Htads- en (iewestelijk Nieuws,
miiittittiitiitU
de gemeente Maastricht steeds voor voldoende
openbaar onderwjjs heeft gezorgd en weerlegt op
grond der ervaring met zijn eigen kinderen, de praat
jes die omtrent de broedersscholen te Maastricht
zjjn verspreid.
De Minister van Ëinnenlandsche
zaken, de heer Heemskerk, de sprekers beantwoor
dend zegt, dat hjj met spanning het rapport der
ineenschakelingscommissie tegemoet ziet en dat
de disedarata: de bjjzondere school regel, de open
bare uitzondering steeds meer erkenning vindt.
De oprichting van bijzondere scbolen is op
vele plaatsen onmogelijk zonder subsidie. De
Maastricht>che onderwijszaak, in zake het be
doelde lied, wil de Minister nog onder zoe
ken. Wat te Almelo door socialistische
onderwqzers is geschied, is zeer zeker in strjjd met
hun ambtsplicht. De kleine scholen, mits niet
a 1 te klein zijn niet af te keuren. De grens van
schoolgeldbeifing in zake subsidie behoort men niet
te verlagen beter ware het wellicht alle grenzen
te laten vervallen; dan zou men voor ben die beta
len kunnen, bet schoolgeld kunnen opvoeren tot
den kostenden prijs. Verbetering van salari-
eering der onderwqzers zou evenals verlenging van
den verplichten leertijd millioenen kosten. Ten
opzichte van den wensch om de schipperskinderen
onder de leerplichtwet te brengen, meent de
Minister, dat 'tzaer de vraag is of deze ouders
hun kinderen onderwijs kunnen doeu geven.
De Minister zegt verder dat hij voor het maken
van meer kleine kweekscholen in plaats van nor
maallessen met veel gevoelt. ZoolaDg het aantal
kweekscholen nogjsteeds zeer beperkt blijft (en dat
zal wel zoo b ij ven) moet men beurzen geven aan
hen die geacht worden geschiktheid te bezitten.
Ten opzichte van de Maastricbtsche schandalen
zegt minister Heemskerk ten slotte dat 't moeilijk
is uit te maken, wie begonnen is en dus ongelqk
heelt, 't Is opmerkelqk dat op de broederschool
tocb nog tal van kinderen vau socialisten gaan.
(Stemmen Ze moeten wel 1)
Waar echter niet ontkend is, dat het anti socia
listisch lied op de scbolen is gezongen, keurt de
minister 't ten strengste af... Iomidaels heeft het
schoolbestuur ook bet lied verboden.
Na replieken worden de algemeene baschouwin
gen gesloten.
Bij art. 161 (rijkskweekscholen) bepleit de heer
Van der Molen, daarm bqgestaan door ae
beeren Ter Laan en Ketelaar, verbete
ring der bezoldiging van het personeel dezer scho
len, terwjjl de heer Van Wqnbergen vraagt
om de oprichting van een tpreekcursus aan die
scbolen.
De M i n i s t e r zal de zaak overwegen. Inzake
den spreekcursus zal een onderzoek Worden inge
steld.
De rergadering wordt te kwart voor zessen ver
daagd tot Woensdag 10' 4 uur.
Prins lleudrik der Nederlanden in Brussel.
Keuter seint d.d. 21 dezer uu Brussel
Prins Hendrik der Nederlanden is ie rnidder-
nacnt nier aangekomen.
Prins Albert, die Z. K. H. aan het station op-
wacntte, heeft nein naar het paleis gebracht.
Zorgvliet.
Naar men weet zal in. 1910 het servituut van
met-bebouwing van het pauk Zorgvliet in Den
Haag zijn opgeheven. De juiste datum van het
verstrijken van den daarvoor ges telden termijn
is 15 Juli e.k. De maatschappij aan wie dat park
Behoort, heeft in afwachting van dat tijdstip, door
den tuinarchitect Leonard Springer te Haarlem,
een plan van exploitatie van den grond laten
ontwerpen en dit plan onder dagteekening van
14 Juli 1909 aan B. en Wi. ter goedkeuring aan
geboden. Dezer dagen heeft de directeur van
de maatschappij namens B. en W. een schrijven
ontvangen, waarin wordt medegedeeld dat dit
college, daargelaten de bezwaren die het tegen
(het plan heeft, niet van zins is de uitvoering
er van te bevorderen.
De maatschappij zal zich nu direct tot den
gemeenteraad wenden en aan elk zijner leden
een verkleind plan van exploitatie met memorie
van toelichting toezenden. (N. Ct.)
Hulde aan jhr. mr. A. F. de Savornin Lobman.
De dezer dagen aangekondigde huldiging van
jhr. mr. A. F. de Savornin Lohman door de
Groninger geestverwanten zal, naar de »Ned."
bericht, plaats hebben op Vrjjdag 21 Januari. De
samenkomst zal een intiem karakter dragen en is
alleen voor geestverwanten van den staatsman
toegankelijk.
Drankaccijns.
Gisternamiddag is in het Paleis van Volksvlijt
te Amsterdam een door ruim 400 vergunninghou
ders bezochte vergadering gehouden, waarin werd
besloten het glas, groot of klein, voortaan voor
6 cent te verknopen. Het bestuur heeft verlof
gekregen, den krachtigsten maatregel tot het hand
haven van dit besluit te nemen. Waar het noodig
is, zullen buurtcomité's gevormd worden om het
bestuur te steunen.
De Halve Maen.
Uit da New-Yorksche couranten blijkt, dat er
plannen in voorbereiding zijn om bij Spuyten1
Duyvill (New York) een Hudson-Fulton-park aan
te leggen. Daar zouden dan in een vijver de
„Halve Maen" en de „Clermont" een plaats krij
gen.
Vooral George Gardiner Fry, een lid van het
New-Yorksche Halve Maen-comité geeft zich veel
moeite voor dit plan en vertrouwt, het verwe
zenlijkt te krijgen.
Burgemeester Van Leeuwen.
„De Tel." weet thans met beslistheid te mel
den, dat mr. W. F. Van Leeuwen als burgemeester
van Amsterdam heengaat, niettegenstaande' de
„krachtige pogingen", door de Reg. aangewend
om hem te behouden. Alleen zal hij niet 1
Januari maar 1 Mei a.s. ontslag nemen.
Provinciale Staten van Zuid-Holland.
In de gistef gehouden tweede vergadering nam
dr. C. Lely zitting.
Goedgekeurd werden de voorstellen o.a. tot sub
sidietoekenning ad f 157.000 voor de voltooiing
van den spoorweg Gouda-Schoonhovenopheffing
van verband op inschrijving op het grootboek
ten behoeve van Rotterdam; subsidie van f500
voor opgravingen onder Voorburg; wijziging van
het reglement op de veefokkerij in Zuid-Holland.
Tegenover het voorstel van Ged. Staten om
f2500 bij te passen eventueel in het tekort van
de in 1910 te Haarlem te houden bloemententoon
stelling, stelde de heer v. Meer voor, een bijdrage
van f 4000 in het waarborgfonds te stortenwaar
toe met één stem meerderheid (37-36) wehl be
sloten.
Nog werd een subsidie van f500 verleend voor
een proeftuin te Zwijndrecht.
Daarna hield de vergadering zich bezig met
het beraadslagen over algemeene regelen, te stél
len voor het verleenen van provinciale subsidiën
in de kosten der exploitatie van vakscholen.
'Bij art. 2 wordt bepaald, dat geen subsidie
aan gemeentelijke vakinrichtingen zal worden ge
geven behoudens noodzakelijkheid. De heer De
Wiilde .stelde als principieel amendement voor
te lezenonvermijdelijke noodzakelijkheid.
Na bestrijding van 'dit amendement door de
(heeren Edersheim, Visser van IJzendoorn en
Muller, Wordt het amend, met 39 tegen 31 stem
men aangenomen.
De regelen werden zonder stemming goedge
keurd, evenals o.a. de subsidie aan de afd. Rot
terdam van den Ned. R. K. Volkshond voor
de ambachtsteekenschool.
Op het voorstel tot bestendiging van het sub
sidie van f 1000 aan de Zuid-Hollandsche Veree-
niging „het Groene Kruis" werd een amendement
voorgesteld om het subsidie te verhoogen tot
f200 en om te doen vervallen de voorwiaarde
van het quotum.
Dit amendement weid toegelicht door den heer
Plantenga. - 1
Door de heeren von Fisenne en den voorzitter
werd uiteengezet dat deze provincie geen slecht
figuur maakt waar het steun .betreft aan veree-
nigingen als „Het Groene Kruis".
Dr. Ruysch wees op de nuttige werking van
„Het Groene Kruis" voor de zieken- en wijk
verpleging, de afzondering en ontsmetting.
(Het voorstel-Plantenga c.s. (subsidie van f 2000)
wordt verworpen met 17 stemmen voor.
(Hierop wordt goedgekeurd de aanvulling en
wijziging der overeenkomst met de .Westlandsche
Stoomtramweg Maatschappij, waarna de Staten
aannemen de voorgestelde wijzigingen van een
of meer voorgestelde polderreglementen.
Handels- en kantoorbedienden^
Verschenen is het jaarverslag over 1909 van
den Algemeenen Nederlandschen Bond van Han
dels- en Kantoorbedienden.
In dit jaarverslag zijn opgenomen loon- en
arbeid,sduur-statistieken.
Bij de arbeidsduur-statistiek valt het op, dat
het slechts even meer dan de helft der betrok
kenen is, die 8 uur of minder werkt.
Uit het staatje der pauzen blijkt, dat minstens'
25 o/o geen wezenlijke onderbreking van den
arbeid hebben.
Na de scheiding tusschen mannen en vrou
wen bij 'de loonstaten blijkt, dat 60 °/o van da
ongehuwde mannelijke en circa 85 o/0 van de
vrouwelijke kantoorbedienden, minder dan f 60
per maand verdienen.
Betreffende de winkelbedienden wordt o. m.
gezegd in verband met de statistieken:
Behalve voor de loonen hebben wij bij deze
groep de scheiding tusschen mannelijke en vrou
welijke bedienden ook doorgetrokken bij de sta
tistieken der andere arbeidsvoorwaarden. En dan
valt hot o veil het algemeen op dat' behalve de
loonen, de aibeidsvoorwaaiiden der vrouwelijke
bedienden i(ets beter zijn dan die der mannelijke
bedienden, i
Minder dan f 60 verdienen 90 van de on
gehuwde mannen, 66 o/0 van de gehu|wde man
nen, 95 «/o van de vrouwen. Van de 203 winkel
bedienden brengen twee het er slechts boven
f100.
Sléchts 26 o/o van de betrokkenen eindigen
hun werktijd om 8 uur of vroeger. Eene bij
drage voor onzen 8 uur-Sluitingseisch.
Weerbericht.
Telegrafisch bericht naar waarnemingen, verricht
in den morgen van 22 December 1909, medegedeeld
door het Kon. Ned. Met. Instituut te de Bildt.
Hoogste barometerstand 765.6 te Breslau.
Laagste barometerstand 727.7 te Valentia.
Verwachting tot den avond van 23 December
meest krachtige zuidelijke tot zuid-westelijke
wind, betrokken of zwaarbewolkt, regenbuien,
zachter.
Aanbesteding.
Gisteren-namiddag werd ten Raadhuize de
inschrijving gehouden voor de geannonceerde mande-
makersteen.
Er waren slechts twee biljetten ingekomen en
wel van D. Keuzekarop alhier, voor f14. per
100 bos, grauwe stekteeu en van A. van der
Velden te Delft, voor 12 ct. per bos.
De gunning werd nog aangehouden.
Ontpoldering-Oud Mathenesse.
In de gister gehouden zitting der Prov. Staten
van Zuid-Holland werd het voorstel inzake gedeel
telijke ontpoldering van Oud-Matbenesse, goedge
keurd.
Bondsspaarbaarbnnk.
In het Bondsgebouw wérd Maandagavond 8
uur de jaarvergadering gehouden voor inleggers
en belangstellenden in de Spaaihank der afd.
Schiedam van den Ned. R. K. Volksbond.
'Door den voorzitter, den heer J. H. Frederiks,
werd financieel verslag uitgebracht over het boek
jaar 1908/9, waaruit bleek dat op 1 November
1908 voor hoofdsom en interest a,an inleggers
was verschuldigd een bedrag van f 36645.lö1^.
Sindsdien werd ingebracht f 19128.421/2, daaren
tegen terugbetaald f 14895.851/2, terwijl voor rente
ad 3 0/0 aan inleggers werd bijgeschreven f 1033.74,
zoodat op 1 November dezes jaars het tegoed
in hoofdsom en rente aan inleggers .verschuldigd
bedroeg een totaal bedrag van f 41911.471/2-
De reserve kon met het belangrijke bedrag
van f 660.03 worden vermeerderd, zijnde het batig
saldo uit gekweekte rente. Van de 594 op dat
tijdstip uitgegeven hoekjes waren ér 470 nog in
omloop.
Gp ingediende voordracht van twee personen,
was bereids door het afdeeling'sibestuur de voor
zitter, die aan de beurt van aftreding was, met
algemeene stemmen als zoodanig herbenoemd.
Vanmorgen' snapte de slager Van
Meurs aan de Hoogstraat een 11-jarigen jongen in
zjjn winkel bjj de toonbanklade't bleek dat er
een rijksdaalder uit de lade was ontvreemd.
De jongen is heden-middag in bewaring gesteld.
Door de politie z jj n bjj verschil
lende lieden een aantal koperen voorwerpen in
beslag genomen, die ontvreemd bleken in de ver-
nikkelfabriek der firma Van Maaren aan den Noord-
vestsingel.
Vergadering van den Raad der gemeente
Schiedam op Dingdag 21 December 1909,
des namiddags 2 uur.
{Vervolg)
Werklieden-reglement.
Behandeling van het ontwerp werklieden-regle
ment met de ingediende amendementen met advies
van B. en W. de en de commissie ad hoe.
De ingediende amendementen en bet daarop
door B. en W. uitgebrachte advies werden reeds
door ons vermeld.
De heer De Bruin vraagt of 't de bedoe
ling is de voorgestelde amendementen apart, in
behandeling te brengen.
De Voorzitter zegt dat volgens het laatste
advies van B. en W. bedoeld wordi, de amende
menten met de adviezen van de commissie ad
boe geljjkijjdig te behandelen. Als niet anders
blqkt, nemen B. en W. laatstbedoelde adviezen
over.
Ten opzichte van het amendement De Bruin
inzake het scheidsgereccht wordt een uitzondering
gemaakt. Of het werklieden-reglement zalzqnmet
of zonder scheidsgerecht, is hier bet cardinale
punt in kwestie. Wellicht is 't wenscheljjk eerst
deze principieele beslissing te nemen.
De heer De Bruin zegt zich, wat artikel 1
betreft, tot een enkele vraag te willen bepalen.
Hij vraagt, waar er sprake is van het vaststellen
van de ljjst van de onder dit reglement ressor
teerende werklieden of hier onder het geheele
personeel in dienst der gemeente zal vallen en
niet bjjv. brugwachters en winterstokers aan de
gasfabriek uitgezonderd zullen worden.
De heer De Groot vraagt eenige nadere
inlichtingen omtrent de bedoeling van het amen
dementGoslinga.
De heer Witt kamp! vraagt welke prac-
tisch nadeel er aan de voorgestelde regeling ver
bonden is't staat toch niet vast, dat de Raad de
ingediende ljjsten moet aannemen.
De heer De Groot meent, dat de Raad die
zal hebben aan te nemen of te verwerpen.
De heer Goslinga verklaart nader zjjn be
doeling.
De Voorzitter zegt, dat B. en W. het
voorgestelde amendement overnemen.
B|j art. 2 zegt de Voorzitter, dat B. en W.
bet op het artikel door den beer De Bruin voorge
stelde amendementachter 2o. in te lasschen
bet geneeskundig onderzoek zal in den regel bij
'ijdelijk aanstelling plaats te hebben, niet over
nemen.
De heer De Bruin releveert, dat wordt op
gemerkt, er in de commissie geen meerderheid
voer die aanvulling te vinden was en B. en W.
er dus niet aan willen. Hij meent dat dit geen
argument is voor het afwijzend advies't kan ge
beuren dat iemand voor zeer korten ijjd wordt
aangesteld en voor dat geval heeft de afwijzing
geen bezwaar. Maar als iemand op een proefjaar
wordt aangesteld, is 't onbillijk hem eerst nadat
proefjaar te keuren, wanneer bij wellicht in dat
zelfde jaar door een ziekte in dienst der gemeente
beloopen, minder waardig is geworden. Spr. wilde
een amendement voorstellen om iemand bjj tjjde-
deljjke aanstelling in den regel te keuren en hoopt
't zal worden aangenomen.
De Voorzitter constateert, dat het amen
dement ondersteund wordt en dus een punt van
behandeling kan uitmaken.
De heer Goslinga vindt de toelichting door
den heer De Bruin van zijn amendement gegeven,
heel mooi, maar ze heeft hem niet overtuigd. Wie
zal uitmaken of de werkman het bedoelde incove-
nient in dienst der gemeente verkreeg
De heer De Bruin meent, dat men uit
zuiver billjjksoogpunt bedoelde inlassching moet ge
rechtigd achten.
De heer Smit, zegt dat de inlassching alleen moet
dienen voor hen die 0 p proef worden aange
steld met de bedoeling hen later voor vast aan te
stellen.
De heer De Bruin meent, dat al de be
palingen van dit reglement strekken voor een ca
tegorie van menschen, later aan te wjjzen.
De wethouder, de beer Hon nerUPe
Grete, wijst op de moeilijkheden die bedoelde
bepaling in de toepassing zal ondervinden, waar
werklieden èn tijdelijk èo op proet worden aang®"
steld.
De heer De Groot meent, dat men bedoelde
moeilijkheid kan ondervangen door voor Hjjdelijk
op proef te lezen.
De heer De Bruin ziet in het sub-amende
ment—De Groot geen bezwaar, maar merkt op,
dat toch later zal worden uitgemaakt voor wie dit
reglemem is.
De wethouder, de heer Honnerlage G r e t e,
ziet het nut der voorgestelde inlassching niet io-
De heer Goslinga merkt op, dat de wijziging
door den heer De Groot voorgesteld, de bedoeling
der inlassching duidelijk weergeeft.
De heer Honnerlage Grete kan er slecht®
met meegaan, als bedoeld wordt de werklieden
door de commissie benoemd.
De beer Smit verduidelijkt nog, dat hier niet
bedoeld worden losse werklieden, maar werklieden
op proeftijd met bedoeling van vaste aanstelling-
De weihouder van gemeentewerken, de heer
Van Westendorp, verzekert, dat de maat
regel feitelijk reeds in de praktijk is toegepast,
door de werklieden op proef aangesteld, in be'
begin van het proefjaar te keuren.
De Voorzitter vraagt of het amendement^"
De Bruin in dien zin kan gewijzigd worden.
De heer De Bruin antwoord bevestigend.
De Voorzitter constateert mèt den beet
De Groot, dat aldus gelezen wordt in plaats vaO
ijdelgke bij aanstelling op proef.
Het amendement wordt mèt art. 2 zonder hoof
delijke stemmiüg aangenomen.
Bjj art. 3 komt het amendementGoslinga ons
achter datum te lezen »van geboorte".
Dit wordt door B. en W. overgenomen.
Bij art. 4 trekt de heer Goslinga het daarop
voorgestelde amendement in.
De artt. 5 en 6 worden onveranderd aan go
nomen.
De Voorzitter merkt op, dat bjj art. 7 i»
behandeling komt het amendement door den beer
De Bruin voorgesteld het slot der derde alinea
te lezenbehoudens beroep op het scheidsgerecht.
Hjj meent, dat hier eerst de principieele kwestie
van het scheidsgerecht moet worden uitgemaakt
en constateert, dat het amendement wordt onder-
steund.
De heer De Bruin treedt in een uitvoerige
verdediging van het instituut scheidsgerecht. HÜ
betoogt dat de heer Ruys de Beeren brouck een heel
mooie beschouwing over dit mstituutneeft gegeven
en er in verschillende gemeenten reeds scheids-
gerehten bestaan. Als men nu aanneemt, dat de
werklieden in dienst der gemeente minder rechten
hehben dan andere, dan moeten daartegenover ook
betere voordeelen staan. Waar nu door alle par
tijen de wettigheid van het scheidsgerecht is
erkend, begrijpt hij niet, dat men voor deze zaak
moet terugschrikken, omdat zjj een nieuw tin'je
heeti, uit zucht tot behoud of conservatisme. Tal
van gemeenten hebben reeds dit instituut goedge
keurd. Ged. Staten hebben er zich niet tegen
verzet en in verschillende provinciën is 't reeds
ingevoerd. Het scheidsgerecht bestaat in verschil
lende gemeenten met andere of geljjke samenstel
ling als hier. Spr. is echter tegen een surrogaat
scheidsgerecht, een scheidsgerecht dal een valsch
étiquet plakt op den democraiischen ijjd, waarmee
men gevoelt te moeten medegaan. Hq hoopt, dat
de Raadsleden zich niet door een bekrompen idee
zullen laten leiden, maar tegen bet advies van com
missie en college zich vóór het scheidsgerecht
zullen verklaren.
De heer Goslinga meent, dat de heer De
Bruin veel gedebiteerd heeft, dat als vuurwerk en
zevenklappers moet beschouwd worden. Hq heeft
tegen de instelling van een scheidsgerecht niet
alleen een wetieljjk maar ook een pnncieel be
zwaar. Waar aaa een zeker college de verant
woordelijkheid voor den gang van zaken is opge
legd, moet men niet tegen den zin van dat college
die verantwoordelijkheid wegnemen. Hq ziet
in de instelling van een scheidsgerecht niet een
democratisch maar een revolutionair denkbeeld.
Wij moeten niets doen om de hoogheid van het
gezag neer te halen. In Amsterdam, waar een
scheidsgerecht bestaat in den geest vaD den
heer De Bruin (Deze ontkent) is de toestand
erger dan Russisch mèt scheidsgerecht. Dan
heeft hq maar liever den Schiedamschen toestand
zonder scheidsgerecht. In den steeple—chase naar
democratie gaat spr. niet mee: we moeten iets
hebben dat wettig en rechtvaardig is. B. en W.,
voorgelicht door een commissie van bijstand, kun
nen beier dan een scheidsgerecht uitspraak doen.
Aan een Raad en College van rechtschapen man
nen gekozen, door hun medeburgers, kan men ge
rust zjjn belangen toevertrouwen. En waar De
Bruin reeds voor 50% zjjn voorstel verwaterd
heeft door in cardmaie punten de uitspreak aan
B. en W. te laten, meent hq. die ook maar voor
het overige moet toegeven en aan B. en W. de
uitspraak ook in kleinere zaken laten.
De heer Wittkampf meent ook, dat waar
De Bruin bqv. reeds de ontslag-kwestie als be-
hoorende tot de cardinale punten aan B. en W.
wil overlaten, hjj ook wel voor het overige kon
toegeveD. Spr. spijt 't in casu niet te kumien
medegaan, om een onverantwoordelijk lichaam
tusschen werkman en werkgever te plaatsen.
Hoewel het College 't wellicht wel gemakkelijk
zou vinden, de verantwoordelijkheid van zich af
te schuiven, is hjj niet bereid 't aan zulk een
zondenbok te helpenhet College moet de ver
antwoordelijkheid bljjven dragen.
De heer De Bruin repliceert uitvoerig op de
tegenbetoogen zjjner bestrijders. Als men spreekt
van vuurwerk, moest men eerst eens onderzoeken
wie hier vuurwerk afsteekt. Spr. men hier van
een revolutionaire instelling dan vraag hjj of men
dan mr. Ruys de Beeren brouck een groot revolutio
nair moet achten, of nog meer dr. Kuyper, die be
doelde scheidsgerechten voor alle gemeenten ver
plichtend wilde maken. Spr. betoogt dat hier het
principieele bezwaar niet bestaat en er alleen van
een waarborg tegen de onzjjdige inlichting van B.
en W. sprake is. Men moet zich hier niet be
roepen op een scheidsgerecht als in Amsterdam,
dat zoo partijdig is samengesteld, maar erkenne
het nut van een scheidsgerecht, dat, samengesteld
uit onpartijdige mannen die niet ahjjd den tjjd
en de capaciteiten hebben om in den Raad te
zetelen, een onbevangen oordeel kan uitspreken.