Stads- eu Gewestelijk Nieuws.
die doelen op da moreels beteeskenis van 1913
voor ons land, zoowel in internationalen als nafio-
nalen zin (1813—1913); dan ook namen, die als
de Ila te Frankfort (Internationale LuftsChiffahrt
Ausstellümg') zijn opgebouwd uit de beginletters
van een langen verklarenden naam, doch geen
dezer voorstellen vond nog algeheele instemming.
Men denke er dus eens over na en zonde
naam en of schets van een reclameplaat vóór 10
Februari in aan het centraal-bureau voor vreem
delingenverkeer, Lange Voorhout 45, 's-Graven-
hage, alwaar ook nadere inlichtingen zijn te ver
krijgen, (N. R. Ct.)
De Nederl. kolenvoorraad.
Mr. van Waterschoot van der Gracht, de
directeur van den Rijksopsporingsdienst van
Delfstoffen, heeft de kolen voorraden in den
Nederlandschen bodem, voor zoover geexploreerd,
geschat op rond milliard tOD.
De pers in de Cantine.
Men schrijft uit Deventer aan De Tijd
Gisteren hield het Plaatselijk Comité van de
Katholiek Sociale Actie zijn jaarvergadering.
Uit het jaarverslag bleek, dat het comité moei
lijkheden had ondervonden in het begin van 1911
toen het in opdracht van een comité-besluit
katholieke bladen ter lezing aanbood gratis
aan de cantinecommissie der infanterie.
Dit werd geweigerd met het oog op de neutra
liteit van de leestafel. Mondelinge besprekingen
met de officieren der cantinecommissie, mochten
niet baten, zoodat het Plaatselijk Comité zich per
adres wendde tot den Minister van Oorlog.
Eemgen tijd daarna ontving het comité een
besluit van den Minister, mededeelende, dat door
Z. Exc. «bevelen zijn gegeven, om voortaan in de
cantiues voor zoover de daarvoor beschikbare
geldmiddelen zulks toelaten, bladen ter lezing te
doen leggen van verschillende richting, mits zij
zijn gematigd en hun inhoud niet strijdig zij met
de krijgstucht, met de goede zeden of met de
bestaande maatschappelijke orde."
Trekhonden.
In 1913 zal, zoo meldt het „Vad.", vanwege
den Bond tot Bescherming van den trekhond in
Nederland in Den Haag op groote scnaai een
concours van trekhonden worden gehouden, met
het drieledig .d,oel: verbetering van het soort
honden, dat als trekhond wordt gebruikt, ver
betering van de behandeling der trekhonden, en
bestrijding van de oppositie tegen het gebruik van
den hond als trekdier.
Staking van electriciens.
In de gistermiddag in „d'Geelvinck" te Am
sterdam gehouden druk bezochte vergadering, uit
geschreven door het hoofdbestuur van den Algem.
Ned. Metaalbewerkershond en alleen toeganke
lijk voor werklieden in het elektrotechnisch be
drijf, is tot de werkstaking besloten.
Van heden af, Maandag 29 Januari, zal alleen
worden gearbeid voor de werkgevers in dat be-
driji die het door den hond aangeboden collectieve
arbeidscontract hebben geteekend. Voor alle an
dere patroons te Amsterdam zal de arbeid worden
stop gezet.
Tentoonstelling te Dordrecht.
Van de Tentoonstelling van handel, nijverheid,
industrie, scheepsbouw, sport, onderwijs enz. enz.,
van 6 Juli tot 15 Sept. van dat jaar, op een
terrein aan de Oranjeiaan te Dordrecht, te hou
den, hebben de heerenmr. Th. Heemskerk, min.
van Binnenl. ZakenA. S. Talma, min. v. Landb.,
N. en H.; en mr. E. C. baron Sweerts de Lapdas
Wyborgh, commissaris der Koningin m Z.-'Hol-
land, het beschemjheer schap aanvaard. De bur
gemeester van Dordrecht, de heer H. J. Wichers
is eere-voorzittier. Eeïe-leden zijn de heeren: A.
P. R. C. baron v. d. Borch v. Verwolde, P. J.
de Kanter (leden der Tweede Kamer); S. M. H.
van Gijn, oud-lid der Tweede Kamer; jhr. mr.
D. J. de Geer; jhr. mr. W. Th. Gevers Deynoot;
E. v. d. Gijp Barendregt; N. P. Jongkind!; J. T.
Visser (leden der Provinc. Staten); A. J. A. de
Bossou; J. Hordijk Jacz. (wethouders van Dor
drecht); N. Bonten Az.; P. J. A. de Bruine;
D. H. Jas; N. A. de Joncheere; F. van Vliet;
S. E. Ypeyjhr. mr. P. A. G. de Milly van
Heiden Reihestein, burgemeesters van: Papen-
drecht, Zwjjndrecht, Dubbeldam, Puttershoek,
Nieuw-Lakkerfand, SliedrecM en H.-I.-Ambacht;
mr. J. C. A. Everwijn, referendaris van hel de
partement van Landb., Nijv. en Handel; C. Hout
man, luit.-kol., commandant van het korps pon
tonniers; mr. K. Meyer Wiersma, president van de
arrondissements-'rechthank, en J. P. A. Wyers,
voorzitter der K. v. K.
Rechtskundig© adviseurs zijn de hoeren: mr.
J. Saiomonson en mr. A. F. Felders, terwijl de
heer J. v. Zee accountant is.
Weerbericht
Telegrafisch bericht naar waarnemingen, verricht
in den morgen van '29 Jan. 1912, medegedeeld
door het Kón. Ned Met. Instituut te de Bildt.
Hoogste barometerstand 770.1 te Shields.
Laagste barometerstand 752.4 te Riga.
Verwachting tot den avond van den volgenden
dagzwakke tot matigen noordelijken tot noord
westelijken wind, neveling tot zwaarbewolkt,
weinig of geen neerslag, zeilde temperatuur.
Ned. R. K. Volksbond.
Afd. Schiedam.
In de maandelijksche vergadering gister-middag
l2'/4 uur geopend, werd na goedkeuring van de
notulen der vorige vergadering, door den voor
zitter, den heer T. J. H. M o u w e n s, allereerst
het voor deze vergadering uit te voeren program
medegedeeld, waarna de harmonie-afdeelmg »St
Ambrosius" een paar nummertjes uitvoerde. Uit
gevoerd werden «Unter den Friedessonne," van
Fr. van Blon, en «Valse interrompue", van Mon
tague, welke nummers blijkbaar zeer in den smaak
der leden vielen.
Daarna was de hoogeerw, adviseur, deken C o p-
p e n 8, die onder applaus den katheder besteeg,
aan 't woord. Er op wyzend dat hem op eigen
verzoek door Z. D. H. den Bisschop ontslag als
adviseur was gegeven, verzekerde hij, dat hij dat
verzoek had moeten doen niet om redenen uit
den Bond, maar eenig en alleen omdat in de laat
ste jaren als pastoor en deken zijn werkzaam
heden verdubbeld waren, waar zijne parochie
voortdurend grooter, uitgebreider wordt. Zeer
dikwijls had hij de vergaderingen, die hij als ad
viseur steeds gaarne bijwoonde, moeten verzuimen,
omdat hij door bezigheden verhinderd was en het
gevolg was hij niet meer zoo in de zaken van
den Bondsatdeeling ingewerkt was. als noodig bleek,
en hare belangen niet meer zooals vroeger kon
behartigen, wat hem leed deed. Reeds eerder had
hij als adviseur der Bondsafdeeling willen ontslag
vragen maar hij kon daartoe eerst nu overgaan, nu
die moeilijkheden welke hem daarvan totnogtoe te
rughielden, gepasseerd zijn. Nu deed hij 't in 't
belang van den Bond zelf; een adviseur moet zich
toch niet alleen met hart en ziel voor den Bond
beschikbaar stellen, maar hij moet ook tijd heb
ben om zich daartoe met hart en ziel te geven.
Intusschen blijft oud-adv. nog altijd zijne volle
genegenheid aan den Bond wijden immers hij
gevoelt dat hij een gewichtige stonde van zyn
leven doormaakt, nu hij de lunctie verlaat waarin
bij 7 jaren is werkzaam geweestheerlijke dagen
heeft hij daarin doorleefd, maar ook moeilijke
oogenbhkken. Waar hij 't evenwel met het be
stuur zoo best mogelijk heeft kunnen vinden,
dankt hij allen voor de liefde, toewijding en ge
negenheid die hij heeft mogen genieten. Hij ver
zekert dat hij met hart en ziel aan de Bondsaf
deeling gehecht blijft, hare belangen hem steeds
dierbaar zullen zijn, steeds haar bestuur zal steu
nen en zijn opvolger altijd een goed gehoor bij
hem zal vinden als hij wat voor den Bond kan doen.
Blij is de oud-adv. dat deze man in zijne plaats
komt, die zeer veel lust eu arbeidskracht toont
om zich in het volksleven in te werken, de be
langen van het volk te bevorderen. Met een man
die aldus met hart en ziel de functie heeft over
genomen, gaat de Bondsafdeeling gerust de toe
komst tegemoet. Oud-adv. is dankbaar dat deze
man tot adviseur is benoemd, verzekert dat de
liefdeband tusschen hem en de Bondsafdeeling
altijd zal blijven staan, beveelt zijn opvolger in
aller waardeering en uit den hartewensch voor
den vooruitgang, den groei en den bloei der af-
deeling, met welker belangen te behartigen, de
nieuwe adviseur tevens de belangen van het katho
lieke Schiedam ten hoogste zal bevorderen. Op
de hem eigen ironische wijze zegt oud adv. ten
slotte dat hier van geen op-en ondergang der zon
sprake is, want de nieuwe zon straalt reeds, waar
mee hij de afdeeling geluk wenscht tot in lengte
van dagen. daverend applaus).
De voorzitter, de heer M o u w e n s. daarna den
oud-adv. op den katheder vervangend, verzekert,
dat het bestuur ten zeerste verrast was, toen de
oud-adviseur in de bestuursvergadering kwam,
toonend een brief van den Bisschop, waarin hem
als adviseur ontslag werd verleend. Voorz. merkt
op, dat wij de reden van dat ontslagnemen moe
ten eerbiedigen, wijst op al het goede, dat de
hoogeerw. deken vanaf Aug. 1905 als adviseur aan
de Bondsafdeeling heeft bewezen en twijfelt er
niet aan dat ook zijn opvolger zoo voor de Bonds
afdeeling zal zijn. Trouwens diens hoedanigheden
als mensch wegen voor ons niethij is door den
Bisschop benoemd en daarom is hij goed. Voorz.
verzekerd verder dat de oud-adviseur voor de
Bondsafdeeling is geweest, zooals de beste adviseur
voor haar had kunnen zijn, onder ieder opzicht
en op allerlei gebied. Hij herinnert er aan, dat de
Bondsafdeeling heel lang geleden een beschermheer
had in den persoon van wijlen deken Mobron, die
door zijn kort aanzijn echter nooit het ïsigne heeft
gedragen. Nu meent hij in aller geest te handelen
door den hoogeerw. deken-oud-adviseur het be
schermheerschap der afdeeling aan te bieden (ap-
plausi, niet twijfelend dat hij dat zal aannemen
voorz. spreekt daarbij den hartgrondigen wensch uit,
dat, zoo God 't wil, de hoogeerw. deken-bescherm
heer dit insigne lang zal dragen. Onder den nieuwen
adyiseur en met den steun van den beschermheer
zal de Bondsafdeeling gelukkig en tevreden kunnen
voortleven, de moeilijkheden die veorbij zyn en
de moeilijkheden die nog komen, met haar bestuur
moedig trotseerend. De toekomst aldus zonder
vrees tegemoet tredend, hoopt voorz dat de heil
wensch door den oud-adviseur ten slotte uitge
sproken, alleszins zal bewaarheid worden.
De hoogeerw. deken C o p p e n s, nadat hem
het beschermheerinsigne is opgespeld, ironisch
zeggend dat hij reeds veel geweest is, maar nog
nooit de eer had beschermheer te zyn, zegt toch
dat de hem toegedachte hulde hem zeer aange
naam is en hij er zich ten hoogste mede vereerd
acht. Zeer gaarne zal hij in de toekomst als be
schermheer de belangen van den Bond blijven
behartigen (applaus),
Daarna betrad de nieuwe adviseur, de weleerw.
heer kapelaan Paulussen, onder applaus den
katheder, hij verzekerde dat hij gehuiverd had
bij de benoeming, die hem verplichtte om bij den
Volksbond de plaats totnogtoe door den hoog
eerw. deken ingenomen, te vervullen. Hij acht dat
toch een heel zware taak Hoewel hij in het ver-
eenigingsleven niet geheel vreemd is waar hy in
zijn vorige standplaats reeds als adviseur eener
vereeniging optrad, was hij toch nooit geestelijk
leider van een zoo groot en machtig lichaam als
de Volksbond. In eens gesteld in het volle leven
eener bloeiende, een van de bloeiendste afdeelingen
van den Volksbond, die zich onderscheidt door
groote harmonie tusschen leden en bestuur,
wil hij echter voorgelicht en gesteund door den
hoogeerw. deken, zijn moeilijke taak wel aanvaar
den, ijverig samenwerken met het bestuur, zich
geheel geven aan den Bond en met den zelfden
yver als zijn voorganger zijne taak vervullen. Hij
wil de belangen der Bondsafdeeling met alle
kracht behartigen en trachten haar op hetzelfde
peil te houden, waarop de hoogeerw. deken haar
bracht. Deze als beschermheer en spr. als advi
seur willeu te zamen voor de belangen van den
Bond waken.
Adv. heelt zich de vraag gesteld, waarom de
hoogeerw. deken hem, nog zoo kort hier, als zijn
opvolger koos, maar het antwoord is door dezen
zelf gegeven 't ls om dat hij ook waarn. direc
teur is van de Congregatie der H. Familie en dus
gemakkelijker samenstemining kan bewerken
want ten onrechte is beweerd, dat de oprichting
van den Volksbond de teruggang is van de Con
gregatie Neen, die twee staan niet vijandig te
genover elkaar: de Congregatie behartigt de gees
telijke en de Volksbond meer de maatschappelijke
belangen der leden maar beiden werken tot heil
harer leden en het welzijn van de een moet den
voorspoed van de andere bevorderen. Spr. wenscht
dan ook ten slotte, dat een verhoogden bloei der
Congregatie een verhoogden bloei van den Volks
bond ten gevolge zal hebben [applaus).
Nadat aldus dit gedenkwaardig moment in de
historie van Schiedams Volksbond gepasseerd was.
betraden de leden der zangafdeeling «St. Cecilia"
directeur de heer H. Veugelers, het podium en
vergastten zij ons op het heerlijk nummer «De
Almachtige woorden van dr. Wap, muziek van
W. J. Reiniers. De hernieuwde uitvoering van
dit overschoone toonwerk stemde tot een dank
baar applaus.
Toen nu de beschermheer en de adviseur onder
bijvalsteekenen ver-rokken waren, werden door
den voorzitter nog eenige mededeelingen gedaan,
allereerst over het toetreden van een aantal nieu
we en het uittreden van enkele oude leden. In
waardeerende bewoordingen maakte voorz. mel
ding van het overlijden van het Bondslid C. Brons
geest, een verdienstelijk lid, altijd bereid de be
langen van den Bond te dienen en jaren lang be
stuurslid van het busje «Hulp in Nood". Door
een innig gebed voor de rust zijner ziel zou men
hem den besten dank kunnen wijten. Voorz wees er
op dat inde vacaturejdoor dit betreurd verscheiden
in het bestuur van het busje «Hulp in Nood" ont
staan, moest voorzien worden.
Daarna werden door den penningmeester, den heer
H. H. Voorwald, rekeningen verantwoording over
het boekjaar 1 Dec. <910 tot 31 Dec. 1911
gedaan. ÏJit diens financieele uiteenzetting bleek
dat de rekening sluit met een kassaldo van
f65 35^. Doordat bodeloon voor bezorging van
de Volksbanier", die nu door de Propagandaclub
wordt bezorgd, niet meer behoeft betaald te wor
den, is een besparing van circa fl5U verkregen,
terwijl een vrijwillige bijdrage van f73.14 werd
bijeengebracht aanvankelijk door een tiO-tal leden,
wier aantal echter reeds tot beueden de helft
gedaald is. Toch staat de afdeeling feitelijk voor
een tekort dat in het volgend boekjaar nog groo
ter zal blijken, waar de bondsafdeeling nog aan
verschillende verplichtingen heeft te voldoen, zoo
dat verhooging van contributie, reeds meer in
overweging gegeven, altijd nog in bedenking blijft.
In een speciale vergadering daartoe te beleggen,
zal daarover worden beslist.
Nadat een commissie van verifieurs was be
noemd, bestaande uit de heeren Harte, Van Ger-
ven en Van Geenen, en de voorzitter nog herin
nerd had aan de vergaderingvan het< «ndersteuuings
fonds op aanst. Woensdag-avond, werd de vergade
ring door hem gesloten, zooals zij geopend was:
met gemeenschappelijk gebed.
St. Jozefs-Patronaat.
Na een driedaagsche oefening door den weleerw.
pater Lud. Jansen W.Hzn. geleid en gister-ochtend
met een algemeene H. Communie plechtig beslo
ten, hadden de jongens van het St. Jozefs-Patronaat,
onder leiding van weleerw. paters der St Jans
parochie, gister hun feestavond in de Bondsgehoor-
zaal. De hoogeerw. deken en de ze reerw. pas
toors en verdere geestelijken van al de parochiën
en een aantal eerw. Broeders vereerden met hunne
tegenwoordigheid die feestelijke vergadering, waar
in de leerlingen van het patronaat met hunne
ouderwijzers en de patron'aatsheeren vereenigd
waren, terwijl verder de zaal door de ouders der
leerlingen, donateurs, zelatricen en verdere be
langstellenden geheel bezet was.
De weleerw. pater Scholbrock heette allen
welkom bij de herdenking van het vijfjarig be
staan van het patronaat, in 't bijzonder de «stille
krachten" de zelatures die voor den bloei en in
standhouding van het patronaat zoo ijverig werk
zaam zijn, de heeren van het bestuur die er zich
mede zoo krachtig voor beijverden en de onder
wijzers, wier ijver spr. in den korten tijd van zijn
hierzijn reeds had leeren kennen, in 't bijzonder
den heer Flapper, die spr. steeds op alle tijden
dat hij in het patronaat kwam, had ontmoet.
Vraagt men nu wat de vruchten van het patro
naat zijn, dan is die vraag moeilijk te beant
woorden, omdat die vruchten zich openbaren in
de vorming van verstand en hart en dus niet
aanstonds met het gewone oog zijn te zien, maar
men ze later hoopt te ontwaren. De spreker van
dezen avond, de weleerw. pater Lud. Jansen,
president der St. Jozefs-Gezellen-Vereeniging te
Rotterdam, die dezer dagen zoo treffend de gelij
kenis van den Verloren Zoon voor zijn jeugdige
hoorderen uiteenzette, maar hier geen verloren
zonen vond, zou trouwens in zijn rede het nut
der patronaten voldoende uiteenzetten. Daartoe
verkreeg hy nu het woord.
De weleerw.
Pater Lud. Jansen, O. P.,
kapelaan der kerk van het A. H. Hart
te Rotterdam,
die nu onder applaus den katheder besteeg, zeide
aanvankelijk, dat hij na een dergelyke inleiding,
waarin uitkwam, dat hy zich eigenlijk in de
dagen van voorbereiding vergist had, bang zou zijn
hier het woord te voeren, toch zou hy de stoute
schoenen aantrekken en trachten het nut der
patronaten uiteen te zetten, te schetsen hoe men
zich in het patronaat moest gedragen en een har
telijk j oord te richten tot de ouders van het
patronaat. Daartoe moest hij eerst zijn gehoor in
een godsdienstige stemming brengen en op dezen
feestavond herinneren aan dien verheven avond,
toen ons Goddelijk Toonbeeld opging naar Geth-
semané en in zijn hoogepriesterlijk gebed zijn
leerlingenden Hemelschen Vader aanbeval«Vader
die Gij Mij gegeven hebt, heb Ik bewaard en nu
vraag lk niet dat Gij hen wegneemt, maar dat
Gij hen hoedt en beveiligt vo r het kwaad..."
Die bezorgdheid voor zijn leerlingen waarvan
de Heiland in dit gebed blijk gaf, vervult iederen
pastoor hij de eerste of plechtige H. Communie
der kinderen vrees en angst vervult hem, hij
vraagt zich at wat ^er in de toekomst van hen
zal worden, als zij de wyde wereldzee opsturen,
of zij in veilige handen zullen belanden. Dat die
zorg, die vrees, niet ongegrond is, toonde spr. door
het treurig beeld te schetsen van een dier indi
viduen, zooals er in onzen tegenwoordigen tijd
reeds al te veel rondloopen, die reeds op nog geen
18-jarigen leeftijd het leven leiden van een rede
loos dier, met verzuim van alle godsdienstige
plichten aan ongeloof en zedebederf ten prooi zijn,
Waarom is de adem des verderfs over die schoone
kinderziel gekomen, waarin de God van liefde met
zooveel welbehagen woonde 1 't Is door den ver
keerden omgang met slechte makkers, het ont
wijken van het ouderlijk huis, het slenteren op
straat, waar het ontwassen kind dingen zag die
t nooit gezien had en taal hoorde die 't nooit
had gehoord. Daardoor zijn de verkeerde harts
tochten als een verslindend vuur gewekt. Om de
opkomende jeugd, het nieuwe geslacht, voor de
gevaren die het spelen en slenteren op straat
veroorzaken, te bewaren, om de kuischheid van
het jeugdige geslacht te kweeken zijne reinheid
te beschermen, om de jongeren niet ten prooi te
laten aan den vijand van geloof en zeden, die
hen van alle kanten begluurt en in het latere
leven bestookt, hebben de zeereerw. pastoors ook
hier het patronaat opgericht, waarin het nuttige
met het aangename wordt vereenigd. Om de
brave jongens ook te hoeden en te vormen tot
strijders in den strijd dien het socialisme hun later
onvermijdelijk zal aandoen, willen zij hen in
het patronaat omhullen met een ondoordringbaar
harnas en omgorden met een wapen waarmee
zij den dreigenden vijand kunnen verslaan.
En dat harnas is de grondige kennis van den
Godsdienst en dat wapen is de grondige bekwaam
heid ip het vak. De groote kiacht van het socia
lisme is toch ontevredenheid en die ontevredenheid
wordt gewekt door gemis aan godsdienstige kennis,
door gemis van het noodzakelijke levensonderhoud.
Als men de massa leert steeds den blik naar de
aarde te slaan en nooit de oogen naar den hemel
op te heffen, als men het volk ontneemt de hoop
der toekomst, de hoop op een beter leven waarin
alle tranen gedroogd en alle ellende ver
geten wordt, dan moet 't wel ontevreden worden.
De ware Katholiek, de oprechte Christen, is daar
entegen overtuigd van de waarheid van St Paulus'
woord dat het lijden van dezen tijd niet te ver
gelijken is met de toekomstige heerlijkheid die
in ons zal geopenbaard worden. Willen wij het
socialistisme bestrijden, dan moeten wij zorgen dat
aan onze katholieke jeugd een grondige kennis
van den Godsdienst wordt aangebracht, opdat zij
dien tegen de opmerkingen van andersdenkenden
kunnen verdedigen en aan den sirenenzang van
het socialisme weerstaan. Die kennis wordt haar
in het patronaat verstrekt, daar wordt haar de
middelen geboden om alle gevaren te weerstaan
hun geloof' aan den levenden God te belijden, hun'
geloof aan onzen Goddelijken Kruisdrager die ons
op den weg des lydens is voorgegaan. Aldus zul
len zij de tevredenheid, die een schat des Hemels,
een geschenk van God is, bewaren.
Maar niet alleen met een diepe grondige kennis
van den Godsdienst moeten de jeugdigen toegerust
wordeu; maar ook de liefde tot den arbeid, het
vak dat zij gaan uitoefenen moet hen aangebracht
worden, eu dat is het tweede middel tot bestrij
ding van het socialisme. De ontevredenheid ont
staat toch veelal door gemis van het noodzakelijke
levensonderhoud. Niets doet toch zoozeer afbreuk
aan het socialisme als de vorming van den jongen
leerling tot een kundig vakman, die in en om zijn
kennis van net vak door den patroon wordt gezocht.
Nooit heeft men dan ook gehoord, dat het socia
lisme een vakschool heeft opgericht; immersjuist
door de grondige kennis van het vak ontstaat
tevredenheid en tevredenheid is de doodslag voor
het socialisme.. Daarom moet den jongeren
toegenegenheid, liefde en eerbied voor het vak
worden aangebracht; immers iemand die zijn
vak verstaat, is overal zijn brood waard. Ner
gens tiert het socialisme zoo welig als in on
kunde en zijne meeste aanhangers telt 't dan
ook onder de blinde domme kudde die geen vak
verstaat. Willen wij 't met vrucht bestrijden, dan
moeten wij de jeugdige leerlingen tot flinke hand
werkslieden opvoeden, hen liefde en eerbied voor
het vak aanbrengen Zich voorbehoudend in het
tweede deel nog eenige algemeene practische
wenken voor de ouders en jongens van het pa
tronaat te geven, wilde spr. hier zijn rede onder
breken.
Door de zangklasse werden daarna nog een
tweetal schoone liedjes uitgevoerd, terwijl daarna
door een aantal jongens van het patronaat onder
leiding van den betrokken onderwijzer op het
podium eenige gymnastische oefeningen werden
te zien gegeven, die bewezen dat in het patro
naat het nuttige met het aangename alleszins
vereenigd wordt.
In het tweede deel van zijn rede wilde de ge
vierde spreker van den avond, na in het eerste
het doel en streven van het patronaat uiteen ge
zet te hebben, daaruit eenige conclusiën trekken
en aantoonen dat ook voor Schiedam het patro
naat een zegen kan zijn en allereerst
aantoonend hoe de leerlingen zich moeten gedra
gen, wil werkelijk de zegen van dit werk op deze
stad neerkomen, daartoe als 't ware met de
jongens alleen spreken. De pastoors en de an
dere geestelijken hebben hen bewonderd, toen zij
dezen morgen met allen eerbied aanzaten aan
den H. Liefdedisch. Spr. wekte zijn jeugdigen
hoorderen op dien Godsdienstzin steeds te toonen,
met gretigheid het woord Gods te aanhooren, dan
zouden zy daarin een krachtig heilmiddel vin
den tegen de gevaren die geloof en zeden bedrei
gen, die gevaren vermijden, pal in hun overtui
ging staan en met de reinheid van ziel de tevre
denheid des harten als een kostbare schat on
gerept bewaren.
Ook degelijke vakkennis strekt alleszins om de
jongens te bewaren voor de gevaren die hen van
alle kanten bedreigen, hen voor de verleiding van
het socialisme te behoeden. De jongens moeten