Dagblad voor Schiedam Omstreken.
33sie Jaarjranjr.
Maamia«r 9 Mei 1910.
No. 9709.
Atiflaneert D bi de
feuilleton.
Ka misdaad vargelding.
Nieuwe ScMeiaisciie Conrasi
Gratis (relltatreeril Zondagsblad
Dn 10 c «.weel 045b mS f 1.35 b. 3id
Ofiicieelü berichten.
kennisgeving.
kennisgeving.
Buitenlandsch Nieuws.
koniug Edward, f
die Sea™de"
ABONNEMENTSPRIJS:
Dit blad verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, en
kost voor Schiedam per 3 maanden f 1.35, per maand 45 cent en' per
week 10 cent. Franco per post door geheel Nederland f 2 per kwartaal
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons BureauBoter-
straat 50 en bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders.
Bureau BOTERSTRAAT 50.
PRIJS DER ADVERTENTIëN:
Van 16 regels ƒ0.92 met inbegrip van bewijsnummer,
Elke regel daarboven 15 cent.
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend.
Ingezonden mededeelingen 25 cent per regel.
V°or herhaaldelijk adverteeren worden uiterst bil
lyke overeenkomsten aangegaan.
Telefoonnummer 85. Postbus no. 39.
KIEZERSLIJST.
De Burgemeester van Schiedam,
Gezien art. 33, 2de lid der Kieswet,
Brengt ter openbare kennis, dat de beslissing
van het gemeentebestuur op de ingediende ver
zoeken om verbetering der vastgestelde kiezers
lijst. op de Secretarie der gemeente voor een
ieder ter inzage nedergelegd en in afschrift, tegen
betaling der kosten, verkrijgbaar gesteld is.
Schiedam, den 9 Mei 1910.
De Burgemeester voornoemd.
M. A. BRANTS.
DRANKWET.
Burgemeester en Wethouders van Schiedam,
brengen, ingevolge artikel 12, le lid der Drank
wet ter openbare kennis, dat bij hen een verzoek
js ingekomen van L. MEELVTEE, van beroep
koffiehuishouder, wonende alhier, om vergunning
voor den verkoop van sterken drank in het klein
voor gebruik ter plaatse van verkoop in het be
neden-voorlokaal van het perceel Korte Achter-
Weg No. 21
en herinneren, dat ingevolge het 3de lid van
artikel 12 der Drankwet, binnen 2 weken na deze
bekendmaking tegen het verleenen van de ver
gunning schriftelijk bij hun College bezwaren
kunnen worden ingebracht.
Schiedam, 9 Mei 1910.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
M. A. BRANTS.
De Secretaris,
V. S1CKENGA.
De ledein van de koniitklijke huishouding werden
Zaterdagmiddag toegelaten hij den overleden ko-
illnS.> die nog lag op het bed, waarop hij: gestor
ven was.
Zijn gelaat -had een kalme en vredige uitdruk
king.
Het was Zaterdag een algemeene rouwdag. Vele
uienschen droegen rouwcrêpe.
In de omgeving van het Buckinghampaleis blijft
nog steeds een aanzienlijke menigte nieuwsgierig
bijeen.
In een door de bestuurders der voornaamste
schouwburgen gehouden vergadering is besloten
e schouwburgen tot na de begrafenis van den
Koning vermoedelijk 17 dezer te sluiten.
De begrafenis.
De Begrafenis zal waarschijnlijk op 17 dezer
e Windsor plaats hebben. De koning van Noor
wegen, de koning van Portugal, alsmede de koning
ven Griekenland, zuilen zelf de uitvaart bijwonen.
De,,Echo do Paris" zegt, dat de oud-president
93)
«dteLi? het ,zwart gekleed, met witte das,
nen tot ,Th Punten zijner verlakte schoe-
jes kwam uit den^oTgaïf geknipte baard'
Lucien,Pld!e"topZdehzem3tommeVraSend gelaat voor
Ik zou ™r„0 T ne vraag antwoordde
kon„amen? den ipreken'
Ducien.volgde den kamerdienaar.
de kamers® fe?™ °f 'lne ,nJk gemeubileer-
zeideeen zwaar deurgordijn op en
De k"Lrrk°men' antwoordde Marie.
a»de'
doorgebracht ha7e'e 7 7 g°eden nacht had
en mmdm- saamgetrrkenTell^^n^etoo^rk'
Luciea binnenkwam, stond^open
i Louhet waarschijnlijk aangewezen zal worden als
hoofd der Fransche delegatie bij de begrafenis.
Lager- en Ho oge rhui s.
Naar aanleiding van het overlijden dies Konings
kwam het parlement Zaterdagmiddag bijeen te
3 uur en bij ontstentenis van den „Speaker" ver
daagde do „Deputy Speaker'1 op voorstel van
minister Winston Churchill bet Huis.
In het Hoogerhuis legden de Lord Chancellor
en de andere peers den eed van trouw aan den
nieuwen Koning af.
P r o c 1 a m a t i e v a, n K o n i n g G Oi (r g V
Tegen half drie kwamen Zaterdagmiddag de
ledion van den „Privy Council" aan het St. Ja-mes
paleis. Onderhen werden o.-a. opgemerkt Winston
Churchill, Crewe, Burns, Buxton, Morley, Bal
four, Rosebery en de aartsbisschop van Canter-
bury.
Koning, -die cid m i r©m 1 su nifonn diioeig, reed
in den middag z-onder escorte van Marlborough
House naar St. James Palace, eerbiedig begroet
dioi'or een menigte van duizenden.
(De Koning trad de „CouneilhaU" binnen, waar
een schitterende vergadering hem afwachtte.
Na (de gebruikelijke plichtplegingen teekende
Z. !M. die proclamatie en hield toen een redevoe
ring. Hij begon diep bewogen, met de verklaring,
-dat hij tengevolge van zijn ontroering niet bij
machte was meer dan enkele woorden te spreken
Hij herinner-do aan de woorden, gesproken door
zijn vader hij diens troonsbestijging, inhoudende
de verklaring, dat hij-, zoolang hij leefde, naar
zijn beste weten, de belangen van zijn volk zou
behartigen.
Deze belofte heeft zijn vader gehouden, zoo
goed als hij kon, en hijzelf zou er ernstig naar
stievein om met Gods bijstand dat vo-orbeeld te
volgen.
De Koning verklaarde, dat voor hem 'het ge
leden verlies meer nog beteekende- dan alléén dat
van een vader, hij had in den overledene een
koning, een vader en een vriend verloren.
Wijders gewaagde hij van de diepe sympathie,
die aan de koninklijke familie was betoond en
vei klaarde hij, diat het zijn ernstig streven zou
zijn Be grondwet te handhaven. De zitting van de
„Council" duurde een uur.
De nieuwe Koning.
'George iFrederik Ernest Albert, de tweede en
eenig overgebleven zoon van koning Edward en
koningin Alexandra, die zijn vader opvolgt als
koning van Engeland, is geboren 3 Iuni 1865,
zeventien maanden na de geboorte van zijn oude
ren broeder, den hertog van Clarence, die op 14
Januari 1892 overleed.
Als jongens waren die beide broeders onafschei
delijke kam-eraden. Zij deden ook tegelijk in het
jaar 1877 hun intrede bij de marine en bleven
twee jaren op het opleidingsschip „Britannia".
De jongere broeder, die niet kon vermoeden,
deed een paar stappen naar den bezoeker, die
haar eerbiedig groette.
Met enkelen oogopslag had zij den jongen man
bezien en bevonden, dat hij siergelijk gebouwd
was, nette manieren bezat en een verstandig svm-
patbiek gelaat had.
Kortom hij behaagde haar op het eerste ge-
zien t.
Mijnheer, gij zijt, zeide zij glimlachend zeer
warm aanbevolen door den heer George Darier
die door mijn vader ten zeerste wordt" geacht
George Darier, juffrouw, is mijn beste vriend..',
de speelmakker uit mijne kinderjaren...
Ik wachtte u, mijnheer...
Ik ben uiterst getroffen, juffrouw, door dé
groote eer, die gij mij bewijst, mij te willen ont
vangen. George heeft mij gezegd, dat gij zoo
vriendelijk wilt zijn, mij uwe machtige hulp te
verleenen en mij wilt voorstellen aan mijnheer
uw vader, wien ik een aanbevelingsbrief van mijn
vriend George kom overhandigen...
Lucien sprak op eerbiedigen toon maar verre
van kruipend beleefd; hij verzocht een gunst
nis een man, die weet, welke zijne waarde is en
gevoelt die gunst te verdienen
Ga zitten, mijnheer, zeide zij, terwijl zij met
de hand een stoel aanwees, terwijl wij spreken...
De verlooide van Lucie .nam plaats.
Juffrouw Harmant vervolgde
De heer Darier heeft mij gezegd, dat gii
Sï;"» be.it, e» dit elj ersteS
vei langt eene betrekking te krijgen in de
dat hij eens den troon van Groot-Britannië zou
beklimmen, legde zich. met de borst toe op de
zeevaart, deed zijn examens met groot succes
en Kreeg in 1890 het bevel over de kanonneerboot
„Trush". In het jaar 1892 sleepte een hevige
ziekte den hertog van Clarence ten grave en
George, die thans erfgenaam van den troon was
geworden, kreeg den titel van hertog van York.
In Mei van het volgende jaar verloofde hij
zich met prinses Mary van Teek, (prinses May),
een lievelinge van koningin Victoria en hun hu
welijk werd op C Juli d.o.v. voltrokken in de
Chapel Royal, St. James.
Uit dit huwelijk zijn vijf kinderen gesproten,
waarvan het oudste Edward Albert Christiaan
thans ide aanstaande troonopvolger is.
De nieuwe koning heeft op zijn verschillende
reizen bet uitgebreide gebied, waarover hij thans
den soepter zwaait, door eigen aanschouwing lee-
ren kennen en zou, wanneer de onverbiddellijke
dood dit plan niet in duigen had geworpen, als
vertegenwoordiger des Konings het parlement van
de Zuid-Afrikaansche Unie hebben geopend.
De Engelsche en vreemde pers.
Alle Londensche bladen verschenen Zaterdag
met een rouwrand. Zij bevatten meerendeels geïl
lustreerde levensbesef) rijvi n gen
Ziehier ©enige grepen uit de uitingen van de
pers
De „Standard" schrijft: Voor heel de wereld
en 'voor (het Engelsche volk vormde Eduard in
zekeren zin een waarborg voor standvastigheid
en was hij èeih kracht die werkte voor vrede,
orde -en veiligheid. En verder zullen de vreemde
lingen en het Engelsche volk gevoelen, dat met
den Koning de eerste Engelsche gentleman is
heengegaan, een algemeen bemind souverein,
staatsman en vaderlander.
'De „Times" zegt, dat 's konings geliefdheid in
het tBritsche rijk grootendeels een gevolg was van
dezelfde geestesgaven, die hem in het buitenland
populair maakten. Het Engelsche volk beminde
koning Eduard om zijne rechtschapenheid en zijne
hoffelijkheid jegens iedereen. Iedereen wist, dat
hij evenveel van zijn vaderland hield ais zij-
zelven.
De „Daily Telegraph" huldigt den Koning in
het bijzonder om de rol, die hij tot behoud van
den vrede met het buitenland heeft gespeeld.
In denzelfden geest schrijft de „Daily News".
Zij legt er nadruk op, dat evenzeer als de Boe-
ren-oorlog tot den dood van koningin Victoria
heeft bijgedragen, Eduard's dood wel verhaast
kan zijn door den strijd om de grondwet bin
nenslands.
De „Pali Mall Gazette" verklaart, dat geen
Engelsche koning sedert den tijd van Willem den
Derde op de buitenlandsche staatkunde van En
geland een sterker en weldadiger stempel heeft
gedrukt dan Eduard de Zevende. Toen Eduard
groote fabriek, die mijn vader binnenkort zal
openen....
Indien die plaats mij gegeven wordt, is mijne
toekomst verzekerd, onderbrak Lucien.
Marie vervolgde
Ik heb den heer Darier geantwoord, dat er
vele mededingers voor de plaats van bestuurder
zijn maar tegelijkertijd heb ik hem beloofd te
doen, wat in mijn vermogen is Om dat doel
te bereiken, is het noodig, dat gij de eerste zijt,
die mijn vader komt bezoeken...
Hare oogen vestigden zich met welgevallen op
het open en vrije gelaat van den zoon van Jules
Labroue.
Ik zal dus alles doen, wat ik kan, hernam
zij ik zou gaarne gezien hebben, dat gij -nog
dezen dag met zekerheid, in plaats van met hoop
van hier gegaan waart. ongelukkigerwijze is
dit onmogelijk, mijn vader is nog niet terug.
Op liet oogeiiblik, dat ik hem thuis wachtte, ont
ving ik een telegram, waarin vermeld was dat
hij zich verplicht 2ag nog een dag langer in België
te blijven, om zijne zaken goed ten einde te bren
gen en hij eerst dezen avond terug zou zijn.
Dat is slechts een oponthoud van weinig
beteekenis... antwoordde hij. Deze dag is daarom
niet minder gelukkig voor mij, juffrouw, daar ik
het genoegen gehad heb, u te zien en mijne zaak
voor u te bepleiten...
En gij hebt zeer goed gepleit, mijnheer...
zeide Marie, die buiten weten purperrood werd
Voor mij is uwe zaak reeds gewonnen en ik reken
den troon beklom, was de buitenlandscihe staat
kunde van Engeland bankroet èn stond het land
geheel op zichzelf, zonder vrienden. Dat alles
zoo heilrijk veranderd is, heeft het Engelsche
volk allermeest aan koning Eduard te danken ge
had. r
'De „Westminster Gazette" herinnert aan 's Ko
nings vriendschap voor Gladstone en Campbell-
Bannerman -en noemt hem een van de populairste
koningen van Engeland, die strikt onpartijdig tus-
schen de staatspartijen wist te blijven, zooals een
grondwettig vorst betaamt.
De „SLar" zegt: Koning Eduard zal in de ge
schiedenis bekend blijven als een vorst, die den
vrede in Europa handhaafde. Hij ruste in vrede.
Uit ide Duitsche persI
Het centrumblad de „Gennania" merkt op: „De
openlijke en geheime agitatie tegen Duitschland
werpt een donkere schaduw op het lichtende
beeld van Koning Edward's regeering; de scha
duw verminderd© alleen, toen de Koning, inziende
dat zijn pogingen geen succes hadden, ook zijn
stemming jegens Duitschland wijzigde. Het gevolg
daarvan was het bezoek in 1909, waardoor de
verstandhouding aanmerkelijk verbeterde."
De officieus© „Nordd. Allgem. Zeit." schrijft:
„In Duitschland denken wij, met oprechte erken
ning van zijn persoonlijke hoedanigheden aan zijn
groote eigenschappen als opperhoofd van de En
gelsche natie en ais beheerscher van een wereld
rijk aan den overledene. Hij was bij ons geen
vreemdeling. Zooals hij de 'Duitsche taal van zijn
jeugd af volkomen beheerschle, zoo trok hij steeds
weer naar Duitsche streken, die hij liefgekregen
had. De bevolking van de Duitsche hoofdstad in
het bijzonder herinnert zich nog levendig, hoe de
Koning in het afgeloopen jaar volkomen gezond
en ongedwongen zich in haar midden bewoog.
Zoo neemt het Duitsche volk oprecht deel in
de smartelijke gevoelens, welke het sterven van
den Koning vooral in het Keizerlijk Huis wekt,
dat door banden van de nauwste bloedverwant
schap (mét die Engelsche dynastie verbonden js
De Parijsche bladen zijn voor het grootste gedeelte
aan koning Eduard en de Engelsche gebeurtenis
sen gewijd. Algemeen wordt de gestorven vorst
met grooten lof herdacht; inderdaad gevoelt heel
Frankrijk den rouw mede.
De Italiaansche bladen geven uiting aan de
deelneming van geheel Italië, terwij! zij herinne
ren aan de moreele, politieke en diplomatieke
hoedanigheden van den overleden vorst.
De te Weenen verschijnende bladen wijzen op
den invloed, welken koning Edward in zijn rol
van constitutioneel vorst heeft uitgeoefend in de
wereld en herinnert aan zijn optreden ten gunste
van den vrede tijdens de Bosnische crisis
Ook de Spaansche pers drukt 's lands deelneming
uit in het overlijden van koning Edward en her
innert aan de grootsche opvatting, welke hij van
zijn taak had.
eP sI®IIig °Pi dat de heer Darier en ik even geluk
kig bij mijn vader zullen zijn...
Thans, nu iku ken, juffrouw, twijfel ik daar
aan niet meer.
Gij dient dus morgen terug te komen.
Hoe laat
Tegen half tien 's morgens... Mijn vader zal
zonder twijfel naar Courbevoie moeten om het
werk te bezien.. Gij begrijpt, hij is tamelijk lang
afwezig geweest en hoewel hij een bekwamen
architect en kundige opzichters heeft aangesteld
is zijue aanwezigheid toch zeer noodzakelijk- Het
is wenschelijk, ik herhaal het, dat gij de eerste
zijt, die hem spreekt en ik zal u, zooals heden
afwachten, om u voor te stellen...
Ik behoef u niet te zeggen, dat ik op tijd
zal zijn.
Lucien stond op.
Tot morgen dus, juffrouw! zeide hij. Marie
was reeds opgestaan.
Tot morgen mijnheer... Maar dat is waar
ook, nep zij lachend uit, ik ken uw naam nog
met
Lucien Labroue, antwoordde de jonge
man. J
Lucien Labroue, herhaalde Marie, ik zal
het niet vergeten Reken er op, mijnheer
Lucien, dat gij weldra deel van 't huis zult uit
maken.
(Wordt vervolgd.}