Binnenland.
Stads- en Gewestelijk Nieuws.
Tegenover den hee.r %tgal deed spreker het nut
uitkomen van de ingestelde Bezuinigingsoommissie,
die in de toekomst even vruchtbaar zal werken
als de Defensie-raad, die, bij hare oprichting, ook
met gemengde gevoelens werd ontvangen.
De heer Van Wel deren Rengers, ver
nomen hebbende van een voornemen des voor
zitters, om a s. Zaterdag ook zitting te honden,
stelde voor het niet te doen.
De Voorzitter hield in het belang der
werkzaamheden, de noodzakelijkheid vol.
Het voorstelVan Weideren Rengers werd
aangenomen met 23 tegen 3 stemmen, zoodat a.s.
Zaterdag geen zitting wordt gehouden
Bij de voortzetting van de algemeene begroo-
tingsdebat hield de heer Waller beschouwingen
naar aanleiding der sociale verzekeringen, betoo-
gende dat wette[ijke dwang en overheidsbemoeiing
niet kunnen worden gemist, omdat ons volk nog
niet voldoende zelf tot organiseeren in staat is.
Het komt er alleen slechts op aan, waar de grens
gelegd wordt. Spreker geaft de voorkenr aan
een bedrijfsorganisatie van boven af in plaats van
vau onderen op.
Verder trad spreker in uitvoerige tinancieele
beschouwingen, daarbij ook zijnerzijds de sombere
voorstelling van den toestand overdreven achtende.
De heer R e 11 bestreed dat het tegenwoor
dige kabinet moest optreden om, zooals het voor
gesteld wordt, te waken legen den toenemenden
afval van de grondslagen van het Christendom.
De rechtstreeksche aanleiding tot de geboorte
van het kabinet toch was de even verrassende als
onverwachte afstemming der oorlogsbegrooting
van Min. van Rappaid door de Tweede Kamer.
Overigens bestreed spreker de juistheid der be
wering, dat de afval van het Christendom zoo
dreigend is.
Tegenover den heer Hove keurde spreker goed
de gereserveerde houding, welke de regeering
aanneemt ter zake van algeheele gelijkstelling van
bijzonder en openbaar onderwijs.
De heer R o 11 hield verder financiëele be
schouwingen. Ook hij was eenigszins pessimistisch
gestemd, en hoofdzakelijk door het feit, dat de
vermeerdering der uitgaven inderdaad geen ge
lijken tred houdt met de stijging der inkomsten.
Spreker riep voor een zuinige financieele politiek
de médewerking van alle partijen in. Ten slotte
juichte spreker toe, dat de regeering zich schrap
heeft weten te zetten tegen de instelling van een
afzonderlijk Departement van Onderwijs.
De Minister van Binnenlandsche
Zaken ging op verschillende zakenals den
toestand van het leger, de eedskwestie, de sociale
verzekeringen, thans niet in.
Wat het financieele vraagstuk betreft, wees de
Minister er op, dat een zekere welvaartpolitiek
reeds thans gevolgd wordtb.v. door de directie
van den Landbouw en aan de afdeeling Nijver
heid en Handel van het Departement van Land
bouw, Nijverheid en Handel. Toch moet de op
lossing van den zorgelijken financiëelen toestand
niet uitsluitend gezocht worden in het voeren
eener krachtige welvaartspolitiek, maar in gelei
delijke zuinigheid. Dit moet betracht worden, ook
zonder de bedreiging van den heer De Marez
Oyens, dat de Eerste Kamer, als de aandrang van
het parlement niet helpt, dan maar ten slotte
moet overgaan tot verwerping der begrootingen,
die naar het oordeel van het parlement te hoog
zijn opgevoerd. De regeering is zich dan ook dien
plicht van zuinigheid en zelfbeperking bewust,
maar uit het oog mag niet weiden verloren, dat
tal van begrootingsposten het gevolg zijn van
uitgaven, steunende op de wet en die dus dooi
de regeering moeten worden uitgevoerd.
Den heer Roëll gaf spr. volkomen toe, dat de
eigenlijke oorzaak van het optreden van het te
genwoordige kabinet lag in de verwerping der
begrooting-Van Rappard, maar de aard van het
kabinet werd door dat feit niet bepaald. Die lag
in de algemeene politiek en de groepeering der
partijen.
Wat betreft de bij het debat gebleken weinige
ingenomenheid met het votum der Tweede Kamer,
dat Minister Cool deed heengaan, de Minister kan
zich zulks begrijpen, maar het gaat niet aan de
verantwoordelijkheid voor dit votum op de re
geering te leggen. Men zou dan gewild hebben
dat de regeering pressie had uitgeoefend door de
kabinetskwestie te stellen.
De Minister ontkende echter beslist dat de
kwestie waar 't hier om ging, de technische
kwestie der officieren-traktementen, aanleidjng
mocht geven tot het uitoefenen van een dergelijke
pressie. De stelling dat het kabinet dus dat vo
tum, hetwelk dit erkende de Minister, der
Regeering onaangenaam was, haar leed deed en
naar zorg baarde, door de regeering had moeten
voorkomen worden, wees de regeering zoo beslist
mogelijk af.
De oplossing van de crisis is intusschen in de
goede richting gevonden, en dat blijkt ook uit het
algemeene vertrouwen waarmede het optreden
van den nieuwen Minister is begroet.
Wat betreft voortvarendheid in het tot stand
brengen van wetten, daartoe moet allereerst het
parlement de noodige medewerking verleenen.
Zeer betreurde de Minister de langzaamheid
waarmede wetten tot stand komen, welker be
hoefte algemeen gevoeld wordt. En die weinige
voortvarendheid baart den Minister persoonlijk
voortdurend de grootste zorg.
Do Minister nam volstrekt niet voor zijn re
kening de vernomen bewering, dat het tweeploe-
genstelsel het directe gevolg was van de maatre
gelen van Minister Staal, maar, met buitensluiting
geheel van het persoonlijke element, meende hij
toch, dat dat stelsel wel eenigszins het gevolg is
geweest van het blijvende gedeelte-vraagstuk uit
den tijd van Minister Staal.
Uit vroegere indiening van het kustverdedigings-
voorstel mag niet geconcludeerd worden het stre
ven om de levende strijdkrachten te verwaarloo-
zen. Het is het voornemen van Minister Colijn
de herziening Militiewet zeer spoedig in te die
nen.
De Minister verdedigde de instelling van de
Bezuinigings-commissie, die geen kapstok zal
worden.
Ten slotte verduidelijkende wat de regeering
in haar antwoord op hot afdeelingsverslag dei-
Kamer omtrent dc kustverdediging heeft gezegd,
betoogde de Minister dat handhaving onzer
neutraliteit, tegenover welke natie
ook en z.onder voorkeur voor wie
ook, het eenige motief voor de indie
ning van het Kustvordedigingson t-
w e r p i s, cn die handhaving van de neutraliteit
is de eerste taak van ons veldleger aan de grens.
Op dit oogenbjik kan. de regeering
zich niet uitlaten over even tueele
wijziging van een ontwerp, over
'twelk het gemeenoverleg met de
Tweede Kam'er nog moet aanvangen.
Eindelijk betoogde de Minister dat de Regeering
de desiderata van het Unierapport in zake onder
wijs, niet op haar pogram kan plaatsen, omdat
vooraf de grondwettelijke en de financiëele vraag
stukken, daaraan verbonden, onder de oogen
moeten worden gezien.
Heden voortzetting. Dan is de Minister van
Financiën aan het woord.
Prins Hendrik.
Naar de «L. K." meldt, staat het vast, dat Z. K.
H. Prins Hendrik bij gelegenheid van het land
bouwkundig congres een bezoek aan Venlo zal
brengen.
Voor Prinses Juliana.
H. M. de Koningin heeft, ten gebruike door de
Prinses, van het hoofd van het Pakoe Alamsche
huis op Java' Pangeran Soerjadilogo, ten geschenke
ontvangen een tweewielig kinderhandvvagentje in
den vorm van een vogel en beschilderd met Ja-
vaansche motieven in figuren en kleur. Het ge
schenk is als blijk van belangstelling en aanhan
kelijkheid van den Javaanschen vorst aangeboden.
Van Kol.
Blijkens «Het Volk" vangt de heer Van Kol Maan*
dag zijn reis naar het Oosten aan.
Staatscommissie voor de legertoestanden.
A. s. Zaterdag zal door den minister van Oor
log geïnstalleerd worden de Staatscommissie voor
de legertoestanden.
Mr. W. A. baron Van Ittersum.
Naar Het Vad. verneemt, heeft mr. W. A. ba
ron van Ittersum, referendaris bij het departe
ment van Landbouw, die te Pontresina, bij St.
Moritz, logeert, het ongeluk gehad bij het binnen
treden van het hotel op de bevroren sneeuw te
vallen en een enkel te breken.
Een der eveneens te Pontresina vertoevende
Haagsche medicus, kon onmiddellijk hulp verleenen,
waarna mr. Van Ittersum per automobiel naar
's-Gravenhage is vervoerd.
Prinses Juliana en de occarinospeler.
Toen Woensdag een ocarinospeler in de Ko
ningspoort, aan het Noordeinde te 's-Gravenhage,
blijkbaar denkende, dat daar burgerwoningen
waren, zijn instrument bespeelde, werd hij door
een hoflakei in den tuin van het paleis geroepen.
Daar voerde de man zijn fraaiste stukjes uit, ter
wijl prinses Juliana voor een der ramen aan de
achterzijde van het paleis staande, blijkbaar veel
schik in de zoetvloeiende muziek had.
Na een tijdje kwam de lakei den man iets in
een papiertje gewikkeld in de hand stoppen, en
dankbaar ging de straatmuzikant, die ongetwij
feld een goeden dag had, weder heen.
Alg. Hengelaars-Bond.
Op de buitengewone huishoudelijke vergadering,
gehouden door de afdeeling I, Amsterdam en om
streken. van den Alg. HengelaarsBond, op 31
Januari in het Paleis voor Volksvlijt, is bij ac
clamatie een voorstel aangenomen, om de contri
butie te verdubbelen en dus te brengen op f 1.
De vergadering werd door ruim 700 personen
bezocht.
Malthezerorde.
De Prins-Grootmeester der Souvereine Orde van
Malta heeft tot leden van het Kapittel van de
Nederlandsche afdeeling benoemd
Tot BaljuwJ. J. G. baron van Voorst tot
Voorst, lid van de Eerste Kamer der Staten-Ge-
neraal, adjudant van H. M. de Koningin, gene
raal majoor op non-activiteit;
tot CoadjutorF. M. A. J. baron van Wijn
bergen
tot WerkmeesterA. M. E. A. baron van
Lamsweerde, lid van de Eerste Kamer der Staten-
Genei-aal
tot Schatmeestermr. dr. G. F. M. baron
van Ilugenpoth tot Aerdt, lid van den Centralen
Raad van Beroep
tot Kanselier: jhr. mr. E. B. F. F. Wittert
van Hoogland, commies-griffier van de Eerste
Kamer der Staten-Generaal. (Tijd)
Weerbericht.
Telegrafisch bericht naar waarnemingen, verricht
in den morgen van 3 Februari 1911, medegedeeld
door het Kon. Ned. Met. Instituut te de Bildt.
Hoogste barometerstand 780.1 te Stormway.
Laagste barometerstand 780.1 te Haparanda.
Verwachting tot den volgenden dagmeest
matige tot krachtigen noordwestelijken tot noord
oostelijken wind, veranderlijke bewolking, moge
lijk regen of sneeuwbuien, zelfde temperatuur.
Vermeerdering aantal Raadsleden wegens
aanwas bevolking.
B. en W. zeggen in een schrijven aan den
Raad
Blijkens den uitslag der laatste Volkstelling,
bekend gemaakt in de Staatscourant van 22/23
Januari 1.1. en voor onze Gemeente op 31 Decern,
ber 1909 een bevolkingsaantal aanwijzende van
32024 personen, zal bij de dit jaar te houden
peri,od,;ek,e veij^ezjiigen vqqr den Gemeente,raad
het aantal leden van 21 tot 23 moeten worden
aangevuld. Zie art. 4 der Gemeentewet in
verband met art. 3, laatste lid en art. 30bis, le lid.
Waar nu Gedeputeerde Staten de verdeeling
der kiesdistricten opnieuw moeten regelen en dan
het getal moeten vaststellen van de in ieder
district zoowel in het geheel als bij iedere af
treding te kiezen leden, en Uw Raad daarover
moet worden gehoord 7e lid in verband met
5e en 0e lid 'van art. 7 der Gemeentewet
geven wij den Raad in overweging deze zaak
onder de oogen te zien en heeren Gedeputeerde
Staten een voorstel te doen.
Volgens het 5e lid van genoemd art. 7 moet
het getal in ieder district te kiezen, zooveel
mogelijk gelijk zijn en in behoorlijke verhouding
staan tot de bevolking van ieder district.
Die bevolking was in de eerste helft dezer
maand als volgt
District I 8238 personen District II II345
personen; District III 12906 personen.
Uitgaande van de veronderstelling, dat men aan
de bestaande indeeling niet zal willen tornen,
zal dan, mede in verband met de bepaling van
het 6e lid van genoemd art. 5, die zegt, dat
wanneer het noodig is, dat in een der districten
een lid meer of minder gekozen worden dan in
andere, hiervoor het district wordt aangewezen,
waar de bevolking het meest of het minst talrijk
Is, de verdeeling moeten zijn district I 7 leden
district II 8 ledendistrict III 8 leden, te zamen
23 leden.
Wat betreft de regeling der aftredingen voor
ieder district, is het o i. aangewezen, dat wordt
gehandeld, gelijk het volgende staatje aangeeft
-
>-*
1
1
1.11
1 - 1
- 1 1
Op deze wijze wordt de langste zittingstijd voor
de twee nieuw te kiezen leden bereikt.
Wij willen nog opmerken, dat als dit zoo wordt
vastgesteld en daarna de periodieke verkiezingen
hebben plaats gehad, voor district II overeen
komstig art. 30bis der wet een loting moet plaats
hebben, tot welke aftreding de gekozenen zullen
belmoren. In andere districten is dit niet noodig,
omdat in district II dan alleen verschillende
aftredingen voorkomen.
Wij stellen U nu voor ons te machtigen namens
Uwen Raad in den geest van het boven aange
voerde een schrijven tot heeren Gedeputeerde
Staten te richten, waarbij wordt voorgesteld te
bepalen dat het aantal in ieder district in het
geheel te kiezen leden zal bedragen
in district I 7, in district II 8 en in district
III 8 leden en dat bij iedere aftreding zullen
worden gekozen
in 1913 in district I 2, in district II 2 en in
district III 3 ledenin 1915 in district I 3, in
district II 3 en in district III 2 ledenin 1917
in district I 2, in district II 3, en in district III
3 leden.
Verordening ex art. 114bis Gemeentewet op
afzonderlijk geldelijk beheer Gasfabriek en
Waterleiding.
Was in onze Gemeente reeds voor de jongste
wijziging der Gemeentewet een regeling van het
afzonderlijk geldelijk beheer van Gasfabriek en
Drinkwaterleiding ingevoerd, thans is door de in
voeging van art. I14bis in die wet daarvoor een
wettige grondslag gelegd.
Be bedoeling van die nieuwe bepaling in het
licht van de geschiedenis harer tdtstandkoming
beschouwd, en gelijk zij door heeren Gedeputeerde
Staten wordt opgevat, is dat een volledige regeling
van zelfstandig geldelijk beheer wordt gemaakt,
welke door Gedeputeerde Staten moet worden
goedgekeurd.
Waar nu de te Schiedam bestaande regeling,
hoewel bruikbaar genoeg, niet volledig is te noe
men, hebben B. en W. haar moeten herzien en
bieden zij als vrucht daarvan het ontwerp eener
nieuwe verordening ter goedkeuring den Raad aan.
Hinderwet.
Door B. en W. zijn de volgende vergunningen
verleend
Aan Aug. Schneller en zijne rechtverkrijgenden
tot het oprichten eener inrichting voor het ver
vaardigen en herstellen van electrische instru
menten en werktuigen in het pand L. Haven
no. 66, gedreven door een gasmotor van 6. P.K.
aan de N.V. Molen de Vrijheid," tot uitbrei
ding harer maalderij in het pand aan de Noordvest
no, 40, met een gu-:.mqtoj yan 50 PvK,y drijvende
den bestaanden maalgang.
„Katholiek Leven."
Het volgend verslag wordt ons ter plaatsing
gezonden
Woensdagavond j.l. trad op de debatvergadering
als spreker op, de heer P. Heilker met het onder
werp «Iets over electriciteit". Nadat de voor
zitter de vergadering op de gebruikelijke wijze
had geopend, en de notulen der vorige vergade
ring waren gelezen en goedgekeurd, was het woord
aan den heer Heilker. Spr. begon met te ver
klaren, dat hij dit onderwerp had gekozen om
twee redenen, eerstens uit liefde tot de natuur
kunde, tweedens om eenige meerdere belangstel
ling hiervoor bij de leden van «Katholiek Leven"
te wekken. De eenvoudigste manier om electrici
teit op te wekken geschiedt door wrijving. Een
der meest voorkomende vormen is de galvanische
electriciteit, waarvan spreker een nadere verklaring
gaf. Hierna behandelde spr. het Leclanché-ele-
ment, waarin de electriteit door chemische werking
wordt opgewekt. De eene stof zal de electriciteit
beter geleiden den de andere; hout b. v. is een
heel slechte geleider, vochtig hout daarentegen
zal beter de electriciteit geleiden, omdat water
een goede geleider is. Voorts zal electriciteit
gemakkelijker gaan door een dikke draad dan
door eene dunne van dezelfde stof. Waarom de
draden meestal geïsoleerd worden, dit dient, aldus
spreker, ten einde electriciteitverlies te voorkomen.
Vervolgens behandelde spr. den grooten invloed
van den electrischen stroom op de magneetnaald,
hetwelk met een proef werd verduidelijkt. De
electrische stroom wordt versterkt, wanneer deze
door een winding gaat; hoe grooter het aantal
windingen, hoe sterker de stroom wordt, zooals
spreker met een draadbos proefondervindelijk
bewees. In dit verband besprak de heer Heilker
de theorie van de electromagneet, en de toepas
sing hiervan bij de electrische klok, schel, het
electrisch licht. Hierna werd overgaan tot de
theorie der krachtlijnen. Hoe grooter het aantal
krachtlijnen is, welke door een draadklos gaan,
hoe sterker de stroom. Voorts gaf spreker nog een
verklaring van het z. g. remanent magnetisme,
hetwelk optreedt na het afbreken van den stroom
en behandelde nog voor de pauze de inductie-
stroomen. benevens de telefoon en de microfoon.
In de hierop volgende pauze werd door de leden
druk gebruik gemaakt van het vragen van nog
nadere inlichtingen aan den spreker.
Na de pauze gaf de heer Heilker in het kort
een uiteenzetting van de Röntgen-stralen en van
de draadlooze telegrafie, hetgeen zeer interressant
was. Dit bleek ook uit het groot aantal vragen welke
door verscheidene leden na beëindiging van de
lezing den heer Heilker werden gesteld. Ter ver
duidelijking van het gesprokene liet de heer Heil
ker verscheidene proeven zien, terwijl die gedeel
ten, welke spr. wegens gemis van de benoodigde
instrumenten niet door proeven nader kon aan-
toonen, werden verduidelijk door talrijke teeke-
ningen.
Aan het slot van zijn lezing bracht de heer
Heilker nog een woord van bijzonderen dank aan
den Eerw. Broeder Overste voor de bereidwillig
heid, waarmede Zijn Eerw. de toestellen aan
spreker voor zijn inleiding had afgestaan,
een dankwoord, waarbij zich de vereenifcing
^Katholiek Leven" volgaarne aansloot.
Na den spreker hartelijk te hebben bedankt
voor zijn interessante in leerzame lezing, en hopen
de dat «Katholiek Leven" nog menigmaal den heer
Heilker als spreker in haar midden moge zien,
sloot de voerzitter de vergadering met den Chris-
telijken groet.
Mej. E. v. d. Vlies alhier verwierf
diploma A. voor de zuivere toepassing van het
correspondentieschrift en vertrouwbaarheid met
het systeem Stolze-Wery van de Ned. Stenografen-
vereen. «Stolze-Wery".
Bij de politie is te bevragen een
zwartharige trekhond (reu) met licht bruine
pooten, voorzien van halsband.
Binnen 2 X 24 uren niet opgevraagd zynde
wordt de hond afgemaakt.
Gister-avond zijn door de politie
aangehouden twee mannen, verdacht van diefstal
van lood, dat hij een opkooper alhier verkocht
was.
Be beide mannen zyn na verhoor weer heen
gezonden.
DIT ROTTERDAM.
Gisteravond is uit New-York alhier aangekomen
en heeft ligplaats genomen in de Rijnhaven het
stoomschip «Uranium", van de Uranium Steamship
Coy. Ctd., met io passagiers der eerste, 23 der
tweede en 480 der derde klasse, tezamen 513
personen.
Onder de passagiers der derde klasse (landver
huizers) zijn er 46t wjen bij aankomst van de
«Uranium" in Amerika de landing is geweigerd
en 53 Russen, die uit Amerika met dit stoom
schip naar hun vaderland terugkeeren.
Zoodra de «Uranium" aan den wal gemeerd lag,
nam de chef-inspecteur der rivierpolitie, de heer
F- van 't Sant, met zyn mannen het toezicht op
zich. Alle landverhuizers moesten aan boord
hlijven. Gedurende den nacht zyn aan hen, de
Bussen uitgezonderd, spoorkaarten uitgereikt en
hedenmorgen om half-acht begaven zij zich aan
boord van de stoomboot «Padang", die deze iq
H
District.
to
co
LO
volgens
bestaande
regeling.
tt>
tr4
CO
to
ter aan
vulling.
rt>
N
ct>
3
co
to
to
volgens
bestaande
regeling.
Aftreding
CO
van ter
aanvulling
gekozenen.
CO
00
lO
to
w
Volgens
bestaande
regeling.
Aftreding
l-i»
CO
CO
I-*.
van ter
aanvulling
gekozenen.
O!
00
to
CO
to
volgens
bestaande
regeling.
Aftreding 1
CO
van ter
aanvulling
gekozenen.
-1
to
co
00
00
-4
T 0 T A
A L.