Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
De Financier.
34ste Jaargang.
Maandag 28 Augustus! 1911
No. 10103.
Officieele berichten,
Bsiieoksdsch Nieuws.
FEUILLETON,
ABONNEMENTSPRIJS:
Dit blad verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, en
kost voor Schiedam per 3 maanden ƒ1.35, per maand 45 cent en per
week 10 cent. Franco per post door geheel Nederland ƒ2.per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons BureauBoter-
straat 50 en bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders.
Bureau: BOTERSTRAAT 50.
PRIJS DER ADVERTENTIëN:
Familieberichten 20 cent per regel.
Handelsadvertentiën van 1-6 regels 0.92elke regel daarboven 15 cent.
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend.
Ingezonden mededeelingen 35 cent per regel.
Voor herhaaldelijk adverteeren worden uiterst b i 1-
lijke overeenkomsten aangegaan.
Telefoonnummer 85, Postbus no. 39.
POLITIE.
Zondagmorgen 1.1. te ongeveer 8 uur is in de
sloot tusschen de kweekerij der gemeente en het
Verlengde van de Laurensstraat alhier, het lijk
gevonden van een pas geboren voldragen kind van
het mannelijk geslacht.
Het lijk was geborgen in een vierkante, bruin
kartonnen doos met lossen deksel en omwonden
met een touw. Het was gewikkeld in een vrouwe-
hemd gemerkt M. B. en de doos was aangevuld
met grijs pakpapier.—
De commissaris van politie verzoekt inlichtingen.
De Marokkaansche kwestie.
De Pafijsch© „Temps" meent te weten, dat de
Fransche reg'eerimg bij' de xomtinde onderhande
ling zal' voorstellen de drie hoofdpunten van een
toekomstig actoord in de veigende volgorde te
behandelen
le. De politieke status van Marokko;
2e. De economische status van Marokko;
3e. De schadeloosstellingen in den Kongo.
D,e „Temps" zegt verder over deze drie. pun
ten de volgende nad'erte mededeeling te kunnen
doenDe vrijheid van handellen, die aan Frank
rijk toegekend moet worden, zou •omschreven moe
ten worden in een reeks artikelen, die de raid-
dellen en waarborgen van di;e actie precies aan
geven, in etan vorm al's in analoge aceoorden, die
sedert dertig jaren door verschillende staten ge
sloten zijn. Men is het eens over dit beginsel,
maar in zulke zaken komt alles op do redactie
aan an dit pu,nt is nog niet aangeroerd. Wat
den easch van Duitschl'and nopens economische
waarborgen betreft, deae kunnen worden toege
staan, maar onder dubbel' voorbehoud van de
rechten van den Sultan, die meester moet blijven
van. de groot© openbare diensten en weiken, spoor
wegen, post, töllegraaf enz., en van de rechten
van andere mogendheden, voortvloeiende uit de
handelsverdragen. Een particulier aceoord tus
schen de Union des Mi neS en het huis Mannes
man n, zou het miijlnregim© regelen. Het essen
tieel© in dezen opzichte zal zijn te voorkomen,
dat de economische vooüdeeten, door Duitschland
gevraggd, afbreuk doen aan de voor Frankrijk
noodzakelijke politiek© waarbolrgien (en aan - de
economische positie van derdein zouden wij on
zerzijds kunnen zeggen).
Wat het deide punt betreft, Duitschland vraagt
liet gedeelte van den Kongo, gelegen tusschen
de volgende punten: ten noorden Lèse, Fokt Ar-
©hambault, Foit Amprelten oosten den Out)angle
let aan de samenvloeiing met de Alima^ ten
ziiiden de l'ijn gaande van die samenvloeiing
tot dan mond van den Muni, zoodat Libreville
aan Frankrijk blijft, maar Duitschland da mon
ding van de Muni krijgt. Daartegenover zou
Duitschland aan Frgnkrijk heit gedeelte van Ka
meroen afstagn, dat door de Logon© bevloerd
Boeiende Roman.
(Naar het Franseh.)
30)
»Een groot voorhoofd, schitterende bruine oogen,
vaste wangen, overvloedige zwarte harenzij is
e©n schrandere vrouw, die een goede gezondheid
geniet. Het ooglid is flink geopend, haar blik on
geveinsd, haar wijze van optreden bescheiden,
'(•getogen, maar toch beslistzij moet openhartig
2fln.
De rechter van instructie liet Celine, zonder
baar mee te deelen dat haar man beschuldigd
^v&s van den moord op René Bernard, voor hem
herhalen de bijzonderheden, die hij reeds ver
haald had en daarmee volkomen bleken overeen
e stemmen. Meer bijzonder drong Queyrat aan
°P punten, waarover de antwoorden der schrij-
vers een zekere duisterheid hadden laten zweven.
»Welke betrekkingen." vroeg hij, «bestonden
tusschen mijnheer Marchand en mijnheer Bernard."
^Zij kenden elkaar als goede buren'"
»Bezocht uw man mijnheer Bernard
Celine wist niet wat Gustaaf geantwoord had.
Al dacht niet dat de belofte aan hem gedaan om
uiemand, wat er ook gebeurde, te openbaren dat hij
Bernard geraden had, Calixte de Courson zonder
wordt, e!n het z,ou tevens toestemmen in een
grenswijziging in ïoigo.
Do „Temps" eindiigt alldus: Deze eischen v in
Duitschland kunneln eerst met vrucht, onderzoent
worden, alb het actoord over Marokko definitief
zal zijn gesloten, maar reeds moet opgemerkt
woiden, dat die eischen van Duitschland veel
hoogeir zijn, dan hetgeen Frankrijk onder alle
voorbehoud als mogelijke concessies onder do
oogen gezien heeft. Op dit punt zal dan ook de
discussie hot felst zijn.
Telegrammen uit Melilla., welke de censuur
slechts ten deele heeft doorgelaten, bevestigen,
dat in de nabijheid van de Kersrivier, Waar op
het oogonblik topografische opmelingten plaats vin
den, de Marokkanen Spaansoh© troepen hebben
aangevallen. Vier compagnieën van het Afrika-
regiment, voorzien van machinegeweren, zijn oin-
dei bevel van een overste ter versterking naar
de plaats van den aanval gegaan en hebben het
vuur op dein vijand geopend. Men zegt, dat vier
Spanjaarden garlood en verscheidene gewond zijn
De verliezen van de Marokkanen, moeten groot
zijn.
Hef „Beriiner Tageblatt" verneemt, dat de krui
ster „Berlin", die thans voor Agadir ligt, op het
ontwerp voor de herfstindeeiling der vloot reeds
weer bij de kruisers van de vloot voor de volle
zee ingedqeijd is:. Bit kan men als oen bewijs
beschouwen, dat men. er rekening mee houdt,
dat het schip spoedig terug wordt verwacht.
In de „Lokaï-Anzciger" s'toind Zaterdag een
zeer belangrijk artikel over de Marokko-kwestie,
dat om verschillende belangwekkend© bijzonder
heden en de uitvoerige verdediging van de re-
gciering, die het bevat, uit de Wilhelmstrass© ge
ïnspireerd lijkt. Daartegenover staat echter, dat
het betoog zóó vol drogredenen is, dat e;r met
zóóveel berusting van een bittere nederlaag; van
de Duitsehe diplomatie in gesproken wordt, dat
het artikel geschreven schijnt, om d© nationa-
listischei Duitsche pers - tot het. uiterste op te
zweepen. Men twijfelt bijna, of men hier met een
onhandige verdediging der regeering dan wel met
een ongemeen boosaardige satire te doen heeft
Ik laat het artikel hier ongeveer in zijn geheel
volgen
Het artikel! zegt dan, d.a;t een afbreken van de
onderhandelingen een ernstigieir gevolg zou heb
ben dan eön Hater w|eder aanknoopten daarvan of
bet bijeenroepen vain ecu congres, echter geen
oorlog, zoioalls vete alarmisten schijnen te g;e-
iooven. Men mag gerust aannemen, dat de Duit
sche en de Fransch© rogeering oprecht naar de
vredelievend© oplossing zoeken.
Het staiat ©dhiter evenzeer vast, dal de zaak
van de onderhandelaars van beid© regeeringen
door de stokerijen in de pters noig meer beinoei-
1 ijkt is dan door bet plompe ingrijpen '(hinein-
tap'pen) van Llloyd-Georgte. Wat den einduitslag
van d.e lange onderhandelingen betreft, te dien
aanzien is de openbare meening in Duitschlatid
al meer en meer met het denkbeeld vertrouwd
huwelijksgift te huwen, zij dacht niet dat deze
belofte haar verbood eenvoudig te zeggen, dat
Marchand zijn buurman bezocht had en zij ant
woordde
«Mijn man heeft een of tweemaal mijnheer
Bernard bezocht."
«Dat is een gewichtig antwoord," dacht Queyrat.
Marchand heeft zich wel gewacht mij die bij
zonderheid mee te deelen."
Met een gebaar gaf hij zijn griffier te kennen,
dat deze Celine's woorden zorgvuldig zou aantee-
kenen, vervolgens vroeg hij
«Den 15 September zijt gij met uw kindermeid
en kind, den geheelen namiddag afwezig gebleven.
Eerst tegen kwartier vóór zes uren zijt gij ten
uwent teruggekeerd. Hebt gij, thuiskomende,
opgemerkt dat uw echtgenoot ontroerd was?"
«In 't geheel niet. Hij werd gekweld door de
gedachte, aan de papieren, welke hij niet kon
betalen, maar hij was niet ontroerd."
«Welke is uw eerste gedachte geweest bij het
vernemen der misdaad
«Ik heb gedacht, hoeveel ik geleden zou heb
ben als Gustaaf, tijdens ik zijn bruid was, ver
moord ware geworden, en met geheel mijn hart
heb ik mejuffrouw de Courson beklaagd."
«Dat is het niet wat ik u wil vragen. Aan
welke beweegreden hebt gij de misdaad toege
schreven
«O 1 Zoo iets weet ik nietIk ben geen rechter
van instructie.
Oueyrat sloeg den blik een oogenblik neer en,
getaakt, dat Duitecfol'aind geen schadeloosstelling
in Marokka^nisch. gebied zal ontvangen. Kon men
we" meer verwachten, nadat van alle kanten en
dobr alle partijen in vroegte©© stadia van de
onderhanctejinigen openlijk was verklaard, dat men
om Marokko geen oorlog! mocht voeren? Was het
zelfs wel wens'dheTijk meer te bereiken, nu. zoo-
ais mön al's vaststaand mag aannemen, alle com
mercicelb, vooral echter industrieel© belangen van
Dujtsehiland ten krachtigste beschermd zijn en men
van Frankrijk een bevredigende verklaring er over
gekregen heeft, dat in geval v.an oorlog op Euro-
peieeeh grondgebied geen klteurlimgen als solda
ten mogen gebruikt worden. Wat. heeft Soes voor
voor ons te beduiden? Wat anders dan een zwak
punt in de overigens voor ons zoo sterke w,a-
penruStingWat kon voor ons het bezit beduiden
van een moeilijk te verdedigen land met slechte
haveins en een dichte bevolking, die geen plaats
overlaat voor kolonisatie van buitenaf?
En dan: beteekent het bezit van Marokko, dat
het getal Mohammedaainisch© en daarom waar
schijnlijk onbetroutwbare onderdanen van de repu
bliek op 10 milicien brengen zal, werkelijk ©cm
versterking voor Frankrijk? Of bevat het. niet
veeleer ©tementen, die verzwakkend zullen wer
ken?
De onderhandelingen over Marokko rustten, van
den beginne af aan op een slechten grondslag,
te veel omzwenkingen in onz© politiële, te' veel
verklaringen van onbaatzuohtigen verhinderden
c-en krachtig optreden van onze staatslieden, in
plaats van ons daarom met nuttelooize verwijten
op te houden, moeten wijl de verdiensten erken
nen van den staatsman, dio den moed gevonden
beeft, om deze ondankbare daad op zich ne
men en uit onze treurige Marokkaansche erfenis
in langdurige en ontzenuwde onderhandelingen
tenminste het ©en en ander voor ons vaderland
te! redden en voor de toekomst ©en zuivere ver
houding tegenover den Westelijken buurman te
scheppen.
Zieker, Duitschl'and is sterk genoeg', om ook
thans noig den knoop met het zwaard te kunnen
doorhakken, alls heit wil. Waartoe echter zou dit
dienen? Ook zonder oorlog zal Duitschland zijn
weg opwaarts vervolgen eii na 20 jaren onbe
perkter dan ooit te voren de arbiter in de oud©
wereld zijn. Dan zal' d© welvaart er verdubbeld
en do bevollking tot 90 millioen gestegen zijn.
Waar zal dan Frankrijk zijn e|n waar Engeland
met zijn honderden problemen, w'aarvan eik de
kiem van den ondergang in zich bevat? Smaakt.
ook veteil zoo. bittor als gal, wat wijl in de laatste
jaren hebben moeten slikken, wijl kunnen dit
rustig verdragen, in het bewustzijn van onze
kracht, di© nergens in twijfel getrokken wordt:
volken wisselen af ©n bondgenootschappen ster
ven, vooral' wianneer zij, zoojate het tegen Duitsch
land gerichte, door het cement van gemeenschap-
pel'ijken haat bij elkander gehouden worden. Daar
om moeiten w'ij in dit laatste stadium der Marokko-
kwe!stio do totóh Feeds zware taak van onze slaats-
van gedachtengang veranderend, vroeg hij
«Gij waart het, die de ontdekking van het lijk
aan uw echtgenoot aankondigde. Hoe is zijn
houding geweest bij die tijding?'
«Hij kon niet tot zich-zelven komen van ver
bazing. Hij wilde mijn woorden niet gelooven.
Hoezeer heeft hij mijnheer Bernard beklaagd
Hij herhaalde menigmaal«'t Was zoo'n edel
hart, zulk een rechtschapen hoofd! zoo'n kiescH
geweten 1"
«Heh 1 heh 1" dacht Queyrat, «Marchand kende
zijn buurman intiemer dan hij voorgeeft, daar hij
dien lof over hem uitsprak."
«Mijnheer Marchand is een bedaard man, voor
zichtig met zijn woorden. Als hij iemand lof brengt,
kan men eraan gelooven. Als hij een oordeel velt
over een man, dan kent hij feiten, waarop
zijn waardeering gegrond is
Celine gaf er zich geen rekenschap van dat er
onder deze vraag een strik verborgen lag. Zij
antwoordde
«Mijn man spreekt niet lichtzinnig daarheen.
Als hy een oordeel over iemand velt, kan men
eraan gelooven. Hij bedriegt zich nooit."
De sceptische grijsaard glimlachte bij deze be
wering van Celine en toch gevoelde hij het hart
geheel verwarmd door de liefde waarvan deze
woorden getuigdende gedachte pijnigde hem
zelfs, dat hij binnen eenige oogenblikken aan die
jeugdige vrouw zou moeten zeggen
«Uw echtgenoot, de man dien gij bemint, is
een moordenaarziehier er de bewijzen van I
lieden, die alto koelbloedigheid eischt, niet ver
zwaren.
Het artikel! eindigt met een uiting van bitteren
ha,at tegen Engelland, dat de aartsvijand van en
hef grootst.© gevaar voor Duitschland genoemd
wordt.
De „Kolniscthe Zeituug" komt eiens terug op de
uitlatingen in d© „Neue Fxieie Press©", die aan
den Engelsclhen gezant te Weenen worden toe
geschreven.
Zij zegt, dat de openbaarmaking ervan maar
al' t© geschikt is, om de uiterst opgewonden
stemming onder de g'roote burgerlijke partijen nog
te versterken. In die Marókkaanscbe kwestie is
de spanning hierom zoo sterk geworden, omdat
gaandeweg: onder het Duitsche volk de overtuiging
steeds meer veld wint, dat de kern volstrekt
niet meer in een Duilsch-Fransche verzoening
van de wetderkeerige politiek,© en .©economische
belangen gezocht moet worden, maar in het stel
selmatige streven van alle aan, Duitschland vijan
dige. bestanddeelen, om bij deze gelegenheid
Duitschland te vernederen. Dit verandert liet
heel© aanzien van de zaak en daartoe dragen
nu de Weemische uitlatingen nog hij. Deze zullen
nog meer verbittering wekken, omdat zij van
Fngelsc'he zijde uitgaan en verraden, met welk
een vooringenomenliieid zekere Engeïsche kringen
e'ke politieke aangelegenheid beooi'deelen, zo.odra
Duitschland erbij betrokken is. Voegt men daarbij
nog het Fransche gestook, dan vindt men den
sleutel voor het vraagstuk, hoe de opgewondenheid
oi.der het Duitsche volk zich zoozeer heeft kunnen
ontwikkelen.
De eensgezinde houding van de Duitsche pers
in da afweer van het gewefijd, dat de nationale
eer wordt aangedaan, is de vrucht van de vreemd©
inmenging.
Die correspondent te Berlijn van de Padjsehe
„Malin" heeft vernomen wat de aanwezigheid
van baron v. Marschal'l, dan Duitschen gezant te
Konstantinopel, bij1 de beraadslagingen op Wil-
hieJmshöhe te beteekenen heeft gehad.
De Keizer had hem ontboden, om hem te
raadplegen over een scheidsrechterlijke regeling'
van heit geschil', indien de onderhandelingen tot
niets mochten leiden. De Keizer zou in dat ge
val evenmin een oorlog als een nieuwe ..aonfe-
r en tic- der mogendheden wiilten, maar de zaak
a,an een scheidsgerecht willen voorleggen.
Baron v. Marscha! is op dit stuk ©en man
van gezag, aangezien hij Duitschland op de .eer
ste en tweede Haagsch© conferentie heeft verte
genwoordigd.
DUITSCHLAND.
All© schepen van de Duitsche vloot voor de
volte zee en van de reserve-vloot met de schepen
voor bijzondere diensten zulten Maandag Kiel
verlaten en onder hevel van admiraal v. Holt-
zer.dorff de hertstoefeningien beginnen. Eer. giroit
aantal vlagofficieren ©n officieren van het lege;
Queyrat liet zich nog eens verhalen hoe de
romanschrijver den avond van 15 September be
steed had. Hij kwam aan de geschiedenis van
de enveloppe en de 1000 frank.
«Hebt gij niet verwonderd gestaan over dit
avontuur."
«0, zeker! Ik was zeer verbaasd."
«Hebt gij niet gedacht dat het verhaal der
ontdekking van een zoodanige som onder een deur
een verzinsel was
«Neen Daar Gustaaf het mij zei, moest het
waar zijn! Mijn man heeft nooit gelogen."
De rechter van instructie stond verstomd over
dezen weergaloozen eenvoud. Toch scheen deze
vrouw te schrander, om haar van naïveteit te
verdenken. Neen, bij haar was het eeu onbe
grensd vertrouwen in haar echtgenoot. Deze
grijsaard, verhard in de uitoefening van zijn ambt,
gewoon de waarheid op te sporen te midden van
verwarde leugens, de schuilhoeken van duistere
harten te onderzoeken, verkankerde wonden te
peilen, die man deinsde terug, verblind door den
luister eener liefde, die zich zoo eenvoudig, zoo
rein openbaarde.
Hij herhaalde menigmaal bij zich-zelf
Wat voor een man is toch die romanschrijver
om zich zóó te doen beminnen
(Wordt vervolgd).