mi§?. °P de tafel sommige op den
VJaj. .'e:rwiJl °P een open schrijftafel, staande
ïoesff. ee,n boekenkast - vol boeken, een ver-
er ,j0n Ia§ en de overblijfselen van hetgeen
Papi,,/"" nw f de verrotte vellen van ongebruikt
faeid vnr! overige betreft verlaten-
W tt a oozing, afgrijzen maar geen
Het WaS "SPI ontzettende verlichting,
het W afschuwelijk hol," riep ik uit;
zakót ha,d Ser kunnen zijn Wilt u dé
eeDS dooJloTptn?''kijken? WÜlen de kam0f
gaan
Een trilling van gevoel was in haar stem
hooibaar. Wie kon hierover verwonderd zijn?
Toch was ik niet bereid ic>: wflit van haar
zeer natuurlijke aandoeningen de plek zoo plot
seling te verlaten. De vloer boezemde mij be
lang in; de kussens van die oude rustbank
interesseerden mij; de gezaagdeplanken om
het gat werkelijk, vele zaken.' I 'D
„Wij zullen dadelijk gaan," verzekerde ik haar;
„maar richl eerst uw oogen op den vloer. Ziet
u niet dat. iemand ons hier is voor geweest;
en dat nog niet zoo heel lang geleden? Iemand
met kleine voeten en een rok die over den
grond sleepte; om kort te gaan, een vrouw en
een dame
„Ik zie het niet," stotterde zij, zeer ver
schrikt; daarop riep zij snel: „Waar? waar?"
Ik wees haar de indrukken aan op den dik
met stof bedekten vloer; zij waren onmisken
baar.
„O ze: zij, „wat is het toch om detective
te zijn 1 Maar wie zou hier geweest kunnen
zijn? Wie zou hier iets noodig hebben gehad?
Ik vind 'het hier afschuwelijk, en als ik alleen
was, zou ik van mijzelf vallen van angst en de
benauwde lucht." 1
„Wij, zullen niet veel langer blijven," verze
kerde ik haar, recht op de rustbank afgaande.
„Hei bevalt mij hier ook niet, maar "-
„Wat hebt u nu Ontdekt?"
Haar stem scheen van een grooten afstand
EERSTE KAMER.
Zitting van Dinsdag 21 Juli.
Behandeld werd allereerst de suppletoire Land-
bouwbegrooting tot reorganisatie der arbeidsin
spectie door de aanstelling van een hoofd dier
inspectie.
De heer Regout betoogde de wenscheig sheid
der aanstelling van een directeur-generaal vau
arbeid en gaf eemge wenken om te komen tot
wegneming^ van gebleken bezwaren bij de Onge
vallenwet. Spreker acbtie het noodig, alsnog in die
wet op te nemen een wachttgd bgv. van 6 weken
en als compensatie het geven van recht aan den
arbeider tegenover zgn patroon, die zgn risico zelf
kan dragen of dit aan en ot andere maatschappij
enz. zou kunnen overdragen. De arbeider zou zoo
doende vlugger geholpen worden en de Rijksbank
zou van zeer veel werk ontlast worden.
De heer Van den Biesen hoopte, dat door
de aanstelling van een hoofd der arbeidsinspectie
een einde zal komen aan het overdreven inspecteeren
door de arbeids inspecteurs.
De beer Stork oordeelde, dat daarover niet te
klagen vielhij waarschuwde vooral minister Tal-
ma, vooral voorzichtig te zgn bg de keuze van een
pe-soon, die als 't ware hoofdinspecteur moet
worden. De inspecteurs moeten zien, dat de nieuwe
ambtenaar werkelijk hun meerdere in bekwaamheid
is. Want anders vreesde spreker ontstemming on
der het korps inspecteurs.
De heer Hovy had evenmin een slechte erva
ring van het optreden der arbeidsinspecteurs.
Minister T a 1 m a sloot zich hierbjj aan, aan
den heer Van den Biesen opmerkende, dat 't gaat
om handhaving van de wet. Hg verdedigde tegen
over den heer Regout de splitsing vau de ar
beidersverzekering en arbeiders bescherming. De
aan te stellen hoofdambtenaar zal zjjn de chef van
dienst der arbeidsbescherming zonder evenwel dat
de tegenwoordige inspecteurs zjjn adjuncten wor
den, Deze blijven ambtenaren met groote zelfstan
digheid.
De Minister opperde bedenkingen tegenover het
door den heer Regout ontwikkelde denkbeeld
inzake het ongevallenverzekering-vraagstuk. De
ongevallenverzekering dient rijp overwogen te wor
den. De Minister hoopte te kunnen komen tot op
lossing van gebleken moeilijkheden, hoewel hg
voorziet, dat sommige hem om zgn voorstellen te
dezer zake reactionnair zullen noemen. Na replie
ken is het ontwerp aangenomen.
Daarna zgn aangenomen de wetsontwerpen tot
toekenning van rentelooze voorschotten; le. voor
den spoorweg LichtenvoordePruisische grens in
de richting Bocholt2e, voor den spoorweg Hon-
tenisse naar de Belgische grens in de richting
Selzaete 3e. voor den spoorweg ErmEmmen
Ter Apel4e. voor den spoorweg Alkmaar
ZjjpeSchagen.
Daarna zgn aangenomen de suppletoire Water-
achter mij te komen. Was dit toe te schrijven
aan den staat van haar zenuwen of van de
mijne? Ik ben bereid hét laatste aan te nemen,
want op dat oogenblik troffen twee onverwachte
bijzonderheden mijn oog. Een indruk als van
een kinderhoofd in een der oude sofakussens
én een stukje gekleurde suiker dat eens een
stukje heerlijk suikergoed moest geweest zijn.
„Er is behalve de dame nog iemand hier
geweest," besloot ik onmiddellijk hieruit. „Zie!
dit stukje kandij is nog verseh. Dat zult u
moeten toegeven. Dit is niet jaren geleden dicht
gemetseld met de rest van de dingen die wij
orn ons heen zien."
Haar oogen staarden naar het klontje, dat
ik in do open palm mijner hand naar haar
udstaK. Daarop vloog zij plotseling naar mijl
toe tot vlak voor de rustbank.
„Gwendolen hier .geweest?" kreunde zij.
„Gwendolen hier geweest?"
„Ja," begon 'ik; „maar
Zij liep echter weer terug, achterwaarts, naar
de opening waardoor wij gekomen waren. Toen
mijn oog het hare ontmoette, keerde zij zich
snei om en liet zich naar beneden zakken.
„Ik moet lucht hebben," snakte zij.
'Met een blik op den vloer waarover zij. zoo
snel was heengeloopen, volgde ik haar haastig,
grimmig bij mij zelf lachend. Opzettelijk of niet
opzettelijk had zij door dat heen en weer vlie
gen, de speren van een vorig binnen dringen,
waarop ik zoo onvoorzichtig geweest was haar
staatsbegrooting voor de uitbreiding van het tele
foonnet in de richting Duitschland en de overeen
komst met Noordbrabant inzake de overdracht der
brug over de Dintéi te Stampersgat.
Verder werden o. m. goedgekeurd het wetsont
werp tot wijziging en aanvulling van de pensioen
wetten 1902 voor land-en zeemacht, de suppletoire
marine-begrooting voor oprichting van een proet-
slat'on voor de verlichting te Scheveningen, de
wijziging van de Beroepswet en de goedkeuring
van de postcontracten met de stoomvaartmaat
schappij «Nederland" en «Rotterdamsche Lloyd."
Daarna ving de behandeling aan van de defini
tieve
Oorlogsbegrooting 1908.
De heer Sta a l leidde de discussie in met een
rede, waarin hg o. m. ook besprak het z.g.
incident-Patgn en verklaarde, dat de heer Patgn
in de Tweede Kamer volkomen geljjk had
gehad, wat de bedoeling met de 2200 man be
trof.
Spr. juichte toe, dat de minister zoo spoedig
de kustdefensie ter hand wil nemen. Hg zag
echter liever niet uitsluitend daartoe de zeemacht
aangewezen. De instelling van den Raad van
Defensie, laat hem koudhg wenscht zich ook
in het vervolg alleen te houden aan de militaire
ministers. Spr. ontkent, dat voor de eerste oefe
ning bg de cavalerie 24 maanden noodig zgn,
zooals de minister wenscht. Dit is ook niet de be
doeling van de Militiewet.
De beoordeelingsljjsten behoeven niet met alle
mogeljjke details te worden ingevuld, zoo een
officier «geschikt" voor bevordering is. De minis
ter zelf alleen is voor zijn voordrachten verant
woordelijk hg zal zich nooit op een commissie
kunnen beroepen.
Spr. is dankbaar voor de gunstige getuigenissen
omtrent de landweer. Zgn vertrouwen is dus juist
gebleken. Zoo zullen ook spr.'s denkbeelden om
trent Let blijvend gedeeke, zegevieren.
De heer Staal dankt den minister voor de
uitvoerige beantwoording zjjner nota in zake de
hooge bevelvoering. Spr. wenscht, dat als regel
in oorlogstgd den Koning de opperste leiding
worde opgedragen. In den breede verdedigt spr.
zjjn denkbeelden over de verhouding der bevel
voering tot den generalen staf en Let departe
ment.
Verder bestreed spreker het stelsel van dm
minister, die de inspecteurs der artillerie, cavalle-
rie en bereden artillerie, onder de bevelen van
den commandant van het veldleger plaatst. Ze be-
hooren onder direct commando van den minister
te staan.
De heer Van Voorst tot Voorst sloot
zich, wat dit laatste betreft, b(j den heer Staal
aan, ofschoon het hem bevreemdt, dat deze eerst
nu blijken geeft, dit denkbeeld toegedaan te zgn
terwijl hij ais minister in de gelegenheid geweest
is, het in praktijk te brengen. Spreker drong aan
op nader over weging van het in de nota-Staal aan
gegeven denkbeeld, om de chefs van dienst meer
rechtstreekschen invloed toe te kennen, ter voor
koming van veel administratieven omslag.
Spreker was het eens met den minister betref
fende den eersten oefeningstgd van de bereden
korpsen en wat de sterkte van het blijvend gedeelte
betreft. Ten slotte juichte spreker toe dat de mi
nister voornemens is verandering te brengen in het
stelsel der beoordeelingsljjsten.
De heer Van Loeben Seis verdedigde het
beleid van dezen minister, wiens maatregelen ge
tuigen van vooruitstrevendheid, die rust heeft ge
bracht in de jaarlgksche regeling van zgn depar-
te wijzen, bijna geheel uitgewischt. Maar den
kende aan de nog duidelijker lijn van voet
stappen, welke beneden zichtbaar was en wiaarop
•v aai. aandacht niet gevestigd had, begreep
ik aai an kleine ongeval mij in rnijin nasporingen
met zou hinderen.
J'ie« ik den kelderbodem bereikt had, riep
ik tot haar want zij aws reeds halverwege
bij een toegang
„Hebt u gelet op de plaats waar de planken
aigezaagd zijn? Het zaagsel ligt nog op den
vloor en het ruikt zoo frisch alsof de zaag
daar gisteren aan het werk was gewieest."
Zekei, zeker," riep.zij terug over haar schou
der, steeds voortsnellende zoodat ik hard Joopen
moest, om haar de treden niet in de uiterste
duisternis te laten opklimmen.
Toen ik den vloer van het tuinhuis bereikt
had, stond zij hijigende in de epen deur. Haar
met een oog gadeslaande, liet ik het valluik
weer neer, le: het kleed op zijn plaats en maakte
de nagels vast, die ik er had uitgehaald. Toen
sloot ik de klep van de lantaarn en voegde mii
bij haar.
„Voelt u u beter?" vroeg .ik. „Het was een
VKjeselijk kwartiertje. Maar het ,is niet verlo
ren."-
Wordt