Dagblad voor Schiedam Omstreken.
32ste Jaargang.
Donderdag 7 Januari 1909.
NAT10NALK MILITIE.
MATIDHALE MILITIE.
Officieel© berichten.
WAARSCHUWING.
Kennisgeving'.
Kennisgeving.
voor het bevolkingsregister.
::a
Kennisgeving.
Ke n li i s g e y i 11 g.
Buitenlandse!] Nieuws.
De aardbeving in Italië.
ABONNEMENTSPRIJS:
Dit blad verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen) en
kost voor Schiedam per 3 maanden f 1.35, per maand 45 cent en per
week 10 cent. Franco per post door geheel Nederland f 2.per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons BureauBoter-
straat 60 en bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders.
BureauKOTERSTRAAT 50,
i& eva
jtfyy&fflShesiSöfflsÊife
PRIJS DER ADVERTENTISN:
Van 16 regels f 0.92 met inbegrip van bewijsnummer.
Elke regel daarboven 15 cent.
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend.
Ingezonden mededeelingen 26 cent per regel.
Voor herhaaldelijk adverteeren worden uiterst b i 1-
1 y k e overeenkomsten aangegaan.
Telefoonnummer 85. Postbus no. 39.
Belasting op het houden van honden.
Burgemeester en Wethouders van Schiedam.
brengen ter algemeene kennis, dat ingevolge
het bepaalde in artikel 3 der verordening op de
invordering der belasting op de honden, gehouden
in de gemeente Schiedam (Gemeenteblad no. 12)
de 3de ljj'st, bevattende de namen van houders
van honden binnen deze gemeente, vanaf heden
voor een ieder gedurende acht dagen ter Gemeen
te-secretarie (afdeeling financiën) ter inzage is
nedergelegd, en dat gedurende twaalf achtereen
volgende dagen, na genoemd tijdstip, schriftelijke
bezwaren tegen den aanslag bjj Burgemeester en
Wethouders kunnen worden ingebracht zullende
op later ingebrachte bezwaren geen verandering
van aanslag worden verleend.
En is hiervan afkondiging geschiedt, waar het
behoort, den 6den Januari 1909.
t Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. A. BRANTS.
De Secretaris
v. LUIK L S.
Inrichtingen welke gevaar, schade of
hinder kunnen veroorzaken.
Burgemeester en Wethouders van Schiedam,
Gelet op de bepalingen der Hinderwet,
Brengen bij deze ter openbare kennis, dat bun
College op het verzoek van L. J. Koster om ver
gunning tot oprichting van een bewaarplaats van
lompen en beenderen in het benedengedeelte van
het pand, staande aan de Laan no. 48, kadaster
Sectie B no. 645, afwijzend heeft beschikt, op grond
van vreesj dat de inrichting daar ter plaatse ge
vaar zal opleveren voor de openbare gezondheid.
Schiedam, 7 Januari 1909.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. A. BRANTS.
De Secretaris,
v. LUIK L.S.
AANGIFTE
Burgemeester en Wethouders van Schiedam,
achten het noodig de ingezetenen te herinneren
aan hunne verplichtingen tot het doen van aan
gifte voor het Bevolkingsregister, voorgeschreven
bij Koninklijk besluit van 27 Juli 1887 (staatsblad
no. 141).
Die verplichtingen, wier verzuim wordt gestraft
met hechtenis van ten hoogste 14 dagen of
geldboete van ten hoogste f100, zjjn hoofdzakelijk
de volgende:
Bij vestiging in de gemeente.
Hjj, die zich in de Gemeente vestigt, doet daar
aan aangifte aan het Gemeentebestuur binnen
éene maand na zijne aankomst.
Bij het verlaten der Gemeente.
Hjj, die de Gemeente metterwoon gaat verlaten,
doet hiervan eene verklaring aan het Gemeente
bestuur.
Bij verhuizing binnen de Gemeente.
Elk hoofd van een gezin of afzonderlijk levend
persoon doet, binnen eene maand na zjjne ver
huizing binnen de Gemeente, daarvan aangifte aan
het Gemeentebestuur.
Ten aanzien van inwonende personen.
Elk hoofd van een gezin of afzonderlijk levend
persoon geeft uiterlijk binnen éene maand kennis
an het Gemeentebestuur van ieder lid, dat in zijn
gezin wordt opgenomen of daaruitgaat, i n w o-
ende dienst- en werkboden daar
onder begrepen.
Algemeene Voorschriften
Elke aangifte of verklaring gaat vergezeld van
tood^°aVen' *fr invu"'c6 van bet Bevolkingsregister
rJ!eder' c'oor k?1 Gemeentebestuur daartoe opge-
vo^eD' 18 ,verP''cht tot bet doen der opgaven, bo
ven vermeld.
Burgemeester en wethouders vertrouwen, dat
en k 6 herinnering zai ten nutte maken
h»i net)Seh opnieuw ter algemeene kennis, dat
hiii»J.eau van bet. Bevolkingsregister ten Raad
Fees),/5 ^eoPeRd dageljjks, behalve op Zon- en
uur ,tua®en' van uur de8 voormiddags, tot H
'es namiddags.
a n°' t'en ^en "fanuar' 1909.
urgeineester en Wethouders voornoemd,
M. A. BRANTS.
De Secretaris,
v- LUIK, L.S.
Aanvragen om onthoffiug van den werkelijke»
dienst der Militie of om vergoeding.
Burgemeester en Wethouders van Schiedam,
brengen ter kennis van de mililieplicktigen die in
dit jaar moeten worden ingelijfd, zich als kost
winners onmisbaar achten voor het gezin waartoe
zy behooren en op grond daarvan meenen in de
termen te vallen tot het verkrijgen van onthef
fing van den werkeljjken dienst op grond van art.
113 der Militiewet 1901, of van eene geldeljjke
vergoeding als bedoeld wordt bjj art. l!3bis dier
wet
dat de aanvragen daartoe die op ongezegeld
papier kunnen worden geschreven en door de
belanghebbenden eigenhandig geieekend be-
hooreu te worden gericht
a. aan Hare Majesteit de Koningin, indien ont
heffing
b. aan Zjjne Excellentie den heer Minister van
Oorlog, indien alleen vergoeding gevraagd
wordt.
Belanghebbenden worden er voorts nadrukkelijk
op gewezen, dat zjj den hiervoren aangewezen weg
moeten volgen, daar aanvragen op andere wijze
gedaan groote vertraging in de afdoening tenge
volge kunnen hebben. Verder is het van belaDg
dat die verzoekschriften eenige weken vóór de
opkomst worden verzonden, om zoodoende eene
spoedige afdoening daarvan te bevorderen, wat
zeer in het belang van de adressanten is te
achten.
Schiedam, den 7den Januari 1909.
Burgemeester en Wethouders voornoemd'
M. A. BRANTS.
De Secretaris,
v. LUIK, L.S.
ONTHEFFING van WERKEL1JKEN DIENST
ingevolge art. 113, eerste zinsnede, der
Militiewet 1901.
De Burgemeester van Schiedam
brengt ter kennis van geestelijken, bedienaren
van den godsdienst, zendelingleeraren en en broe
ders-diakonen van eene godsdienstige vereeniging,
alsmede van studenten in de godgeleerdheid en
zendelingkweekelingen, die aan eene inrichting
van onderwijs tot geestelijken, bedienaren van den
godsdienst of zendelingleeraren worden opgeleid,
proefbroeders, die tot broeders diakonen van eene
godsdienstige vereeniging worden opgeleid, en
Roomsch-Katholieke ordebroeders, die tot eene
binnen het Rjjk gevestigde kloosterinriehting be
hooren, in deze gemeente, voor de lichting van
1909, voor de militie hebben geloot en voor den
dienst door den Militieraad mochten worden aan
gewezen of bereids in voorgaande jaren bjj de
militie zjjn ingelijfd en krachtens art. 113, eerste
zinsnede der Militiewet 1901, reeds voor één jaar
van den werkeljjken dienst zjjn ontheven
dat volgens art. 86 van het Koninklijk besluit
van 2 December W01 (Staatsblad no. 230), Ae
AANVRAGEN om onthe'ffing van den werkeljjken
dienst, vermeld in de eerste zinsnede van art 113
der wet en gericht aan H. M. de Koningin, door
de dienstplichtigen, die ontheffing wenschen te
bekomen, eigenhandig onderteekend met het
VEREISCHTE BEWIJSSTUK moeten worden
ingediend bjj den Burgemeester der gemeente,
binnen welke zjj zjjn ingeschreven, en wel:
lo. in de laatste tien dagen van Januari door
hen, bedoeld in de eerste zinsnede van art.
96 onder lo. der wet en in de laarste tien
dagen van Maart door hen, bedoeld in die
zinsnede onder 2o.
'2o. door hen, die op een ander tjjdsiip ter inlij
ving bjj de militie moeten worden afgeleverd,
binnen tien dagen na de dagteekening van
den oproepingsbrief
3o. door hen, die opnieuw van den wërkeljjken
dienst wenschen ontheven te worden, in de
laatste tien dagen der maand, op één na
voorafgaande aan de maand waarin de duur
van de verleende of laauteljjk verleende onthef
fing eindigt
4o. door de ingeljjfden bjj de militie, die voor het
eerst voor onthelfing in aanmerking wenschen
te komen, zoodra zij njeenen op ontheffing
aanspiaak 'e kunnen maken.
Belanghebbenden worden er voorts o»p gewezen,
dat het bovenbedoelde bewjj-stuk niet vroeger
mag afgegeven worden dan tien dagen vóór de
inlevering van bet verzoek om ontheffing bjj den
Burgemeester eu dat de aanvrage op or gezegeld
papier kan worden geschreven.
En is hiervan afkondiging ge ehiedfc, waar het
behoort, den 7deri Januari 1909,
De Burgemeester voornoemd,
M. A. BRANTS.
De verschrikkingen ran het geweldig natuur
verschijnsel dat het Zuid-Oosten van Italië zoo
ontzettend geteisterd heeft, zjjo met de laatste
aardschokken nog niet verdwenen. De duizenden
Jyken die langs de wegen en tusschen de puin-
hoopen liggen, verspreiden, onder den invloed van
het zuideljjk klimaat, verpestende uitwasemingen
en bedreigen bet leven der ongelukkige overge
bleven slachtoffers.
De Italiaansche regeering heeft aanstonds de
noodige maatregelen genomen, om voor zoover dit
in 's raenschen hand is, deze nieuwe verschrikking
te bestrijden. De minister van openbare werken,
de heer Bertolini, is te Reggio aaDgekomen en
heeft een bespreking gehad met generaal Decbou
rand, den militairen commandant. Men heeit. be
sloten voorlooppig barakken op te richten op d< n
weg van Reggio naar Palmi op de plaatsen die
verliggen van de besmettingshaarden. Een konink
lijke commissaris zorgt voor den gemeentelijken
dienst. Het reddingswerk wordt met jjver voort
gezet. Er worden tal van lyken uit het puin g> -
baald, die reeds in staat van ontbinding verkeeron.
Er staat op het land geen enkele boerderij m er
overeind.
In verband met den abnormaleu toe-tand door
de ramp ook in de regeeringslichamen gebracht
zjjn buitengewone maatregelen genomen. Bjj een
besluit van den koninklijken commissaris is de
provinciale raad van Mesrina ontbonden.
Twèe kabels in de Straat van Messina zjjn her
steld, hetgeen de telegrafische gemeenschap tus
schen Rome en Messina zalvergemakkelijken. Nog
altjjd wonten daar enkele slachtoffers gered. Dins
dag ochtend is nog een levend man uit het puin
gehaald.
De zending van het Uostenrjjksche Roode Kruis
is te Rome aangekomen. Ook Hongatjje bljjft niet
achter. Het hulpcomité voor de slacbt"ffers in
I'alië is gevormd onder hooge bescherming van
kardinaal Vasary, den minister president en den
minister van handel.
De hertog van Orleans heeft den koning van
Italië een telegram van deelneming in zake de
vamp van Sicilië, gezonden. De Koning betuigde
zijn dank in de meest welwillende bewoordingen.
Op bevel van den hertog van Orleans heeft
dc beheerder van diens goederen op Sicilië hulp
aan cle bevolking gezonden.
Een halt ambteljjk bericht brengt de mede-
deeüng, dat de KoniDg en de Koningin wenschen
dat van alle plannen tot het houden van betoogin
gen voor het Quirinaal, ter gelegenheid van den
verjaardag der Koningin, worde afgezien. Alle
uitingen van krachtsinspanning behooren toch eenig
en alleen gewjjd te zjjn aan verlichting van het
lot der slachtoffers.
DE BALKAN.
De opzienvvekkende rede van den Servischen
minister van buitenlandsche zaken, die zou ver
klaard hebben dat Bosnië in slavernij' verkeert
en 'dus een rechtstreeksche bedreiging tegen Oos
tenrijk bevatte, heeft, zooals wel te begrijpen is,
bij de regeering te Weenen veel kwaad bloed ge
zet en haar genoopt nadere Verklaring van die
uitlating te vragen.
De gezant der Donau-tnonarchie te Belgrado
heeft daar een beozek gebracht aan den minister
van buitenlandsche zaken, om hem den juisten
zin te vragen van diens jongste redevoering.
De niinister kon gemakkelijk aantoonen, dat er
een misverstand was ontstaan door een verkeerde
Duiische vertaling. De minister had niet gezegd,
dat Bosnië in slavernij verkeerde, maar dat het
weiK der Donau-imonarchie op den Balkan uitge-
ioopen was op een onderwerping aan haar gezag
van twee Servische provincies, teijwiji Rusland
had meegeholpen aan het scheppen van vrije
Balkan-S talen, De mïnisterieele rede was, hoewel
hel Servische standpunt uiteenzettende, vredelie
vend en correct geweest; er was de grootste
terughoudendheid betracht ten opzichte der Do-
nau-ïnonarchie. De minister voegde er bij, dat de
officieele tekst zijner rede binnenkort zou worden
openbaar gemaakt en dat men tot zoo lang zijn
oordeel er over moest opschorten, Generaal
Ts nkowits is benoemd tot Servisch minister van
oorlog. r
Te Sofia wordt in bevoegde kringen verklaard,
dat men wel voornemens is Liaptsjef naar Kon-
slanlinopel te zenden, maai- dat de vaststelling
van het vertrek van den gedelegeerde zal afhangen
van den nieuwen grondslag welke voor de onder
handelingen 'zal moeten worden gevonden. In
allen gevalle moet echter eerst het boycot van
Buigaarsche waren verboden worden.
SERVIë.
Uit Belgrado wordt geseind, dat de koning het
ontslag van het ministerie niet aangenomen heeft.
Daardoor is de oplossing van de crisis verdaagd
lol na de orthodoxe Kerstmis en Nieuwjaar, wan
neer de Skoeptsjina weer bijeenkomt. Men ver
wacht algemeen dat de oud-radicaal Pachitsj aan
het bewind zal komen. Indien dit het geval mocht
zijin, zief het er voor den vrede niet zeer gunstig
uit. Pachitsj is een der heftigste oorlogsmannen
in Servië, piede-propagandist van de groot-Ser
vische beweging, die in Bosnië, lierzegoiwina, Mon
tenegro en zelfs in Hongarije, Dalmatië, en Oosten
rijk vertakkingen en aanhangers heeft.
Kroonprins George heeft gisteren in het offi-
cicis-tasino weer eens een krijgslustige rederoe-
i ing gehouden, waarin hij onder anderen zeide,
dat hij zich den gelukkigsten mensch zou achten,
indien hij aan het hoofd der Serviërs tegen Oos
tent ijk moest (Oprukken. De jeugdige, politieke
losbol schijnt eenigszins als thermometer van det\
toestand op te treden.
Dat in Servië de dofheid weer triomfen viert,
bewijst een artikel in het orgaan der kooplie
den van Belgrado, waarin gedreigd wordt, dat
als Servië zijn zin niet krijgt, het eerste werk
der comitadji's zal zijn, om in Weenen bommen
te werpen.
OOSTENRIJK-HONGARIJE.
•Do Hongaarsche pers wijdt besprekingen aan
een rtikel, dat verschenen is in de „Boedapesti
Hirlap", onderteekend door Andrassy, den minister
van binnenlandsche zaken. In het artikel wordt
gezegd, dat het oogenblik voor Hongarije gekomen
is om zich met kwesties van buitenlandsche po
lities bezig te houden. De schrijver dringt aan
op een vergelijk tusschen de partijen en zegt,
dat een versterking van het Oostenrijlksch-Hongaar
st'he leger noodig is om Hongarije sterk te doen
zijn en een schitterende plaats in het internationals
concert te doen innemen.
FRANKRIJK.
De geruchten omtrent oneenigheid in het minis
terie ter zake van de uitvoering der doodstraf
worden in een particulier telegram uit Parjjs als
volgt besproken en beoordeeld.
In de geruchten van gisteren omtrent oneenig
heid der ministers over de uitvoering van de dood
straf was zeker iets overdrevens, maar er was
tevens een grond van waarheid m. Clemenceau
had zich willen houden aan zjjn voor kort geuite
stoute bewering, dat er onder zijn regeering niet
geguillotineerd zou worden. Hg wilde, dat Falhè
res alle dertig op beslissing wachtende ter dood
veroordeelden gratie verleenen zou. Briand daaren
tegen meende, dat na de besliste uitspraak der
Kamermeerderheid, een systematisch verleenen
van gratie niet meer geoorloofd en ook niet wen-
scheljjk was. Failiéres zou het met Briand eens
geweest zijn. Even was er werkelyke spanning
tusschen Clernenctau en Briand geweest, maar,
zooals reeds meer gebeurd is moest Clemenceau
het voor Briand atl-ggen.
Er zal geen mitistercrisis van komen en hoogst
waarschjjnljjk zal binnenkort voor enkele ter dood
veroordeelden, hg voorbeeld voor de moordenaars
uit Noord-Frackrgk, gebroeders Pollet, het recht
zjjn beloop hebben, zooals de geykte term luidt.
AMERIKA.
Uit Washington wordt in do 5 dezer aan de
Londonsche „Times" gemeld, dat Buchanan, da
Amerikaansche buitengewone gevolmachtigde te
Caracas die daarheen was gestuurd om te onder
handelen over eene hervatting der diplomatieke
betrekkingen tusschen de beide landen, bericht
heeft gezonden, dat de besprekingen mot do
niéuwe cnezolaansche regeering goed vorderes,
I