Dagblad voor Schiedam en Omstreken. EERSTE BLAD. Nitfuwjaarswenschen. lltutcM op de Na misdaad vergelding. Kiene Sctieflamscle Cent met palis GilosM irijs 10 e. 9. f Q.45 9. mad, fL35 p. 3 ad. 33ste Jaargang Zaterdag 24 December 1910 i\o. 9901. Kerstmis. FEUILLETON. ABONNEMENTSPRIJS: Dit blad verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, en kost voor Schiedam per 3 maanden ƒ1.35, per maand 45 cent en per week 10 cent. Franco per post door geheel Nederland 2.— per kwartaal. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: Boter- straat 50 en bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders. Bureau BOTERSTRAAT 50. PRIJS DER ADVERTENTIëNt Van 1—6 regels ƒ0.92 met inbegrip van bewijsnummer, Elke regel daarboven 15 cent. jj_' Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend* ingezonden mededeelingen 25 cent per regel* Voor herhaaldelijk adverteeren worden uitersf bil' 19ke overeenkomsten aangegaan. Telefoonnummer 85. Postbus no. 39. Dit nummer bestaat uit twee bladen en een Geïllusireerd Zondagsblad. mr Wegens het KERSTFEEST zal de Nieuwe schiedamsche courant, Dagblad voor Schiedam en OmstrekenKaan- d a g-a vond niet verschijnen. In het nummer der »Nieuwe Schiedamsche Courant", Dagblad voor Schiedam en Omstreken, dat Zaterdag 31 December verschijnt, zullen Wederom Nieuwjaarswenschen kunnen worden geplaatst tegen den prijs van 50 CENT Per annonce van hoogstens 6 regels. Deze advertenties kunnen reeds thans ter plaat sing worden aangeboden. Daar is een lied, dat eeuwen en eeuwen oud is, en immer frisch blijft en nieuw, een lied, Waarnaar de adrde eeuwen en eeuwen heeft yerlangd, een lied, dat gaat boven alle tijden, boven alle volkeren, een lied aangeheven door engelen, opgevangen door mensehen een lied dat ik zou willen noemen het nieuwe lied der Verloste wereld, een lied van den hemel, een lied voor de aarde, een lied vol profetie een lied dat niet meer zou verstommen, dat steeds rijker zou worden aan klanken en accoorden, steeds breeder en voller, dat zijn hoogste hoogte en diepste diepte zou bereiken als Jezus in na- hielooze weeën zijn hoofd boog, als de volle dag Werd heldonkere nacht en het voorhangsel des tempels scheurde „Gloria in excelsis Deo" et in terra pax hominibus bonae voluntatis." Geen woord klonk over de wereld met zulk een goddelijke kracht, met zulk een hoogheilige Poësie. Wat is er gebeurd Hoort de blijde boodschap fles engels! „Wilt niet vreezen, want zie, ik «verkondig u een groote vreugde, welke zal ziin «voor al het volk want heden is udeZalig- «maker geboren, die Christus de Heer is, in de «stad van David. En dit zij u het teekenGij «zult vinden een kind in doeken .gewikkeld en «nedergelegd in eene kribbe." En aanstonds was «er met den engel een menigte van het hemel «sche heir, God lovende en zeggende: „Eere zij «God in den allerhoogste, en op aarde vrede den «menschen van goeden wil." Heden is de Zaligmaker geboren, Christus de 266) Raoul Duchemin liep op het verhoogde voet- Pad aan den anderen kant der straat en verloor hem niet uit het oog. Toen de millionnair op de Clichyplaats was ^ingekomen, keek hij bij het licht eener gas lantaarn op zijn horloge. Het was nog twintig minuten vóór negen. Paul Harmant. ging voor een koffihuis zitten, flat links bij den ingang der Clichylaan stond. Duchemin, die gezien had, dat de industrieel Was gaan zitten en pale-ale vroeg, dacht in richzelf Het is stellig in deze wijk, dat Ovide ^oliveau woont... De millionnair wacht het af gesproken uur tot ontmoeting af... Laten wij floen, zooals hij... Hij ging voor het koffihuis aan den rechter bant van den ingang der laan zitten en bestelde een glas bier. jTe vijf minuten voor negen betaalde Paul Harmant zijne vertering stond daaina op en stapte de Clichylaan in. Raoul volgde hem natuurlijk op niet al te Heer. Behoefde de wereld dan een redder, een verlosser Ja, herinnert u wat de wereld ge worden is door de zonden was zij geen bal lingsoord, zonder vruchtbaarheid vol distels en doornen Ging het leven van' den mensch n|et voorbij in zwoegen en zuchten at hij zijn brood niet in het zweet zijns aanschijns 's Menschen leven was kommer en ellende zijn heengaan. Behoef de de mensch dan een Zaligmaker, een Redder Ja, de mensch gevoelde de straffende hand Gods, de mensch was zonder God, - dat wil zeggen, zonder waarheid zonder liefde zon der leven. De orde was verbroken en wanorde heerschte in de zielen en in de geesten. Dat zien wij al lerwegen. De openbaring Gods was schuil ge gaan achter de wolken der menschelijke dwa ling kortzichtigheid en passie. Israël alleen bewaarde in zich de onvermengde waarheid, al waren er velen die afweken van den weg hun ner vaderen. Aan die machtige reuzen des ge- loofs van den ouden, grijzen tijd, aan de aarts vaders en profeten openbaarde zich God, in zijn liefde en rechtvaardigheid. En als de bliksem in het nachtelijk duister, zoo bliksemde de groote waarheden door 's men schen verduisterden geest. Zij spraken een wondertaal, die geen mensch vermag te spreken uit eigen macht. Alle profetiën gaan om den Christus. „Alle volkeren zullen gezegend wor den om Christus, den nakomeling van Abra ham". Christus zou behooren tot de stam van Juda", tot Davids huis. Christus is Gods zoon en de zoon des menschen. Hij is Davids zoon en Davids Heer. Hij is de Verlosser. „Zie, een maagd zal ontvangen en een zoon baren en zijn naam zal zijnEmmanuel, God met ons". Hij zal te Bethlehem geboren worden, zijn komst valt in den tijd van den tweeden tempel ongeveer zeventig jaarweken na Daniels voor spelling. En God, die rechtvaardig is, openbaarde zich niet alleen aan het volk van Israël, maar ook aan de heidenen. Heerschte er zonde en dwa ling onder het Joodsche volk, dan ligt het voor de hand, dat de heidenen nog diep verzonken lagen in zedelijke ellende. Verzwakt door de erfzonde, geheel los van van den waren God, kwam de lage passie en de werelsche zin met immer sterkere stroomen binnen. Men zocht God in het geschapene - in menschen, dieren- afbeeldingen. Op de bergen der menschelijke hoovaardij en eigen- overschatting droomde men over Babels reuzen- toren. Het heidendom was bij uitstek de ge liefde grond voor den Satan. Hier zou hij zijn rijk stichten in stofvergoding - in verheerlij king der zinnen, in bewusten of onbewusten duivelen-dienst. Zoo ontstond het rijk dei- wereld, waar de vorst zijn looden scepter zou grooten afstand. Juist te negen uur bleef de vader van Marie staan voor het kleine grijze deurtje, dat wij kennen en trok aan eene bel, die achter in den tuin een hevig, leven maakte. Duchemin was bijna recht daartegenover blijven staan en had zich verborgen in den in ham van eene groote koetspoort. Hij zeide zachtjes: Ah! Daar woont onze vriend. Laten wij thans eens zien of de waardige baron de Reis's thuis is. Eenige seconden gingen voorbij. De deur werd niet geopend. Paul Harmant schelde opnieuw en toen hij nogmaals, even vruchteloos als den eersten keer, gewacht had gedurende geruimen tijd, trok hij voor de derde maal aan den knop en wel zoo hevig, dat dit zijn ongeduld en toorn verried. De deur bleef gesloten Paul Harmaiit vroeg zich af, wat de afwezig heid van Ovide toch wel kon beteekenen, maar daar hij onmogelijk kon veronderstellen, dat het telegram, hetwelk hij had ontvangen, een val strik was. besloot hij te wachten. En de millionnair begon uiterst-bedaard langs den tuinmuur heen en weer te loopen. Raoul zag hem telkens in het licht der gas lantaarns komen en gaan en zijne bewegingen van ongeduld menigvuldiger worden. Ozoo, dacht de gewezen beambte van het gemeentehuis van Joigny, zal hij dat aardige zwaaien. Maar God liet ook den heiden niet over aan zijn zwakheid maar openbaarde zich door de natuurwet. Nog meer. Ook Christus zou komen voor de heidenen. „Het licht, dat alle menschen verlicht, die in de wereld komen", „het licht der heidensche volkeren", hun „Herder". „Christus is gekomen om allen te redden - allen, zonder uitzondering - Jood en Heiden. Daar staan de profeten voor de hei densche heerschers om Gods strafgericht te verkondigen. Job en Balaam getuigen ons hoe Gods openbaring ook tot de heidenen kwamen. En waren niet alle volkeren, minder of meer, in connexie met Israël, en hoorden zij daar niet de groote waarheden des geloofs Ook door de heidensche wereld ging een vurig verlangen naar redding. Voltaire schrijft: „De heilige overleveringen van den oudsten tijd hadden in geheel Azië het geloof verbreid, dat een groot middelaar komen zou, een Rechter, aan het einde dei- dagen, een toekomstige Verlosser, een Koning een God, als veroveraar en wetgever, die de menschen van de heerschappij des boozen zou bevrijden." Tacitus, de groote romeinsche geschiedschrij ver zegt: „Het meerendeel der menschen had de overtuiging dat in de oude schriften dei- priesters te lezen is, dat juist in dezen, onzen tijd het Oosten machtig zou worden en mannen uit het jodenland zich de heerschappij zouden bemachtigen." „Wij moeten wachten tot iemand komt, die ons leert hoe wij offeren moeten." „Waarom moet ik nu geboren worden en niet iets later „Daar is een algemeene verwachting dat van het Oosten een groot heerscher zal komen." Dit en nog meer kunnen wij lezen bij de heiden sche schrijvers uit die dagen. Men dorstte naar verlossing, naar verzoening. De aarde was dor geen bloem die door haar rijke kleurenpracht afwisseling gaf aan dien zwarten heidegrond geen roos, die met hare frissche geuren de benauwende atmosfeer zuiverde, alles was kaal en dor alles distel en doornen. Geen wonder, dat hij zulk een toestand de godvreezende zijn blik ten hemel verhief en smeekte:„Rorate coeli desuper.",, Dauwt, hemelen, van boven en dat de wolken den rechtvaardige regenen dat de aarde zich opene, en voort brenge den Zaligmaker." En ziet, het dauwt van boven, barmhartigheid en liefde maken de harde en dorre aarde week daar komt weer vruchtbaarheid. Daar komt een antwoord op het eeuwenlange smeeken, een antwoord in wondervolle teekenen. Een bovenaardsch licht glanst van den nach telijken hemel in een arme stal buiten Bethlehem een arm kind in de kribbe op de velden, daarbuiten, groote verslagenheid onder spelletje voortzetten tot morgen De plaats, waar ik mij, zoo goed ik kan, verberg, is vol strekt niet geschikt voor lang wachten. Paul Harmant kan mij ieder oogenblik ontdekken en denken, dat ik hem bespied... Ik moet iets anders zien te ontdekken. Terwijl Raoul zoo in zichzelf de bovenstaande beschouwingen hield, had hij eens voorzichtig rondgegluurd. Er was geen enkele plaats in de buurt, die hem tot verblijfplaats kon dienen, doch hij bemerkte aan den kant van Paul Harmant vijf huizen verder eene kleine herberg. Dat is juist iets goeds, dacht Raoul. Hoe minder men verborgen is, des te minder wordt men verdacht. Ik zal buiten aan een tafeltje gaan zitten en vandaar zal ik op mijn gemak alle bewegingen van onzen vriend kunnen volgen. Hij stak dadelijk de straat over, ging op een stoffigen en wankelenden stoel bij de deur van het kroegje zitten, vroeg een glas rum en rolde een sigaret. De millionnair vervolgde met een steeds aangroeiend ongeduld en eene steeds stijgende verbittering zijne eemame wandeling. Eensklaps zeide hij bijna luid Ik heb mij toch niet vergist, toen ik het telegram gelezen heb En terwijl hij nader kwam bij de plaats, waar Duchemin zijn glas rum dronk en zijne sigaret rookte, herlas hij het telegram, dat hij uit den zak van zijn overjas had gehaald... de herders. „Vreest niet ik verkondig u een blijde boodschap. Heden is geboren de Redder, Christus, de Heer. „Gloria aan God in den al lerhoogste, en vrede den menschen van goeden wil." En de herders spraken: „Laat ons naar Beth- „lehem gaan en het woord zien, dat er gebeurd „is en zij kwamen, terwijl zij zich spoedden, „en zij vonden Maria en Jozef en het kind in de „kribbe, en zij erkenden het woord, dat hun „omtrent dit kind gezegd was." Dat Kind in windselen, in een kribbe, is de langverwachte Zoon van de langvoorspelde Maagd, is de Rechtvaardige bij uitstek, dat Kind is die goddelijke hemeldauw, waarvoor de aarde zich ontsluit om ons te geven den Em manuel den God met ons. Dat is voor ons Christengemoed een hoog heilige waarheid - een hartverheffende ge schiedenis. Christus is geboren hemel en aarde verzamelt al uwe krachten en jubelt het uit. „Een Kind is ons geboren een Zoon ons gegeven." Christus is geboren: de Redder der wereld, die zonder Christus haar eenigen dood zeker zou tegemoet gaan. Christus is geborende Zoon der Onbevlekte Moeder-Maagd maar overal de Zoon Gods Emmanuel, God met ons." Christus is geborensnelt met de snelheid van Joannes, den grooten Ziener, boven deze stoffige wereld, hoog, hoog in dat rijke mystie ke geloofsleven. „In den beginne was het Woord en het Woord was bij God en het Woord „was God. Dit was in den beginne bij God „alles is door het Woord gemaakt, en zonder dat „is er niets gemaakt." „Het Woord is vleesch geworden en het heeft „onder ons gewoond." Christus is geboren kom, o mensch, die daar ligt in het stof der passie en in het wanhopig duister der twijfels. Hef uw hoofd omhoog, ziet uw redding is nabij. Christus is geborenGods Zoon, één van wezen met den Vader, het eeuwig Woord, de Reine de Zondelooze is mensch geworden. Christus is geboren: Gods Zoon van eeuwig heid, in wien geen bedrog, in wien geen twijfel is, de eeuwige Waarheid het Licht dei- wereld. Christus is geboren: het eeuwig Leven in zich, die macht heeft over lijden en dood en die op de wereld is gekomen om ons het waarachtige leven te brengen het leven in en voor God. Christus is geborenwiens leven zal zijn een voortdurend offer van lof en dank voor de machtelooze wereld aan den Hemelschen Vader, een offer van verzoening, een smeekoffer voor de gevallen zondige wereld, die nooit in staat zou zijn om God een waardig offer te bieden. Christus is geboren: Glorie aan God in den Allerhoogste en vrede op aarde den men schen van goeden wil. Negen uur... er staat toch duidelijk negen uur... alles is in letters geschreven... mompelde hij. En terwijl hij het telegram koortsachtig tusschen zijne vingers verfrommelde, hervatte hij zijne eenzame wandeling. Het sloeg tien uren. Paul Harmant naderde opnieuw de deur en schelde herhaalde malendaarna begon hij weder woedend op en neer te loopen. LVIII. Aan alle kanten werden de winkels gesloten. Duchemin lachte in stilte, toen hij zag, dat de industrieel ieder oogenblik zijn toorn op zoo verschillende wijzen lucht gaf. Er waren hoe langer hoe minder voorbijgan gers. De personen, die in het kleine kroegje waren, verlieten de een na den ander het herbergje. Nog ging er een uur langzaam voorbij. De klokken der Batignolles sloegen elf uren. Paul Harmant uitte zoo luid een vloek, dat deze doordrong tot het oor van Duchemin en deze zag weldra, dat hij zijne lange en nutte- looze wandeling opgaf en terugging naar de Clichyplaats. Goede reismompelde Raoul. Uw waarde vriend Soliveau zal mij wel behoorlijk den tijd laten om op mijn gemak een bezoek in zijne woning te brengen. (Wordt vervolqd\. 1i

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1910 | | pagina 1