Dagblad voor Schiedam k Omstreken.
itomert U oj ie
Ka misdaad vergelding.
Sieawe ScMamlie Coral
net iratis Uittred Maiiai
prijs 10 c. p. fact, f 145 p. uil, fL35 j. 3 Dl
34ste Jaargang
Dinsdag 3 Januari 1911
No. 9908.
feuilleton.
Buitenlandsch Nieuws.
Verspreide berichten.
Binnenland.
ABONNEMENTSPRIJS:
Dii blad verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, en
kost vooï Schiedam per 3 maanden f 1.35, per maand 45 cent en per
week 10 cent. Franco per post door geheel Nederland f 2.per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: Boter-
straat 60 en bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders.
Bureau BOTERSTRAAT 50.
PRIJS DER ADVERTENTISN;
Van 16 regels f 0.92 met inbegrip van bewijsnummer.
Elke regel daarboven 15 cent.
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend,
Ingezonden mededeelingen 25 cent per regels
VoorherhaaldelQk adrejctèeren worden uiterst b i F
lqke overeenkomsten aangegaan.
Telefoonnummer 85. Postbus no. 39.
BELGIë.
Die „Mati.n" meldt, dat uit de door koning Al-
hert ter gelegenheid van de gebruikelijke nieuw
jaars-receptie gesproken wporden, ten duidelijkste
blijkt, dat de jonge vorst vast besloten is liet
werk van wjijlen boning Leopold vóórt te zetten.
De koning verklaarde, dat hij de jaaïlijksche som,
welke hem, krachtens het afstandsverdrag van
den Congo aan België, toekomt, wenscht te beste
den voor de verkenning en de exploitatie van het
Coingo-'geibied en liet doen verrichten van werken
in het belang der hygiëne. Ook zal de koning
zorgen voor snellere verbindingen tusschen de
verschillende aan de rivier gelegen piosten en tot
dat doel een model-schip laten bouwen. Ook de
invoering der dnaudlooze telegrafie mag spoedig
in den Congo verwacht wprden.
Zich meer in het bijzonder tot den president
van den senaat wendend, betuigde de koning
dezen' zijn innigen spijt over de twisten, die Vla
mingen en Walen verdeelen. Dat deze spoedig
mogen eindigen, is 'sfeonings vurige wenscli.
SPANJE.
De minister-president Canalejas, die den Koning
de kwestie van vertrouwen had gesteld, heeft
opnieuw 's Konings vertrouwen gekregen en tevens
de volmacht om het ministerie te wijzigen. Hij
heeft ook de goedkeuring gekregen op het politieke
plan dat hij in de naaste toekomst denkt uit te
voeren.
De nieuwe ministers zijn de heeren Gasset voor
openbare werken, Alfonso Castrillo. binnenlandsche
zaken, en Arno Salvator, oud-minister van finan
ciën, voor openbaar onderwijs.
Behoudens onvoorziene omstandigheden zal de
Koning den 5n. Januari naar Melila vertrekken
en den 16n. te Madrid terugkeeren.
OOSTENRIJK-HONGARIJE.
Volgens id© Wieener bladen bracht die keizer
den nacht kalm door. Hij stond 's morgeus vróeg
op en begaf zich weer aan zijne dagelij'ksche
bezigheden. Er is geen enkele reden tot bezorgd
heid. De souverein zal t.e Schoenbrunn blijven
tot bij weer geheel hersteld is.
iIn den loop van 1911 zal met 'de reeds lang
voorbereide hervormingen der weermacht van
Oostenrijk-Hongarije ©en begin gemaakt worden.
Gelukt Ih'et de regeering bij de gecombineerde ver
gadering der delegaties in September a.s. de noo-
dige crelicten er door te krijgen, dan zal nog 'in
den loop van dit jaar de hervorming in zijn geheel
tot stand konten, riet nieuwe ontwerp bevat een
verkorten diensttijd van 2 ja,ar voor de infanterie,
een verhooging van bet militiecantingent met de
helft, zoddat het dan 154.000 man zal bedragen.
Hiermede gaat natuurlijk samen een groote ver-
273)
Lucie, die, zooals wij weten, steeds zeer lijdend
was en bovendien zich uiterst vermoeid gevoelde,
ging te bed, doch liet was haar aanvankelijk on
mogelijk, een oog te sluiten.
Onophoudelijk ging zij overeind zitten, zoodra
zij slechts het minste geluid in huis vernam.
De tijd kroop langzaam om.
Eindelijk, tegen vier uur kreeg de vermoeidheid
de bovenhand op den angst. Lucie liet haar hoofd
achterover vallen en viel in diepen slaap.
Te acht uur 's morgens werd zij weder wakker.
Hare gedachten waren dadelijk helder. Zij
herinnerde zich onmiddellijk haar angst over het
uitblijven van Lise Perrin.
Zij sprong uit haar bed, kleedde zich snel aan
en klopte aan de deur van Jeanne.
Er kwam geen antwoord er was niemand in
de kamer.
Het jonge meisje, wier angst steeds aangroeide,
ging naar de huisbewaarster.
Juffrouw Dominique, vroeg zij, hebt gij dezen
morgen moeder Lison gezien
Neen, juffrouw, en dat verwondert mij wel...
meerdering van het leger op oorlogssterkte, zóó-
dat men, zooals de minister van Oorlog, vón
Schönaich, bij de sluiting van de laatste delegatie-
zitting reeds dieed opmerken, dan toegerust zal
zijn voor ©en oprlóg naar meter dan één front.
De sterkte van het leger, op voet van 'oorlóg,
die thans ongeveer 900.000 man bedraagt, zal dan
f y'2 millioen goed geoefend© soldaten zijn, welke
in 5 legerkorpsen worden georganiseerd. Een groóL
gedeelte van de tegenwoordige landweer zal in tijd
van oorlog hij het leger nog' wórden ingelijfd. Ver.
der zal de geheel© veldartillerie gereorganiseerd
worden.
MAROKKO.
De „Correspondencia Espana" publiceert een
telegram uit Tanger, meldende, dat Moeley Hafid
27 Dec. 1.1. de Spaansch-Marokkaansche overeen
komst geteekend heeft.
De „Liherté" heeft een dépêche uit Rome ont
vangen, waarin het schrijVen v.an dien Paus, aan
de Oostersch© patriarchen van Alexandrië, An-
tiochië, Babyloindë en Cilieië Wordt samengevat.
De Paus spoort daarin de dissidente kerkgenoot
schappen in het Oosterl tot eendracht en samen
werking door het geloof aan en spreekt daarbij
tevens de hoop uit, dat zij spoedig weder in den
schoot der Romeinsche kerk mogen terugkeeren.
Do Paus herinnert aan een schrijven van Leo
XIII, in 1894, waarin deze de Oostersche kerk-
genootschappen 7.00 vaderlek behandelde, tóen
liij te velde trok tegen het protestantisme, en de
steeds meer en meer terrein winnende vrijte ge
dachte. De Paus verklaart verder nog, dat de
ritueel© verschillen gee-n bezwaar zijn voor een
een-Wording en eindelijk, dat Rome gaarne bereid
zou zijn tot een oevreenkomst betreffende punten,
welke niet direct het dogma raken.
De Po rtu ge esc he minister van Financiën
heeft besloten aan de in Italië vertoevende ko
ningin-weduwe, Maria Pia, een maandelijksche toe
lage van 10.000 francs toe te kennen, in'afwachting
van het definitieve besluit der Nationale Verga
dering.
In Illinois is een reusachtig cementen stand
beeld onthuld van „Zwarte Havik", een Indianen-
hoofdman, die in 1812 aan de zijde der Engelschen
tegen de Amerikanen had gevochten, en die ook
verder een groote rol heeft gespeeld in de ge
schiedenis 'der Indianen in de V. St.
Het standbeeld is 14 M. hoog en staat op een
rots, die tot natuurlijk voetstuk dient en 80 M.
hoog is. Het cement waarvan het beeld is ver
vaardigd wordt geacht, oiiveriwloestelijk te zijn.
Hot standbeeld verheft zich boven het Arends
Nest, de rots, die de plaats aanduidt, waar de
Zwarte Havik uit Illinois wierd verdreven.
De Amerikaansche slagschepen „Nebraska",
Ik heb gisteren tot middernacht op haar gewacht...
Dezen morgen is het brood niet gekomen en het
is reeds bijna negen uur. Zou de arme vrouw
weder iets overkomen zijn misschien een nieuw
ongeluk
O! zeg dat niet., gij doet mij beven I riep
Lucie uit. ik zal even tiaar de bakkerij Lebret
gaan. Daar zal men mij zeer zeker inlichtingen
kunnen geven...
Gij uitgaan, juffrouw? Zoo ziek en zwak als
gij zijt
Ojuffrouw Dominique de onzekerheid kan
mij nog het meeste kwaad veroorzaken
Het jonge meisje luisterde niet langer naar de
goede concierge. Zij was reeds ver van haar huisje.
Ik zal eerst naar de Bijeenkomst der Bak
kers" gaan, zeide zij in zich zelf.
Deze was gesloten.
Verscheidene babbelzieke vrouwen stonden op
het verhoogd voetpad te praten.
Men moet toch maar ongeluk in de wereld
hebben zeide een barer. Zulke brave menschen,
hunne zaak en eene zaak, die zoo goed ging
te zien sluiten door de overheid en dat voor eene
zaak, waarvoor zij met verantwoordelijk moesten
zijn, daar het hun schuld niet was.
liet komt door die brooddraagster, welke
de bakkersgezellen verdedigd hebben... zeide eene
andere babbelaarster.
LXIII.
Deze twee woorden: «De brooddraagster" vie
len Lucie als ijskoud water op het hoofd.
„Virgiuië" en „Rhode Island", die lot de" Europa
bezoekende vlooit behoóren, zijn uit de Engel-
schie wateren vertrokken, met bestemming naar
een Amerikaansche haven. Ook het smaldeel, dat
in Frankrijk op bezoek is, gaat huis toe. Den te-
rugffoeicrenden oorlogsschepen zal worden tege-
moetgestoiolmd dóór een Amerikaansch eskader,
dat moet trachten de naderende schepen te ver
kennen en tijdig van hun komst waarschuwing
te zenden aan dë (geheim gehouden)' haven van
bestemming. Het geldt dus, om door een hoogst
belang wekkende proefneming uit te maken, in
hoeverre de verkenningsdienst der Amerikaansche
vloot 'én de bewaking der havens aan de oostkust
in orde zijn. f
De „Lokal Anzeiger" doet een allesbehalve
verkwikkelijk verhaal over de omkoopbaarheid van
sommige Russische zeeofficieren. Te Petersburg
is uit Wladiwostok bericht ontvangen, dat actief
dienende zeeofficieren im staat van beschuldiging
zijn gesteld. Een hunner is baron Rhodin, de
commandant van den kruiser „Askold", die
120,000 gulden verduisterd beeft. Wegens knoeie
rijen met suikerleveranties is een vervolging in.
gesteld tegen de commandanten van 11 oorlogs
schepen. Eenige dezer heeren, die aan den drank
zijn én zwaar in de schuld zitten, sloegen op
rijkskosten groote hoeveelheden suiker in, ver
kochten die weer aan Chineezen en staken op
die manier 120,000 gulden in liun zak. Koesmin-
karawajef, de commandant van een transportschip,
heeft 9000 gulden onder 'Ach gehouden, die voor
een expeditie in Kamsjatka bestemd waren. Hij
had herhaaldelijk order ontvangen, zijn post te
verlaten en dezen aan een jongeren collega over
te dragen, maar bleef eenvoudig waar hij was.
En de ministerraad heeft besloten 375 millioen
gulden aan te vragen voor aanbouw van Dread
noughts en kleinere schepen. Waar of dit geld
zou blijven?
Uit Madrid wordt aan het Parijsche «Jour
nal gemeld, dat een jonge neef van een overleden
oud-minister is gevangen genomen, die valsche
bankbiljetten van 50 pesetas vervaardigde.
Te Arles (Frankrijk) is gister-ochtend 4 ure
een bom gesprongen op den drempel van een
huis belendend aan het commissariaat van politie.
Er is alleen stoffelijke schade aangericht.
Uit Milaan wordt aan de «Echo de Paris"
gemeld Men vreest, dat drie vaartuigen van eene
rederij te Hamburg, die sinds lang te Genua
hadden moeten aankomen, gedurende de laatste
stormen in de golf van Gascogne zijn vergaan.
Te Toulon zag Zondagavond een soldaat,
die bij het Arsenaal op wacht stond, in het don
ker twee personen naderen, Toen zij niet op de
sommatiën antwoordden, gaf hij vuur evenzoo
deed een ander artillerist die op dat oogenblik de
ronde deed. Ten slotte bleken 't twee matrozen
te zijn van het op de reede liggend Russisch pant-
Zij verborg evenwel zoo goed mogelijk hare
ontroering en naderde het groepje.
Vergeef mij, juffrouw, zeide zij, terwijl zij
zich tot de vrouw wendde, die gesproken had. Ik
heb uwe woorden toch goed begrepen, niet waar
De restauratie is op bevel der overheid gesloten
Ja, juffrouw.
En door de schuld eener brooddraagster?
Juist, juffrouw.
Kent gij den naam dezer brooddraagster
Hier in de buurt noemt men haar «moeder
Lison."
Lucie werd bleek.
Maar waarom stamelde zij
Ja, waarom?.. Dat is het juist.. Dat weet
men niet... Men vertelt veel dingen. Men spreekt
van eene misdaad
Eene misdaad 1... herhaalde Lucie hijgend.
Ja... Er is een man aangehouden die zich
voor bakkersknecht uitgaf, en die moeder Lison
heeft willen vergeven. De bakkersgezellen, die
moeder Lison een feestmaal aanboden, hebben den
agenten weerstand geboden en zoo is zij kunnen
ontvluchten Toen is het huis gesloten en de
eigenaars zijn dezen morgen bij den rechter van
instructie geroepen.
Mijn God!... mijn God! stamelde Lucie
wanhopig.
En zij vervolgde haar weg.
De brood draagster was dus opnieuw aan een
gevaar blootgesteld geweest...
Lucie bedacht toen, dat zij wellicht betere in-
serschip «Slava", de een werd gedoodde ander
bleef ongedeerd.
De aardbeving die Zondag door de Duitsche
observatoriums geregistreerd werd, blijkt in hét
noorden van Afganistan gewoed te hebben.
Ook in Griekenland zijn aardschokken waarge
nomen.
Te Helsingfors (Rusland) hebben de letter
zetters gestaakt, maar de groote bladen zijn allen
verschenen, mannen en vrouwen uit de meer
onderwezen klassen hebben hun taak vrijwillig
overgenomen.
H. Coly 11 minister van Oorlog.
De nieuwbenoemde minister van Oorlog, de heer
H. Colijn, die reeds op den dag, dat de Tweede
Kamer de bekende motie betreffende de officiers-
tractementen aannam, als opvolger van generaal
Cool werd genoemd, is 41 jaar oud. Hij werd
den 22 Juni 1869 te Haarlemmermeer geboren.
Met zijn benoeming in 1892 tot tweede luitenant
van het Nederlandsch-lndische leger, begon voor
hem een schitterende loopbaan in onze koloniën
als militair, laterals hooggeplaatst burgerlijk amb
tenaar. Reeds twee jaar na zijn aankomst in
Indië werd de beer Cohjn geroepen tot deelneming
aan de expeditie tegen Lombok, in 1895 na op
zijn verzoek naar Atjeh te zijn overgeplaatst, aan
de krijgsverrichtingen in dat gewest. Kort daarna
werd hij tot eerste-luiienant bevorderd en belast
met het bestuur over het eiland Poeloeh Weh en
later met dat over de Sagi dar 25 en die der 22
Moekims. Sedert werden den beer Colijn her
haaldelijk bestuursfuncties opgedragen.
In J899 weid hij als colonnecormnandant. tevens
burgerlijk bestuurder gezonden, naar de westkust
van Atjeh, waar hij in Augustus 1961 bij keuze
bevorderd werd tot kapitein. Deze bevordering
ging gepaard met zijn gelijktijdige benoeming tot
adjudant van generaal Van Heutsz, dien hij ook
in 1904 vergezelde op zijn reis naar Nederland.
In hetzelfde jaar was de heer Colijn, aan wien te
voren nog het bestuur van de Pase-streek was
toevertrouwd, door de regeering naar Sabang
gezonden, om daar toezicht te houden op de
nalevering der door de regeering gegeven neutra-
liteitsvoorschriften. Zijn verblijf hier te lande met
gqneraal Van Heutsz in 1904 was slechts van
korten duur. Teruggekeerd in lndië, bleef hij nog
voornamelijk met het oog op de regeling van het
bestuur in de Gajoelanden, tot Maart 1905 in
Atjeh. Van dat jaar tot in 1907 bereisde hij de
buitenbezittingen ter voorbereiding van regelingen
betreffende het bestuur der pas onderworpen
streken. In laatstgenoemd jaar verliet hij het
leger, nadat hem de rang van majoor was toege
kend, om als secretaris ven het gouvernement van
Nederlandsch-Indië over te gaan in burgerlijken
dienst.
lichtingen zou kunnen krijgen in de bakkery van
den heer Lebret.
Zij ging daarheen.
De dienstbode was alleen in den winkel.
Zoudt gij mij kunnen zeggen, of gij moeder
Lison hebt gezien vroeg Lucie haar.
De dienstmeid antwoordde, terwijl zij hare beide
armen omboog hief:
Spreek mij daar niet van, juffrouw. Men
heeft haar gisteren in de «Bijeenkomst der Bak
kers" willen aanhouden...
Maar wat had zij gedaan
Wat dat betreft, kan ik u niet inlichten,
maar de Lyonnees, die haar verdedigd heeft, is
dezen morgen gehaald, om voor den rechter van
instructie te verschijnen.
Lucie had veel moeite zich staande te houden,
zoodanig was zij ontroerd door het slechte nieuws.
Zij verzamelde al hare krachten en ging weder
weg na het meisje te hebben bedankt.
Eensklaps bleef Lucie slaan.
Zij dacht aan den vriend van Lucien, aan den
advocaat, naar wien moeder Lison gegaan was,
om over haar te spreken, aan George Darier.
Nauwelijks was deze gedachte in haar opge
komen, of zij ging naar de Bonapartestraat, waar
van zij niet ver verwijderd was.
Zij stapte vastberaden het huis binnen.
(Wordt vervolgd