Verspreide berichten.
Binnenland.
Stads- en Gewestelijk JXieuws.
AMBRI k A..
De mijn werkersstaking, welke gisteren is h
gonnen, omvat reeds 170.000 arbeiders alleen van
de anthracietmijnen.
Den lOen April zal te New-York' een confe
rentie plaats hebben ter oplossing1 van ïrit ge
schil. Over het algemeen is men in Amerika
vol hoop, dat die oplossing zonder veel1 moei
ten tot stand zal komen, daar zoowel de mijn'
eigenaren als de mijnwerkers tot toegeven ge
neigd zijn.
De mijnwerkers, in andere kolenmijnen dan
de anthracietmijnen, die zg. bitumineuse kolen
bevatten werkzaam, zijn Zaterdag tot een over
eenkomst met de eigenaren gekomen. Volgens
deze overeenkomst krijgen de arbeiders in het
vervolg vijf cents per ton meer voor hot delven
der kolen en een evenredige loonsverhooging voor
alle andere soorten werk.
Echter kwamen de betreffende mijnwerkers
in een Zondag gehouden bijeenkomst weer op
hun besluiten terug en verklaarden zij1 zich voor
het houden van een formeel referendum over 'e
overeenkomst. Men verwachtte, dat ze gisteren
in staking zouden gaan. Of zulks geschied is,
is op het oogenblik nog1 niet bekend.
De eischen van de mijnwerkers oer anthra
cietmijnen zijntwintig percent loonsverhoog ing,
erkenning der vereemiging, een minimum lom van
fr/s dollar voor mijnwerkers, onder oen grond
werkzaam, en van 2.75 dollar voor de andere
arbeiders, betaling der gedolven kolen per ton
en niet per wagonlading, een achturige werk
dag en een jaarcontract.
Bij koninklijk besluit van 26 Maart 1912 zijn
in België nieuwe modellen van postzegels inge
voerd tot vervanging van de bestaande. De zegels
van 10 centiemen en daarboven dragen de beel
tenis van koning Albertde overige dragen, al
naar de waarde, een andere teekenmg. De zegel
volgens de thans bestaande modellen blijven gel
dig, totdat zij opgebruikt zyn. Bij ministerieel be
sluit vau 27 Maart 1912 is de dag van uitgifte der
nieuwe postzegels van 1, 5 en 10 centimes vast
gesteld op 15 April.
Tusschen Londen en New-York zal waar
schijnlijk 1 Januari 1913 een draadlooze telegra
fisctie verbinding in dienst gesteld worden. Reduc
tie zal worden toegestaan voor persberichten. De
Marconi-maatsc appy is reeds bezig in de voor-
steden van New-York en Londen stations met
krachtige toestellen op te richten, die hun golven
over de Atlantische Oceaan zullen sturen.
Tot nu toe werden de draadlooze telegrammen
naar Glace-bay geseind en vandaar langs land-
kabels naar New-York overgeseind. Het oponthoud
dat hierdoor ontslaat, weegt met op tegen den
'ageren prijs die de draadlooze telegrammen tot
dusver in vergelijking met de gewone telegram
men kostten. De directeur van de Maiconie-maat-
schappy hoopt echter dat na de oprichting der
stations in New-York en Londen de draadlooze
telegraaf met de onderzeesche kabels zal kunnen
concurreeren.
Volgens de „Daily Mail" heeft de directie
van de Northern Eastern Railway besloten een
som van 70.000 beschikbaar te stellen om
bare minst betaalde beambten in staat te stellen
aan den duren tijd bet hoofd te bieden.
Het volledig onderzoek door den veiligheids
dienst te Parijs ingesteld, heeft ertoe geleid vast
te stellen, dat de auto-bandieten zich ae hulp
van een chauffeur verzekerd hadden, die hun,
na het misdryf, in staat moest stellen spoedig te
vluchten; maar op het laatste oogenblik kon de
medeplichtige, die ijverig gezocht wordt, gein
auto krijgen.
de zalen van het A. Z. B. 6. te s'Gravenhage
zal worden gehouden, is tot 45 Aprd verlengd.
Naast het hoofdgebouw zal vermoedelijk een
hulpgebouw worden opgetrokken.
Talrijke inzendingen uit Den Haag, binnen en
buitenland zijn reeds verzekerd.
Palels—Raadhuis te Amsterdam.
Naar het „Hbld." verneemt, zal de missive
van den Minister van binnenlandsche zuen, dd.
21. Maart, in zake de vraag, of de Regeering wil
bevorderen, dat het Koninklijk Paleis op den Dam
weder ter beschikking van de gemeente worde
gesteld, in de geheime zitting, waarmedei üe open
bare gemeenteraadszitting van aanstaanden
Woensdag zal worden onderbroken, een punt van
bespreking uitmaken.
Padvinders.
In Den Haag' is een Roomsch-Katholieke pad
vin ders-vereeniging opgericht.
Gemeentelijke hypotheekbank.
Door den Haagschen gemeenteraad werd giste
ren voortgezet de behandeling van het voorstel
van B. en W. betreffende de oprichting van een
gemeentelijke hypotheekbank.
Bepaald werd, dat de gewone hypotheek zal
bedragen 70% van het onderpand.
Met 36 tegen 3 stemmen werd verworpen een
amendement-Bik, om de bank ook dienstbaar te
maken aan het geven van hypotheek ten behoeve
van hen, die ingevolge de Woningwet worden
aangeschreven tot het aanbrengen van verbete
ringen aan woningen.
De gansche verordening werd daarna met 26
tegen 13 stemmen aangenomen.
Tentoonstelling van toegepaste electrlciteit.
De termijn voor inschrijving voor de tentoon
stelling van toegepaste electriciteit, die in Juni in
Meisj espatronaten.
Men verzoekt ons het volgende te plaatsen
Den 14 October 1909 werd de jaarvergadering
gehouden van het juvenaat in het Bisdom Haar
lem.
Bij die gelegenheid werd met algemeene stem
men aangenomen de motie «Het is niet alleen
wenschelijk, maar ook hoog noodig, dat vereeni-
gingen worden gevormd voor godsdienstige, hui
selijke en maatschappelijke ontwikkeling der
meisjes, die de schooljaren te boven zijn."
Deze motie had ook de hooge goedkeuring van
onzen geëerbiedigden Bisschop, die de Meisjesver-
eenigingen in onzen tijd, zoo niet noodiger, dan
toch zeker even noodig achtte als de Jongensver-
eenigingen.
Door genoemde vergadering werd aangesteld
eene voorl. Commissie, die dit nuttig en noodza
kelijk weik zou ter harte nemen. Kort daarop
werd te Rotterdam gehoudene eene vergadering,
welke zich in de belangstelling van vele priesters
mocht verheugen.
Tot stand kwam een Bond van R. K. Meisjes
vereenigingen in het Bisdom Haarlem. Het doel
van den Bond zou zijnden bloei van de bestaan
de en de oprichting van nieuwe meisjesvereeni-
gingen te bevorderen. Door het bestuur werden
rondgezonden circulaires, waarin o.a. de bezwaren
tegen de Meisjesvereenigingen werden weerlegd
en zoo krachtig mogelijk tot oprichting dezer nut
tige instellingen werd aangespoord.
En hoeveel is nu bereikt siuds de oprichting
van genoemden Bond Hoeveel afdeelingen telt
thans de Bond van R. K. Meisjesvereenigingen in
het Bisdom Haarlem? Is het getal niet watsober
in ons groote diocees Of hebben misschien de
de meest plaatselijke Meisjesvereenigingen zich
nog niet aangeslotan
Wij zullen deze vragen niet beantwoorden, maar
zeker is het, dat er op dit gebied nog veel, nog
ontzaglijk veel moet gedaan worden, en daarom
nemen wij onze toevlucht tot de Pers, de mach
tige, die deze woorden alom bekend m.ken. Mo-
gen ze een gunstig onthaal vinden I
Wij kunnen hier niet breedvoerig de Meisjes
patronaten gaan bespreken, maar wenschen slechts
eraan te herinneren, dat zij noodzakelijk zijn en
gemakkelijk op te richten.
Ze zijn noodzakelyk.
Godsdienstzin en plichtsgevoel zyn in onzen tyd
van ontevredenheid zeker wel de meest gewensch-
te hoedanigheden in den man, vooral in den man,
die levens vader is en zijne kinderen moet leiden.
Doch van de vrouw zal zal veelal afhangen, of
de man die deugden zal bezitten of verkrijgen,
hoe de man zich in huis en daarbuiten zal ge
dragen.
Als de huisvrouw godsdienstig is, haar man
weet te leiden, zindelijkheid en gezelligheid doet
heerschen, het vaak sobere middagmaal steeds
smakelijk kan bereiden, dan zaï zeer vaak de man
ook blyven verwijderd van die plaatsen, waar
men hem godsdienstzin en plichtsgevoel wil ont
nemen, dan zal hy thuis steeds vreugde vinden.
Daarom is het vormen van meisjes tot gods
dienstige huisvrouwen, tot godsdienstige moeders
even noodzakelijk als de vorming van jongens tot
mannen, tot degelijke, tot katholieke mannen. Ja,
wy durven zeggen, dat de vorming van meisjes
een nog grootsclier werk is en nog meer nood
zakelyk, omdat daardoor het heil van beiden wordt
bevorderd en van het gansche gezin.
Is nu de vorming der meisjes by het verlaten
der school reeds voltrokken Hebben wel altijd
de ouders de gelegenheid en de eigenschappen
om die vorming te voltooien Wordt er veel nut
tigs aangeleerd als het meisje naar de fabriek
wordt gezonden, om ook wat m te brengen voor
het gezin Of, mogen de meisjes naar een winkel
of atelier, is dan soms de verdere opvoeding beter
verzekerd? Is het meerendeel der meisjes ook
bekend met de eerste eischen der beschaving en
wellevendheid Hoe groot zou het getal zyn van die
meisjes, welke in staat zijn haar eigene kleeren
te vervaardigen, of tenminste netjes te verstellen
Zouden de meisjes in het algemeen de tering naar
de nering weten te zetten en voor weinig geld een
fatsoenlijk maal weten te bereiden? Maar vooral:
wat weten ze nog van den godsdienst Hoe zul
len ze zich verdedigen tegen opwerpingen, wan
neer ze in aanraking komen met andersdenken
den? Hebben de meisjes, die in een rustig dorp
zyn groot gedracht, wel genoeg weerstandsver
mogen, als zij, om welke redenen dan ook, later
naar de stad in betrekking gaan Is voor haar
niet, evengoed als voor de meisjes uit de steden
na de schooljaren een verdere vorming noodig
Hoelang blijven vele meisjes, die de schoolbanken
hebben verlaten, nog godsdienstig? Wat wordt
er reeds van niet-katholieke zijde gedaan tot ont
wikkeling der meisjes, van wie voor een groot
gedeelte de godsdienstzien in de toekomst zal
afhangen Zoude wij, Katholieken, verantwoord
zijn, indien wij ons van een en ander zouden
afmaken met een: «het zal wel schikken" of
zoo iets.
Wanneer een ieder voor zich deze vragen eens
beantwoordt, zal hy ongetwyfeld stof ter over
weging vinden en weinigen zullen er zyn, die
zeggen kunnen: «Voor onze plaats is zoo iets
overbodig."
Wat de gemakkelijkheid betreft van de oprich
ting der Meisjespatronaten, kunnen wij aanstonds
verklaren, dat de oprichting van Jöngenspatrona-
ten veel meer vereischt en veel moeilijker is.
Waarom Jongenspatronaten kunnen buiten het
herhalingsonderwijs weinig geven op maatschap-
pelijk gebied men moet zich dan ook doorgaans
bepalen tot teekenles. Voor de Meisjespatronaten
is dat geheel anders, want terwijl de jongens tal
van wegen kunnen inslaan, gaan de meisjes bijna
allen den weg der huisvrouw op. Huishouding,
nuttige handwerken zijn vakken, noodzakelijk
voor alle meisjes. .Lust daartoe is den meisjes
als het ware ingeboren en mocht die ook al niet
meer aanwezig zijn, dan kan hij gemakkelijk
worden opgewekt.
Men zal misschien zeggen «Waar zullen wij
het geld vandaan halen om te beginnen, vanwaar
de krachten
Waarlijk, daar is geen kapitaal voor noodig.
Laat men beginnen in de schoollokalen, laat men
berinnen met godsdienstonderricht en nuttige
handwerken.
Wanneer er dames zijn, die iets gevoelen voor
deze schóone zaak, dat zij zich dan begeven naar
den Pastoor, daar deze vaak niet weet of er wel
krachten voor te vinden zijn.
Wij durven hier aanbevelen het practische
boekjeMeisjespatronaten" van pastoor G. v. d
Kant, uit 's-Bosch verkrijgbaar aan het R.K.
Propagandagenootschap te Amsterdam, a f0.10
per ex.
Met dezen grooten ijveraar voor Meisjesveree-
n'gingen roepen wij U toeBegin een patronaat
al is het nog klein en bescheiden het zal niet
lang duren en ge zult zien, dat zulk een stich
ting niet alleen levensvatbaarheid heeft, maar ook
veel, zeer veol belooft voor de toekomst.
Wij willen hieraan toevoegen nog een argu
ment dat ongetwijfeld van groote kracht is om
tot oprichting van Meisjespatronaten aan te sporen.
Dit argument kunnen wij opzetten met deze
woorden
"Het is de vurige wensch van onzen Doorluch-
tigen Bisschop, dat naast de Jongenspatronaten ook
Meisjespatronaten worden opgericht."
En Z. D. H. de Bisschop van 's-Bosch schrijft
over de pogingen tot oprichting van zulke ver-
eenigingen «Aangezien er in onze dagen, in een
groot gedeelte der maatschappij geen huisvrouwen
meer gevormd worden, die dezen naam verdienen
en, naar onze vaste overtuiging, het geluk van
het huisgezin hoofdzakelijk van de vrouw af
hangt, kunnen wij bovengemelde poging niet an
ders dan ten hoogste prijzen en dringend aan
bevelen."
Nogmaals dan, dat men beginne, dat men overal
beginnen dat spoedig elke parochie het haar
passend en tegenwoordig haast onmisbaar patro
naat hebben dat men beginne na den Paasch-
tijd, den meest geschikten tyd, daar dan zoovele
kinderen den catechismus verlatendat ieder
plaatselijk of parochiaal patrouaat zich aansluite
by den Bond, opdat door samenmerking dit verhe
ven apostolaat steeds hooger kan worden opgevoerd.
En als straks de jaarvergadering waarvan de
datum later zal worden bekend gemaakt zal
worden gehouden, moge dan een onnoemlijk getal
bestuursleden der verschillende atdeeÜDgen aan
wezig zijn.
Tot nadere inrichtingen is steeds gaarne bereid
Het Hoofdbestuur der Meisjesvereenigingen in
het Bisdom Haarlem
Pastoor VERHOEVEN, voorzitter, Schiedam.
Pastoor WREESMAN, penningmeester,
Rotterdam.
Mevrouw BEUKERS, Rotterdam.
Mejuffrouw KOKSHOORN, Voorburg.
Pater BoUTERS, secretaris, Leiden.
pen een aardig buitenkansje. Niet alleen wordt
er een flink bedrag fian havengeld gebeurd, maar
ook vele ingezetenen als bakkers, slagers enz.
zullen er allicht wat door verdienen.
Nader vernemen wij, dat de s.s. «Alice" en
«Tolossa" heden bunkeren en van nacht van hier
zullen vertrekken.
Weerbericht.
Telegrafisch bericht naar waarnemingen, verricht
in den morgen van 2 April 1912, medegeaeeld
door het Kon. Ned. Met. Instituut te de Bildt.
Hoogste barometerstand 774.6 te St. Mathieu.
Laagste barometerstand 747.4 te Riga.
Verwachting tot den volgenden dagafne
mende noordwestelijke tot zuidwestelijken wind,
gedeeltelijk bewolkt, weinig of geen regen, mo
gelijk nachtvorst, overdag zachter.
Drukte in de Schiedamsche havens»
In het geheel liggen er nu in de havens en op
stroom 13 zeebooten. Nog nooit is er te Schie
dam zulk een groot getal booten tegelijk geweest.
Er kunnen nog een paar kleine zeebooten wellicht
hier een plaatsje vinden, maar overigens kan ge
zegd worden, dat de havens vol zijn.
Aan de Maaskade liggen de «Wandby," de «Ta-
ganistan" en de «Glenmorac," terwyl langszijde
van de «Tagistan" de »C'Andersen" heeft vast
gemaakt.
Op stroom zyn aan de boeien gemeerd de s.s.
«West on by" en Europa." In de Voorhaven lig
gen de «Brandenburg" en de «Savona."
In de Oosterhaven hebben ligplaats genomen
de ss. «Tolossa, «Alice," «San Manteo," Castle-
ton" en «Clan Campbell".
Het is een interessant gezicht thans zooveel
schepen in de Schiedamsche havens bijeen te zien.
Er zal nog wel eenigen tijd heengaan vooraleer
al deze schepen van kolen voorzien zullen zyn.
Men verwacht echter, dat de «Savona" en de
«Brandenburg" heden kolen zullen krygen en het
eerst zullen vertrekken.
Voor de gemeente is dit ongewone getal sche-
Sociale Cursus.
Het volgend verslag wordt ons ter plaatsing
gezonden
Op waardige wijze werd Vrijdag 29 Maart het
seizoen 1911 12 gesloten, met de zeer leerzame
rede van den weled. gestr. heer mr. M. Kavelaars
over: «De oorlog tet zee uit volkenrechtelijk oog
punt."
Toen mij ten vorigen jare, aldus spr., verzocht
werd om een lezing te houden, koos ik genoemd
onderwerp om verschillende redenen. Vooreerst
omdat kort tevoren de oorlog tusschen Italië en
Turkije uitgebroken was, en het vooruitzicht be
stond, dat deze wel gedeeltelijk een zeeoorlog zou
worden. Spr. meende daarom, dat het zijn gehoor
wel zou interesseeren een en ander te vernemen
omtrent de regels en gebruiken, die by dien oor
log in acht moesten genomen worden. Ten tweede
was op de tweede Haagsche Vredesconferentie
een 12-tal verdragen en een verklaring gesloten,
waarvan de meeste werden bekrachtigd, o a. door
Duitschland, de Vereenigde Staten, Oostenrijk-
Hongarije, Denemarken, Nederland, Groot-Brit-
tannië, Rusland, Zweden, Mexico, en eenige andere
staten, (niet door Frankrijk, Spanje, Italië en
Turkije.j
Een 7-tal verdragen hebben speciaal betrekking
op den zeeoorlog. Hiermede wilde spr. ons wat
nader in kennis brengen.
Voorts werd-op 26 Febr. 1909 te Londen een
verklaring betreffende het zeeoorlogsrecht onder
teekend, (de z.g. declaratie van Londen), door
vertegenwoordigers van Duitschland, de Vereenigde
Staten, Oostenrijk-Hongarije, Spanje, Frankrijk,
Groot-Brittannië, Italië, Japan, Nederland en Rus
land, en hoewel nog niet in werking, bestaat toch
de mogelijkheid, dat dit spoedig gebeurt.
Spr. vestigde er de aandacht op, de onmoge
lijk heid het geheele oorlogsrecht op een avond te
bespreken, ja zelfs voor elk der onderdeden is de
tijd te kort, dit geheel uiteen te zetten. Spr. be
handelde de volgende 4 punten
Het buitrecht, de handel der neutralen, onder
zeesche mijnen en het bombardement.
Het is met algemeen bekend, dat oorlogvoerende
landen behalve elkanders oorlogsschepen, ook
hunne handelsvaartuigen mogen nemen. Dit recht
wordt buitrecht genoemd, en de genomen goede
ren «prijzen. Dit recht mag echter slechts wor
den uitgeoefend op de open zee en in de territo
riale wateren der oorlogvoerenden. In de territo
riale wateren van neutrale staten, mag dit
buitrecht niet worden uitgeoefend, deed men dit,
dan zou het een schending zyn van de onzijdig
heid dier landen.
Op den regel, dat men goederen van vijandige
staten op open zee mag buitmaken, bestaan uit
zonderingen.
Vrygesteld van prijsmaking zijn booten, uitslui
tend voor de kunstvisschery gebezigd, of de kleine
plaatselijke vaart, evenals hun vischtuig, want,
andere scheepsbenoodigdheden en de lading, wan
neer zij tenminste op geenerlei wijzen aan de
vijandelijkheden deelnemen. Voorts zyn vrijgesteld
vaartuigen, belast met godsdienstige, wet-nschap-
pelijke en menschlievende zendingen. Ook de
andere soorten handelsvaartuigen mogen maar niet
dadelijk worden genomen. Hieromtrent zyn mede
eenige regelen vasigesteld onder dagteekening van
18 October 1907 ter tweede Haagsche Vredescon
ferentie. Spr. memoreerde deze punten in hun
wezen en toepassing.
Wat de goederen betreft, toebehoorende aan
vijandelijke onderdanen, deze kunnen slechts buit
gemaakt worden, indien zy zich aan boord van
vijandelijke handelsvaartuigen bevinden. Bevinden
zij zich aan boord van neutrale vaartuigen, dan
geldt de regel: «De vlag dekt de lading."
Alvorens van dit eerste punt der lezing af te
stappen, behandelde spr. nog de kaapvaart.
Vervolgens het tweede punt der lezing: n.l. de
handel der neutralen. Allicht zou men meenen,
dat de handel der onderdanen van neutrale staten
niets met den oorlog te maken heeft. Dit is in'
beginsel waar. Die onderdanen mogen handel
drijven met wien ze willen, zelfs met de oorlog
voerenden. Zelfs neutrale waar op een vijandelijk
schip is gewaarborgd, uitgezonderd oorlogscontra
bande.
Het is aan onderdanen van neutrale staten
echter verboden handel te drijven met geblok
keerde plaatsen en in oorlogscontrabande. Breed
voerig behandelde inl. het wezen en de beteekenis
van een blokkade en wat wy onder oorlogscontra
bande hebben te verstaan, als zynde deze of
absolute of voorwaardelijke. Absolute contrabande
is b.v. materiaal, uitsluitend voor oorlog gebruike
lijk, voorwaardelijke daarentegen zyn dingen, die
zoowel voor oorlogs- als voor vreedzame doelein
den kunnen gebezigd worden. Het spreekt van zelf
dat voor deze verschillende punten ook verschil
lende bepalingen zyn vastgesteld.
Passagiers, behoorende tot de gewapende macht
van den vyand kunnen moeielijk als contrabande
worden beschouwd. Toch gelden voor een schip
met dergelijke lading dezelfde bepalingen als voor
een onzijdig schip, dat wegens contrabande voor
verbeurdverklaring vatbaar is.
Een in beslag genomen schip, mag, behouden!