Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
35ste Jaargang.
Vrijdag 23 Februari 1912.
So. 10252.
Officieel© berichten,
kennisgeving.
Buitenlandsch Nieuws.
FEUILLETON.
Het Spookkasteel
Verspreide berichten.
Binnenland.
IStads- en Gewestelijk Nieuws.
De
roovers van het kasteel d'Herneuse.
ABONNEMENTSPRIJS:
pit blad verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, en
ost voor Schiedam per 3 maanden f 1.35, per maand 45 cent en per
week 10 cent Franco per post door geheel Nederland 2 per kwartaal
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: Boter-
straat 50 en bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders.
Bureau: BOTERSTRAAT 50,
PRIJS DER ADVERTENTIëN:
Familieberichten 20 cent per regel
Handelsadvertentiën van 1-6 regels f 0.92elke regel daarboven 15 cent.
Biiemaal plaatsen wordt tweemaal berekend.
Ingezonden mededeelingen 35 cent per regel/
lHtV0°^r herha?ldelSk adverteeren worden uiterst bil-
Jj)ke overeenkomsten aangegaan.
Inrichtingen welke gevaar, schade ol
hinder kunnen veroorzaken.
Telefoonnummer 85, Postbus no. 39.
Burgemeester en Wethouders van Schiedam,
Gelet op de bepalingen der Hinderwet,
Brengen ter algemeene kennis, dat, op heden
aan de firma Kappelhof liovingh, en hare
rechtverkrijgenden, een voorwaarilelyke vergun
ning is veneend tot het oprichten eener machi
nale lak- en verlfauriek, in het pand staande
aan den Noordvestsingel no. 73, kadaster Sectie
H. no. 235, gedreven door
12 P.K.
een gasmotor van
Schiedam, 22 Februari 1912.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. L. HONNERLAGE GRETE,
L)e üecreiams,
V. SICKEiMjA.
BE OORLOG TUS8UHEN ITALIË EN TURKIJE
Mygind, de oorlogscorrespondent van de »Mor-
genpost" en de »B. Z. am Mittag" te Tripolis,
geeft in een brief een overzicnt van den tegen-
woordigen stand der vijandelijke legeis in Tri
polis, zooals hij dien in vereeuiging met een
collega op verscheidene ritten en door talrijke
navorschingen heeft ieeren kennen. In de stad
Tripolis liggen in de kazerne's het lie Bersaglien-
regiment en één bataillon van het 31e regiment
infanterie te Gargaresj .rin het Westen 1 het 8-ie
en het 84e ïnfanterie-rigiment, te Tadsjoera (in
het Oosten), één bat. van het 93e regiment in
fanterie.
In de loopgraven (in het Zuiden, dis een lengte
van ongeveer 7 K. M. hebben en de stad in een
halven cirkel omgeven, de 18e, 23e, 37e, en 52e
regimenten infanterie.
in Ain-Zara kampeeren 't 6e, 40e en 50e in-
fanterie-regiment, 1 bat. grenadiers en 1 bat.
Alpenjagers.
Van de cavalerie-regimenten bevinden zich te
Tripolis in verschillende afdeelingen en zonder
vaste standplaats acht eskadrons, die tot het
Ulanenregiment Firenze en tot de lichte cavalerie
behooren.
Aan artillerie is voorhanden10 veld batterijen,
(Krupp), 5 bergbattenjen, 3 zware houwitser-
batterijen, welke verdeeld zijn over de stellingen
bij Gargaresje, Ain-Zara en Tadsjoera.
Daarbij komen dan nog de met-combattanten
als pionniers, automobilisten, vliegers, spoorweg
personeel, ongeveer 4 bataillons, een aanzienlijk
aantal treinafdeelingen en een met klein aantaj
ambulanceafdeelingen. Trein en Roode Kruis
vragen te zaaien wel 10.000 man.
Ten slotte moet men er nog eenige compag
nieën karabinieri en douanebeambten bij voegen.
Wanneer men nu alles samentelt komt men, de
biet-combattanten medegerekend, die echter na
tuurlijk bewapende en militair opgeleide man
schappen zijn, tot het niet geringe getal van tus-
schen de 60.000 en 65.000 man. Alle troepen-
afdeelingen hebben evenwel met haar volle
getalsterkte en men kan gerust 50000 man aan
vei liezen door dood, verwonding en ziekte van
van het totaal-aantal aftrekken. Een belangrijke
macht blijft echter over.
En toch, trots deze groote numerieke en tech
nische overmacht der Italianen op hun tegen
standers, schijnt hun sterkte nog met voldoende
om den opmarsch naar het binnenland te beginnen.
Nauwkeurige getallen over de Turksche troe
penmacht zijii natuurlijk moeilijk te geven, maar
toch duiken nu en dan berichten op, die men
betrou wens waardig noemen kan, van personen,
die óf het kamp van den vijand ontvlucht, óf,
zooals correspondenten, daarvan teruggekeerd
zijn.
Uit de mij door dergelijke personen gedane
mededeelingen blijkt nu, dat de vijand op groo
teren of geringeren afstand van Tripolis drie
groote kampen heeft, namelijk een bij Boe-Adsjila,
een bij Assisia en een bij ilsjeledsj, welke men
als de voorposten van de hoofdstellingen, in het
gebergte van farhoena en Eherian beschouwen
kan, en van waaruit de Italianen
worden.
gelijkheden te bespreken zonder eenige verklaring
'n het openbaar behoeven af te leggen. In geval
van afstand van grondgebied echter zou de toe
stemming van het huis gevraagd worden. Even
min zou een afstand van grondgebied van de
zelfbesturende overzeesche gewesten geschieden
zonder goedkeuring van de daarbij betrokken re
geering. Ik kan zei Grey mij niet nader
verklaren over een kwestie van dezen aard. Indien
Goldney dwalingen wenscht te voorkomen, moet
bij niet verzekeren, dat de afstand van de Wal-
vischbaai en van Zanzibar overwogen wordt.
verontrust
OF
Naar het Fransch
van Noël Gaulois.
Geloof hem niet, kapitein, zuchtte Jacob,
Mie ondanks den prop in zijn mond nog wel
geluid kon geven.
We zullen die zaak spoedig ophelderen,
knijd zijn buik open, zeide Maugrabin.
Jacob wrong zich wanhopig tusschen de han
den der mannen, die hem beetgrepen om hem
°P den grond neder te leggen en hij gaf een
teeken aan den kapitein dat hij wilde spreken-
Hij mocht zich nader verklaren.
Genade, smeekte hij. genade I Ik zweer
u> dat ik niets bij mij heb, maar wees genadig
en ik zal u een schuldbekentenis op Samuel
Seven. Dan zal hij u duizend francs uit beta
len.
Dat is niet genoeg 1 Tienduizend francs 1
)*eef de schuldbekentenis, dan zal ik naar Sa
muel gaan. Ik zal u natuurlijk blijven bewa-
ei) tot ik de som heb en als ze binnen twaalf
w^chtniet in mdn bezit zijn, weet je wat je
Tien duizend francs! Maar Samuel is niet
dk genoeg om u die uit te betalen ik niet om
Het kamp van Assisia is numeriek het sterkste
er moeten zich daar ongeveer 7UU0 man bevin
den, terwijl de beide anderen dit getal nog
met bereiken. Dat geelt dus ongeveer 12.UU0 man
waaronder bijna 3UuU geregelde Turksche soldaten
en misschien evenveel door Turksche en vreemde
officieren opgeleide ruiters (Arabieren» i»
nei-yen Z1JU> naai- inea uereneni, ougeyeer oU.UOÜ
man verzameld, doch men verwacht, dat dit getal
nog beduidend hooger zal worden.
Wanneer men nu nog verder aanneemt, dat
van deze gelieele sterkte slechts de helft met
moderne geweren uitgerust en van voldoende am
munitie voorzien is, dan vindt men, dat de Itali
anen een leger van 20 000 tot 25.000 man te
bestrijden hebben, dat weliswaar over weinig
batterijen beschikt, maar uitstekende schutters
heeft. Daar de Italianen hun operatiebasis met
van troepen outblooten kunnen en ook de verschil
lende verbindingswegen met onbewaakt kunnen
laten, kunnen zij tegenover die 25.000 man Tur
ken en. Arabieren niet veel meer dan hetzelfde
aantal troepen stellen. Met het oog daarop is
hun dralen wel te begrijpen.
DUITSCHLAND.
In den Rijksdag heeft de staatssecretaris van
financiën bij de voortgezette beraadslaging over
de interpellaties betrefiende de schorsing van de
rechten op mais, voedergerst en aardappelen ver
klaard, dat de prijzen tegenwoordig zeer daalden,
zoo ook voor voedergerst. Het recht op voeder
gerst had de voorziening in de behoefte aan dit
artikel weinig beïnvloed. De invoer van October
tot Januari was nog iets grooter geweest dan in
dezelfde tijdruimte van het vorige jaar. Ook de
prijzen van de mais waren aanzienlijk gedaald.
De handel rekende tengevolge van den gunstigen
oogst in Argentinië op grooter aanbod in het
voorjaar. Het recht op aardappels, dat geen
financieel recht was, werkte geheel anders op
dure aardappels uit Italië en Malta dan op voor
de helft goedkoopere aardappels uit Rusland-
Oostenrijk Hongarije en Nederland. Dit jaar be
stond een grooter behoefte aan invoer van aard-
Oostenrijk-Hongarije ten gevolge van den slechten
oogst niet in aanmerking kwam. De regeering
hoopte met de schorsing van het recht op aard
appels tot 30 April aan de voorziening in de te-
genwoorde behoefte bij te dragen.
ENGELAND.
In het Lagerhuis heeft de unionist Goldney ge
vraagd of het ministerie van bmtenlandsche zaken
deel had genomen aan eenige onderhandeling met
betrekking tot een mogelijken afstand van de
Walvischbaai of van Zanzibar. Minister Grey ant
woordde, dat gedurende vele jaren verschillende
malen een mogelijke ruil van Engelsch grondge
bied door de regeering op niet-tormeele wijze in
overweging was genomen. In enkele gevallen was
de ruil mogelijk bevonden, andere gevallen had
men besproken doch weer opgegeven. De Engel-
sche regeering moest steeds vrij blijven om mo-
ze hem terug te geven.
Zooveel te slechter voor je. dan moet ik
de kostbare steenen hebben, die je hebt inge
slikt....
Een oogenblik. heb medelijden I Ge zijt
verschrikkelijk, mijnheer de kapitein I Ik zal
u vijfduizend francs geven.
Pas op, mijn geduld raakt op 1
Vooruit dan maar! Tien duizend francs
maar dan moet ge me ook zweren, dat ik dan
vrij zal zijn en niet mishandeld zal worden.
De schuldbekentenis I riep de kapitein.
Jacob haalde een klein metalen plaatje voor
den dag en kraste daarop met een mes eenige
zonderlinge teekens, vervolgens gaf hij dit aan
Maugrabin.
Deze keerde het om en om en bekeek het
oplettend aan beide zijden.
Zal Samuel daarop tienduizend francs ge
ven? vroeg hij met twijfel in zijn stem.
Hij zal ze geven, zoo gauw hij ze gevon
den heeft, want hij heeft zeker zulk een groote
som niet bij de hand.
Als je me bedriegt, wee je gebeente
Een nieuwe speler verscheen op het tooneel.
Hij klopte Maugrabin op den schouder.
Goed gewerkt, kameraad I Het is een
lust zijn zaken te laten doen door iemand als
gij-
Ya, das ist gut gewerkt, zooals La Ribotte
zegt, zeide een ander persoon, die zich bij den
eerste voegde, terwijl een dertigtal gewapende
Over den eventueelen verkoop der Portu-
geesche koloniën, waarover in de laatste dagen
zoo dikwijls gesproken is, verneemt het ïBerliner
Tageblatt' o. m. het volgende
Een Engelsch-Duitsch verdrag over een even-
tueele verdeeling der Portugeesche koloniën,
waarover in de pers zooveel geschreven is, bestaat
in werkelijkheid. Het verdrag kwam tot stand
gedurende den Zuid-Afrikaanschen oorlog en had
tot doel, te voorkomen, dat in geval Duitschland
of Engeland door een oorlog vastgezet ware, de
niet oorlogvoerende partij of een derde mo
gendheid het Portugeesche koloniale bezit zou
bezetten. Het verdrag bepaalt, dat als Portugal
ooit van zijn koloniën afstand zou willen doen,
Duitschland en Engeland zich verplichten bepaal
de streken aan elkaar over te laten.
Het verdrag veronderstelt den vrijen wil van
Portugal als besliste voorwaarde voor zijn even-
tueele realisatie en op vriendschappelijke wijze is
ook de Portugeesche regeering van de getroffen
overeenkomst in kennis gesteld. Het accoord is
dus geenszins tegen Portugal gericht, maar ls
eenvoudig een maatregel van voorzichtigheid waar
door Duitschland en. Engeland zich voor onge-
wenschte mogelijkheden willen behoeden.
De zegsman van het Berliner Tageblatt"
vraagt zich dan af, of op het oogenblik het tijdstip
gekomen is, dat Portugal vrijwillig zijn koloniën
zou willen afstaan. Als kenner van Portugal en
van de Portugeesche volksziel", zegt hij, ïgeloof
ik, dat een vrijwillige afstand, in het bijzonder
van de Afrikaanscbe koloniën, al is het aanbod
nog zoo schitterend, eenvoudig uitgesloten is. De
I ortugeezen beschouwen hun koloniën ais tot het
moederland behoorende provincies, Een minister
der repuhek beantwoordde een door mij gestelde
vraag, of Portugal ooit zijn koloniaal gebied zou
willen missen, met de woorden I*brtugal heeft
zonder zijn koloniën zijn reden van bestaan ver-
loien. Dit is inderdaad de meening van alle
Portugeezen. Een Portugal zonder zijn koloniën,
de levende herinnering aan zijn vroegere groot
heid, de ruggegraat van zijn tegenwoordig bestaan
en de hoop op een betere toekomst, zou den
1 ortugeezen eenvoudig een onmogelijkheid toe
schijnen."
Te Mainz ging een fuselier van het garni
zoen er van door met een som van eenige dui
zenden mark. Hoen hij 'verdwenen, was, ontdekte
men, dat gewichtige papieren aan Frankrijk
verkocht waren, n.l. het geheele schietreglement.
Het geld, dat hij in ontvangst zou nemen, heeft
men kunnen onderscheppen.
lieden zich vertoonden.
Zoo, zeide een groote kerel, met rood bit
terlijk, dat was een mooi zaakje, ge zijt op en
top een fllinke kerel
Maugrabin deed woedend eenige stappen
terug.
Wie zijt ge? Wat wilt ge?
Wie wij zijn zeide Ribotte. Goede jon
gens, die de buitenkansjes niet versmaden,
welke men nu en dan in het bosch kan vinden
Wat wij willen? Ons deel van uw buit. Ge
zijt hier op ons grondgebied en wij houden er
niet van, dat ons het gras voor de voeten wordt
weggemaaid.
Ya beaambe Wilhelm. Zoo ist es I
Vooruit, .zeide Maugrabin. Ik geef u de
paarden en drie kooplieden.
Dat is erg edelmoedig van u, antwoordde
La Ribotte, maar vindt ge niet, dat het hier
een vreemde plaats is om die buit te verdee-
len? Weest zoo vriendelijk ons naar het kas
teel t.e vergezellen daar zullen wy beter, op ons
gemak zijn en zult ge gastvrij ontvangen wor
den.
De kapitein moest zich wel onderwerpen en
een uur later was hij met zijn mannen op
d'Herneuse.
Hij behoefde zich over de ontvangst niet te
beklagen.
Sinds Valrocca bezit had genomen van het
kasteel, stroopten iederen dag La Ribotte en de
anderen den omtrek af. Daardoor waren de
u o i.
Bij de Tweede Kamer is gisteren ingediend een
ontwerp van wet tot bekrachtiging van nadere
overeenkomsten met de Mij. tot Expl. v. 8.S. en
met de H. IJ. S. M. betreffende de pensioenrege
ling van haar personeel. Eene uitvoerige memorié
van toelichting vergezelt het ontwerp.
WedsirfjdBrandweerlieden.
De prijzen in den wedstrijd der brandweer
lieden behaald, weiden gister-avond toegekend en
uitgereikt in eene bijeenkomst daartoe ten 8y2 ure
in het Gymnastieklokaal aan de Buitenhaven
gehouden.
Vooraf werd echter op inititief van de afd.
Schiedam van het Roode Kruis de wenschelijk-
heid besproken om ook hier een reddingsbrigade
op te richten, waartoe zich bereids 26 brandweer
lieden opgaven. In hoever dit denkbeeld in verband
met de taak waartoe de brandweer allereerst
geroepen is, is uit te voeren, zal nader over
wogen worden.
Daarna deelde de commandant der brandweer,
de heer Chr. Krijger, mede, dat voor de ver
schillende verrichtingen bij den wedstrijd ieder
6 punten, totaal 24 punten, konden worden toe
gekend. Van den voor iederen pnjswinner officieel
geconstateerden tijd werd, naar gelang van het
aantal behaalde punten, een bepaald getal secon-
krachten van Valrocca byna verdubbeld. Hij
had een honderdtal bandieten onder zijne be
velen en daar hij slechts een klein gedeelte
van den buit voor zich zelf opeischto werd hij
blindelings gehoorzaamd en gediend.
De kapitein had ervan gebruik gemaakt om
te trachten zich van Le Truand te ontdoen.
Hij durfde hem niet dooden, wanneer allen het
wisten, doch tweemaal had hij geprobeerd dit
zaakje door anderen te laten opknappen.
Op zekeren dag had Cavalcanta op zijn aan
sporen vergif gedaan in het glas van Le Truand.
Doch deze, die argwaan had gekregen door ze
kere beweging van den Navarrees, verwisselde
diens glas met het zijne.
Cavalcanta, die dit ook bemerkt had, bracht
het glas aan zijn mond, maar zoo onhandig,
dat hij den geheelen inhoud over den giond
uitstortte. Le Truand stond van tafel op en
ging heen, na Cavalcanta met dieigenden blik
te hebben aangekeken.
Valrocca moest al zyn macht over den Na
varrees laten gelden om te veihindeien, dat
deze, die na dit voorval ongerust geworden
was, zijn toevlucht zou nemen tot de navaja 1)
De kapitein wilde niet, dat men zou vermoe
den van wien de stoot kwam en alle bandieten
wisten, dat Cavalcanta door hem omgekocht
was.
1) Een soort dolk.
Wordt vervolgd.)