Abonneert U
IIÉ
Rechtzaken.
Kerknieuws.
mobiel overreden. Hij werd naar bet gemeente-
'L bui overgebracht, waar hij' aan de gevol
gen is overleden. De bestuurder van de auto is
onbekend gebleven.
Te Wageningen sprong Maandagavond de
17-jarige C. M. van ide Oosterstoomtram toen
deze nog in beweging was. Hij viel zoo hevig
op den straatweg, jtlat hij bewusteloos bleef lig
gen. Bij onderzoek bleek hij schedelbreuk te heb
ben bekomen. In hoogst ernstigen toestand werd
hij 'per brancard overgebracht naar liet ziekenhuis
te Bennekom. Hij is aldaar overleden.
Goud. Een vakman schrijft aan de „Kölni-
sche Zeitung", dat de goudwinning in de Eifel
op liet oogenblik flink wordt ^aangepakt. Twee
ondernemingen hebben op de beste goudvelden
beslag gelegd en laten daar op het oogenblik
boren en verdere onderzoekingen doen, die zeer
gunstig uitvallen. Bij Iveldingon heeft men al
14 M. diep door goudhoudend gesteente geboord,
zonder nog aan het eindpunt van de laag ge
komen te zijn. De algemeene opvatting is, dat
de ontginning van de goudvelden in Eifel
zeer winstgevend zal blijken. De streek ten Z.
van Malmedy zal, naar men voorspelt, het mid
delpunt 'van een groote mijnnïjverheid worden.
Voor de arme bevolking van de Eifel zou het
een uitkomst kunnen worden.
Het Panamakanaal, zal volgeus een offi-
cieele 'mededeeling van kolonel Goethals, den lei
der van den aanleg, gereed zijn op 1 December
1913. Tie officieele opening zal echter eerst plaats
hebben op 1 Januari 1915. Gedurende 1914 zul
len schepen dus wel van Tiet kanaal kunnen
gebruik maken, maar op eigen risico.
De eerste socialistische burgej
meester in de Unie, burgemeester Seidel
van Milwaukee, heeft Zaterdag een bal gegeven,
waaraan 2000 personen uit alle standen deel
namen. De meest elegante dames uit de groote
wereld in schitterende toiletten dansten met omni
busconducteurs en de heeren van de upper-ten
namen vrouwen uit het volk tot dame. Burge
meester Seidel opende het bal met een der voor
naamste dames van de stad, en het feest slaagde
uitnemend, 'dank zij deze verbroedering der stan
den.
In een klein beestenspel in het Noor
den van Berlijn heeft zich Zondag een verwoed
gevecht tusschen een dierentemmer en een
leeuwin afgespeeld. De temmer Karl Maier, een
vermetel en sterk man, had al herhaaldelijk de
leeuwin onnoodig gesard. Zaterdag had zij hem
dan ook reeds met haren klauw een lichten slag
in het gezicht gegeven. De leeuwin, een prachtig
dier, is vijf jaar "geleden in Duitschland geboren
en met de flesch opgebracht. Zondag scheen zij
hare gewone kalmte herkregen te hebben. Maar
nauwelijks was Maier 's avonds de kooi binnen
gekomen, of het dier blies opgewonden naar hem
en van zelf ontstond er een worsteling tusschen
beiden. Maier bleef, dank zij zijne Herculische
kracht en zijne groote handigheid, overwinnaar,
maar liet zich door het verdwaasde handgeklap
van het publiek verleiden, den strijd onnoodig
te rekken. Eindelijk liet hij de leeuwin los, ging
voor 'haar staan en maakte eenige malen een
buiging voor het publiek. Het nog altijd grom
mende beest scheen op het oogenblik gewacht te
hebben, dat Maier's aandacht afgeleid was. De
leeuwin sprong plotseling op hem af, sloeg hare
klauwen in zijn nek en haalde er een groot
stuk vleesch uit. Een dikke straal bloed spoot
tot dan den wand van de kooi. En een oogenblik
later had de leeuwin den hals van den gevallen
temmer in haren muil. Eenige helpers van den
temmer sprongen dadelijk met ijzeren staven toe,
terwijl anderen met een breekijzer haren muil
openbraken. Men kon Maier, die uit tal van won
den bloedde, uit de kooi trekken, waarna een
dokter van een verbandpost hem hielp. In bijna
hopeloozen toestand is de man ten slotte naar
een ziekenhuis gebracht.
Wild, ratten en besmettel ij ke
ziekten. Verschillende berichten in de Neder-
landsche pers gewagen van een zonderlinge en
tot dusverre onverklaarde sterfte en ziekte onder
de hazen en konijnen, o.a. in de Haarlemmer
meer- en in de IJpolders. Elders in ons land,
waar hetzelfde verschijnsel werd waargenomen,
werd de epidemie aangeduid als tuberculose,^al
thans als een uitteerende ziekte Van verschil
lende zijden werd tegen het gebruik van aange
taste, vermagerde dieren gewaarschuwd.
Het is misschien een toeval, dat tegelijkertijd uit
Engeland soortgelijke berichten komen. Daarin wordt
desgelijks melding gemaakt van het vinden van veel
doode hazen en konijnen, maar in verband met
een zeer ernstig verschijnsel, nl. het voorkomen
van aan pest lijdende ratten in vijf districten aan
de Oostkust van Engeland. Men beschouwt die
dieren daar niet alleen als de oorzaken van pest-
verschijnselen en sterfte onder het wild, maar
schrijft aan hen ook toe de enkele pestgevallen
bij menschen, die zich in Suffolk hebben voorge
daan. De rat staat men weet het sinds
lang bekend als de verspreider van besmettelijke
ziekten (waaronder ook de pestj zoowel onder
menschen als dieren
Wij veronderstelden hiervan de mogelijkheid,
dat de gelijktijdigheid van de waargenomen ziekte
verschijnselen in Engeland en hier te lande een
toevalligheid is. Maar zonder onnoodige onge
rustheid te willen veroorzaken, gelooven wij toch
de vraag te mogen stellen of het niet raadzaam
zoude zijn, het verschijnsel goed in het oog te
houden. Niet alleen de gelijktijdigheid, maar ook
de overeenstemmiug (tot op zekere hoogte) van
hetgeen ginds en hier plaats heeft, noopt daartoe.
Verder is het toch stellig wel opvallend, dat in
Engeland ,het verschijnsel zich voordoet in vijf
der naar onze zijde gekeerde kustdistricten, ter
wijl het in Nederland geconstateerd wordt o.a.
in de dicht bij de zee gelegen IJ- en Haarlem
mermeerpolders. Men denkt er hier onwillekeurig
aan, dat ratten veel met schepen worden overge-
gebracht, zoodat het volstrekt niet onwaarschijn
lijk zou wezen, dat de ratten hier en in de En-
gelschen kustdistricten van denzelfden oorsprong
zouden zijn en zoowel lijders aan als verspreiders
van dezelfde ziekte zouden kunnen wezen.
Het iigt volstrekt niet in onze bedoeling, noo-
deloos ongerustheid te weeg te brengen en wij
vinden ook in de tot dusver bekende gegevens
nog volstrekt niets alarmeerends. Maar het schijnt
ons toch geenszins overbodig de aandacht te ves
tigen op de omvangrijke en doortastende maat
regelen, die in Engeland tegen het daar dreigende
gevaar worden genomen. Dat daar pestgevallen
zijn voorgekomen', maakt hat geval natuurlijk
veel erger. Doch wanneer men vóór dien tijd reeds
maatregelen van voorzorg en afweer had genomen,
zou het mogelijk niet zoo ver gekomen zijn.
Wij meenen dan ook, dat het mogelijke verband
tusschen het een en het ander en misschien reeds
het verschijnsel op zichzelf, reden geeft om de
aandacht van het Staatstoezicht op de Volksge
zondheid op deze zaak te vestigen.
Voor berichten aangaande de bedoelde ziekte
verschijnselen houden wij ons aanbevolen. (Vad.)
Turf ter vervanging van steenkool.
Men schrijft uit Stockholm
Sedert jaren, ja zelfs sedert tientallen van
jaren is men bij ons bezig aan de oplossing van
het probleem, hoe uit turf een brandstof te
verkrijgen, die het tegen steenkool niet aflegt
en... goedkooper is.
Nu weet men, dat Zweden slechts een gering
aantal steenkolenmijnen rijk is maar vol turf zit
en het spreekt dus well van zelf, dat er alle
mogelijke moeite gedaan is om daaruit een ge
schikte brandstof samen te stellen. Er behoefde
dan geen steenkool te worden ingevoerd en het
land zou in geval van oorlog ook geen gevaar
loopen van materiaal voor de verbranding versta
ken te worden.
Technisch was het vraagstuk al sinds eenigen
tijd opgelost, in economischen zin was echter
nog geen oplossing gevonden. Thans wordt ge-
meend dat men er ook is, wat de productie
kosten betreft.
Ter gelegenheid van de vergadering door de
vereeniging voor veencultuur in het voorjaar te
Jötiköping gehouden, deed de Rijksingenieur Wall-
gren zeer belangrijke mededeelingen over de me
thode van luitenant Ekelund. Iiij zeide: „Door
invoering van de methode-Ekelund zoowel ter
bereiding van turf als ter fabricage van turf-
poeder is dunkt mij' niet alleen een ver
betering te verkrijgen van de bestaande werk
wijze wat de goedkoopte der produktie van groote
hoeveelheden door de lucht gedroogde turf be
treft, die gemiddeld 40 proc. water bevat, maar
ook wat de bereiding aangaat van turfpoeder
met niet meer dan 15 proc. water. En daar nu
turfpoeder een uitstekende warmte geeft ter ver
hitting van stoomketels en de productie-kosten
zeer laag zijn zal naar mijne meening de steen
kool het afleggen tegen de bij1 ons inheemsche
brandstof zoodra de bereiding van turfpoeder veld
wint en er installaties komen om van dit pro
duct partij te trekken.
„Wij staan hier niet langer voor een zaak
die slechts in theorie mogelijk is, maar voor;
resultaten, waaruit practisch is gebleken, dat
het mogelijk is uit turf een brandstof te ver
vaardigen, die voor verhitting van stoomketels
evengoed kan dienen en goedkooper is dan steen
kool".
Bestrijding der malaria in Italië,
De staatswet geeft aan alle arbeiders, die aan
malaria-besmetting blootstaan, het recht op koste-
looze verstrekking van chinine-tabletten als voor
behoed of geneesmiddel. Ook zij, die malaria
streken verlaten, mogen nog voor tenminste zeven
dagen chinine meenemen. De gemeenten moeten
de noodige hoeveelheden aanschaffen en verkoopen
die dan weder aan de werkgevers. Verzuim van
hunnentwege wordt met 1000 Lire boete gestraft,
en bij sterfgeval met hoogen schadevergoedings
plicht. In 1901 zijn nog 13358 sterfgevallen aan
malaria voorgekomenin 1904 werd voor 183,000
Lire aan chinine verkocht en was het aantal
sterfgevallen tot 8501 gedaaldin 1908 bedroeg
de verkoop 170,000 L., de sterfte 3463. Bij de
marine en het leger is het aantal gevallen van
malaria ook sterk afgenomen.
Ook op ander prophylactisch gebied maakt da
Italiaansche reeeering 'zich verdienstelijk n. 1. door
een internationale prijsvraag van 10.000 L. voor
een werk over de voorkoming van miltvuur in de
bedrijven. De antwoorden, in het Italiaansch of
Fransch, vóór 1 December 1911 bij het landbouw-
miuisterie in te zenden.
De maeee naten van onzen tijd.
In een artikel in de «Frankfurter Zeitung" over
zelfstandige wetenschappelijke instellingen zegt de
biblothecaris prof. Paalzow, dat de mannen en
vrouwen, die door vorstelijke giften de weten
schappen bevorderen, uitsluitend tot den handel
en de nijverheid behooren, doch dat de hooge
adel en de groote grond- en mijnbezitters zich
geheel en al onbetuigd laten.
In ons land kan men vrijwel zeggen, dat zulk
een onderscheid tusschen de verschillende klassen
van bezitters niet bestaatwat men een vorste
lijke gift noemt, komt slechts eens in de zooveel
jaren voor, en aan de wetenschap komt die dan
nog uiterst zelden ten goede. Men vergelijke
daarmede één weekbericht uit de Deutsche med.
Wochenschr., waarin 900,000 Mk. aan 8 buiten
gewone giften op geneeskundig of hygiënsich
gebied worden vermeld. Ook heeft de Keizer
weder 5000 Mk. geschonken ter bevordering der
artsencursussen. En nu eerst Engeland en Ame
rika! Eén gift van f480,000 voor een instelling
voor geneeskundige onderzoekingen één, voor een
zelfde doel van f '2,400,000 één van f 60,000 voor
de universiteit te Liverpool7 van te zamen
f 1,700,000 voor ziekenhuizen te Londen. En 1
millioen roebel voor de universiteit en de zieken
huizen te Moscou. Op deze wijze loopen de hoo-
gescholen geen gevaar, haar beste krachten aan
andere landen te moeten afstaan. (T. v. G.)
De Arrondissements-Rechtbank te Rotterdam
veroordeelde gister:
W. F. H„ 48 jaar, verzekeringsagent en col
porteur te Vlaardingen, wegens smaadschrift, tot
f 25.— boete subs. 25 dagen hechtenis.
G. A. P., 19 jaar, los-werkman te Schiedam,
wegens diefstal van een kip, tot f10.boete
subs. 10 dagen hechtenis.
A. v. Z., 25 jaar, modelmaker te Overschie,
wegens mishandeling, tot f 10.boete, subs. 10
dagen hechtenis.
G. S. R., .20 jaar, en L. R„ L8 jaar," beiden
werkman te Overschie, wegens mishandeling,
ieder tot f5.boete subs. 5 dagen hechtenis.
M. J. v. B., 42 jaar, werkster te Rotterdam,
wegens diefstal van een paar kinderschoentjes
en een portemonnaie te Vlaardingen, tot een week
gevangenisstraf.
Voor de Rotterdamsche rechtbank hadden zich
gister voorts ter zake van diefstal te verantwoor
den W. F. G., 17 jaar, en H. J. M. 20 jaar,
beiden brandersknecht te Schiedam. Ze bekenden
op 16 Augustus uit een branderij aan de Noord-
vest aldaar een flesch jenever en drie glaasjes
te hebben weggenomen. Ze waren daartoe eerst
over een drie meter hoogen muur geklommen,
doch kwamen toen voor een gesloten deur te
staan. De eerste klom daarop over een tweeden
muur, opende die deur aan den binnenkant, waar
na de tweede door een gat in de branderij kroop
en de deur er van opende, alzoo den eerste
den toegang verschaffende. In een kast vonden
ze de flesch, die ze vulden met jenever uit een
daarbij staand weegglas. „Uit 'n aardigheidje,"
schreven ze nog op een deur met krijt: „Wij
zijnne groote boeven, borst maar, stik, klap,"
waarna ze zich naar buiten spoedden, na eerst
de hoofddeur te hebben geopend. Met drie mak
kers, die tijdens dezen diefstal op den uitkijk ston
den, 'togen ze naar den Vlaardingerdijk, waar ze
het 'gestolene gezamenlijk opdronken. De flesch
wierpen 'ze weg.
De meesterknecht van de branderij van de
Zeeuw, 'getuige Thijssen, vond in den morgen
van 17 Augustus alle door hem den vorigen
avond 'gesloten deuren openstaan. Hij vermiste
slechts Ge flesch, inhoudende plus minus een
liter 'jenever, benevens de glaasjes. De drank
had de waarde van eenige centen.
Geëischt werd tegen den eersten beklaagde ter
beschikking-stelling Van de regeering, tegen den
tweeden ëen maand gevangenisstraf.
De 'verdediger van den eerste, mr. E. S. Hol
lander, achtte het ook voor het meest gewenscht,
dat deze beklaagde aan de regeering werd toe
vertrouwd. 'Zijn ouders hebben een groot gezin
en 'zijn daardoor niet in staat hem naar behooren
op te voeden.
De drie jongens, die volgens de vorige be
klaagden, op den uitkijk hebben gestaan, terwijl
zij binnengingen, en voorts van het gestolene
hadden medegedronken, bekenden dit. Ze kre
gen elk ongeveer één borreltje.
De ouders van den eersten beklaagde, S. S.,
17 jaar, en van den derden, M. J. E., eveneens
17 jaar, (een broer van den tweeden beklaagde
uit de vorige zaak) achtten zich zeer goed in
staat, hun kinderen verder op te voeden en
vonden opzending naar een Rijksopvoedingsge
sticht niet noodig.
Het O. M., waargenomen door mr. W. P. R.
Bouman, wilde het nog eens met de jongens
probeeren en nog geen ter-beschikking-stelling re-
quireeren.
Tegen efk avn deze beide beklaagden werd ter
zake van heling f 10.boete, subsidair een
maand tuchtschoolstraf geëischt en tegen den
tweeden, J. den H., 22 jaar, steller te Schiedam,
een gevangenisstraf van een maand.
Mr. E. S. Hollander, optredend voor de beide
minderjarigen, betoogde, dat in deze vrijspraak
zou moeten volgen. Uit de tevoren gemaakte
afspraak toch volgt, dat beklaagden zich he
ben schuldig gemaakt aan medeplichtigheid aarj
diefstal, niet aan heling, zooals ten laste gc'e°'
was. Pleiter beriep zich ten deze op een *'irre
van den H. R. van 25 Maart 1901, W.
en op dat van het gerechtshof te Arnhem v'111
17 'Januari 1899, W. 7267. Voor het geval be
klaagden schuldig mochten worden verklaard, 11
fereerde pleiter zich aan 's rechters oordeel-
Met gesloten deuren werden vervolgens beh»n
dcld de zaken tegen:
A. J. O. en Wi. F. G., beklaagd van diefstal'
in welke verdedigers waren mrs. C. C. Dut»
en E. S. Hollander;
C. J. de L., beklaagd van heling, in welk0
mr. F. S. M. Rits als verdediger optrad;
G. S., eveneens beklaagd van heling, in welk*-
mr. E. S. Hollander als verdediger optrad.
In elke zaak werd een getuige gehoord.
Tegen J. den H., te Schiedam, die van
bet
door eerstgenoemden minderjarige gestolene cCl1
gedeelte had aangenomen, werd een maand êe'
vangenisstraf geëischt.
J. G. P. S., 17 jaar, suikerwerker, en H.
M. E., 20 jaar, brandersknecht, beiden te Scl»e'
dam, bekenden, op 2 October van eerstgenoemde11
minderjarige f 10.— en eenige sigaren, te hebbc11
aangenomen, wetende, dat deze ze met zijn mar
ker had weggenomen uit een aardappelenpakhm3'
waar ze waren binnengeklommen. Te Rotterdam1
wisselden ze het bankbiljet denzelfden dag 111
een winkel; den nacht brachten ze in de Zand
straat met kaartspelen door. Den volgenden da#
reisden 'ze naar Den Haag, waar de politie zl'
aanhield.
De ouders van den eersten beklaagde achtte11
zich nog wel in (staat hun zoon verder op 10
voeden ën verzochten daarom hem niet »aar
een rijksopvoedingsgesticht te zenden.
Geëischt 'werd respectievelijk een maand tucht
school en meend gevangenisstraf.
Mr. F. S. M. Rits, voor den eersten beklaagd0
optredend, sloot zich bij dit requisitoir aan. Oob
pleiter was van meening, dat een gevoelige leS
dezen beklaagde ten goede zal komen.
Uitspraken over veertien dagen.
De Papendrechtsche strafzaak.
In het kort vermeldden wij reeds het arrest va11
het Arnhemsche Hof in bovengenoemde rechts
zaak. Aan het vonnis ontleenen wij nog de con
clusie, luidende, dat bekl. Garsthagen ter g°e'
der trouw de overtuiging had, dat de poli'10
zich schuldig maakte aan strafbare of afk0U"
renswaardige handelingen, waarop hij zijn be
roep op het algemeen belang baseerde. AHeS"
zins aannemelijk oordeelt het Hof 't dat beklaagd0
deze overtuiging reeds had nog vóór hij zich t0'
getuige Van Elk wendde. Echter in ieder gev»!
is het aan geen fedelijken twijfel onderhevig'
dat ,die overtuiging bij hem muurvast kwam
staan door zijn bezoek aan den heer Van Elk-
Dus neemt het Hof aan dat beklaagde de bedoe
ling had te handelen in het algemeen belaag-
Op deze gronden acht het Hof het wel is waa1
bewezen feit niet strafbaar en ontslaat derhal1'0
bekl. van rechtsvervolging.
Het gerechtshof, arrest wijzend, vernietigde bc'
vonnis der rechtbank te Dordrecht van 20 D®0,
1907, waarbij Hendrik Garsthagen wegens smaad
schrift veroordeeld werd tot twee maanden ge'
vangenisstraf en, opnieuw rechtdoende,
ontsloeg het Hof beklaagde Garsthagen van al'e
rechtsvervolging, omdat beklaagde te goed®1
trouw overtuigd was, dat de politie te Pap011'
drecht zich schuldig maakte aan afkeurenswaar
dige handelingen, zoodat hij inderdaad bedoeld0
te handelen in het openbaar belang.
De z.eerw. heer pastoor H. L. A. Gadet vad
de parochie O. L. Vr. Onh. Ontv. aan de Har'
tebrug Le Leiden is Vrijdag plotseling door e0'1
beroerte getroffen. Onmiddellijk zijn z.eenv. d®
laatste H.H. Sacramenten toegediend.
Zijn toestand was Zaterdag en Zondag z001'
bevredigend. In verschillende kerken worden
beden gedaan tot spoedig herstel zijner gezond
heid.
De zeereerw. heer A. Grubben, sinds
pastoor der parochie Well (Limburg) heeft eer
vol ontslag aangevraagd. Pastoor Grubben heef'
den leeftijd van 73 jaren bereikt en werd 10
het jaar 1863 tot priester gewijd.
op de
Aan de abonné's onzer Courant word*-
dringend verzocht bij verhuizing daal'
van uitsluitend kennis te geven aan
bureau van ons blad Boterstraat 50 bovgS;
Ook voor klachten over de bezorgd^
als anderszins wende men zich rechtstreek®
tot het bureau van de »N. Schied. Crt- -