Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
32ste Jaargang.
Zaterdag 28 Augustus 1909.
No. 9499.
TWEEDE BLAD
"!t lijfflsjarii bestaan ier jetrolenminflnstrie.
tiemengd Nieuws.
ABONNEMENTSPRIJS:
Dit blad verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, en
kost voor Schiedam per 3 maanden f 1.35, per maand 45 cent en per
w«ek 10 cent. Franco per post door geheel Nederland f 2.per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons BureauBoter
gaaf 50 en bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders.
BureauBOTERSTRAAT 50.
PRIJS DER ADVERTENTIëN:
Van 1—6 regels 0.92 met inbegrip van bewijsnummer.
Elke regel daarboven 15 cent. i j
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend.
Ingezonden mededeelingen 25 cent per regel.
Voorherhaaldelijk adverteeren worden uiterst bil-
ljjke overeenkomsten aangegaan.
Telefoonnummer 85. Postbus no. 33.
27 a
gj Augustus 1859 werd de de eerste boring be-
0jj '8<i> die opzettelijk tot het winnen van aard-
vÜle^aS aan8evan8en* Hiermede werd bij Titus-
iöd mPennsylvanie den grondslag gelegd van een
2otJ,lstr'e) die zich in toen nooit gedachte mate
^el U'tbreiden en ontwikkelen. Het is daarom
te d ^aard na vijftig jaren de gebeurtenissen te
j0c enken, die klein van beteekenis en van streng
2oq 60 aar<^ 'n de dagen, dat ZÜ zlcb afspeelden,
vsiM8r°ote gevolgen hebben gehad voor de geheele
yDde wereld.
tek6 ^etro'eum vvas reeds lang",'zelfs eeuwen lang
Men kende de aardolie in de dagen van
voo p°n en Nineveh. Herodotus schreef 500 jaren
v?o a stus reeds over petroleum. Ook in den Bij bel
ib ir]1-8enoemd- Het kwam toen echter steeds
'Üke h*36 k°eveelheden voor, zooveel als de natuur-
als nnetjes afgeven wilden en werd uitsluitend
(br 6611 heelmiddel, of bij godsdienstceremonies
^bdend water) gebruikt.
»r n Amerika, het land, waar de winning in
den 6 h°eveelheden het eerst ter hand zou wor
dend 8enorcen' was het bereids den Indianen be-
q ^et eerst wel bjj de Seneca Indianen (Iro-
p °ls)j die in Zuidelijk New-York en Noordelijk
^ennsylvanie woonden. Zjj kenden de plaatsen
^er vuurwater"-bronnenwelke zjj zorgvuldig ge-
de'p 'e'den. Op latere kaarten, het eerst door
lat ran e kolonisten in Pennsylvanie gemaakt,
er ook op Engelsche, kwamen echter meer en
r to het gebied der Allegheny en in Yirginië
l jpven van petroleumbronnen voor. Het meest
het631-* Ward we^ de °hehron ib de Oil Creek,
iti ,riv'ertJe) dat bjj het tegenwoordige Oil City
kj e Allegheny stroomt. De olie, die hier uit
eq6"16 kronnetjes uit de aarde te voorschijn trad
spr;ieh als een dunne laag over het water ver
ban G' Werd door de Indianen in dekens opge-
Werjj' d'e de °he opzogen dan weer uitgeknepen
Vo en' Spoedig volgden enkele kolonisten dit
de i- waarbij zïj kleine kuilen groeven om
gene '6 te zarae'eD- De olie werd verkocht als
ba» eSftl'ddel tegen rheumatiek en keelpijn en als
retl del aangeprezen. De Seneca Indianen wa-
Zo °m ^UD m0°' B'anzend haar.
een' Was de petroleum reeds een product van
Plaat VVaarde' waarvan de winning op klein schaal
°abek Y°üd" bet boren was in dien tjjd niet
bleu boewei het nog lang zou duren aleer
^'btten 1^°ren g'ng toePassen om petroleum te
staan ^°or'ndustrie dankte in Amerika haar ont-
ginië f30 winnen van gewoon zout. In Vir-
Wate ater °°k in Pennsylvanie, waren enkele zout-
P'oit r°nnen bekend, die men aanvankelijk ex-
Uatuy6^6 met de boeveelheid, welke zij langs
trAchtt n We^ opbrachten. Spoedig echter
veeih e 01611 door het graven van gaten die hoe-
en te vermeerderen. De eerste putten
deele CS' diep en bekleed met hout. Ten
de Werden deze gegraven, ten deele ook werd
later n bekleeding ingedreven en het zand,
iudrij °°'t ^et zoute water uitgeschept. Bij het
Vele n Van do houten bekleeding ondervond men
tengevolge waarvan de ge-
beeld^8 Pu®ner in 1806 het eerst op het denk-
Zjj Wanaei1 de gaten in den grond te boren.
Baten eeDden dit denkbeeld aan het boren van
bren„ l° rotS' alvorens daarin kruit aan te
bejjgi orn deze te doen springen en hun eerste
Bshee'l Cmiddelijn met stale snede, was
tiede H^aar ^6t m°del va11 den handbeitel, waar-
Va^,}: J16 gaten in de rots werden geboord, ver-
genaak Pe beitel werd middels een touw vast
landen' 3311 660 veerende balk, welke met de
Ö66rca ?m'aag werd getrokken om een op- en
bierm T 8 beweging te verkrijgen. Men verkreeg
Zont I,8. 6811 gat Van ca' M' diepte, waarin
dit o f3 8r werd aangeboord. Het moeilijke was
Uiet f te bekleeden. IJzeren buizen waren nog
balk H'8D^ Gn 6n u'^boren van een houten
Was!f ln een gat van 10 C-M- raoest passen,
balVe°h 8nl'k' Men vervaardigde daarom twee
gelijk en buizen en verbond die zoo goed mo-
We k ,.Waterdicbt aan elkaar, waai mede men er
- tkelgk in slaagde het zoute water omhoog te
brengen. Het boren en bekleeden van dit 20 M.
diepe gat eischte 18 maanden werk.
Een tingieter kwam toen op het denkbeeld tin
nen buizen te vervaardigen, die later door kope
ren werden vervangen, waarbij °°k de
schroefverbinding werd uitgevonden. Eerst later
kwamen de tegenwoordige ijzeren buizen in ge
bruik. Het water werd met emmertjes geschept
tot men, toen de middellijn der boorgaten allengs
grooter werd, de pomp leerde gebruiken. Deze
werd door een paard in een molen in beweging
gebracht.
Omstreeks het jaar 1831 maakte men zoo reeds
putten van 500 M. diepte en men ging niet die
per, omdat zout water zoo diep niet meer werd
aangetroffen.
Verschillende zoutwater-bronnen leverden ook
olie, enkele moeten zelfs tot 800 L. per etmaal
geproduceerd hebben. Deze olie werd als een lastig
bijproduct beschouwt en liet men wegstroomen.
In 1841 boorde W. Tompkins het eerst aardgas
aan, een met petroleum nauw verbonden product
Later zou op de plaats dezer boring één der rijkste
aardgasvelden van Amerika ontsloten worden. De
ontdekker leerde het reeds gebruiken als brand
stof in zijn zoutfabriek.
In 1843 boorden Dickenson en Shrewsberry op
ca. 300 M. diepte een geweldige gasbron aan, die
het 500 K.G. zware boorgereedschap uit den put
slingerde en bet zoute water 150 M. omhoog deed
spuiten. Voor velen was dit een aanleiding naar
gas te gaan boren, teneinde het in de zoutfabrie
ken te gebruiken en voor terreinverlichting te
bezigen.
In 1839 had S. M. Kier den eersten put in
Pennsylvanie geboord, aan de Allegheny bij Taren-
tum en zout water verkregen. Allengs leverde deze
put meer en meer olie, die men in de rivier liet
wegloopen, tot Kier meende, dat deze olie een
bruikbaar product moest wezen. Hij trachtte het
allereerst als smeermiddel te gebruiken en inder
daad bleek het, gemengd met enkele plantaardige
oliën, daartoe dienstbaar. Prof. Booth maakte van
deze olie een analyse en meende, dat het als
oplossingsmiddel voor gutta percha dienst kon doen,
hetgeen ten slotte geen doel trof. Hij was ook de
eerste, die een distillatie begon en een ontwerp
voor een distillatieketel leverde, welke door Kier
werd gebouwd. Zoo was in 1845 bij Tarentum
reeds een kleine pretroleumfabriek in werking. Zjj
leverde echter spoedig meer dan werd verlangd en
eerst toen men speciale lampen voor minerale olie
had uitgevonden, ontstond iets meer vraag naar
het toen met 50 ct. den liter betaalde product.
Ook verkocht Kier het nog steeds als genees
middel.
De aandacht op de waarde van de aardolie werd
eigenlijk voor het eerst gevestigd in 1853 door
een zorgvuldig onderzoek van de olie door B. Sil-
liman, professor in de scheikunde aan het Yale
College, die aantoont welke waarde de olie voor
verlichting enz. heeft. Het was dit onderzoek dat
de firma Brewer, Watson Co., eigenaars van
gronden en bosschen aan de Oil Creek, op het
denkbeeld bracht de daar voorkomende olie te
gaan exploiteeren. Zjj sliten daartoe een overeen
komst met J. D. Angier, die door het graven van
kuiltjes een productie van 18 L. per dag wist te
verkrijgen. Dit loonde echter ten slotte niet en
de werkzaamheden werden gestaakt.
30 December 1864 werd de Pennsylvania Rock
Oil Co. gesticht, de eerste petroleum maatschappij,
met een kapitaal van 250.000 dollars in aandeelen
van 25 dollar het stuk. Deze aandeelen trokken
echter niet den minsten aandacht.
Het moge na het meegedeelde wonderlijk schij
nen, dat men nog steeds niet op het denkbeeld
was gekomen de olie in grooter hoeveelheid te
winnen door er naar te boren. Hoewel men in
talrjjke boringen olie had verkregen en Kier een
oliebron, door een boring verkregen, exploiteerde,
was er toch nog een stoot noodig eer men met
bet voorop gesteld doel petroleum te winnen een
boring zou aanvangen. Deze stoot werd door een
toeval verkregen. Een zekere Bissell zocht op een
smoorheeten zomerdag wat koelte onder het zonne
scherm voor een drogistwinkel in Broadstreet te
New-York, waar zjjn aandacht viel op een eigen
aardig etiket op een flescbje met petroleum, door
Kier in den handel gebracht als geneesmiddel. Het
Dit geldt niet voor het aardgas in Noord-
Holland bekend.
etiket geleek op een bankbiljet van 400 dollar. Bjj
nauwkeuriger lezing bleek het cjjfer 400 betrek
king te hebben op de diepte van den put, waar
uit de olie gewonnen werd en dit inspireerde eens
klaps Bissel, die bekend was met de olie aan de
Oil Creek, om die olie te winnen door een gat
in de aarde te boren.
Door bemiddeling van een financier stelde hjj
zich in verbinding met de Penn. Rock Oil Co.,
waarbjj men tot een overeenkomst geraakte.
De maatschappij stelde E. L. Drake aan om de
plannen ten uitvoer te brengen. Deze, een gewe
zen treinconducteur, bezocht eerst eenige zout
waterboringen en vertrok toen met zjjn familie
naar Titusville. Veel tjjd ging aanvankeljjk ver
loren met het zoeken naar een boormeester, gedu
rende welken hjj de oude werken aan de Oil
Creek weer opvat. Midden Juni 1859 kwamen W.
Smith en diens zonen in dienst en men kon toen
in de eerste helft van Augustus met de boring
beginnen. Men vorderde ongeveer 1 M. per
dag. Op 27 Aug. 1859 was de put ca. 11 M.diep.
Het was Zaterdag-avond en verliet het werk tot
Maandag. Toen Smith echter Zondags eens kwam
kjjken, ontwaarde hjj het gat geheel gevuld met
een vloeistof. Aan een touw liet hjj een daar
slingerend blikje neer om dit geheel met olie ge
vuld weer op te halen. Den volgenden dag bracht
men een pomp in en deze leverde geregeld 3000
L. per dag.
Uit geheel den omtrek stroomde de bevolking
toe om het wonder te zien. Het was of men toen
op éénmaal doordrongen was van het besef, dat
men rjjkdommen had gevonden. Geweldig moet
de opwinding geweest zjjn, die toen Titusville
beleefde. De waarde van huizen en grond liep
met groote sprongen omhoogmen begon overal
nieuwe boringen en een nieuwe industrie was ge
sticht. Door de groote productie daalde aanvan
keljjk de prijs van het product van 50 ct. den
liter op zoo goed als niets om dan weer op te
loopen in verband met het toenemend gebruik als
verlichtingsmiddel. In 1870 is de prjjs gem. 25,
in 1880 gem. 7, later ca. 1 tot 2 ct. den liter.
De Oil Creek was weldra een tooneel van de
grootste bedrjjvigbeid. Oil City ontstond, huizen
werden gebouwd, oliebeurzen gesticht, de men-
schen stroomden toe.
Titusville werd een stadje, waar fortuinen wer
den verdiend. De eenige die daarbjj niet profiteer
de was E. L. Drake, door velen als de ontdekker
van pretoleum, als de grondlegger van de petoleum-
industrie beschouwd. Hjj meende een eeuwigdu
rende bron te hebben aangeboord en verzuimde
zich in het bezit van grond elders te stellen. De
eerste bron hield vrjj spoedig met produceeren op.
Drake is ten slotte in groote armoede, ondersteund
door vrienden en Staat gestorven. Een monument
op zjjn graf te Titusville is daar te zijner gedach-
nis. Het zeer bescheiden deel, dat Drake ten slot
te in de grondlegging der petroleumindustrie heeft
gehad zal uit het medegedeelte wel zjjn gebleken.
Op dit oogenblik is de opwinding te Titusville
weer geheel verdwenen. Nog slechts zeer weinig
olie wordt langs de Oil Creek opgepompt, geboord
wordt er zoo goed als niet meer. De oliebeurzen
zijn verdwenen, zelfs Oil City, eens de zetel van
de Standard Oil Co., is geen oliecentrum meer.
De plaats, waar de eerste petroleumboring heeft
gestaan, op een klein eilandje in de rivier is nog
herkenbaar. Van verre wjjst een eenzame pjjn-
boom haar reeds aan en door lang gras wadend
bereikt men een kuil van ca. 4 M. in het vierkant,
met water gevuld en de oorspronkelijke houibe-
kieeding nog aanwezig. Een oud stuk pijp steekt
er nog uit.
Wonderlijk is de vlucht, <lie de toen gevestigde
industrie heeft,genomen. Op de enkele putten bjj
Titusville zjjn duizenden gevolgd, weldra ook in
Europa, in Azië en overal in de wereld. Zóó is
het gebruik voor licht en warmte van deze delf
stof toegenomen, dat tegenwoordig de vele petro-
leumvelden, over de gehesle wereld verbreid, nog
niet te veel leveren voor de consumptie. In 1859
was een productie van 320.000 L. te veel, in 1907
was een wereldproductie van 35,094,086 tons van
1000 K.G. nog geen te groot aanbod.
Wanneer wjj dan denken aan de vele tanksche
pen, die de petroleum over de wereld verschepen,
aan de motoren van allerlei aard, die eerst hun
groote toepasing konden krjjgen door de petroleum
industrie, aan goedkoopere brandstof daaruit ver
kregen, aan de productie van paraffiie en minerale
smeeroliën en zeker niet het minst aan het veld
voor arbeid en onderneming door deze industrie
in het leven geroepen, dan is toch zeker 27 Au
gustus wel een belangrjjke herdenkingsdag. Te
meer nu Nederland door zjjn koloniën in deze in
dustrie niet onbelangrijk is betrokken, daar die,
hoewel met slechts 3.36 der wereldproductie,
de derde plaats onder de petroleum produceerende
landen innemen.
Wat de petroleum voor de welvaart heeft be-
teekend moge ten slotte bljjken uit het feit, dat
tot heden, alleen in Amerika, voor ca. 4500 mil-
loen gulden aan petroleum werd gewonnen.
Ongelukken. Het twee-jarig zoontje van
den tuinman Al de B. te Reeuwjjk is gisteren in
een sloot voor de woning geraakt en verdronken-
Te IJmuiden is gistermiddag d. R., werk
zaam aan de schouwburgtent van den heer Bak
ker, doordat hij in aanraking kwam met de elec-
trische geleiding, gedood.
Omtrent het ongeluk, broeder Ambrosius
te Nederweert (Limb.) op St. Vincentiusgesticht
»Stokerhorst" overkomen, wordt nader gemeld
dat de ruim 82-jarige man voorover van een hooge
trap viel en bjjna onmiddellijk een ljjk was.
De overledene had reeds voor 10 jaren zjjn eigen
gratkruis van ijzer vervaardigd hij was smid
van zjjn ambacht aat steeds op het gesticht
»De Heibloem" berustte, waar broeder Ambrosius
vroeger zjjn ambacht uitoefende. Het zelfgemaakte
kruis zal nu op »Stokershorst" zjjn graf sieren
en getuigenis afleggen van zjjn werkzaam en wel
besteed leven.
Rjjwieldieven en politie. De rijwiel
diefstallen nemen in den laatsten tjjd schrikba
rend toe.
In verschillende plaatsen van ons land, en voor
al in Amsterdam en 's Gravenhage is rijwieldief
stal aan de orde van den dag.
Ook te Haarlem zjjn de leden van het zwjjm
tjesgappersgilde in den laatsten tjjd jjverig in de
weer geweest.
Van de in de laatste weken gekaapte rjjwielen
zjjn die van den heer Nederkoorn en van den
heer Van Tongeren, inspecteur-administrateur bjj
de Haarlemsche politie, teruggevonden en door de
politie in beslag genomen.
In 't geheel werden dit jaar tot nog toe 33
fietsen gestolen, terwjjl 4 door hier wonende rij
wielhandelaren werden verhuurd en door de huur
ders niet werden teruggebracht.
Zestien der vermiste rjj wielen werden door de
Haarlemsche politie opgespoord en in beslag ge
nomen. Als men in aanmerking neemt, dat rjj
wieldieven zich met hun buit gemakkeljjk kun
nen verplaatsen, moet het getal opgespoorde ge
stolen fietsen nog zoo gering niet heeten.
Zoowel te Haarlem als in andere plaatsen heb-
hen vele dieven hun handlangers, die zoo'n ge
stolen karretje spoedig een verandering doen on
dergaan en het dan van de hand doen. De laatst
gestolen rjj wielen waren te Amsterdam ja, één
zelfs te Leeuwarden verkocht. (0. 11. Ct.)
Een kwakzalve r-d o c t o r. De zooge
naamde wonderdokter van Ginneken, de heer F.
Colson, is door de filosofische faculteit van de
universiteit van Toulouse benoemd tot doctor ad
honorem.
Men zal zeggendat ontbreekt er nog maar
aan, dat de wetenschap de kwakzalverij een handje
gaat helpen. En 't heeft er inderdaad veel van,
of de wetenschap hier tegen den draad inwerkt.
Wel verleende niet de medische faculteit dezen
man, die zich, naar men weet, zelf kwakzalver
noemt, den doctorstitel, maar of de filosofische dan
wel de medische faculteit het doet, is voor de
groote menigte om het even. Bovendien, een dok-
terstitel stempelt nu eenmaal den persoon, die
daarmee onderscheiden wordt, tot een wetenschap
pelijk man. En van deze reclame zal de nieuwe
doctor ad honorem niet weinig gebruik maken.
- (N' Ct-)
Vermist. De »Zwolsche Ct." bevat een be
richt van de vermissing van een 18-jarigen jonge
ling, L. M., die, na de derde klasse der H. B.