Dagblad voor Schiedam en Omstreken. B h ii e e r t n op ie Nieuwe Scbiedauk Courant net iratis trijs 10c.ii.ieet, 045 1.35 p. 3md. 31ste Jaargang. Dinsdag 4 Augustus 1908. l\ö. 9176 feuilleton. 1 Zond Officieele berichten. Bén leeraar in vakteekenen voor timmerlieden Een leeraar in vakteekenen voor bankwerkers. Nederland en Venezuela. De verdwenen erfgename. Buitenlandsch Nieuws. ABONNEMENTSPRIJS: Dit blad verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, en ost voor Schiedam per 3 maanden f 1.35, per maand 45 cent en per week 10 cent. Franco per post door geheel Nederland f 2 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons BureauBoter- straat 50 en bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders. BureauBOTERSTRAAT 50. PRIJS DER ADVERTENTIëN: Van 1—6 regels ƒ0.92 met inbegrip van bewijsnummer Elke regel daarboven 15 cent. j j j - - Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend.' "iJ Ingezonden mededeelingen 25 cent per regel. Voorherhaaldelijk adverteeren worden uiterst bil- lijke overeenkomsten aangegaan. Telefoonnummer 85. Postbus no. Aan de Burgeravondschool te Schiedam worden gevraagd, voor den cursus 1908/9, om met begin "efftember in functie te treden Aantal wekeljjksche lesuren vermoedelijk 7. aaywedde f50 per wekeljjksch lesuur. z (d''citatiestukken vóór 10 Augustus a.s. te auen aan den Burgemeester. tn d'r?cteui" is te spreken op Zaterdag 8 Augus- ..a,s' Bet gebouw der Hoogere Burgerschool Delft 's morgens tusschen 10 en 1 uur. Aan een artikel in het laatst verschenen num- van „De Aarde en haar Volken" over Vene- zuela ontleenen wij: Als het tot een landing van Europeesche troe pen komt, heeft Venezuela veel voordeel van et feit, dat de hoofdstad der Vereenigde Staten Venezuela (het land is een federatieve re- In -iliek, zoo hoog en daardoor veilig is gele- §e". De spoorweg, die Caracas met de haven- La Guayra verbindt, stijgt over een lengte an 48 kilometer niet minder dan 16 kilometer. 'J werd in 1883 onder president Guzman Blanco aangelegd. Ongenoegen met Venezuela zal ter zeé Bloeien worden beslecht. Het is een eigenaardige bonte bevolking, die ^an Venezuela, allegaartje van Spaansch, Indi- aarisch en negerbloed, waaruit de zon der tro pen, menschen maakte, die in hun grillig wezen ju' vaster leiding noodig zouden hebben, dan Ba van den president en zijn satellieten te beurt ^alt. Van zee uit vertoont Venezuela een bergen- waarvan de hooge toppen in de wolken 61 wijnen. Men bemerkt er weinig sporen van J'-Bschelijke werkzaamheid. Waar aan het strand a rivier uitmondt, ziet men een paar schamele tu veidoTen midden der weelderige na- (i behoudt de kust datzelfde voorkomen van ^enheid, waar Macuto en La Guayra eenige t 1Sselï,ng in brengen. Kleine, gele, groene en t\v C huisies bggen aan het strand en bedekken Van° Toodgekleurde heuvels, terwijl in de diepte a U dal de met pannen bedekt© daken een kb 1/|Cn®esl°ten geheel vormen, waaruit de witte bfm lr^°ren 'der kathedraal statig oprijst. Op de a?1-0 staat aan bet eind der groepen een klein gallen fort. de steile straten van La Guayra he- lasfen Zich muilezels, zwoegend onder zware f, en geleid door lange, taankleurige, stof- Bez els- Ofschoon de tweede stad van 'Ve- lle^a' BQ haven, waar acht stoomvaartlijnen v Naar het Engelsch). 53) zjj in het binnenste mjjner ziel gelezen aankomen, beteekent La Guayra niet veel, maakt ten minste een teleurstellenden indruk. Eén en kele. straat is dragelijk met groote huizen en enkele goede winkels, en de Spaansch© wijk is nog al origineel met de kleine huizen van hoog stens één verdieping, die er netjes uitzien en kleurige gevels vertoonen. Op de smalle trot toirs springen de ramen der huizen vooruit en de grootoogige Spaanscbe schoenen zien er de voorbijgangers recht in het gezicht, Maar verder zijn de straten erbarmelijk vuil; de huizen zijn vanjeem opgetrokken. Daar woont de lagere volksklasse van zorgelooze, luie en arme menschen, waar toch misschien meer van zou tc maken zijn, als er voor de volksontwik keling door onderwijs en leiding meer werd ge daan. Het bergachtige land vertoont op de hoogten maar een schralen plantengroei, maar in de da len en langs de rivieren is de flora van over weldigende weelderigheid. Tót het gebied van de Orinoco behooren in Venezuela de groote Llano's of 'grasvlakten. Het klimaat is verba zend heet en een vaak terugkeerende kwelling zijn de zwermen sprinkhanen. Een ander gevaar zijn de veelvuldige aardbevingen, vooral in het bergland in het Noorden. De hoofdstad Caracas heeft nog in 1812 geleden ondereen verwoestende schudding. Als men nu de stad bezoekt, die de allures van een groote plaats met eer© vertoont, moet men erkennen, dat er in de negentiend© eeuw veel gedaan is^voor de verheffing van Caracas. President Guzman Blanco heeft daar ijverig voor gewerkt. In de stad is het wanhopig warm, vooral da ai de huizen in de breede straten laag zijn en dus weinig schaduw geven. De pleinen of paseo's worden gelukkig door lanen van foffsobe hoornen ingesloten. Op het Bolivarplein prijkt het standbeeld van den bevrijder Simon Bolivar, die- het land van onder het Spaansche juk uithielp. Ilij is in 18g0 te Santa Ma^ta gestorven na een loven, dat een voortdurende strijd is geweest ter wille van de vrijheid der verschillend© deelen van Zuid-A merika. In economisch opzicht gaat het land vooruit. De opbrengst van koffie, suiker en cacao neemt steeds toe; ook de veeteelt in de Llano's. Groote schepen kunnen echter de havens niet inkomen, vandaar de noodzakelijkheid van overlading in kleinere vaartuigen. Curasao vooral doet aan die vaart op Venezuela met goederen, die af- omstig uit Europa, zoowel als uit de Vereenigde Staten, daar in de vrachtvaartuigen zijn overge bracht en het zou doodend wezen voor den han del van ons kleine eiland, als de verwikkelingen tot een afbreken der betrekkingen leidden. Door het optreden van Castro is men op Cu rasao gaan uitzien naar nieuwe wegen voor den handel. In de „Amigoe di Curasao" wordt ge meld „Voorzien van aanbevelingen van den heer Con- treras, consul van Columbia op dit eiland, ver trok de heer van Lier naar Columbia en mocht zoo zéér in zijn pogen slagen, dat bijl reeds Dins dag-morgen hier kon aanvoeren 90 koeien, ter. wijl hij éen overeenkomst sluiten kon, waardoor niaunJejijks 60 koeien naar Curasao zullen wor den verzonden. Ook werd een groote hoeveel heid panela, het onontbeerlijke voliksvoedsel, van daa r meegebracht. „£r bestaat tevens gegrond uitzicht, dat wij in hel vervolg van Columbia uit het fijne hoeden- stroo zullen kunnen bekomen, noodig voor de vclr.nndustrie, het hoedenylechten. „Den heer van Lier gelukwenschend met. zijn schitterend succes, hopen wij', dat zijn' voorbeeld navolging zal vinden en verschillende schepen niet. langer stil zullen blijven liggen, maar het ruime sop rn zullen gaan op zoek naar vracht". BELGIë. Het tweede grjjs boek, bevattende de correspon dentie, gewisseld tusschen België en Engelsche en Amerikaansche regeeringen, betreffende dén Congo, is thans gepubliceerd. Het voornaamste punt dezer correspondenties is, dat de Belgische regeering verklaart, niet te twjjtelen, of, België aan het werk ziend, zal de Britsche regeering niet zjjn gereserveerde houding blijven handhaven. De Belgische regeering duidt dan voorts aan, welke de eerste maatregelen zullen zijn, die in het belang der inboorlingen genomen zullen worden. Het Belgische gouvernement verklaart geneigd te zijn, na de annexatie van den Congo, met wel willendheid elke mogelijkheid van arbitrage te zul len onderzoeken, indien zulks gevraagd wordt en al hetgeen betreft de interpretatie der overeen komsten met den Congostaat op handelsgebied doch onder zekere reserve. Wensc.-v k" net Dinnenste mgner ziel gelezen niisseh 25 baar vri?.ndin te redden, of zichzelf, liod Zel*s va den gev<>Igen van een eeniwe ruik maken van die wapenen welke de 'ijk te Zearen' d'® verschaft waren Onmoge- ^genlvji was °P dit oogenblik, zooals zij raad$ei vr>a geweest was> een onoplosbaar Pogenblit mfl' en het was niet °P dit gehaaste een n met zu'b ernst'g vverk voor mij, dat grÜPen. ging kon ondernemen om haar te be- styiit Mevrouw n ™''1 de° uitslag van uw gesprek met ik naar TpaUgbiaten weten?" riep zq, ter- nep. de voorzijde van den overdekten ingang k6on^ ÜU aai}.mÜ om twijfelachtig te kijken, a s2ooderean dergelijke belofte niet doem 6 hoogst» Qton°e» nieuws is' zal ik er u van op En hierma;llen verzekerde ik haar. P ^esÜste bevel duub niet alvorens het b,1is binnentrad^ hebben, waarmede zij het gauw, Dinal" Klaarblijkelijk moest er met de toebereidselen tot haar vertrek haast gemaakt worden. HOOFDSTUK XVII. In het groene boudouir. Tot nu toe heb ik voor den lezer niets achter gehouden, behalve een oud voorval waarvan ik thans gebruik ging maken. Het betrof mevrouw Ocumpaugh en was de reden van het vertrouwen hetwelk ik van den beginne af gevoed had in mijn bekwaamheid, om dit onderzoek tot een gunstig einde te leiden. Ik geloofde toen dat het, op een of ander geheime en tot nog toe niet ont dekte wijze, den sleutel aanbood tot dit treurspel. En dit geloofde ik nu nog, hoe weinig ik tot nog toe verricht had en hoe duister de weg vóór mij er bleet uitzien. Desniettegenstaande was het met een alles be halve opgewekt hart, dien ik dat ochtend door het kreupelhout naar het huis der Ocumpaughs ging. Ik zag op tegen het onderhoud, hevwelk ik be sloten had te zoeken. Ik was jong, veel te jong, voor de moeilijkheden, welke het meebracht toch zag ik geen weg het te vermijden, of mevrouw Ocumpaugh of mijzelf het leed te besparen, dat het in zich sloot. Mevrouw Carew bad mij aangeraden eerst naar het dienstmeisje Celia te vragen. Maar mevrouw wist niets van den werkeljjken toestand. Ik wenschte FRANKRIJK. De algemeene staking door de leiders der ar beidersbeweging te Parijs op touw gezet, is gis- geheel mislukttoch hebben er enkele standjes plaats gehad op de Place de la Republique bjj de arbeidsbeurs. Van vier uur 's middags af heerschte daar veel opwinding; van ernstige ordeverstoring was geen sprake, daar alle maatregelen genomen waren en elke beweging met kracht onderdrukt werd. Om zeven uur echter heeft een anarchist a bout portant een revolver op een agent afge- sohoten en hem zwaar gewond. Een officier, die voor de kazerne stond, is plotseling door tien sta kers aangepakt en eenigszins mishandeld. De rech ter van instructie was in permanentie aanwezig. Thans half twaalf 's avonds komt de Place de la Republique langzaam weer tot kalmte. Het wachtwoord van den algemeenen bond van den arbeid, waarbq de werklieden werden uitge- noodigd 24 uur te staken, bleek niet in acht ge nomen te zijn. Parjjs zag er als gewoonlijk uit. Tot gister-middag vier uur was er noch uit Parijs noch van het platteland eenig ernstig voor val gemeld. Te Vigneux is de arbeid gedeeltelijk hervat; te Parjjs had er voor de arbeidsbeurs een betooging plaats de betoogers wierpen met allerlei voor werpen naar de politie en de troepen. Dit bracht eenige opschudding teweeg de politie deed het koffiehuis opruimen. Eenige personen werden ge wond; verscheiden lieden werden in hechtenis genomen. De motie, door de algemeene arbeidersfederatie aangenomen, om, in verband met het gebeurde te Vignieux, voor den tjjd van 24 uur den arbeid te staken, scbjjnt weinig weerklank gevonden te hebben. Te Parjjs is eergisteravond, overeenkomstig het wachtwoord van het syndicaat der krantenzetters, op eenige drukkerjjen niet gewerkt. De meeste ochtendbladen zjjn echter uitgekomen. De typo grafen, leden van de Confédération Générale du Travail, onthielden zich van arbeid, maar zjj deden niets om hun vakgenooten het werken te beletten, zoodat de sterke politiemacht voor de verschillende drukkerijen overtollig bleek. De bakkers- en vieeschwinkels waren als ge woonlijk, geopend. Ook kwam nog geen stagnatie voor in het voerüedenbedrijf. De troepen zjjn in de kazernes geconsigneerd, en der. geheelen dag doorkruisten patrouilles de stad. De door den anarchist Brantchoux geleide ver- eeniging van mijnwerkers, uit het departement Pas de Calais, publiceert een in heftige bewoor dingen gesteld manifest, waarin de mijnarbeiders worden opgevorderd niet te dulden, dat het alge meene werklieden verband, de «Confédération Gé nérale du Travail", het eenige wapen der arbei dersklasse tot verdediging van haar welvaart en vrijheden, wordt ontbonden. Te Corbeil werden zes leden van de Confédération in hechtenis ge nomen. In de bureaux van de Confédération te Parjjs heeft men de in hechtenis genomen be stuursleden door anderen vervangen, die een op roeping tot de bevolking richtten. In de «Figaro" vordert Calmette de regeering op, krachtig in te grijpen. Het geldt hier niet de staking, schrjjft hij, maar de door misdadigers gestoorde orde te herstellen en de vrijheid van arbeid te verzekeren. geen enkel dienstmeisje te spreken. Ik voelde, dat zulk een tusschenpersoon in een geval als dit niet op haar plaats was. Ook wilde ik juffrouw Porter niet in vertrouwen nemen, en toch was zjj de de eenige tot wie ik mjj kon wenden. Het gezicht van een dokterskoetsje staande voor de zijdeur gaf mjj mjjn eerste schok. Mevrouw Ocumpaugh was dus ziek. Maar als ik nu eens kwam, om haar beter te maken Ik bleef besluite loos staan tot ik den dokter naar buiten zag komen toen liep ik vastberaden naar de deur en vroeg naar juffrouw Porter. Juist was mevrouw Carew mjj geraden had, niet te doen. Juffrouw Porter kwam. Zjj herkende mij, maar alleen om haar leedwezen uit te drukken, dat mevrouw Ocumpaugh vandaag geheel buiten staat was iemand te ont vangen. «Niet als hjj nieuws brengt «Nieuws «Ik heb nieuws, maar van kieschen aard. Ik zou het daarom gaarne aan mevrouw Ocumpaugh zelf willen meedeelen." «Onmogelijk." «Neem mjj niet kwaljjk, als ik er op aandring". «Zij kan u niet ontvangen. De dokter, die juist weggegaan is, zegt dat zjj wat het ook koste, van daag kalm moet gehouden worden. Kunt u het niet met mjjnheer Atwater afdoen Is het is het goed nieuws?" «Dat kan alleen mevrouw Ocumpaugh zeg* gen." «Spreekt met mjjnheer Atwater." DUITSCHLAND. De chef van het burgerlijk kabinet van den Keizer, de heer Lucanus, is gister nacht overleden. Hjj was de «scharfmacher", die veelal gewichtige zendingen uit naam van zijn keizerlijken meester te vol brengen had. De overbrenger, in figuurlijken zin, van het zjjden koord als een der ministers of hooge staatsambtenaren bjj den Keizer in onge nade gevallen was. Voor menig minister was de komst van Lucanus «Aan hem heb ik niets te zeggen." «Maar «Mag ik u een raad geven Laat het aan me- Zl?CTfUg °ver' Breng d>' papier haar haar toe-het is slechts een schets-en zeg haar, dat de persoon die het toekende iets van belang e zeggen heeft hetzjj aan haar, hetzjj aan mjjnheer Atwater, en laat zjj beslissen wie van beiden het z\jn zal. U kunt, als u wilt, mjjn naam noemen." «Ik begrjjp Bet niet". »U hebt mjjn geloofsbrieven", zei ik glim lachend. 6 Zjj keek naar het papier, dat ik haar in de hand gegeven had. Het was toegevouwen, dichtgemaakt op de wjjze van een envelop. «Ik kan niet begrjjpen begon zjj. Ik maakte geen bezwaar, haar in de rede te Vallen. «Mevrouw Ocumpaugh heeft er recht op te zien, wat ik daar geteekend heb", zei ik zoo nadruk kelijk mogelijk, hoewel mjjn hart vol twjjfel was. «Wilt u gelooven, dat hetgeen ik u vraag voor haar bestwil is en die envelop bjj haar brengen Het terugkrijgen van het kind kan er van afhan gen". «Van dit papier «Ja, juffrouw Porter." Wordt vervolgd).

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1908 | | pagina 1