Stads- en Gewestelijk Nieuws. Bakkerswet. Namens den «Algemeenen Nederlandschen Bond van Arbeider(ster) in het Bakkers, Chocolade- en Suikerbewerkingbedrijf", is een adres aan de Tweede Kamer gezonden. Daarin zeggen adres santen lo. dat zij met waardeering hebben kennis ge nomen van dé pogingen van den minister om in het ontwerp der Bakkerswet een regeling van den arbeidsduur op te nemendat zij echter tegen de wijze, waarop een en ander bij de arti kelen 12 en 13 van het »nader gewijzigd ontwerp van wet" is voorgesteld, ernstige bezwaren heb ben en op zoodanige wijziging van deze artikelen aandringen, dat tusschen het begin en het einde van den gewonen arbeidsdag niet meer dan 12 uren liggen, die onderbroken moeten worden door 2 uren rust, welke rusturen zoodanig op arbeids kaarten moeten vermeld worden, dat zij door de arbeidsinspectie te controleeren zullen zijn 2o. dat zij de bij artikel 6 aan den minister verleende bevoegdheid zeer gevaarlijk blijven achten en derhalve op intrekking daarvan aan dringen 3o. dat zij dringend verzoeken in artikel 1 sub IV, te bepalen, dat onder »nacht" wordt verstaan de tijdsruimte tusschen 9 uur des namiddags en 5 uur des voormiddags en in verband hiermede artikel 7 zouden willen zien vervallen 4o. dat zij tot hun leedwezen in artikel 4eene onnoodige vrijstelling van nachtarbeid geconsta teerd hebben en die vrijstelling alleen zouden willen zien gelden voor de laatste twee uren van den nacht; 5o. dat zij voorgaande bemerking ook staande houden tegenover de in artikel, sub c, bedoelde zes nachten op den voet als bij sub b is bedoeld. Adressanten dringen er ten zeerste op aan, het nader gewijzigd ontwerp van wet tot beperking van Zondagsarbeid en nachtarbeid in het bakkers bedrijf en van den arbeidsduur van bakkersgezel len zoo te willen wijzigen, dat hun bezwaren vorengenoemd uit den weg worden geruimd en het ontwerp met zoodanigen spoed te behandelen, dat het nog in dit zittingsjaar tot wet kan wor den verheven. Een memorie van toelichting is aan het adres toegevoegd. vierde gedeelte Tan de traktementsverbetering ge reserveerd voor de pensioensverhooging, terwijl het eindcijfer voor zijn plannen in deze ongeveer overeen zal komen met het door hem als Kamerlid genoemde bedrag van 4 millioen gulden. De traktementsverbetering met daaraan ver bonden pensioensverhooging zal vermoedelijk nog in dit zittingsjaar bij de Tweede Kamer inkomen. Weerbericht. Telegrafisch bericht naar waarnemingen, verricht in den morgen van 30 Maart 1911, medegedeeld door het Kon. Ned. Met. Instituut te de Bildt. Hoogste barometerstand 770.9 te Riga. Laagste barometerstand 751.8 te Brussel. Vei wachting tot den volgenden dagzwakke tot matigen zuidoostelijken tot zuidelijken wind, veranderlijke bewolking, mogelijk onweer, zelfde temperatuur. Schouw. De schouw over de distilleerketels, stutten en rollagen enz. in de branderijen, distilleerderijen, alsmede over de boerenbakken, zal vanwege het gemeentebestuur gedreven (worden op Maandag 3, Woensdag 5, Vrijdag 7, Maandag 10 en Woens dag 12 April a.s., telkens van des namiddags 2i/25 uur. Wethouder De Wilde. Naar «Het Vad." verneemt, zal de heer De Wilde, wethouder van 's Gravenhage, op medisch advies eenigszins geruimen tijd zich aan alle werkzaamheden moeten onttrekken. Om tot rust en ontspanning te komen, zal de wethouder eerst daags zich buitenlands begeven. De Armenwet, De kerkeraad der Geref. Gemeente te Gronin gen (B.) oordeelt, dat in het wetsontwerp tot regeling van het Armbestuur nog steeds door de opsomming in art. 2 de voorstelling wordt ge handhaafd, als waren de diaconieën een tak van het Staatsbestuurdat in het wetsontwerp de zelfstandigheid en de vrijheid der diaconieën wor den aangerand en heeft besloten zich tot de par ticuliere Synode te wenden. Het voorstel luidt, dat de particuliere Synode zich tot de Generale Synode zal wenden, om hunne bezwaren ter kennis te brengen van de Ilooge Overheid en de Staten-Generaal en aan deze te verzoeken, dit wetsontwerp niet tot wet te verheffen, tenzij daarin zulke veranderingen worden gebracht dat hunne bezwaren worden opgeheven. Mgr. Van de Wetering. Z. D. H. de Aartsbisschop wordt in het laatst dezer week van zijn reis naar Rome in het va derland terugverwacht. Traktementsverbetering officieren. De hoefijzer-correspondent van het «Hbld." meldt Dezer dagen bevatte «De Avondpost" een be richt omtrent de plannen van minister Colijn be treffende de traktementsverbetering voor offi cieren, volgens hetwelk die plannen eigenlyk ongeveer zou neerkomen op wat minister Cool had voorgesteld. Immers, de traktementsverbete ring zou worden losgemaakt van de pensioens verbetering en voor deze laatste zou een vierde van het bedrag der traktementsverhoogingen wor den gereserveerd. Daar dit nu was wat de heer Colijn als Kamerlid verkeerd had geacht, leek het mij ongelooflijk, dat hij het als minister toch zou voorstellen. Bij informatie is mij dan ook gebleken, dat het bericht lang niet geheel juist is. De minister splitst de noodig geachte pensi oensverbetering in tweeën. De algemeene ver hooging van pensioenen, waarbij ook Marine zou zijn betrokken, zal later komen. Afgescheiden daarvan echter is een belangrijke vervroeging van den pensioensleeftijd en pensioensverhooging ont worpen voor kapiteins en hoofdofficieren van in fanterie en artillerie, met daaraan verbonden land weerplicht. Deze maatregel, die buiten verband met Marine kan worden genomen, zal, naar men verwacht, het dubbelle voordeel opleveren van een snellere promotie bij de genoemde wapens en van aanvulling van het tekort van officiers kader bij de landweer. De traktementsverbetering, waarvan het bedrag ongeveer gelijk zal wezen aan het door minister Cool beoogde, zal aan deze laatste pensioenregeling worden vastgekoppeld en het is dus slechts de meer algemeene pen sioensherziening, die los daarvan later zal volgen. Overigens wordt ook door minister Colijn een „Katholiek Leven.'' De Bondsgehoorzaal, waar gister-avond degroote vergadering;van «Katholiek Leven" gehouden werd, bood een recht opwekkenden aanblik. Met eerw. geestelijken der verschillende parochiën en een aantal eerw. Broeders vereerde ook de edelachtbare heer M. L. Honnerlage Grete, burgemeester dezer ge meente, de vergadering met zijne tegenwoordigheid, terwijl een groot aantal katholieke ingezetenen der stad, dames zoowel als heeren, de ruime zaal bezetten. De voorzitter van «Katholiek Leven", de heer J. Putters, na de vergadering met den christe- lijken groet geopend te hebben, getuigde, dat de vereeniging met vreugde aller opkomst ter ver gadering begroette enallen hartelijk welkom heette, in 't bijzonder den eerw. spreker en den edel achtbare heer Burgemeester, wijl deze opkomst getuigt van belangstelling in het werk der ver eeniging. Daarna leidde voorz. in vereerende be woordingen bij de vergadering in den weleerw. pater Van Hassel, voorzeker ondanks zijn betrek kelijk kort verblijf in onze gemeente, geen onbe kende. Zeker zou diens lezing allen een genot vollen avond bezorgen. In verband met het ouderwerp der lezing van dien gevierden spreker meende voorz. ook het werk van de Propaganda- club»St. Paulus", op verzoek, in aller welwillend aandenken te moeten aanbevelen. De weleerw. Pater N. v a n H a s s e 1, O.P., kapelaan der Broerskerk te Nijmegen, die daarna onder applaus den katheder besteeg, zeide aan vankelijk, dat hij met bereidwilligheid de uitnoo- diging van het bestuur had aangenomen, hier eene lezing voor «Katholiek Leven" te houden immers wie zou niet gaarne er toe medewerken ons katholiek geloofsleven te verinnigen en te versterken. Waarlijk grootsch is het werk der katholieke actie in heel ons land overal verheffen heerlijke tempels hun spits ten hemel en doet zich die actie op onderscheidene wijze kennen. Maar dat alles betreft slechts het uitwendig ka tholiek leven maar ook het inwendig katholiek leven behoort te worden opgewekt, op de vor ming en ontwikkeling van geest en hart, het roomsch denken en gevoelen behoort te worden gewerkt; dat behoort het ruggemerg te zijn van onze roomsche daden. Om daartoe iets bij te dragen koos spr. tot onderwerp van zijn rede «Lectuurvoedsel of vergift?" Voor ontwikkeling van onzen geest is lectuur noodzakelijkgoede lectuur mag als een goed voedsel geacht worden. Een karaktertrek van onzen tijd mag toch de onwetendheid in den Godsdienst geacht worden. Op verschillend ge bied gaat men in onzen tijd vooruitmaar op godsdienstig terrein heeft men zich over 't ge heel nog niet voldoende ontwikkeld. Daarom is 't de roem van «Katholiek Leven", dat 't de kennis van den Godsdienst tracht te ontwikkelen naar roomschen geest, de lectuur vooral van haar leden tracht te leiden. Lezen bestaat toch niet in dat gewone werktuigelijk lezen maar, in appli catie van den geest, waarvan met St. Thomas van Aquino zoovele wijsgeeren getuigden en dat naar het woord van onzen bekenden professor De Groot die liefde tot de waarheid ten doel heeft, welke de verheven kracht van den mensch uit maakt en den vrede op aarde brengt. Aldus op gevat, is de lectuur een zegen en een ryke bron voor den geest en strekt zij niet alleen tot heil van zich-zelven, maar ook tot welzijn van anderen. De lectuur, aldus tot verryking van den geest aangewend, strekt ook tot glorie der Kerk van Christus, die tegen zoovele vijanden te strijden heeft, tegen wie wetenschap en kunst, koningen en vorsten, allen samenspannen. Zij die aldus hun geest met goede lectuur verrijken, vinden daarin een machtig wapen om de H. Kerk te verdedigon, tegen wie met de bloote hand in de ruwe kazernetaal van een Bolland of met gegan- teerde vingeren alle modder en vuil wordt ge worpen. Die overvloedige kennis van den gods dienst, door goede lecteur bereikt, geeft aan de hartstochten kalmte en rust. Die studielust geeft rust aan den geest, blijdschap aan 't hart. En bij die ontwikkeling van het verstand, van den geest moet de II. Roomsche Kerk meesteres en leidster zijn. Zij is toch met recht de lichtbaak, wier machtige intellectueele invloed geheel de maatschappij doordringt, wier onwankelbaar be ginsel de wereld tot luisteren dwingt. In de Kerk is toch het beginsel der hoogste rede, tot Haar voert alle wijsheid. De Kerkleei en de wetenschap zijn toch niet met elkaar in strijd geloof en rede ontspruiten uit de zelfde bron de menschejijke wijsheid moet het hoofd buigen voor den Goddelijke openbaring opdat zij haren voet niet stootte aan éen steen, De grootste helden des geloofs die de leiding der Kerk trouw volgden, waren ook de grootste figuren der menschheid. Is aldus de goede lectuur een goed voedsel, de slechte lectuur blijkt een zwaar vergift, dat niet alleen de ziel vermoordt, maar ook het lichaam doet kwijnen. Als de drie voornaamste uitingen dier slechte pers noemt spr.de dagbladpers, de moderne roman en de tooneel-literatuur. In het priesterleven, aldus vervolgt spr, ontwaart men dikwijls hoe de slechte lectuur voert tot verflau wing en afval van het geloof en bederf der zeden daarom moet hij waarschuwen voor de zielemoor- dende lectuur der slechte pers. De goede pers is een gave der hemels, de slechte een product van de hel. Terwijl het woord een heerlijke gave Gods is en in dat woord zich afteekent het beeld van God, 's menschen goddelijke afkomst, terwijl door dat woord de mensch wordt als een scheppende kracht, waardoor hij het leven naar buiten brengt en aan anderen mededeelt, wordt vooral het geschreven woord, waardoor de gedachte van den mensch ook nawerkt voor het ffageslacht, mis bruikt tot groot verderf der zielen. De hoofd misdaad van onzen tijd is dan ook, dat de pers misbruikt wordt tot een helsch werktuig dat dood en verderf brengt voor ontelbaren in de wereld, zooals ook de geleerde Balmes getuigt. Al wat de moderne techniek uitdenkt, om het gebruik van de pers te vergemakkelijken, wordt aangewend om het rijk van het kwaad uit te breiden, 't Is als een ont zettende watervloed, een onmetelijke zondvloed van vergallenden inkt, die groeit iederen dag en stijgt van het diepste der dalen tot de hoogste der bergen, een troebele modderpoel die de lucht vervult met een doodelijken damp. Op allerlei wijze en in allerlei vorm door luid ruchtige reclame in spoorwegcoupé, in huis en op straat, in boek en dagblad wordt die slechte lectuur aan den man gebracht. Zij werkt als een doodend vergift en belet ook de uitbreiding van het Godsrijk, wijl zij het woord Gods door het onkruid doet verstikken. Werkt toch het gespro ken kwade woord gevaarlijk, het geschreven slechte woord werkt verderfelijk, terwijl het gesproken woord toch slechts oogenblikkelijk klinkt, doordringt de slechte pers de ziel als een fijne regen. Het gesproken woord is als een pijl die een tijdelijke wonde slaatmaar het geschre ven woord is als een harpoen, die vasthoudt en de wonde telkens opnieuw doet openscheuren. De vraag beantwoordend welk soort van lectuur de bedoelde verderfelijke invloed der slechte pers uitoefent, zegt spr., dat 't vooral de liberale, socialistische en neutrale dag bladpers is en de moderne roman. Het zelf de middel dat Voltaire aanwendde om het geloof te ondernemen quasi-twistredenen in de koffiehuizen, past de groote liberale dagbladpers, die door joden en vrijmetselaars, allen die een ingekankerden haat hebben tegen Christus' Kerk, toe om het geloof te ondermijnen en wat de re dacties der groote liberale bladen niet op eigen verantwoordelijkheid durven zeggen, laten zij door buitenlandsche correspondenten schrijven; zij zijn als de vuilnisbelt der slechte pers, gelijk «Uile- spiegel" 't is van de »N. Rott. Ct.". Spr. betoogt verder, dat men hier niet de buitenlandsche pers alleen moet veroordeelen want onze vaderlandsche liberale pers is geen haar beter, misschien nog gevaarlijker. De slechte pers over 't geheel voert tot ver zaking van het geloof, ondermijning der zedelijk heid en vervalsching der geschiedenis van den dag zij stelt de katholieke leer in een valsch daglicht. Het grootste kwaad, van onzen tijd is toch het indeferentismevelen zijn geen beroeps katholieken, maar dilettant-geloovigen, die naar Thiers' woord niet behooren tot het vaste gevolg van le bon Dieuzij trekken steeds twee gezich ten een voor de Kerk en een voor het openbare leven. De geest van ongeloof wordt nu bij derge lijke Katholieken door de liberale bladen gekweekt, door het stelselmatig doodzwijgen van al wat het roomsche leven, het volle rijke katholieke leven betreft, terwijl toch de Katholiek die dergelijke bladen door zijn abonnement steunt, vergen mocht daaromtrent ingelicht te worden. Buitendien wan neer dergelijke bladen nog eens van roomsche zaken gewagen, spreken zij er over als een blinde over de kleuren, of op spottende, tergende wijze. Die bla den ondermijnen ook het begrip van zedelijkheid. Men kan in liberale bladen herhaaldelijk een prachtige bloemlezing vinden, die getuigt van een rinnigen haat tegen de onveranderlijke waarheden der christelijke zedeleer. Zij maken feitelijk pro paganda en verleenen hunne medewerking tot vuile praktijken, die men dan geannonceerd ziet in gezelschap van een katholiek pianofabrikant of een dito fabrikant van bekende zeepen. Ook door de zucht naar schandalen te bevredigen door voedsel te geven aan het op schandaal beluste publiek, o.a. door het draadfijn uitpluizen in de r ransche pers van het weerzinwekkende Steinheil- drama, ondermijnen die bladen de zedelijkheid van het publiek. In de wijze waarop de onlangs in de Kamer behandelde wetten tegen de zede loosheid, die de étalage van het kwaad wilden beletten, werd besproken, doen zij die ondermij ning kennen en in het gevaarlijk feuilleton doen zij die nog meer uitkomen. Maar ook de slechte pers vervalscht de ge schiedenis van den dag. Dat toont zy in hare houding ten opzichte van de Kerkvervolging in klankrijk, in de wijze waarop de Ferrer-zaak in haie kolommen werd besproken en de gebeurte- nissen in Portugal werden behandeld. Geen zweem van medelijden of verontwaardiging was in die pers te bespeuren ter zake van de tallooze vrou wen ook vooral, die uit scholen en hospitalen werden verdreven en onbarmhartig door de revo- iutie op straat werden gezet. Toen ter gelegenheid 2» 1 bekende schipbreuk aan den Hoek-van- Rolland de laster werd verspreid, dat er als gieren op cle lijken werd geaasd en hun de ringen van de vingers werden getrokken, heeft de liberale pers dien laster tegengesproken; maar de laster tegen Kerk en Paus verspreid werd niet tegen gesproken. De katholieke lezers van liberale dagbladen krijgen allengs vervalschte denkbeelden omtrent verschillende zaken. De lectuur van liberale dagbladen kweekt liberale Katholieken, die niet ten volle huldigen de roomsche begin selen, maar de huik hangen naar den winder twee gezichten op na houdeneen voor de Kerk en een voor het openbare leven en voor verschil lende katholieke zaken niets blijken te gevoelen. Zoo durft spr. dus alleszins te beweren, dat de lectuur van liberale dagbladen is vergift, voor den geest. Wat spr. aldus van het liberale dagblad ge tuigt, geldt ook ten volle voor den modernen roman van onzen tijd. Niemand beter dan Rous seau zelf getuigde van de verschrikkelijkheid van zijn werken die hij beier niet geschreven achtte. Hij getuigdeIk kan geen mijner boeken zien of ik sidder: ik onderwijs niet, maar ik bederf; in plaats van voedsel breng ik vergift en onder fraaie woorden ben ik toch in waarheid een booswicht. Ook verzekert hij, dat een eerbare jongedocliter, die, in weerwil van den afschuw- wekkenden titel slechts éene bladzijde van die vuile romans gelezen heeft, verloren is. De wer king van de slechte roman is zoo satanisch voor geest en hart, dat de lezer aan den invloed daar van niet kan ontkomen. Alleen ook om het gel- delijk gewin leenen die romanschrijvers, die zelf van de verderfelijkheid van hun romans over tuigd zijn, zich voor dat werk. Kon ik hun voor eiken regel slechts een paar sous meer geven, zeide Yeuillot, ik maakte er allen Capu- cijnen van. Den verderfelijken invloed der slechte boe ken nog nader uiteenzettend, betoogt spr. dat de roman aldus in de Hollandsche taal geschreven, niet beter is dan het buitenlandsch mestproduct, dikwijls nog erger terwijl Zola de giermest in het volle daglicht ontleedt, wijzen die producten het kwaad op bedekte wijze aan, en daarom zijn die letterkundige vruchten sterk vergift, waarbij zich het woord bewaarheid«aan de vruchten kent men den boom". In dit verband voortgaand, onderscheidt spr. de slechte boeken in drie soorten de eerst bedoelde schrijvers stellen alle ondeugden onbedekt, brutaal ten toon, kiezen tot helden hunner romans per sonen van laag gezonken physieke moraal en deze schrijvers kleeden hun zedebedervend werk in betooverenden stijl, wijdden de uiterste zorg aan de schildering van personen en zaken, bedekken de ondeugd met bloemen en doen ze zien door een doorzichtig waar, om ze te beter in de salons en de kringen waarvoor ze bestemd zijn, in te voeren. De derde soort schryvers schildert de zonde in vergoeilijkende kleurenzij trachten het kwaad te i echtvaardigen, vervalsclien de ideeën, predi ken het recht van de echtscheiding en de vrije liefde, spreken op minachtende wijze over huwe lijkstrouw, noemen in éen woord het goede kwaad en het kwade goed. Een zedeleer zonder Evan gelie, een zedeleer zonder God, dat is het ideaal van vele hedendaagsche romanschrijvers. Aan het eind zijner lezing gekomen, wekte spr. allen op, steeds die vergift brengende lectuur te weren en gezonde lectuur, die voedsel brengt voor geest en hart, te zoeken, geen hooggeleerde lectuur, maar iectuur die materieel en intellectueel onder het bereik ligt van allen hier tegenwoordig, degelijke gezonde lectuur die met applicatie va°n den geest wordt gelezen en allen strekt tot tijde lijk en eeuwig heil, die het geloof der Kerk ver dedigt en het koninkrijk Gods in de harten der menschen verbreidt. In dit verband wekte spr. vooral op, de pers,het katholieke dagblad te steunen, het groote katholieke dagblad, dat aan alle eischen voor den handel voldoet en de verontschuldiging tei zijde stelt, dat men de liberale bladen noodig heeft voor zijne zakenmaar ook de plaatselijke pers, die, naar de mate harer krachten, bijdraagt om het begrip van waarheid en recht te doen zegevieren, het katholieke geloof te handhaven en te bewaren. Zijn wij er dan steeds op uit, de vei dei felijke lectuur te weren uit onze huisge zinnen, die lectuur die de lelie der reinheid doet vertreden en vertrappen. Vlucht de slechte lectuur waarbij de kostbare ziel op 't spel staat en toont u, leden van «Katholiek Leven", flinke jonge degelijke mannen, die Telen tot steun zijt en een kern vormt van echt Roomsch-Katholiek leven 1 Nadat het langdurig applaus, dat deze kern achtige reden als bezegelde eindelijk was ver stomd, nam de voorzitter ten slotte het woord. In welgekozen bewoordingen bracht hij den wel eerw. spreker dank voor zijn diep doorwrochte, kernachtige rede, met zooveel welwillendheid voor het katholieke Schiedam uitgesproken. Aan het slot zijner rede had de gevierde spreker voorz. reeds het gras voor de voeten weggemaaid door zijne aansporing tot steun der katholieke pers. Namens allen pater Van Hassel dank brengend voor zijne schoone rede, verzekerde voorz., dat zij de gegeven wenken zouden ter harte nemen, de liberale en neutrale pers weren en de katholieke uit alle kracht steunen. In t bijzonder ook namens «Katholiek Leven" den ge wijden spreker hartelijk dankend, nu zij hem voor de eerste maal in haar midden zag, riep hij hem niet een «vaarwel", maar «tot weer ziens toe, bracht dank voor aller opkomst, vooral ook de eerw. geestelijken en den edelachtbaren heer Burgemeester, en sloot daarna de vergade ring met den Christelijken groet. Sociale Cursus. Morgen (Vrijdag 31 Maart) zal op de verga dering van bovcrigenoemden cursus als1 spreker optreden de woléerw. heer H. B. J. Wamink, met hel onderwerp: „De Borronaöus-Encycfiek". Deze vergadering is toegankelijk voor alle Ka- tiholijeken dain^s en heeren. H e d e n-m i d d a g werd door Burge meester en Wethouders ten Raadhuize in het openbaar aanbesteed het bouwen van een nieuwe school aan den Singel. Hiertoe waren ingekomen 23 biljetten. De inschrijving had tweeledig plaats, I met vrije keuze van werklieden en II met ver plichting van een deel Schiedamsche werk lieden. ^Fa. v. d. Pluijm van Gielen, Rotterdam, I f 53400; E. Wienhoven, Den Haag, I f565451 M. J. Breedvelt, Oud Alblas, I 51430, II f51930; M. v. d. Spek, Rotterdam, I f53400 J. de Kloe' Maassluis, I f59000, II f60000 J. A. L. van Dijk' Delft, I f57980; J. Waaijer, Medemblik, I f54767, II f54767II. van der Wiel Co., Den Haag' I- f56115; H. 11. Geers, Delft, I f57000; G. H. Kievit, Rotterdam, I f52700; P. Vaassen, Utrecht, I f60717 II. A. Etman, Utrecht, I f56710; J. F. Schuiten Jr., Delft, I f56400; D. F. Blanken,

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1911 | | pagina 2