Verkooping drie Woonhuizen een „Hofje'. BOELHUIS. Mej. Je Wefl. A. FRANSEN, Meubilaire Goederen, Gemengd Nieuws. AdrertefttiSn. Vrijwillige Openbare i. Een Woonhuis, ii. Een Woonhuis ni. Een Woouhuis Woningen mr. V. H. Rutgers, lid Tweede Kamer, te Hilver sum jhr. mr. W. B. Sandberg, burgemeester van Abcoude, en Aug. Sassen, oud-notaris te 's Gra- venhage. Academie voor intern, recht. Een uitgebreide commissie van Nederlandsche staatslieden, staatsrechtsbeoefenaren en rechtsge leerden heeft zich gevormd om de oprichting te bevorderen van een te 's-Gravenhage te vestigen Academie voor Internationaal recht. Het plan is om voorloopig niet aan deze Academie vaste hoogleeraaren te verbinden, doch telken jare, gedurende de daarvoor meest geschikte maanden, cursussen te doen houden door geleerden van ver schillende nationaliteit, bij uitnemendheid bevoegd om als gids bij de door hen te behandelen onder werpen op te treden. De voordrachten zullen, althans aanvankelijk, in de lokalen van het vre despaleis worden gehouden, waar de meest vol ledige bibliotheek van internationaal recht ge vestigd zal zijn. Door het bestuur van de «Car negie Endowment for international peace" is een jaarlijksche bijdrage toegezegd. Zoodra de grond slagen van de nieuwe Academie zullen zijn gelegd, zal de voorloopige commissie hare taak overgeven aan een te vormen internationaal Curatorium, dat ook de op te treden geleerden zal hebben aan te wijzen. In de circulaire van de commissie wordt herinnerd aan de woorden van den Ru- meenschen Minister Stourdza in een brief over soortgelijk plan aan den voorzitter der Vredes conferentie, waarin de wenschelijkheid van het nu in uitvoering gebrachte denkbeeld wordt be pleit: afin que la pratique et la theorie puis sent marcher de pair et s'aider mutuellement." (W. v. h. Recht). Het Paleis-Raadhuis te Amsterdam. Dezer dagen is in de N. R. C. de wenschelijk heid uitgesproken, dan een drietal rechtsgeleerden zou uitmaken, hoe het eigenlijk juridisch met den eigendom van het Paleis-Raadhuis stond. Historisch is echter de zaak ook van veel belang, namelijk om precies te weten, wat er eigenlijk jn 1808 en in 1814 is voorgevallen. Het kan daarom zijn belang hebben mede te deelen, dat aan prof. H. Brugmans te Amsterdam dezer da gen door de ministers van binnenlandsche zaken en van waterstaat vergunning is verleend om de Rijksarchieven van 1813 tot 1830 na te gaan, wat daar over de bovengenoemde kwestie is te vinden. Het is, naar wij vernemen, het voornemen van prof. Brugmans eerlang alle stukken te publiceeren, welke betrekking hebben op den overgang Raad huis-Paleis onder Lodewijk Napoleon en Willem I. Zoodoende kan de juridische vraag dan ook van zelf tot oplossing komen. Onderscheiding. Het heeft Z. H. den Paus behaagd mevr. de wed. Canoy en mej. G. Gusters, resp. presidente en penningmeesteresse der Sint-Elisabeth vereeni- ging te Venlo, te begiftigen met het eerekruis Pro Ecclesia et Pontifice. President en Directeur van de Nederlandsche Bank. De president van de Nederlandsche Bank, rur. N. P. van den Berg, heeft, naar het Nieuws" ver neemt, besloten, tegen 1 September van dit jaar zijn functie neer te leg'gen. De heer Van den Berg, van, 1889 tot 1891 directeur der Bank, werd in 1891 lot president benoemd. Zooals men weet, worden de voorz. en de secretaris door H. M. de Koningin voor zeven jaar benoemd. De heer Van den Berg wenscht nu in September a.s. geen hernieuwing van zijn mandaat. D e a u t o-b a n d i e t e n. De Parijsche bladen meldden, dat de veiligheidsdienst gisteravond in Montmartre Bonnot en Garnier in hechtenis hoopte te nemen. In de rue Ordener en de rue Mercadet heerschte groote drukte van politie en journalisten. Ondereen lawine. Er wordt melding ge maakt van hevige stormen, die reusachtige schade aangericht hebben in Oost-Galicië. De goederen treinen loopen bijna niet meer. Talrijke telefoon draden zijn vernield. De neergevallen sneeuw belet het verkeer in de straten van Lemberg. De Weener bladen melden, dat 8 toeristen, voor hpt meerendeel professoren en studenten, op den Hochstuhl bedolven zijn door een lawine. Uit Laibach De 7 leerlingen van een lyceum, die verrast waren door de lawine op den Hochstuhl, zjjn ge red. Alleen de professor is gedood. E e n o u d-H ollanderindenVr ij staat. Den 16n Januari is in het district Harrismith in den Vrijstaat op 72-jarigen leeftijd overleden Gerrit Aveling, een oud Hollander. Hij werd te Rotterdam geboren en kwam als 18-jarig jonge ling met ouders en broers en zusters in Natal. Hij was een ondernemend man en werd een wel gestelde boer, en met hart en ziel een Afrikaan der. Jarenlang is hij voorzitter geweest van den Harrismithschen tak van den ouden Afrikaander Bond. Ook is hij resident-vrederechter geweest. In den oorlog ging hij op kommando en bleef tot kort voor den vrede in het veld. Hjj werd ten slotte door een troep gewapende kaffers, die in Engelschen dienst waren, gevangen genomen. Hoe hoog hij in aanzien stond, bleek op zijn begrafenis. Aan de groeve sprak o.a. generaal Christiaan de Wet. Hij had veel gehoord ge tuigde de generaal van zijn daden, van zijn moed en zijn volharding in den strijd om de vrij heid en recht van zijn volk, wat allen veel eer bied voor hem inboezemde. Het gedrag trouwens van zijn kinderen en schoonkinderen was een be wijs een goed en navolgenswaardig voorbeeld. Ofschoon Nederlander van geboorte, had hij Zuid- Afrika aangenomen als zijn vaderland, en is hij menigen geboren Afrikaander tot een beschamend voorbeeld geweest. «Oom Gerrit" was een goed Kristen, een goed patriot en een goed vriend. («Neerl") De geheimzinnige moord te Han nover, waarbij een meisje, dat uit Pommeren naar deze stad gekomen was om haren bruidegom op te zoeken, is nog niet opgehelderd. Het meisje werd met een wonde aan de slaap op een bank in het park gevonden en stierf zonder dat zij eenigen mededeeling kon doen. De bruidegom, een ondergeschikt beambte bij het gerecht, had op het station tevergeefs op zijn aanstaande gewacht en vernam eerst vaa de mis daad, toen hij m een krant een advertentie vond, waarin vijfhonderd mark wordt uitgeloofd voor aanwijzingen, die tot aanhouding van den moor denaar kunnen leiden. De politie staat hier voor een raadsel. Het meisje zou ook een groote som bij zich gehad hebben, daar zij naar Hannover gekomen was met het plan om te huwen. De ouders van den bruidegom wilden echter niets van het hu welijk weten. D e Z ui d-A frikaanschediaman t en. Ondanks de pogingen, door den nieuwen minister van koloniën in Duitschland aangewend, om voor Duitsche diamanten ook in Hanau een markt te vinden, heeft de regie toch voor het eerste halfjaar van 1912, de Duitsche diamanten weder aan het Antwerpsche syndicaat overgelaten Dit heeft in Hanau aanleiding gegeven tot een merkwaardige protestbeweging; Hanausche diamanthandelaars hebben zich gewend tot den Rijkskanselier, den minister van koloniën en de regie met een breedvoerig geschrift, waarin zij uiteenzetten, dat de regie de aanneming van elke offerte en het voorleggen van diamanten of monsters voor de taxatie heeft geweigerd. De Duitsche industrie en handel wenschen, evengoed als het Antwerpsche syndicaat, tot'mededinging te worden toegelaten, na onderzoek der waren. Door een aantal Duitsche belanghebbenden was een maatschappij gevormd, met de noodige geldmiddelen en vakkennis, om de belangen der Duitsche industrie te bevorderen. Hoe de gede legeerde van die maatschappij te Berlijn ontvangen is, kan worden nagegaan uit een protestnota van den burgemeester van Hanau en den vice- president der Kamer van Koophandel te Hanau tegen de onbehoorlijke behandeling door de Regie. Het schijnt noodig, dat de Duitsche diaman tenregie zich tegen de beschuldiging, het Antwerpsche syndicaat gunstiger te behandelen dan het Hanausche, verdedigt, en mededeelt, waarom de aanbiedingen uit Hanau zijn ver worpen, meent de „Frankf. Ztg.", vooral wanneer het blijkt, dat de gedelegeerde uit Hanau te Berlijn zeer onbehoorlijk behandeld zijn. Geschiedenis van het rijwiel. Het „Weekbl. v. Hand. en Industr. Middenstand" gaf onlangs een kijkje in de geschiedenis van het rijwiel. Wij ontleenem daaraan het volgende: Degene, die er het eerst over heeft nagedacht, hoe ronde voorwerpen, al draaiende op een >on- dersteuningisvlak, zich tegelijkertijd kunnen voort bewegen, heeft, als hij er toe is gekomen oim proeven tei nemen, voorzeker al dadelijk opge merkt, dat zulk een beweging minder kracht ver- eischt, dan noodig is voor slepende beweging. Wie de stamvader is van hef gif de der wagen- en rijtuigmakers en der overige fabrikanten van rollende vervoermiddelen, ligt in hel duister. Het schijnt echter g-eien gewaagde veronderstelling, dat reeds c-en der oudste stamvaders van het men- scheljjk geslacht zichzelf of zijn vrouw op den ouden dag met beihulp van een eenvoudigen rol wagen heeft laten voort'k ruien. Het denkbeeld om deze rollende beweging werk tuigelijk te versnellen, kan eerst in een brein van jonger datum zijn opgekomen en uitgewerkt. Tusschen het verschijnsel van den eenvoudigen rolwagen en het tegenwoordige rijwiel ligt stel lig een grootei tijdruimte. De doelmatige inrich ting van het laatste dag toekent immers eerst uit onezn tijd. Toch is het doel, dat men met ibet rijwiel tracht te bereiken, om met minuer inspan ning sneller dan op de gewone wijze te lioopen het vtooeigtere wooird „velocipede" drukte dit wel zoo goed uit als ons „rijwiel" zoo alle- daagsch, dat men zich niet kan verwonderen, dat er reeds vroeger pogingen gedaan zijn om het te bereiken. Uit de weinige medeoeelingen, welke hierover in de kronieken gevonden worden, mag men echter besluiten, dat die pogingen van weinig beteekenis waren. Tot de eerst© beschrijvingen van een soort voorlooper van 'h rijwiel behoort die, welke Oza- nam, een lid der Koninklijke Academie van We tenschappen te Parijs, met een afbeelding daar van heeft naeiglaten „Men ziet", zoo schrijft hij in 1693, „sedert eenige jaren in Parijs een koets of sjeesEen lakei achter op de koets, drijft haar voort, door de voeten beurtelings te plaatsen op twee hou ten treden, welke verbonden zijn met twee wiel tjes, verborgen in een kastje tusschen de achter wielen". Richard, een geneesheer te la Roebelle, gaf hem de volgende verklaring van de inrichting van dit rijtuig: „Een rol, met de einden bevestigd in de kast achter de zitplaats, dient als as voor een draai schijf, waarover een touw loopt, dat bevestigd is aan de einden van de twee treeplankjes, waar op de lakei de voeten plaatst. De beide kleine voorwielen gaan ook zoo voort en wel steeds vooruit, zoolang de bestuurder van het rijtuig ze niet doet draaien, met behlup van de leidsels, welke voor aan een soort van disselboom vast gemaakt zijn. Het rijwiel van Richard schijnt niet bijzonder in den smaak te zijn gevallen. Men vindt e; verder geien melding van gemaakt. Eerst een eeuw later, in 1780, nam de meier als luchtschipper bekende Franschman Blanchard niéuwe proeven met rijwielen. Maar ook deze schijnen van wei nig beteekenis te zijn geweest, want tot de op komst van dit vervoermiddel hebben zij niet ge leid.'Op welk een geringe hoogte weer een 40 jaar later het maken van rijwielen nog stond, blijkt uit een lithografie van 1818. Men ziet daar op de proefnemingen in dat jaar genomen in den Jardin du Luxembourg te Parijs, mei tweewielers, gCheel van hout, mei een voor- en achterwiel in hetzelfde vlak. De rijder onderhield de bewe ging door half staande, met de voeten legen den grond te s too ten. Men meent Nicéphore Niepce als den uitvinder van dit toestel te mogen beschouwen; denzelfden Niepce, die zich later door zijn uitvindingen op het gebied der fotografie zoo verdienstelijk ge maakt heeft. Waarschijnlijk was dit rijwiel van Niepce een nabootsing van de zoogenaamde draisine, 'n soort van vélocipède, welke reeds in 1817 door ©en Badenschen houtvester, Drais, was uitgevonden. Hoe gebrekkig ook in vergelijk inlg' met de te genwoordige rijwielen, hebben ze toch een grooten opgang gemaakt te Parijs en deden dit spoedig te Londen niet minder. In 1819 vervaardigde men ze hier reeds geheel van licht metaal, zoowel voor dames als voor hoeren. De eerste bicycle heette, volgens het onderschrift van een Engel- scbe gravore. „Pedestrian hobby-burse De in richting was dezelfde als van de houten bicycle te Parijs; twee zeer lichte metalen wielen, een voor- en achterwiel in eenzelfde vlak; het voor wiel kon men om een verticale as a raaien en rechts of links wenden met behulp van een kruk. De rijder zat op een zadel tusschen de beide wielen, maar zoo da,t zijn voeten den grond kon den raken. Voor de dames was het zadel beves tigd aan een U-vormig raam, zoodat het kleed niet afzonderlijk behoefde té worden opgenomen. Een liefhebber van de jacht op1 waterwild, is, naar het schijnt, door deze vinding geïnspireerd tot het vervaardigen van een water-velocipède, the Aquatic Tripod genaamd. Deze bestond uit drie holle, luchtdicht gesloten drijvers of vlotters van blik of koper, elk van 30 tof 35 liter inhoud. Deze vlotters waren door drie ijzeren staven ver bonden; waar de stavein samenkwamen, was de zitplaats voor den jager. Zijn voeten waren voor zien van korte roeispanen, waarmede hij zich oven t stille water kon voortbewegen. Het verhaal luidt, dat een jager in Lincolnshire-, gëdurende den gebeden winter van 1822, met veel succes van zulk een vreemdsoortig voertuig gébruik gemaakt heeft. Omstreeks het jaar 1819 schijnen de Londenaars door een razernij van wieJrijden -overvaJen te zijn. De heer G. Tissandier bezit een verzameling Engelsche gravures over het wielrijden, welke alle met dal jaartal gemerkt zijn. Daaronder zijn er ernstig gemeend, schoon bijna altijd met een grappig tintje, doch vooral caricaturen. Een de zei laatste van dein beroemden Cruikshank had tot onderschrift: „Every man on his perch to going to bobby fair." Men ziet er de meest verschillende standen en beroepen op Jen twee- wieler vertegenwoordigd. Ook driewielers schij nen toen reeds in gebruik te zijn geweest. Bij die driewielers raken, blijkens een gravure uit dien tijd, de voeten der rijdsters niet meer den grond, maai- zijn behoorlijk geplaatst op twee treeplan ken, welke op de assen der twee wielen werken, tusschen welke de rijdster gezeten is, terwijl het voorwiel door middel van een hefboom tot stu ren. kan gedraaid worden. Deze merkwaardige gravure draagt den datum van 22 Mei 1819 en heeft tot onderschrift: „The ladies Hobby. Als ware het een mode-artikel, werd het ïjj wiel na dien tijd weder in een hoek gezet en geheel verwaarloosd, totdat het een twintigtal jaren geleden weer te voorschijn kwam en se dert dien tjjd de groote verbeteringen ontving, welke thans voor iedereen zichtbaar zijn. Wat in 1819 door Cruikshank als grap werd voorgesteld, is nu voor een groot gedeelte reeds werkelijkheid geworden. Het rijwiel is niet alleen meer een middel tot ontspanning en vermaak, maar voorziet reeds in werkelijke behoeften. Tot de nieuwst© toepassingen behoort zijo in voering bjj het leger. De Duitschers hadden, voor zoover bekend is, het eerst een korps militaire wielrijders voor het snel overbrengen van dépê ches. De Fransche-n mochten hierin natuurlijk niet achterblijven; zij hadden weldra ook hun rijwielbrigades georganiseerd. Toen zijn spoedig ook de andere- landen gevolgd, ook ons land. Hier en daar ging men verder. De Engelschen bijvoorbeeld hebben proeven genomen, in hoe verre het rijwiel geschikt zou zijn voor de infan terie bij het vervoer van munitie. De werktuigkundige Singer heeft voor dit doel een multicycle of veelwieler gebouwd, vormen de een combinatie van een aantal rijwielen, waarop een dozijn manschappen een munitiekist kunnen voorttrekken. D© voorman bestuurt. Men hoeft het hiermee op goede wegen gebracht tot 25 kilometer per uur. VAN EN De Notaris W. A. VAN DOLDER Dz., te Schiedam, zal bij v e i 1 i n g op Vrjjdag 19 April 1912, des voormiddags te elf uren, en bij afslag op Zaterdag 20 April 1912, des avonds te acht uren, beide keeren in het gebouw Musis Sacrum, aan de Lange Haven, te Schie dam, verkoopen verdeeld in een beneden- en bovenwoning, met erven en ópen plaatsje, te Schiedam aan de Baanstraat no. 3, groot 25 centiaren. Verhuurdboven en beneden te zamen voor f2.50 per week. Grondbelssting .f 10.45. Straatbelasting f4.17. met vrije bovenwoning, erve en open grond aan voormelde Baanstraat no. 5, groot 40 centiaren. Verhuurd: boven voor fl.75 en beneden voor fl.75 per week. Grondbelasting f 10.48. Straatbelasting f4.17. met twee bovenwoningen en erve met een ge deelte gang en een open plaatsje, te Schiedam aan de Ueerenslraat no. 27, groot 40 centiaren. Verhuurd: beneden voor fl.25 en boven voor f 1. per week. Grondbelasting f6.74. Straatbelasting f2.67. IV—XVII. Veertien, elk afzonderlijk te veilen, en erven met bleekveld open grond en gang, samen vormende een „Hofje", uitkomende aan de Heerenstraat, aan de Kreupelstraat en, dooi de Schotsche Poort, in de Lange Kerkstraat, te Schiedam, nos. 251 t/m 13 en 251S, te zamen groot 690 centiaren. Verhuurd voor f21.- per week. Grondbelas ting f 60 78. Straatbelasting f 23.85. Aanvaarding en Betaling: 20 Mei 1912. Bezichtiging: Woensdag en Donderdag in de week van de veiling, des voormiddags van 10 tot 12 en des namiddags van 2 tot 4 uren, op vertoon van een bewijs van toegang. Inlichtingen en toegangsbewijzen zijn te be komen ten kantore van genoemden Notaris, Nieuwstraat 30, Schiedam. De Notaris H. B. E. BLAISSE, te Schie dam, zich op Woensdag 10 April 1912, des voormiddags 9ya uur aan de bouwmanswoning van aan de Hooge Boomen, bij Schiedam, publiek a contant verkoopen 28 stuks Vee, 2 paarden, een partij Kip pen, 60 koperen Melktesten, 3 koperen Ketels, 2 blikken Roomketels, Melk- tonnen, Melkemmers, 2 Karns, Boter- vloot, Boterpotten en verder Melkge- reedschap, Vleeschkuip, Kapwagen, Tilbury, 2 Melkwagens, 2 Hooiwagens, Mestkar, Arreslede, Koekmolen, Koek- kist,Slobberkuipen„.Bouwgereedschap, sliethout, brandhout, takkebossen enz. Voorts eenige als Tafel, fraai Kabinet, fraai Bureau, glazen kast, Hangkast, Stoelen, Kachels, Le dikanten, Beddegoed, Spiegels, Schil derijen, Glas, Poreelein en Aardewerk waarbij porceleinen Kopjes, Schotel tjes, Trekpotje, Kannetje, Potjes en Kommen en hetgeen verder ten ver koop zal worden aangeboden. Te bezichtigen daags te voren, 's middags van 1 tot 5 uur en 's morgens vdór den verkoop.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1912 | | pagina 6