Staten-Generaal. Binnenland. Stads- en Gewestelijk Nieuws. Spreker herinnerde er aan, hoe de Hollandsche ILoiO'geschoten, evenals de Duitsche, in tijden van natie naai gevaar waaien geboren en gaf uitdrukking aan de gevoelens van dankbaarheid tegenover de Duitschte wetenschap. [Van de overige vertegenwoordigers der Neder- tandsche wetenschap waren nog aanwezig prof. Zeeman uit Amsterdam1, prof. Simons uit Utrecht en prof. Wenckenhach uit Groningen. TWEEDE KAMER. Regeling van werkzaamheden. De Kamer heeft gisteren in eene namiddagver" gadering over hare orde van werkzaamheden be raadslaagd. De voorzitter deed bet voorstel, Dinsdag 18 October verschillende wetsontwerpen, waar onder een wijziging der oorlogsbegrooting voor het loopende jaar, in openbare behandeling te brengen. Daarna zoo de Bakkerswet volgen. De heeren Duymaer van Twist en Van V 1 ij m e n, bevreesd dat de wijziging der oorlogs begrooting veel tijd in beslag zoude nemen, en dan voor behandeling van de Bakkerswet geen gelegenheid meer zou bestaan vóór Kerstmis, de den een poging de Bakkerswet te doen voorgaan. Het voorstel van den voorzitter werd evenwel aangenomen. De heer Eland diende een voorstel in, het afdeelingsonderzoek van het ontwerp betreffende de kustverdediging uit te stellen, ten einde eerst aan de regeering zal kunnen worden gevraagd, of zij bezwaar heeft tegen openbaarmaking van bet rapport van de commissie voor desamenwer king van zee- en landmacht. Dit voorstel ontmoet bedenking bij den heer Duymaer van Twist, die bezwaar heeft tegen deze afwijking van de vastgestelde orde van werkzaamheden, doch ondervindt steun van de heeren Thomson en Troelstra, die voor dit formeele bezwaar van den heer Van Twist niet voelen. De discussie loopt eenigs- zins warm. De heer Van Idsinga is wel geneigd, het afdeelingsonderzoek uit te stellen, doch maakt bezwaar, aan de regeering openbaarmaking van het boveugenoemde rapport te verzoeken. Nadat de voorzitter heeft medegedeeld, aan de regeering te willen vragen, hoe deze over open baarmaking van het rapport denkt, wordt beslo ten, de stemming over het voorstel-Eland aan te houden tot een der volgende dagen. De vergadering wordt gesloten. De Koningin-Moeder te Weenen. H. M. de Koningin-Moeder is gisterochtend 8 uur te Weenen aangekomen. H. M. logeert aldaar in het hotel Krantz. 'De Keizer van Oostenrijk-Hongarije heeft Haar gisteifmiOirgen een bezoek gebracht. 1 [Reuter seint dd. 11 dezeT ï)e Koningin-Moeder heelt gistermiddag in den Keizerlijken grafkelder in de Capucijner-kerk, op den sarcophaag van de Keizerin, een prachtig bloemstuk neergelegd. [Daarna heeft Koningin Emma een groeten rij1- toer door de stad gemaakt. Kamerverkiezing Rotterdam V. In de gisterenavond gehouden huishoudelijke vergadering der Vrijz. Democratische Kiesvereni ging zijn voor het lidmaatschap van de Tweede Kamer in district V voorloopig candidaat gesteld de heeren mr. C. Th. van Deventer, mr. dr. H.' J. Tasman en KI. de Vries Sr. Donderdagavond wordt de candidaat aangewezen. Kamer ver kiezing Eindhoven. [Bij de gisteren gehouden verkiezing voor een lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal in het kiesdistrict Eindhoven zijn candidaat gesteld de heeren mr. J. van Best, te Eindhoven en H. Spiekman, te Rotterdam. Weerbericht. Telegrafisch bericht naar waarnemingen, verricht in den morgen van 12 October 1910, medegedeeld door het Kon. Ned. Met. Instituut te de Bildt. Hoogste barometerstand 768.2 te Riga. Laagste barometerstand 750.4 te Bodo. Verwachting tot den volgenden dagmatige, tot krachtigen, later afnemende Noord-westelijke wind, zwaarbewolkt, aanvankelijk nog regenbuien, zelfde temperatuur. Katholiek Leven. Gister-avond hield de vereeniging «Katholiek Leven" in het Bondsgebouw alhier een groote openbare vergadering, waarin als spreker optrad de heer Karei Beyaert, uit Brugge. De vergadering, die zeer druk bezocht was, werd met den christelijken groet geopend door den voorzitter, den heer J. Putters. De voorzitter heette de aanwezigen har telijk welkom, inzonderheid den burgemeester, die de vereeniging zoo sympathiek gezind is, en haar gaarne zal blijven steunen, voorts de eerw. heeren geestelijken en den broeder van den spreker, een oud-missionaris. De heer Karei Beyaert, alsnu het woord bekomend, maakte eerst zijn verontschuldiging, dat hij het Nederlandsch niet kon en dus zijne toehoorders in het Vlaamsch moest toespreken. Maar dat was geen bezwaar, zei hij, t is de zelfde taal van Jacob van Maerlant. van Gezelle, van Hugo van Verriest en van zoovele voorname mannen, die gansch Vlaanderen en Nederland verrukt heeft. Het is niet alleen de Viaamsche taal, doch ook de taal des harte, waarin tot U gesproken zal worden, aldus spr. Dezelfde taal en tongval, die te Montreal gesproken werd bij gelegenheid van het Eucharistisch congres, toen 500.000 katholieken van allerlei nationaliteit daar bijeenkwamen en zij allen met «amen' antwoordden, toen kardinaal Vanutelli de woorden «Geloofd zij Jezus Christus" had uitgesproken. Dan ging spreker uiteenzetten aan welke heftige aanvallen de Katholieke kerk bloot staat van de zijde der Vrijmetselarij, die aan den katholieken werkman het geloof wil ontrukken. Het is dan ook onzen plicht om den katholieken werkman zooveel mogelijk te verheffen en te steunen. Christus was zelf een werkman en zijn Moeder en Voedstervader waren menschen uit de arbeidende klasse. Uitvoerig ging spr. na het leven van den God- delijken Zaligmaker en Zijne Apostelen, die even eens arme werklieden waren en toonde daarbij aan, dat het een eer is werkman te zijn. De Vrijmetselarij, de vader, de opleider van het socialisme, vindt alle wapenen goed om den god dienst te bestrijden. Het socialisme gebruikt zij in dien strijd en dwingt het samen te spannen tegen de katholieken, waarbij niet ontzien wordt den koningstroon omver te werpen en de bescha ving en de maatschappelijke orde te verstoren. Voor de katholieken behoeft echter geen vreeze te bestaan, want Christus zelf heeft het gezegd «Ik zal met U zijn tot het einde der wereld." Noch een Domela Nieuwenhuis, noch een Troelstra, noch een ex-pater Ooelestinus zullen, evenmin als Bismarck en Napoleon, iets tegen de Katholieke Kerk kunnen uitrichten. Na eeuwen van strijd en rampspoeden staat de Kerk nog even sterk als voorheen. Keizer Diocletianus liet in een triomfboog zetten, dat de naam van Chris tus van de wereld was verdwenen, doch niet lang daarna zorgde Constantinus de Groote voor een luisterrijk tijdperk der Kerk, waarin hij niet slechts de Kerk verheerlijkte, maar ook vergrootte. De heer Beyaert beschreef alsnu de moeilijke dagen, die de Kerk heeft doorgemaakt toen Pius VII te Fontainebleau gevangen was en door Na poleon vernederd werd. Voorts zette spr. uiteen hoeveel goeds de katho lieken van hunne Pausen steeds hebben mogen ontvangen en wat dezen voor den katholieken werkman hebben gedaan. Hij wees er op, dat in verschillende encyclieken, door de socialisten zoo deerlijk door het slijk gehaald, werd gewezen op den plicht der katholieken om den werkman een voldoende dagloon te geven en hem niet als koopwaar te behandelen. Dan stelden de encyclieken in 't licht de noodzakelijkheid van het uitbetalen der dagloonen in klinkende munt, afschaffing der verplichte winkelneering, van het nachtwerk en van den arbeid op Zondag, zoomede van den arbeid van kinderen en gehuwde vrouwen in fabrieken. Ook moet er gezorgd worden voor verzekering tegen ongevallen en de invoering van arbeiderspensioen. Hierna wees spr. op de noodlottige gevolgen, die de werkstakingen na zich sleepen. Met ver schillende cijfers toonde hij aan hoe treurig de afloop der werkstaking in Engeland in de katoen industrie is geweest, waarbij de werklieden niets bereikt hebben en slechts groot financieel nadeel leden. De socialistische volksleiders, die vet betaald worden, slaan uit de werkstakingen voordeel voor hun zelf. Het volk kunnen ze mooi opruien, zooals onlangs nog te Luik, toen een socialistisch leider zeide«wij zullen het zuiver algemeen stemrecht eischen en desnoods het koningshuis over de grenzen werpen, bij welken strijd wij onzen laatstendruppel bloed zullen geven". Maar als het er op aan komt, zijn de leiders niet in de eerste ge lederen te vinden. In 1902 had de bekende so cialistische leider v d. Velden, toen hij in Brus sel bij de straatbetoogingen had moeten zijn, zich eenvoudig ziek gehouden. De katholieke werkman mag inderdaad dank baar zijn voor hetgeen voor hem is gedaan en tot stand gebracht. Spr. noemde in dit verband hetgeen kardinaal Manning, kardinaal Gibbons en zoovele bisschoppen en priesters voor de katholieke arbeiders deden. En nog steeds werken de pries ters voort aan de verheffing der arbeidende klasse. Ziet naar de Katholieke scholen, congregaties, pa tronaten, godshuizen, weeshuizen, naar het werk der broeders en zusters, naar de St. Vincentius- Vereeniging. Werpt een enkelen blik in den Pius- almanak en gij zult verbaasd staan over hetgeen de Katholieke Kerk in onze dagen verricht. Uitvoerig schetste de heer Beyaert welke voor name katholieke geleerden, uit de arbeidende klasse voortgesproten, een sieraad der Katholieke Kerk zijn geweest, o a. verschillende Belgische bisschoppen, bovendien een aantal Pausen, onder wie Adrianus VI. 'Na oog te 'hebben uitgeweid over de vervolging der Katholieken in Portugal en Frankrijk, zeide spr., dat het aan de Vrijmetselarij niet zal geluk ken den katholieken godsdienst ten onder te brengen. De Kerk heeft onder de vier laatste Pausen1 de roemrijkste dagten beleefd, die ze ooit heeft meegemaakt. Hij wijst er op wat onder de regteering van Gregorius XVI is tot stand gekomen, op hetgeen door Pius IX, den Paus der Onbevlekte Ontvangenis is verricht, op het geen onder (het bestuur van Leo XIII, den Paus van dein H. Rozenkrans, is geschied en op de roemrijke regeering van den tegenwoordig en Paus, Pius X, »a!f ©en kind van een werkman. Nog nimmer is e©n schooner daad verricht dan de instelling der dagelijksche H. Communie en nu Weer door de vervroeging van den leeftijd waarop de kinderen tot de H. Tafel worden toe gelaten. Dit alles geschiedt onder het bestuur van Pius X, omringd door zulk een voortreffelijk college van kardinalen, ais nog nooit het geval ï's geweest. De heer Beyaert ging nu eenigte vergelijkingen maken ten opzichte van den 'toestand der katho lieke kerk van thans en voorheen. De geschie denis der 15e en 16e eeuw, die meenige bloedige bladzijde omvat, zat spreker laten rusten en zich er toe bepalen den toestand in de 18e en 19e eeuw te bespreken. i Hij beschreef dain de toestanden in onderschei dene Landen, oim die daarna vervolgens te verge lijken met den huldigen tijd. De tegenstanders durven beweren, dat de katholieke kerk teniet giaat. Daarvoor bestaat geen vreeze. Het aantal dagelijksche H. Communiën neemt in geheel Bel gië gestadig toe. In Amerika bloeit de katholieke kerk, onder het bestuur van 10 bisschoppen, in Canada klimt jaar op jaar bet getal' katholieken, Waar jaarlijks in genoemd land 48 op 1003 katbo- tieken tegenover 20 op 1000 protestanten kin deren geboren worden. Ook in Engeland is ge stadige aanwas der katholieken, terwijl' in Zwe den, Noorwegen en Denemarken mede de katho lieke bevolking toeneemt en meer en meer in vloed krijgt. Tenslotte vergeleek spr. den tegenWoordigen toestand in Holland bij vroeger. In 1800 waren in ons land 350.000 katholieken mtet 400 pries ters, nu 3500 priesters en ongeveer 2 millioten katholieken. 'Te Amsterdam waren er slechts en kele kerken, nu 23 prachtige kerkgebouwen en 145.000 katholieken. In bet tegenwoordig mini sterie hebben 3 katholieke ministers zitting, en Schiedam heeft een katholieken burgemeester, (applaus). i .Vervolgens wees spr. op de gunstige verhou ding van het getal katholieke geboorten in ons land, tegenover dat der protestanten. Een pro- testaintsch blad, de „Beukelaar", vestigde daarop onlangs ook de aandacht. Na een en ander te hebben medegedeeld over den vooruitgang van Belgi© onder de katholieke ministeries en over eten onderwijss trijd daar te lan de, bracht spreker een woord van hulde aih de katholieken en protestanten van Nederland vook hetgeen zij gedaan hebben voor het bij zonder onderwijs. Een woord van lof bracht, spr. aan H. M. de Koningin, die Ha,ar Land zoo zeer belmint en riep met allien: Leve de Koningin, Prinses Juliaiia en Prins Hendrik en uitte den Wemsch, dat er Weldra, een nieuwen prins Willem zal geboren worden. |De verandering in de bonding van verschillende monarchen tegenover den Paus besprak spr. voorts, daarbij vooral den nadruk leggende op de groiote sympathie door keizer Wilhelm jegens Leo XIII betoond. De Duitsche keizer bad Leo XIII genoemd een paus, die geheel op de hoogte van zijn tijd stond'. JBij het gouden priesterfeest van Pius X kwa men vertegenwoordigers van vele groote landen den H. Viader gelukwens chen aanbieden. (Met groot enthusiasm© stond de beer Beyaert stil bij1 dien vooruitgang van het katholicisme iin onze dagen, waarin de strijd nog steeds voort duurt tegen de Kerk en hare dienaren. Maar de zegepraal zal) aan de Katholieke Kerk zijn,. Spr. eindigjde zijn schoon© redevoering, die herhaal delijk met luid applaus Werd onderbroken, met dez© woorden.„Christus was gister onze Mees ter, is heden onze Meester en Christus zal zijn in de eeuwien der eeuwen". 'Do voorzitter bracht den heer Beyaert een Wotoird vain dank voor diens rede. Hulde werd dtotolr votorz. gebracht aan België en VJahnderen- Larid, waarmede de aanwezigen met een luid ap plaus instemden. Spr. sprak den Wensch uit, htet niet de Laatste maal zou zijn, 'dat de heer Beyaert te Schiedam het woord had gevoerd. [Het program voor de uitvoering door bet Stedelijk Muziekkorps Donderdagavond 8 ure >op de Groote Markt te geven, luidt ate viodgt4 .1. Unter den Doppel Adler marsch, J. F. Wag1- niar. 2. Ouverture Martha, F. vota Fltetea. 3. Meine Komigin Walzer, Ch. Coote. 4. Fan- taisie La Dame Blanche, Bouildieu. 5. Frühlings Erwachen Romance, Em. Bach. 6. Marsch. [Men wordt vriendelijk verzocht gedurende de uitvoering niet te wandelen en de grootst moge lijke stilte in acht te riemen. AGENDA TAN VERGADERINGEN ENZ. Schiedam. Woensdag 12 Oct. 8 u. Bondsgebouw Vergade ring «Hanze". Vergadering van den Raad der gemeente Schiedam op Dinsdag 11 October 1910, des namiddags 2 uur. (Slot). Mededeeling in zakede uitwerking van de verhooging der School gelden aan de Hoogere Bur gerschool en het Gymna sium. In antwoord op de betrokken vraag door den heer De Groot in een vorige vergadering gedaan, deelde de voorzitter aan het slot der zitting nog mede, dat door de wijziging der verordeningen op de schoolgeldheffing voor de Hoogere Burgerschool en het Gymnasium het volgende te constateeren valt: Aan den nieuwen cursus voor de Hoogere Bur gerschool 19101911 nemen deel 186 leerlingen tegen 192 bij liet begin van den cursus in het vorig jaar; dat is dus 6 minder. Die 186 leerlin gen waren over de verschillende klassen begin nende met de eerste, als volgt verdeeld35, 39, 42, 40, 30. Voor de eerste klasse werden dit jaar aange geven 30 leerlingen tegen 47 in het vorig jaar voor de hoogste klasse zijn die cijfers 5 en 10. Met genoegen heeft vooiz dezer dagen aan het ministerie van Binnenlandsche zaken vernomen, dat de wettelijke regeling in zake de scholen voor Middelbaar onderwijs ïeeds ver gevorderd is: Het betrokken wetsontwerp is reeds bij den Raad van State ingekomen. Aan den cursus voor het Gymnasium 1909,10 namen 47 leerlingen deel en aan den nieuwen cursus 1910,11 42, dus 5 minder, maar terwijl er verleden jaar hij het begin van den cursus 47 leerlingen waren, was dit aantal ten slotte zóo verminderd, dat het aantal leerlingen aan het eind van den ouden en liet begin van den nieu wen cursus vrij wel overeenstemt. Het aantal leerlingen was als volgt over de verschillende klasse verdeeld 6, 13, 9, 4, 4, 6. Niets meer aan de orde zijnde, sluit de voor zitter de openbare vergadering om daarna nog in besloten zitting aan de leden eene mededeeling te doen. Discussie. Bij het voorstel tot benoeming van de Gasth uisregenten. werd de volgende discussie gevoerd. De heer mr. von Briel Sasse stelt, al vorens tot de benoeming over te gaan, voor in de vacature 1 te benoemen voor 4, in de vaca ture 2 voor 6 en in de vacature 3 voor 8 jaren. Nadere toelichting van dit voorstel acht hij niet noodig. Het voorstel blijkt voldoende ondersteund. De heer Wittkampf vraagt of er niet een stichtingsbrief bestaat, uit wier inhoud bewaar blijkt tegen de tijdelijke benoeming van regenten. De Voorzitter zegt, dat voor zoover hem bekend, een dergelijke brief niet is gevonden. De wethouder, de heer Van Westendorpi verklaart, dat tot op dit oogenblik een stichtings brief niet is gevonden. Op grond van het voorstel- mr. von Briel Sasse zal de Raad moeten kiezen- De leden weten nu op welk standpunt de regen ten staande periodieke aftreding is tegen het reglement en dus niet geoorloofd. Ter zake van het reglement van het Oude Manhuis heeft in dertijd eene commissie uit den Raad overleg ge pleegd met de bestuurders van het betrokken fonds of er bezwaar zou bestaan tegen periodieke benoemingdie referentie heeft men niet in acht genomen tegenover regenten van het Gasthuis en dat heeft bedoelden regenten onaangenaam getrof fen. Buiten regenten om wil de Raad nieuwe re genten benoemen voor een zeker aantal jaren dat gaat buiten zijne competentie. De heer De Groot merkt op, dat in de be trokken verordening niet voorzien is voor hoe lang de regenten benoemd worden, dus worden zij be noemd voor onbepaalden tijd. Wil men het onre gelmatig voorstel veranderen in een regelmatig voorstel door overleg met regenten te plegen, dan kan men dat doen anders acht hij de voorgestelde handeling onwettig. De Voorzitter betoogt, dat er geen be paalden tijd voor de benoeming is aangegeven- Hij wijst er op, dat de Raad ook in 4898 beslo ten heeft, regenten voor het Oude Manhuis niet meer ad vitam, maar tijdelijk te benoemen. Zoo kan de Raad ook in dezen handelen en mogelijk zullen regenten dat aannemen. In ieder geval waar het stelsel van tijdelijke benoemingen reeds is toegepast, zal hiermee geen stap achteruit wor den gezet. De heer De Groot houdt vol, dat deze zaak in overleg met regenten moet worden geregeld, niet door den Raad alleen, deze zaak moet niet geforceerd, maar lang den wettelijken weg worden geregeld. Spr. heeft tegen de voor gestelde wijze van handelen ernstig bezwaar e» acht die niet in den vorm. De wethouder, de heer Van Westendorp> zegt nader, dat art. 17 van het reglement van het Gasthuis, den 13n Maart 1856 vastgesteld( bepaalt, dat regenten ten allen tijde wijzigingen of veranderingen in het reglement aan den Raad kunnen voordragen. Waar dus het overleg met regenten voorop is gesteld, ziet spr. niet in, dat hier een andere weg moet bewandeld worden dan met administrateuren van het Fabrifonds is gevolgd. Hij vindt, de wijze van doen yan den Raad voor regenten werkelijk onaangenaam. In het reglement zijn wel enkele veranderingen te maken maar dan moet daaromtrent overleg rnet regenten gepleegd jvorden. De heer W i 11 k a m p toont aan, dat de Raad tot dat overleg bereidwillig was, maar wijst op de verklaring van wege regenten gegeven, dat hunnerzijds geen voorstel in die richting te wachten wasmoesten we dus daarop wachtern dan konden we wel tot in eeuwigheid wachten Regenten zijn uitgenoodigd hun meening kenbaar te maken en dan binnen zekeren tijd candidaten voor de bestaande vacature voor te dragen. Ma»1' dat is eenvoudig genegeerd 't is niet gebeurd van den onwil van regenten is dus voldoende gebleken daarom moet de Raad doen, waartoe regenten onwillig blijken te zijn. De heer Van Westendorp komt op tegen de aantijging van onwil der regenten. HU betoogt, dat ze niets konden doen in strijd n)e' het reglement en men hen niet kan dwingen 111 een zaak waarin zij niet gedwongen kunne" worden. Spr. gewaagt van de koninklijk beslissing en zegt dat deze wijze van handelen regenten tegel1 de borst stuit en zij die grievend achten. Weth. zeg' ook nog, dat van de tijdelijke benoeming sprak0 had moeten zijn, toen de heeren Den Breems en Beukers ontslag namen, niet toen eenmaal deaanb0( veling er was. Hij spreekt hier overigens slechts voo' zich-zelvenwel is hem voor de voeten geworp0Ili dat hij alleen «regenten" was, maar dat is maar gek heid hij weet wel dat hij hier niet alleen he0*t te getuigen. De heer Evers zegt, dat nu twee juristen in dezen Raad blijkbaar wel overtuigd zijn van d0 wettelijkheid van het voorstel der tijdelijke be noeming, zijn geweten gerust is en hij zich daarofi zal neerleggen. De Voorzitter vraagt of het voorstel to periodieke benoeming wordt gehandhaafd. De heer mr. von Briel Sasse zegt,dat hij handhaaft.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1910 | | pagina 2