Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
EERSTE BLAD.
34ste Jaargang.
Zaterdag 15 April 1911
Vo. 9994.
P A S C H E N,
De grondslag des heils, Alleluja
FEUILLETON.
De man in 't grijs.
Binnenland.
ABONNEMENTSPRIJS:
Dit blad verschijnt dagelgks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, en
kost vooï Schiedam per 3 maanden f 1.35, per maand 45 cent en' per
week 10 cent. Franco per post door geheel Nederland f 2 per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons BureauBoter-
straat 50 en bg alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders
Bureau BOTERSTRAAT 50.
Dit nummer bestaat uit FJTJ&R
bladen en een Geïllustreerd
Zondagsblad.
Schier niemand beleeft het Paaschfeest, tenzij
in hooge blijdschap en zingend zijn Alleluja!
Want ieder Christen weet, dat het hoogheer
lijke feit, hetwelk op het Paaschfeest gevierd
wordt, de grondslag is van onze blijde, eeuwige
verwachtingen. Als Christus niet verrezen ware,
dan, zoo leerde het Sint Paulus reeds, waren
wy, christenen, zeer ongelukkig. Dagelijks sterf
ik, broeders, onder al mijn lijden, zoo schreef die
groote Leeraar der heidenen in zijn eersten brief
aan de Corinthiers (XV. 31), en, zoo ik, te
Ephese, met wilde dieren heb gevochten, dat
wil zeggen, met menschen, die in woestheid en
wreedheid, mij aanhoudend vervolgden, wat
baat mij al dat lijden, als de dooden niet ver
rijzen, als met mijn sterven alles gedaan zou
de zijn.
Maar nu bestaat in waarheid juist het tegen
deel Christus, de zegevierende Christus zelf,
was aan Paulus uit den hemel verschenen, hem
verbiedende, langer de Christenen te vervolgen
en tevens de waarheid van het Christengeloof
stavende, hetwelk geheel gegrondvest en ge
predikt werd op het feit der Verrijzenis. Want
over die Verrijzenis was de eerste prediking van
Sint Petrus geweest. Voor die Verrijzenis had
Sint Stephanus reeds zijn bloed vergrooten, toen
juist Paulus (nog onbekeerd) de kleederen dei-
getuigen bewaarde; van die Verrijzenis predik
ten alle de andere Apostelen als ooggetuigen
ja, meer dan vijfhonderd lieden te samen had'
den den Heer in Galilea na zijn Verrijzenis aan
schouwd. En daarenboven, heel Klein Azië,
nabij het Heilige Land, zelfs Achaja en de eene
landstreek na de andere, liet aanstonds de al
oude afgodsbeelden met hun eeredienst van
moord, van wellust en van verdierlijking eenzaam,
staan, zoodra hun de opstanding des Heeren als
onloochenbaar werd voorgehouden. En zooging
het later steeds verder en verder onder de volken.
Daarom dus, op het Paaschfeest, ons Alleluja
Wij erkennen het allen op Paschen, dat, al
zijn wij nog zoo klein bedeeld met aardsche
goederen, en al hebben de rampen des levens
onze hoofdharen spoedig vergrijsd, toch evenwel
op ons inwendig zieleleven, het jubelend woord
van den reeds genoemden Sint Paulus tot de
Corinthiërs blijft gelden: „Broeders! Ik dank
mijnen God altijd over u, voor de Genade Gods,
die u in Christus Jezus is gegeven, dat gij in
alles in Hem zijt rijk geworden in alle kennis
PRIJS DER ADVERT EN TlëNj
Van 1 6 regels f 0.92 met inbegrip van bewijsnummer.
Elke regel daarboven 15 cent.
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend.
Ingezonden mededeelingen 25 cent per regel]
Voor herhaaldelijk adrestieron wórden uiterst bik
Igke overeenkomsten aangegaan.
Telefoonnummer 85. Postbus no. 39.
49)
„Wanneer komen mevrouw en de comtesse
thuis?" vroeg Albert.
Jean merkte nu eerst op, wie er naast hem
zat.
„Ah zoo, jij bent de nieuwe tuinmansknecht,
hè? vroeg hi) ietwat uit de hoogte
„Om u te dienen Op uw welzijn, heer Jean
Albert hief zijn glas op „Dus, wanneer komt
mevrouw met de comtesse en den graaf thuis
„Morgen middag. De soep is uitstekend, Rieke
Nu, ik kan jelui wèl verzekeren, blij te zijn, dat
ik weer hier ben. Dat was me daar een mooie
boel."
„Aha... vertellen! Is er wat nieuws?"
„Een heelen zak met nieuwsIk wil alleen
dit maar zeggendaar zijn me rare dingen
gebeurd
„Aha! maar vertel er ons toch iets van!"
Rieke en de overige vrouwelijke medeleden van
de tafelronde brandden letterlijk van nieuws
gierigheid.
Maar Jean lepelde meesmuilend zijn bord leeg,
leunde op z'n gemak achterover en wreef zich
vergenoegd in de handen.
en alle leer.... zoodat u, die de Openbaring (of
tweede komst) onzes Heeren Jezus Christus ver
wacht, niets ontbreekt in eenige genade. Hij
zal ook u bevestigen ten einde toe, om zonder
misdaad te wezen op den dag der komst van
onzen Heer Jezus Christus. Getrouw is God,
door Wien gij geroepen zijt tot gemeenschap
met Zijnen Zoon Jezus Christus, onzen Heer
(Eerste briet aan de Corinthiërs I. 4—9.).
Slechts onze medewerking wordt bij dat
vreugdevolle, zielverheffende leven gevraagd.
En, hoort, hoe hoogheerlijk klinken hier nog
eens Paulus woorden
Men weet, de Joden moesten by het aan
breken der Paaschfeesten, alle oude deesem, of
brood-met-gist gebakken, opruimen en zooge
naamde ongezuurde, brooden eten. Dit was
een herinnering aan de omstandigheden van den
uittocht uit Egypte, die haastig in den nacht
was gebeurd, en wel zóó haastig, dat men
geen tijd had het brood te laten doorbakken.
Bij het vieren van den Paasch maal tijd onder
de Joden in latere eeuwen, ook nog tijdens
Christus jeugd, stonden er, behalve het geslachte
Paaschlam, o.a. ook ongezuurde brooden op ta
fel. En tijdens den feestmaaltijd, hief de huis
vader één ongezuurd brood omhoog en vroeg:
Waarom eten wij dit ongezuurde En de oudste
zoou moest antwoordenHet deeg onzer va
deren was nog niet doorzuurd, toen hen plotse
ling de Almachtige, Goede God uit Egypte
voerde, zooals in de Wet (Exodus XII39) staat
En zij hakten het deeg hetwelk zj uit Egypte
gebrachthadden, tot ongezuurde koeken, want
het tvas nog niet doorzuurd. En aan deze woor
den werd een reeks van lofzangen vastgeknoopt.
Doch hoortWanneer op dezen dag de Chris
ten op zijn Paaschfeest ten tempel gaat, dan
klinkt hem een Epistel, een les van Sint Paulus
toe, welke hem een nog veel hooger Paaschin-
zicht op de bedoelingen Gods geeft. Het geldt
thans, sedert het Nieuw Verbond en het Nieuwe
Paaschlam heerschen, den deesem onzer zielen.
En zoo luidt dan het Epistel op Eersten Paasch-
dag, uit den Corintherbrief (V. 7. 8), als hier
volgt
BroedersDoet geheel weg den ouden zuur-
cleesem, opdat gij een nieuw deeg moogt wezen,
gelijk gij ongedeesemd zijt. Laat ons'derhalve
leestvieien, niet met den ouden zuurdeesem,
noch met zuurdeesem van ondeugd en boosheid,
maar met ongedeesemde brooden van oprechtheid
en waarheid.
O glans dus des Christenlevens 1 Op het vaste
feit van Christus Verrijzenis en Zoendood steu
nend, zal de ware Christen, om met den Apos
tel te spieken, alleen de zuivere zoogenaamde
bloem van het levenskoren en het levensmeei
wezenVoor hem neen, geen verbasteren, geen
toemenging, geen doorgisting der hartstochten,
maar ieder onzer moet, (zij het ook met eenig-
zins gewijzigden zin) het woord van den bis
schop der oudheid herhalen: Frumentum Christi
sum Lk hen de tarwe van Christus.
En al moeten wij dan niet zooals die heilige
Ignatius, bisschop van Antiochië, als martelaar
in het Colosséum, door beesten worden ver
scheurd, o, er zijn nog vele andere martelende
beproevingen voor den Christen weggelegd.
Misschien dus mogen ook de volgende woorden
van Sint Ignatius herhalen Ik ben de tarwe
van Christus ik moet nog door de tanden der
leeuwen worden gemaald.
En waartoe dat alles?
Nog eens spreekt St. Ignatius: „Ik ben de
„tarwe van Christusik moet nog door de
„tanden der leeuwen gemaald worden, opdat ik
seen vlekkeloos brood worde bevonden." Vlek
keloos, zonder den deesem der zonden!
En dat alles, ten einde toeNa 's Heeren
Verrijzenis lacht ons uit alle doodsteden de
dageraad toe 1 Kom en sta op, gij mijn trouwe
geloovige, zoo zal het ons, na het verlaten des
liehaams, op wondre wijze, in den geest worden
bekend gemaakt, kom, gij hebt op aarde boven
alles, uwen herrezenen, zoeten Jezus gedragen
in uw harte, verheerlijkt in uwe gedachten,
geopenbaard in uwe wilsdaden, welaan kom,
en geniet nu, zonder einde dienzelfden Koning
aller glorie onverstoord in heel uw verstand, in
heel uw wil, in heel uw liefdedraag zelfs
eenmaal de glorie van de stralen zijner ver
heerlijkte menschheid. Alleluja!
P. M. Bots.
Leiden. r. k pr.
Prins Hendrik.
Z. K. H. Prins Hendrik zal in den ochtend van
20 dezer naar Brunswijk vertrekken en 23 deze1'
des avonds weer op Het Loo terugkeeren.
aan een protestantsch hof ten voordeele van den
vertegenwoordiger van den H. Stoel.
De aangenomen oplossing is de benoeming van
den nuntius in België tot internuntius in den Haag
die, terwijl hij tevens zijn ambt te Brussel be
houdt, nu en dan naar den Haag zal gaan om er
zijn ambt te vervullen, zorg dragende overigens
niet daar te zijn, wanneer de afgevaardigden ter
vredesconferentie er bijeenkomen. Op die manier
zal elks teergevoeligheid gevrijwaard zijn. De
hoedanigheid van internuntius aan den nuntius
van België toegekend, is voor hem geen vermin
dering, hoewel de eerste titel minder is dan de
tweede. Het is inderdaad in de diplomatieke
gebruiken, dat gezanten van mogendheden bij
voornaamste hoven van Europa tevens het ambt
van buitengewoon gezant en gevolmachtigd Mi
nister mogen vervullen .bij andere hoven. leis
dergelijks zal dus gebeuren voor den nuntius van
Brussel. De aangenomen oplossing is dus van
aard om iedereen te voldoen."
»De Tijd' teekent hierbij aan, dat de corres
pondent van het Antwerpsche blad zich ernstig
heeft trachten op de hoogte te stellen van de
kwestie, welke hij wenschte te behandelen. sNiet-
temin meenen wij, dat hij. wanneer door hem
althans niet een deel zijner informaties on"
benut wordt gelaten, er niet in geslaagd is vol
ledige inlichtingen te verkrijgen. Met algemeene
beschouwingen omtrent de jongste betrekkingen
tusschen het Vaticaan en Holland alleen kan
men niet voldoende ophelderen, waarom de ge
vallen beslissing n u j u i s t genomen is".
„Eerst eten
En hij bleef onverbiddellijk. Er kwam geen
woord over zijn lippen, voor dat de laatste
schotel ledig van de tafel werd gedragen. Toen
nam hij het woord
„Nu dan het allereerste nieuwtje is, dat
er in het huis in de stad dieven zijn geweest."
„Dieven?! Heer in den hoogen hemel!..."
„Althans één. En wat het mooiste van de
grap is: de portier en zijne vrouw hoorden hem
en lieten hem stilletjes zijn gang gaan
„Dat is toch zeker maar gekheid?"
„Volstiekt niet Op den 12en of 13en Augus
tus - zoo heel precies wisten die brave luidjes
het niet meet te zeggen lagen ze in hunnen
eersten slaap, toen de vrouw wakker werd en
boven heui hoofd in de kamer van den graaf
hoorde loopen. Zij wekte haren man en beiden
luisterden. Toen stond de man op en ging
kijken Hij zag licht in de kamer van'den
giaal. maar vond de deur gesloten en toen hij
aanklopte, beval hem een brommerige stem,
welke hij voor die van den graaf hield, naar bed
te gaan. Daarop verwijderde de portier zich
weer, in de meemng, dat de graaf onverwachts
was overgekomen, wat hij wel meer placht te
doen."
„Maar hoe kwam hij dan in huis?" vroeg
August. D
„Waarschijnlijk door het kleine tuinpoortje,
waal'Inn,- 1?» een eiSea sIeutel bezat en
waai dooi hg gewoonlijk placht binnen te ko-
Nederland en het Vaticaan.
Naar aanleiding van de benoeming van den
nuntius te Brussel tot internuntius in den Haag,
wordt aan het nHbld. van Antwerpen" het vol
gende geschreven
»Eene quaestie die sedert eenigen tijd reeds
het Vaticaan bezig hield, heeft een gelukkige
oplossing gevonden. Zooals gij weet, waren de
diplomatieke betrekkingen, van den II. Stoel met
Holland onderbroken, ingevolge de weigering een
vertegenwoordiger van den H. Stoel in de vredes
conferentie van den Haag toe te laten. Men ver
langde van weerskanten die betrekkingen te her
stellen en Holland scheen geneigd aan te nemen
dat de H. Stoel bij haar werd vertegenwoordigd
door een nuntius en niet meer door een eenvoudig
internuntius als vroeger.
Maar het bemerkte, dat deze oplossing moei
lijkheden opleverde. En inderdaad, volgens de
aangenomen gebruiken behoort het voorzitterschap
van het diplomatisch korps aan den nuntius. Wel
nu, de vertegenwoordigers van de groote mogend
heden zouden niet gaarne gezien hebben dat zij
op den tweeden rang werden geplaatst en dat
Nederlandsche Ye.reemging voor Armenzorg
en Weldadigheid.
De jaarlijksche vergadering van de vereeniging
zal worden gehouden op Maandag 3 en Dinsdag 4
Juli te 's-Ilertogenbosch.
Op Maandag o Juli zal o m. aan de orde wor
den gesteld de discussie over het onderwerp
De opleiding van armbezoekers in verband met
de overweging van voor- en nadeelen, verbonden
aan bezoldigde armbezoekers.
Over dit onderwerp zijn reeds vroeger twee
praeadviezen verschenen, n.l. van mevrouw M. G-
Muller—Lulofs, te Utrecht, en den heer S. Sloo-
ten, te Amsterdam.
men, omdat het van 't station tot daar een heel
eind nader is. De portier veronderstelde dat ten
minste en ging weer gerust slapen.
„loen hij nu den volgenden morgen boven
kwam, zag hijdat het bed niet beslapen en de
kamer onderstboven gehaald was. Ook de tuin
poort en de achterdeur van 't huis waren be
hoorlijk gesloten. Van den graaf was geen spoor
te zien. Nu vond hij de zaak toch wel wat
vreemd, want als de graaf er werkelijk geweest
ware, zou hij toch in liet paleis overnacht heb
ben. Ook moest in dat geval de vrouw van den
portier voor het ontbijt des graven zorgen."
„Hoe laat was het dan, toen hij naar boven
ging?" wierp Albert op.
,„Zoo om en bij half elf."
„Maar toen moest de graaf immers al lang
dood geweest zijn 1" riep Rieke.
„Ze zeggen toch, dat hij des avonds zoo tegen
acht uur hier vennoord werd."
„Zeer juist, maar dat kon de portier in de
stad destijds natuurlijk nog niet weten. Maar
dat het een dief geweest moet zijn. daarvan
was hij toch overtuigd. Hij keek derhalve aller
eerst na, of er iets vermist werd en vond alle
voorwerpen van waarde behoorlijk op hunne
plaats, s Morgens kwam de gravin en vroeg
naar haren man. De portier durfde niet reppen
van den nachtelijken dief, daar hij bang was,
alsdan ontslagen te zullen worden, omdat hij
de zaak niet beter had onderzocht."
»Maar, hoe is het dan uitgekomen
Trainplan voor Texel.
Men meldt ous dd. 14 April uit Texel
In eene goed bezochte vergadering werd giste
ren door den heer A. Wagenmaker, een tramplan
voor Texel over een lengte van 23 K.M. gedemon
streerd, dat, met inbegrip van rollend matereel
enz., zal moeten kosten f480.000.
Er is eene commissie benoemd, bestaande uit
de heeren dr. Wagenmaker, J. L. Dijt, H. Flens,
Aug. C. Keijser, J. Ruibing, G. J. O. D. Dikkers,
D. P. Bakker en D. C. Dros, die de zaak nader
zal overwegen.
Festival.
Het Festival hetwelk 2 en 3 Juli te Ginneken
wordt gehouden, zal naar het zich laat aanzien
„Doodeenvoudig. Toen ik de kleeren van den
graaf zou inpakken, om ze hier heen te laten
brengen, bevond ik, dat er een en ander uit de
kasten ontbrak. Zoo bijv. een zilveren scheer-
geiei, dat daar zeer bepaald is geweest. Vervol-
gens een spiksplinternieuw najaarscostuum. drie
hemden, een revolver, met zilver ingelegd', die
de graaf pas onlangs had gekocht, en verschil
lende kleinigheden. In de kasten zelfs heerschte
ook ae grootste wanorde. Men kon duidelijk
zien. dat iemand hierin gerommeld had.
„De verdenking viel op den portier - ein
delijk dan kwam h(j met de geschiedenis voo'-
den dag. Men gelooft hem wel is waar niet al
te best, maar mij dunkt toch, dat de man de
waarheid spreekt. Hij ziet er wanhopig en ra
deloos uit. Gisteren heeft men hem in hechtenis
genomen."
„Een verschrikkelijke geschiedenis!" zeide
Rieke huiverend. „Maar wie kan het dan ge
weest zijn Een dief, die den geheelen nacht
den tijd had, kon toch wel wat meer meenemen
dan die paar stukken kleeren
Jean lachte geheimzinnig bij zich-zelven, doch
zweeg. Ook de anderen waren st.il geworden en
staarden peinzend voor zich uit.
„Is dat nu de heele zak met nieuws, dien je
hebt meegebracht, Jean?" vroeg plotseling Al-
bert op luiden, spottenden toon.
Jean wieip hem een minachtenden blik toe
Wordt vervolgd\,
z