Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
34ste™Jaargang.
Vrijdag 7 Juli 1911.
No. 10060.
Officieele berichten.
Kennisgeving.
Belt«ria»dseh Nieuws.
Binnenland.
ABONNEMENTSPRIJS:
Dit blad verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, en
kost voor Schiedam per 3 maanden 1.35, per maand 45 cent en per
week 10 cent. Franco per post door geheel Nederland 2.per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons BureauRoter-
straat 50 en bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders.
Bureau: BOTERSTRAAT 50.
PRIJS DER ADVERTENTIëN:
Familieberichten 20 cent per regel.
Handelsadvertentiën van 1—6 regels f 0.92elke regel daarboven 15 cent.
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend.
Ingezonden mededeelingen 35 cent per regel.
Voor herhaaldelijk adverteeren worden uiterst bil-
lijke overeenkomsten aangegaan.
Telefoonnummer 85. Postbus no. 39.
Burgemeester en Wethouders van Schiedam,
Gezien art. 98 der Kieswet,
Brengen ter kennis van de ingezetenen, dat de
processen-verbaal, bedoeld bij art. 93 dier wet,
van de op den 9den dezer in deze gemeente plaats
gehad hebbende stemmingen voor de verkiezing
van negen Leden van den Gemeenteraadop de
secretarie der gemeente ter inzage zijn nederge-
legd, en dat afschriften daarvan aan het raadhuis
zijn aangeplakt.
&Er is hiervan afkondiging geschied, waar het
behoort, den 7den Juli 1911.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
M. L. HONNERLAGE GRETE,
De Secretaris,
V. LUIK, L.S.
MAROKKO.
De «Figaro" geeft thans eenige onthullingen over
de motieven van het optreden van Duitschland,
welke indien zij waar mochten blijken, de zaak
in een eenigszins zonderling licht stellen.
Volgens het Fransche blad zou namelijk de be
zetting van Agadir een gevolg zijn van het
geheime SpaanschFransche tractaat, dat Delcassé
destijds achter den rug zijner collega 's met de
Spaansche Republiek heeft gesloten en waarover
'n den laatsten tijd nog al eens gesproken is, naar
aanleiding der jongste Spaansche actie in het
Noorden van Marokko.
In dit geheime tractaat zou volgens de Figaro,
Marokko eenvoudig zijn verdeeld in «invloeds-
sfeeren". En de aan Spanje toegewezen invloeds
sfeer omvat geheel Noord-Marokko, Larrache, El
Ksar en Tanger met het achterland, alsmede
het gansche Rif tot aan de grenzen van Fransch-
Oran.
Maar dat is nog niet alles. Aan Spanje wordt
bovendien nog een enclave toegend in het meest
zuidelijke gedeelte van de Atlantische kust in de
huurt van Ifni. Dit punt ligt niet ver van Aga
dir. Ifni is een bocht niet ver van Nun, en de
afstand tusschen Ifni en Agadir bedraagt slechts
ruim 100 kilometer. Deze Spaansche invloedszöne,
waarvan niemand tot dusver 't bestaan vermoedde,
ligt derhalve vlak bij de thans door Duitschland
hegeerde haven van Agadir. Wanneer de Duit-
schers zich dus. in Agadir installeeren, zullen zij
daar dus de naburen de Spanjaarden worden,
ingeval het dezen laatsten in het hoofd mocht
komen, ook dit gedeelte van hun invloedssfeer te
gaan srealiseeren".
Wanneer men dit alles bedenkt, dan zullen vele
punten die thans nog duister schijnen, worden
opgehelderd.
«Het is zeker, dat in den laatsten tijd zeer
nauwe betrekkingen tusschen Berlijn en Madrid
hestonden. Maar het contact is wellicht nog inni
ger geweest, dan men kon vermoeden. Men ziet
dat het geen ioeval is, dat de Duitschers juist
Agadir hebben uitgekozen voor hun actie. Alles
schijnt er op te wijzen, dat zij in dezen in over-
eenstemming met een andere Mogendheid han
delen".
Sommige Fransche bladen laten zich uit Berlijn
Seinen, dat de prijs welke Duitschland zou eischen
v°or de verklaring dat het Frankrijk in Marokko
v°ortaan met rust zal laten, daarin bestaan zal
dat Frankrijk aan Duitschland een stuk van Fransch
Congo afstaat ten behoeve van de Duitsche kolonie
Kameroen.
De «Daily News" heeft uit Parijs bericht over
een nieuwe Marokkoconferentie, welk plan echter
l'eeds herhaaldelijk is tegengesproken. De «Times'
Verneemt uit Berlijn, dat de Engelsche regeering
daar heeft laten weten, dat zij in deze kwestie
gekend wil zijn.
De «Times" schrijft dan verder een hoofdartikel,
Waaraan we het volgende ontleenen
Er is voor ons slechts één houding mogelijk.
De «zuiver preventieve en tijdelijke" maatregel,
dien Duitschland noodig heeft geoordeeld te ne-
Iïlen. schept inderdaad een geheel nieuwen toe
stand in Marokko, maar een toestand, waarin we
boeten voortgaan geleid te worden door dezelfde
beginselen en de overwegingen, waarop onze
handelwijze tot dusver was gebaseerd. Wij moeten,
natuurlijk, naar de letter en den geest handelen
volgens de verplichtingen, die ons verdrag met
Frankrijk ons oplegt en geheel zooals onze eigen
eer en onze vriendschap voor dat land eischt. Wij
moeten er tegelijk voor zorgen, dat onze belangen
in Marokko beschermd worden belangen, die
zoowel in economisch als politiek opzicht oneindig
veel grooter zijn dan die van Duitschland. Het is
niet onze gewoonte ons eens gegeven woord in
te trekken of toe te laten, dat andere mogend
heden groote belangen regelen, die ons raken, in
onderhandelingen, die achter onzen rug worden
gevoerd. Wanneer Duitschland bepaalde voorstel
len voor onderhandelingen heeft, dan is er geen
de minste reden, waarom wij of onze Fransche
vrienden zouden weigeren erop in te gaan. Maar
wij zullen zeer stellig ons recht opeischen om
deel te nemen aan onderhandelingen, die de Ma-
rokkaansche kwestie willen regelen. In een inter
nationale aangelegenheid, waarbij we ten zeerste
zijn betrokken, kunnen geen eischen worden
toegelaten en geen compensaties worden toege
staan zonder dat wij erin zijn gehoord en het
goed hebben gevonden. Het denkbeeld, dat eenige
fantasierijke Duitsche geesten heeft bezield, nml.
dat de kwestie zeer gemakkelijk en aangenaam
besproken zou kunnen worden door Frankrijk en
Spanje onder presidium van Duitschland, moet
eens en voor al de wereld uit.
Wij hebben zekere afspraken met Frankrijk
gemaakt. Die gaan Frankrijk en ons dan ook
alleen aan en geen andere mogendheid krijgt er
rechten door.
Asquith heeft gister in het Engelsche Lagerhuis
een korte verklaring afgelegd over Marokko. De
jongste gebeurtenissen, zeide hij, hebben tusschen
de mogendheden, die het meeste bij Marokko be
trokken zijn, onderhandelingen gaande gemaakt.
Bij dezen staat van zaken kan ik weinig zeggen
van de onderhandelingen, die thans gevoerd wor
den. Maar ik wensch, dat men goed zal begrijpen)
dat naar de meening van de Engelsche regeering
in Marokko een nieuwe toestand is ontstaan, die
het mogelijk maakt, dat in de toekomst Engelsche
belangen meer onmiddellijk getroffen zullen wor
den dan tot dusver het geval is geweest. Wij
vertrouwenj dat de diplomatieke beraadslaging tot
een oplossing zal leiden en voor zoover we erbij
betrokken zullen zijn, zullen we de vereischte zorg
toonen voor bescherming van de Engelsche be
langen en voor het naleven van de verplichtingen,
die uit ons verdrag met Frankrijk voortvloeien,
welke verplichtingen het Lagerhuis welbekend
zijn. (Luide toejuichingen
Heden (Vrijdagmiddag, zal te Parijs minister
raad gehouden worden, waaraan De Selves zal
deelnemen. Na afloop van den ministerraad zal
een mededeeling aan de pers gedaan worden,
aldus luidden gister de officieele berichten.
RUSLAND.
De St. Petersburgsche correspondent 'van het
«Berliner Tageblatt" seint:
In het district lroizk, in het gouvernement
Orenburg, is een hevige hongersnood uitgebroken.
Door de vreeselijke droogte zijn korenvelden en
weiden verdord. Het vee begint te verhongeren.
Onder de Kirgiezenkozakkken is een paniek uit
gebroken, daar zij geen hulp krijgen. Koren weegt
tegen goud op.
frankrijk.
In de Kamer is artikel la van de kiesrecht
hervorming aan de orde. Dit artikel bepaalt, dat
iedeie lijst recht zal hebben op evenveel afge
vaardigden als zij in stemmen het quotient haalt
van het aantal kiezenden, gedeeld voor het aantal
afgevaardigden dat gekozen moet worden. Ver
scheiden afgevaardigden willen dit artikel weer
naar de commissie verwezen zien, anderen zijn
er tegen. Caillaux wil de beraadslaging uitgesteld
zien en behoudt zich voor een tekst mede te
brengen, wanneer de discussie weer geopend
wordt. Uitstel der beraadslaging wordt echter met
303 tegen 251 stemmen verworpen.
Van een amendement, dat voorstelt dat ieder
departement een kiesdistrict zal vormen en twee
wanneer het aantal te kiezen afgevaardigden meer
dan zeven bedraagt, wordt het eerste gedeelte
aangenomen met opsteken der handen en het
tweede met 331 tegen 329 stemmen.
Daarna gaat de vergadering uiteen.
PORTUGAL.
Men gaat voort met het zenden van troepen
naar het Noorden, waar in de buurt van Minho
monarchistische samenzweerders in hechtenis zijn
genomen.
SPANJE.
Een rechter van instructie is belast met het op
maken van den inventaris van de in beslag genomen
spoorwagons met munitie ten behoeve van de
Portugeeschen monarchisten.
Tot den inventaris behoorden o. a. vier kannon
nen van 8 centimeter en 1032 M'annlichter gewe
ren, alles met de noodige ammunitie.
MONTENEGRO.
Officieel wordt medegedeeld dat Montenegro be
sloten heeft de voorgenomen dadelijke mobilisatie
op te schorten.
HAITI.
Blijkens een door de «Herald" te New-York
ontvangen telegram uit Puerto Plata is de pre
sident van Haïti met zijn ministers en driedui
zend man escorte-troepen, alsmede een convooi
met ammunitie en geld voor het loskoopen van
de troepen, die door rebellen zijn gevangen ge
nomen, te Fort Liberté aangekomen.
De toestand is ernstig. De opstandelingen heb
ben Froy in bezit, en, naar men gelooft, ook Las
Cahobas. (Las Cahobas is een stad op Haïti, 35
mijlen ten N.-O. van Port au-Prince. De bevol
king bedraagt ongeveer 120.000 zielen). De tele
grafische verbinding te Cap Haitien, Fort Liberté
en andere plaatsen is verbroken en de rebellen
zijn dicht bij Cap Haitien gelegerd.
PARAGUAY.
De president der republiek, kolonel Jara, werd,
naar een telegram uit Buenos-Aires meldt door
een samenzwering tot aftreden gedwongen. Jara
wordt nu in een artilleriekazerne gevangen ge
houden. De president van den Senaat heeft de
regeering overgenomen. De gewezen president
heeft zich door zijn alle perken te buitengaand,
dictoriaal optreden onmogelijk gemaakt.
MEXICO.
De tijdelijke president van Mexico, Francisco
de la Barra heeft op den dag van aanvaarding
van zijn ambt een lang manifest doen verschij
nen. Hij doet daarin, met het oog op de moeilijke
omstandigheden, waarin zich de republiek bevindt
een beroep op de loyauteit zijner landgenooten.
Hij belooft nauwkeurig de wetten te zullen hand
haven, in het bijzonder de kieswetten, waar,
zooals men weet nog al vreemd mee omge
sprongen werd, een van de groote grieven der
opstandelingen. Voorts verklaart de la Barra, dat
hij, ofschoon de wet op de niet-herkiesbaarheid
nog niet is aangenomen, zich bij de a s. verkie
zingen onder geen voorwaarde candidaat zal laten
stellen voor het presidentschap of het vice-presi-
dentschap, maar dat hij zich in het particuliere
leven zal terugtrekken. «Na de woelige tijden,
zoo eindigt het manifest waarin ik den staatsman
ben opgevolgd, die zijn land een lang tijdperk van
roem heeft geschonken, zullen de rustige geluk
kige dagen komen, waarin de Republiek, vastbe
raden, zonder aarzelen, voorwaarts gaan zal op
den weg van den waren vooruitgang, waarbij zij
met methode en beleid een krachtige en wijze
democratie zal in praktijk brengen."
Wat de toekomst voor Mexico nog rooskleurig
maakt, is dat de financiën bij het aftreden van
Limantour, die ze gedurende achttien jaren mees
terlijk had beheerd, in zeer goeden staat bleken
te verkeeren. Ondanks de groote uitgaven der
laatste maanden, laat hij zijn opvolger na onge
veer zestig en een half millioen piasters, die de
reserve van de schatkist vormen. De helft daar
van ligt in baar goud in de safes van de schat
kist de rest is in Mexicaansche en buitenlandsche
banken belegd. Dit geld zal wel zeer noodig zijn,
daar een crisis tengevolge van den slechten oogst
en het bijna volkomen stil liggen van handel en
industrie wel onvermijdelijk zal zijn.
De bacoveiLCultuur iu Suriname.
Naar wij vernemen is door het departement
van Koloniën aan belanghebbenden bij de Suri-
naamsche bacovencultuur medegedeeld, dat van
de United Fruit Company telegrafisch bericht
ontvangen is, dat zij zal voortgaan met het op-
koopen van de in de kolonie gewonnen bacoven,
zonder evenwel fiinancieelen steun aan de plan
ters te verleenen.
De winkelweek te Haarlem.
Wij hebben reeds de aandacht gevestigd op de
zoogenaamde winkelweek, die dezer dagen te
Haarlem is georganiseerd ter gelegenheid van den
aldaar gehouden 134e algemeene vergadering van
de Maatschappij van Nijverheid. Welnu deze is
geslaagd.
Niet minder dan 250 winkeliers hebben het
belang ingezien, de vaderlandsche nijverheid naar
voren te brengen en zich daarvoor moeite en
kosten getroost; ook het publiek heeft zijn aan
dacht geslagen op hetgeen in dit opzicht de win
kels aanboden. Eiken dag en vooral des avonds
verdrong men zich bij de uitstallingen, waaraan
zeer veel zorg is besteed, zoodat men geneigd was
te denken aan een étalagewedstrijd.
Bijna overal heeft goede smaak zich gepaard
aan zorg zoo goed mogelijk voor den dag te ko
men en merkwaardig is het op te merken, hoe
verwonderd men was, dat een aantal artikelen
van Nederlandschen oorsprong bleken, die men
altijd had gehouden voor buitenlandsch fabrikaat.
Bij sommige werd men van de wijs gebracht door
etiquetten met opschriften in de Fransche of
Engelsche taal.
Van sigaren, zuivelproducten, chocolade en
confiseurslekkernijen is het genoegzaam bekend,
dat Nederland op dat gebied genoemd mag wor
den dat ten opzichte van de kunstnijverheid en
edelsmeedkunst ons land onder de eerste behoort,
js gebleken op internationale tentoonstellingen.
Delftsche slaolie en Hollandsche wijn is ook al
bekend, doch dat de fabrieken van Regout in
Maastricht zulk fijn glaswerk en zóó mooi aarde
werk kunnen leveren, had men zich niet voor
gesteld dat in ons land geëmailleerd keukengerei
wordt vervaardigd, dat de katoendrukkerij zoo
hoog staat, dat de fabricage van dassen, van pa-
rapluies en parasols hoofdzakelijk een Nederlandsche
tak van industrie is en dat hier te lande de
grootste en sterkste Perry koffers worden gemaakt
wisten slechts weinigen.
Het heeft een uitnemenden indruk gemaakt,
dat Haarlems burgemeester en mevrouw Boreel,
van Hoogelanden zelf een wandeling door de
winkelstraten hebben gemaakt en hier en daar
de winkels hebben bezocht.
Ziekteverzekering.
Mr. Aalberse schrijft in het „K. S. W.":
Toen de Engelsche minister Lloyd George zijn
wetsontwerp betreffende de verplichte ziektever
zekering had ingediend, konden onze liberale kran
ten niet uitgepraat raken over het enthousiaste
onthaal, dat zijn wetsvoorstel zelfs bij de oppo
sitie 'gevonden had. „Zie je, dat is nu pas 'n
Minister, die 't wetgeven verstaat! Vergelijk daar
nu eens mee de kritiek, die op de wetsontwer
pen van onzen minister Talma wordt uitgeoefend 1
Welk een figuur maken wij dan 1"
Ja, welk een figuur 1
Dochaan wie de schuld? Aan minister,
Talma, ofaan onze oppositie, die niet zoo
hoog staat, om ook 't goede in den arbeid van
den politieken tegenstander openlijk te duiven
waardeeren?
Frappant is ook dit: het Engelsche enthou
siasme over George's wetsontwerp vond luide
weerklank in onze liberale pers. Maar wat be
merken wij nu hier van de hevige oppositie,
die thans in Engeland opkomt juist tegen de
regeling, welke George voorstelt, en dat vooral
op een punt, waar men juist de grootste ver
wijten tot minister Talma heeft gericht: de
ziekte-behandeling.
Zoowel de dokters als de Friendly societies blij
ken hoogst ontevreden,
„The Catholic Times" van 16 Juni een
blad, dat zeer met minister George ingenomen
is zegt dan ook:
„Gelijkwenschen kwamen tot hem van alle kan
ten. Voor een tijd waren de politieke scheidings
lijnen uitgewischt. Conservatieven waren even
hartelijk als de liberalen en de arbeiders-afge
vaardigden in hu,n Venvolkoming van het wetëönt-