Stads- en Gewestelijk Nieuws. De Hanze. uitnemende diensten, door hem gedurende zqn langdurigen diensttijd in verschillende gewichtige betrekkingen aan den lande bewezen. Katholiek Hoogleeraar te Utrecht. Bij Koninklijk besluit is bepaald, de Sint-Rad- boud-Stichting, gevestigd te Utrecht, aan te wjjzen als bevoegd om bij de faculteit der letteren en wijsbegeerte aan de rijksuniversiteit te Utrecht een leerstoel te vestigen, opdat door den daarvoor te noemen hoogleeraar onderwijs worde gegeven a. !n de logica, b. in de metaphysica, c. in de ziel kunde en d. in de ethica. H. J. Klussener. f Gistermiddag te 3 uur is te Rotterdam op 62- jarigen leeftjjd overleden de bekende cargadoor en reeder, H. J. Klussener, hoofd der firma H. Braakman Co., stoombootondernemiDg Rotterdam-Ant- werpen-Brussel. Hij was oud-voorzitter der com missie van toezicht op het havenbedrijf en offi cier in de Oranje Nassau-orde. Prof. J. C. Kapteyn. Men deelt mede, dat den 6en October jl. door de Harvard Universiteit het eere-doctoraat in de natuurwetenschappen is verleend aan onzen land genoot prof. J. C. Kapteyn, den directeur van het Astronomisch laboratorium te Groningen. Dr. Nonwen». In den toestand van dr. Nouwens, den Adviseur van »De Hanze", die sedert een drietal weken aan pleuris en overspanning bedlegerig is, valt geluk- voorspoedig beterschap waar te nemen. Reeds wordt ZijnEerw. veroorloofd eenige uren het bed te verlaten. En weldra hopen de geneesheeren een algeheel herstel te mogen constateeren. (N.-Br.) In de eergisteren te Delft gehouden vergadering van den Centralen Raad van de sllanze" zijn de ontwerp-statuten der credietbank, nadat er ver schillende wijzigingen in waren aangebracht, met algemeene stemmen, behalve die van Den Haag, aangenomen. De voorzitter bracht een woord van harteljjken dank aan de commissie voor hare werkzaamheid, waarmede de vergadering onder krachtig applaus instemde. Bij de rondvraag werden door de verschillende afgevaardigden vele vragen gesteld, die alle door ten voorzitter tot genoegen werden beantwoord. Preventieve hechtenis. In het Handelsblad van 12 dezer bepleitte mr. J. A._ Van Hamel, naar aanleiding van een door hem medegedeeld geval, waarin een beklaagde buiten vervolging werd gesteld bij beslissing der raadkamer van de Rechtbank na eene preventieve hechtenis van 159 dagen, de noodzakelijkheid van de herziening der omtrent de preventieve hechte nis geldende voorschriften. Het üW. v. h. Recht" schrjjft naar aanleiding hiervan »Men kent onze meening te dien opzichte, die wü niet nog eens behoeven uiteen te zetten. Slechts veroorloven wjj ons te dezer gelegenheid de vrij heid nog eenmaal de aandacht te vestigen op het bescheiden herzieningsontwerp, dat wjj met toe lichting publiceerden in de nummers van ons blad van 5 en 7 November 1906. De jongste verkie zingen brachten verscheidene nieuwe leden in de Kamer. Wiet weet, het kon eens zijn, dat een van hen dit ontwerp tot grondslag zou willen nemen van eigen arbeid en gebruik zou willen maken van het parlementair initiatief. Wü ver trouwen, dat de Minister van Justitie, die door andere werkzaamheden wordt bezig gehouden, het niet euvel zal opnemen, wanneer men hem aldus in züne taak te hulp komt. En de Neder- landsche natie zou reden tot dankbaarheid hebben jegens den afgevaardigde, die op die wüze züne belangstelling toonde voor de rechten van het in dividu en voor de zoo goed mogelijke eerbiediging van de persoonlüke vrgheid". Weerbericht. Telegrafisch bericht naar waarnemingen, verricht in den morgen van; 21 October 1909, medegedeeld door het Kon. Ned. Met. Instituut te de Bildt. Hoogste barometerstand 770.6 te Horta. Laagste barometerstand 740.0 te Thorshavn. Verwachting tot den avond van 22 October: meest matige zuidwestelijke tot westelüken wind, zwaarbewolk tof betrokken, waarschqnlflk regen buien, koeler. Sociale Cursus. Morgen-(Vrü'dag)-avond zal de heer J. Hengst, eene inleiding houden over het onderwerpïLec- tuur en de katholieke pers". De cursusavonden zün toegankelq'k voor Bonds leden en leden der bü de K. S. A. aangesloten vereenigingen. Een nieuwe glasfabriek. Hedenmiddag om 2 uur was er ten Raadhuize gelegenheid bezwaren in te brengen en die mon deling of schriftelijk toe te lichten in zake het verzoek van de Ned. Branderq, Gistfabriek en Distilleerderü, voorheen de firma's H. Jansen Co., H. C. Jansen en Herman Jansen, om vergun ning tot oprichting van een glasfabriek op het perceel open grond, gelegen nabij den Noordvest- êiogel, kadaster Sectie H no, 638. Er waren tal van belanghebbenden en belang stellenden, o. a. merkten wü op een bestuurslid der vereeniging tot wering van schadelq'ke dampen in de atmosfeer, den inspecteur van den arbeid, den heer Kuyper, den opzichter der plantsoenen, den heer Dominicu3, den heer J. M. v. d. Schalk, na mens het Weeshuis der Hervormden enz. De voorzitter, de heer L. M. Honnerlage Grete, opende de vergadering en belastte den gemeente secretaris met het noteeren der namen van de aanwezigen. Vervolgens werd door den secretaris voorlezing gedaan van de ingekomen bezwaarschriften, n.l. van P. van Maaren, fabrikant aan de Noordvest, E. OfFerman e. a., D. J. van Vooren, c. s., A. P. en Th, G. v. d. Burg. De firma Melchers vroeg om aan den aanvrager de bepaling te willen opleggen dat de fabrieks schoorsteen 40 M. hoog moet worden. De heer v. d. Schalk, niet begrüpende dat iemand thans nog den moed kan hebben om met een verzoek tot oprichting van een glasfabriek te komen, zal hetgeen hü te zeggen heeft, in het midden brengen als de heer Jansen zal hebben gesproken. De heer Herman Jansen, alsnu het woord verkrügend, zeide nooit met een aanvrage inzake den bouw van een glasfabriek te zullen zün geko men, indien hü niet iets beters had dan de be staande fabrieken. Hü verklaarde volgens een ge heel nieuw systeem te zullen werken, zonder gebruik te maken van sulfaat en vloeispaat en zonder het noodig zal zün de rookkanalen, zooals die in de bestaande fabrieken bestaan, uit te branden. Spr. garandeerde niet den minsten hinder te zullen doen aan de omgeving. Tenslotte wees hü er nog op, waar er alle garantie wordt gegeven, dat de fabriek onschadelük zal zün en er veel werk door in Schiedam zal komen, er geen reden mag zün om de vergunning te weigeren. De voorzitter geloofde ook, dat na het ge zegde van den heer Jansen vele bezwaren zullen zün opgeheven. De heer v. d. Schalk vroeg welke garantie de heer Jansen geeftwaartoe wil hü zich ver binden De heer Jansen zeide, dat hq zoo overtuigd is, de fabriek geen schadelüke dampen zal ver oorzaken, hü bereid is, indien het tegendeel blijkt, op eerste aanzegging van B. en W. de fabriek na rj; 6 maanden stop te zetten. De heer van Westendorp merkte op> dat hier de glasfabrieken in een kwaden reuk staan, doch spr. heeft zich er persoonlük van over tuigd, dat er anders gewerkt kan worden. Waar Schiedam een industrie stad is, gelooft hq', dat glasfabrieken, zooals de heer Jansen er een wil oprichten, niet geweerd mogen worden. B. en W., die mede overtuigd zün, dat er an ders kan gewerkt worden, zullen ook niet rusten voor de andere fabrieken ook zóó zullen zqn inge richt als de fabriek welke thans wordt opgericht. De heer v. d. Schalk verklaarde dat, na het gehoorde, zijn bezwaren zqn komen te vervallen en wilde de industrie hier ter stede niet tegen werken. De inspecteur van den arbeid, de heer Kuyper, vroeg alsnu aan den heer Jansen wat er in de glasfabriek zal worden vervaardigd. De heer Jansen antwoordde hieropzwart glasgroen glas en halfwit glas en alleen flesschen. De heer Kuyper zeide, dat hü tot op dit oogenblik de overtuiging had dat de fabricage van zwartglas zonder sulfaat tot de onmogelükheden behoort. Hü wil aannemen dat, na de stellige verklaringen, hier vernomen, dit wèl kan. Ook is hü er over verwonderd dat vloeispaat kan gemist worden, waar hem door groote glasfabrikanten is gezegd dat dit een niet te ver smaden bestanddeel van het gemeng is. De heer Kuyper vond verder dat de garantie van den heer Jansen zeer belangrqk is. De heer Scherrer verklaarde hierop, dat in Gerresheim, Dresden en andere plaatsen allang geen vloeispaat meer in de glasfabrieken gebruikt wordt. De heer Lagerwey vroeg of de inzenders der bezwaarschriften deze nog handhaafden. De heer v. d. Burg zeide, dat hü daartoe niet bereid was, tenzü de heer Jansen zich bü nota rieels acte verbond de eventueel aan te richten schade te vergoeden. Hierbü sloten andere aanwezigen zich aan. De voorzitter meende, dat waar deze fabriek een geheele omwenteling in de glasfabricage zal bren gen en de heer Jansen alle garantie en recht op contióle geeft, er nu wel geen aanleiding meer is de vergunning te weigeren. De heer Holierhoek zeide dat de heer Jan sen dat zaakje al heel gauw kant en klaar heeft gemaakt, maar bq' ons (Rotterdamsche dq'k) kan dat zoo snel niet klaar komen. De voorzitter merkte op, dat het hier een geheel nieuwe inrichting geldt. Van deze proef zal afhangen wat er met de andere fabrieken zal gedaan worden. Zeer zeker zullen B en W. nu reeds een verbod uitvaardigen om vloeispaat en sulfaat te gebruiken in de bestaande glasfabrieken. De heer Holierhoek: Het is te hopen I De V oorz i tt er herhaalde nog eens, dat B en W. ook aan de bestaande fabrieken nieuwe voorwaarden zullen opleggen. De vergadering werd hierna gesloten. Bü het gister te Rotterdam gehou den examen vrüe- en ordeoefeniDgen der gymnas tiek slaagden o.m. de heeren G. H. Sterk en J. H. van Dqk alhier. Uit een woning in de Putter- hoeksche straat zqn ten nadeele van den bewoner C. de Jong gisteravond, tqdens diens afwezigheid, ontvreemd twee broeken en een vest, een doosje compositie-lepeltjes en enkele vreemde muntstuk* ken. De politie stelt een onderzoek in. II e d e n-m orgen is door de politie in een logement alhier aangehouden de koopman F. J. M. E., gesignaleerd voor f 2 boete, subs. 2 dagen hechtenis. De man is naar het Huis van Bewaring te Rotter dam overgebracht. Vergadering van den Raad der gemeente Schiedam, op Dinsdag 19 October 1909, des namiddags ten 2 uur. i (Slot), Discussie. Stad s-Z i e k e n h u i s. Naar aanleiding van de missive van B. en W- houdende hun advies op het sohrq'ven van de Commissie van Administratie van het Stads-Zie- kenhuis omtrent den bouw van een nieuw zieken huis, ontspon zich de volgende discussie De Voorzitter stelt voor, dat de Raad nog in deze zitting daarover beslisse. De heer G o s 1 i n g a acht de gegevens nog te onvolledig om reeds zoo spoedig eene beslissing te nemen 't blqkt niet of 't hier alleen om een nieuw ziekenhuis gaat of dat tegelq'kertq'd over verbeteringen moet beslist worden. De Voorzitter verklaart nader dat alleen bedoeld wordt, de Raad principieel uitmake of er een nieuw ziekenhuis zal komen of niet. Is over dit punt uitspraak gedaan, dan treedt het tweede gedeelte van de vraag der commissie op den voor grond. De heer G o s 1 i n g a ziet dat niet in en meent, dat ook de commissie dat niet inziet. De heer De Groot vraagt het advies nog eens te hooren. De Secretaris leest 't voor. De heer Wittkampf vraagt of de aanneming van dit advies eene bindende beteekenis heeft. De Voorzitter betoogt, dat 't er hier aller eerst om gaat om helderheid in zake de kwestie van een nieuw ziekenhuis te brengen. De wethouder, de heer Van Westendorp, meent, dat hier vooral op de financieele gevolgen van den bouw van een nieuw ziekenhuis moet gelet worden we moet eerst weten wat een nieuw zie kenhuis kost. Hoe wenschelqk ook verbeteringen zqn, ze zqn niet zóo urgent, dat we eerst niet deze mededeeling kunnen afwachten. Nu de verbetering reeds zooveel jaren aan de orde is, kan eerst bedoelde mededeeling nog wel worden afgewacht. Dan kan men zien in welke richting zal moeten worden gestuurd en kunnen verbete ringen in ieder geval wel worden aangebracht. De heer R i s acht het advies van B. en W. geen antwoord op de vraag der commissie en wil dat de Raad zich principieel uitspreke. De Voorzitter verklaart die opmerking vol komen juist, maar B. en W. willen hier, dat niet zij 't zeggen, maar dat de Raad zich hier uit- spreke. De heer Van der Drift wenschte toch wel dat B. en W. hier duidelqk hunne meening in een advies te kennen geven. De Voorzitter zegt dat bedoeld adres zal komen, maar eerst moet de Raad zich uitspreke. Als B. en W. zeggen dat het ziekenhuis niet deugt, daar heeft de Raad niets aan de vragen rijzen dan nog hoe duur is een ziekenhuis en welk ziekenhuis moet er komen. De heer Van der Drift kan zich met dien gedachtengang niet vindenhü meent dat toch wel een leidend advies, een globale raming kan gegeven worden. De Voorzitter herhaalt, dat de beslissing aan den Raad is. De heer G o s 1 i n g a ziet in de verklaring van den heer Van Westendorp het noodzakelük com plement van het preadvies en verklaart zich daar voor. De Voorzitter meent, dat de wenschelük- heid van een nieuw ziekenhuis wel door niemand in twüfel zal worden getrokken. De heer R i s ziet mede in het preadvies geen positief antwoord voor de commissiede commissie wenscht van den Raad eene principieele beslissing. De Voorzitter beaam bt die opmerking namens de commissie voor het Stads-Ziekenhuis, waarvan hü voorzitter is. De wethouder, de heer Van Westendorp, herhaalt, dat wq eerst de financieele gevolgen moeten kunnen overzien. Zün die van dien aard, dat 't niet is te dragen, dan moeten wü in een andere richting eene oplossing zoeken. Komen de deskundige plannen bq het College in, dan zal dit een preadvies geven, maar 't kan niet op losse cijfers oordeelen, maar behoort op goeden grondslag zÜn oordeel te vestigen. De heer R i s verklaart voor de financieele gevol gen wel oog te hebben, maar geeft als zün ern stige overtuiging dat een nieuw ziekenhuis noodig isde Raad behoort zich hier uit te spreken. De heer Van der Drift is niet tegen het advies, maar meent dat duidelq'ker aanwüzingen hier noodig züu. DeVoorziter meent, dat de Raad zich ook in de stemming over het te verleenen crediet kan uitspreken. De heer De Bruin merkt op, dat al dergelijke adviezen in druk moesten gegeven wordendan konden veel besprekingen in den Raad achterwege blijven. De heer De Groot acht ook een principieele beslissing gewenscht en geeft daarom in overwe ging die uit te lokken door het denkbeeld van den heer Ris in een motie te belichamen. De wethouder van Financiën, de heer Lager wey, meent, dat door de aanneming der motie Ris in beginsel tot den bouw van een nieuw zie kenhuis besloten wordt en legt den nadruk op de financieele gevolgen. De heer Ris wil ook niet den Raad binden; maar wenscht de commissie zooveel zekerheid te geven, dat zü tot het ontwerpen der plannen kan overgaan en stelt daarom de volgende motie voor: De Raad, de wenschelqkheid van den bouw van een nieuw ziekenhuis erkennende, noodigt de com missie uit, plannen en kostenberekening daartoe in te dienen. De Voorzitter herhaalt, dat de wenscbelqk* heid van een nieuw ziekenhuis wel niet betwqfe'" wordt, ook niet in het college van B. en W. De heer Van der Schalk betoogt, dat de betrokken commissie iets moet weten, alvorens zjj de plannen voor een nieuw ziekenhuis kan uitwerken. De heer R i s formuleert nader züne motie. De heer Van Westendorp verklaart nog nader het uitgebracht prae-advies. De Voorzitter meent, dat het aannemen van het prae-advies van B. en W. en het stemmen voor de motieRis tot hetzelfde doel leidt. De heer R i s is toch overtuigd dat züne motie meer klaren wün schenkt en handhaaft ze. De Voorzitter constateert, dat ze voldoende ondersteund wordt. De heer De Groot verklaart zich voor de motieRis, die een meer auidelüke uitspraak geett. De wethouder, de heer Honnerlage Grete motiveert zün stem tegen de motie; hü, gee0 tegenstander van een nieuw ziekenhuis, wil eerst kostenberekening dan kan men de kwestie goed onder de oogen zien. De heer R i s meent, dat men nu niet langer over de zaak moet praten men heeft gelegenheid gehad het ziekenhuis op te nemen en de rappor ten in te zien. De motieRis wordt verworpen met 12 stemmen. Voor stemmen de heeren Kranen, De Bruin, De Groot, Beukers, Van der Schalk, Koopmans en Ris. Onbetrouwbaarheid. Bq de behandeling van het vermelde adres van het bestuur der S. D. A. P. atd. Schiedam in zake de beschuldiging van onbetrouwbaarheid van bet Raadslid De Bruin werd de volgende discussie gevoerd. De Voorzitter meent zich te moeten refe- reeren aan het besluit van den Raad in de vorige vergadering. Hü is daaromtrent niet van gedachten veranderd en stelt daarom voor het adres voor kennisgeving aan te nemen. De weihouder, de heer Van Westendorp, herinnert er aan, dat in de betrokken vergadering gezegd is, er (door den voorzitter) een poging 's aangewend om helderheid in deze kwestie te brengen. Kan die poging niet worden doorgezet in dien geest, door het betrokken Raadslid dat beschuldigde en het ander betrokken lid tot elkaar te brengen door eene commissie die dan haar resultaat zou kunnen kenbaar maken in de ver gadering en aldus den eersten stap door een tweeden doen volgen. De Voorziter verklaart, dat hü evenzeer de toenadering wenscht, maar dat hü den te volgen weg niet goed acht. De heer De Bruin wil mededeelen, dat hq zich kan aansluiten bü het voorstel om dit adres voor kennisgeving aan te nemen. Door be middeling van zqn partübestuur is hem toch de mededeeling geworden, dat de rechter Raadsfractie een schrq'ven zond, waarin zij verklaart, dat zq hem niet van onbetrouwbaarheid heeft beschul digd. Zeer aangenaam is 't hem trots alle verschil van meening thans weer voor de belangen der gemeente te kunnen samenwerken als voorheen. Hü wil hier aan den wensch toevoegen dat niet meer zoo lichtvaardig dergelq'ke beschuldigin gen geslingerd worden. Benoemingen. Bü het voorstel tot benoeming van een plaats vervangend, niet ambtelük lid der commissie voor de bedrüfsbelasting werd de volgende discussie ge voerd. De beer Kranen heeft bezwaar dit voorstel nu te behandelen, omdat er geen aanbeveling is, zoodat er in het wild moet gestemd worden. De Voorzitter vreest ook, dat, aldus een geheelen tjjd zal worden zoek gemaakt, maar het gebruik wil, dat te dezer zake geene aanbeveling gegeven wordt. De heer Kranen acht hier een aanbeveling noodzakelq'k. De heer R i s stelt voor, B. en W. daartoe uit te noodigen en inmiddels het voorstel aan te houden. Daartoe wordt zonder hoofdelüke stemming be sloten. Rioolaanleg. Het voorstel van B. en W. een crediet van f 1300 te verleenen voor een nieuw riool in de Breedstraat gaf aanleiding tot de volgende dis cussie. De heer Koopmans vraagt nadere inlich tingen. De Voorzitter zegt, dat het riool niet al leen dient voor de Breedstraat, maar dat daarop ook zes huizen van den Dam zün aangesloten. De heer Van der Schalk vraagt hoe dit nieuwe riool nu in eens noodig is. Enkele jaren geleden is in de Breedstraat een nieuwe straat gelegd en nu moet men die weer opbreken. De wethouder van gemeentewerken, de heer Van Westendorp, zegt dat hü dezelfde ver zuchting heeft geslaakttoch is die nieuwe straat- aanleg reeds weer vüf jaar geleden. Op grond van de bepalingen der Bouwverordening moet aan sluiting gegeven en de toestand aldaar kan niet verbeterd worden, zonder hulp der gemeente. Er heerscht daar toch nog een onvoldoende toestand, ook in verband met de Zülstraat, die slechts door demping van en rioolaanleg in de Raam zal ver beterd worden. De heer G o s 1 i n g a vraagt of niet zonder demping van de Raam, die groote kosten vereisebt, aldaar frisch water kan verkregen worden hq heeft gehoord, dat vroeger in Zülsloot en Raam gracht wel visch werd gevangen. De Voorzitter zegt dat er nog geen gevaar is voor demping van de Raam. De heer G o s 1 i n g a vraagt inlichtingen om trent het uitlaten in de Zülsloot. De Voorzitter zegt, dat dezelfde toestand zal blüven, maar nu gereglementeerd. De wethouder, de heer Van Westendorp, zegt dat de onvoeldoende toestand in den laatsten tüd iets is verbeterd; hü hoopt, dat men eerlang in de Zqlsloot en Raam weer zal kunnen visschen. Het crediet wordt zonder hoofdelüke stemming toegestaan. A d r e sK r g e r. Bq de behandeling van het voorstel afwring op het adresKrq'ger bedoelend, werd de volgende beraadslaging gehouden. De heer R i s kan zich wel vereenigen met het tweede, niet met het eerste deel van het voorstel. Hü meent dat voor de lichamelü'ke ontwikkeling, waaraan de heer Krüger heel veel tüd moet beste

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1909 | | pagina 2