AS SffiaVP4UejïrPe'er de ha"d Zaterdag 25 Mei 1912 Telefoon no. 85. Officieele berichten. Hoogere Burgerschool met 5-jariiren cursus Gymnasium te Schiedam. In onze Vroedschap. F E UIL L E T O N. het lot. Staten-Generaal. TWEEDE BLAD. No. 10329. Biimeuland. ontotok A-na haar snik- SCHIEDAM. Aangifte van leerlingen voor den volgenden cursus kan vóór 15 Juni geschieden schriftelijk met op gave van naam, voornamen, datum en jaar van geboorte en de school, waar het onderwijs is genoten, mondelingelkèn Oinsdag (behalve28 Mei) en Donderdag van l'/4 3'/4 in het gebouw der H. B. S. Jongelieden uit plaatsen, waar eene H. B. S. met 5 j. c. is gevestigd, worden alleen toegelaten, als zij zich metterwoon te Schiedam vestigen. De Directeur M. HORN. Candidaten voor het toelatingsexamen, dat ge houden zal worden in de eerste helft van Juli, ge lieven zich vóór 1 Juli aan te melden bij den rector Dr. J. L. LIEZENBERG. Absentiën. Raadslid-ontslag. Leeraar-benoeming. Onder- wijzers-jaarwedden. Ooglijders- inrichting. Waterleiding-inter pellatie. Straataanleg. Bouw plan. De Raadszitting op Dinsdag 11., na verloop van drie weken sedert de jongste zitting, gehouden, stond aanvankelijk wel in het teeken der absen tiën. Absent was, wel begrijpelijk, 's Raads ge wone voorzitter, burgemeester Honnerlage Grete, die intusschen, eenigszins versterkt, in zijne wo ning is teruggekeerd en wien allen zeker gaarne verder, algeheel herstel bij het rusten in zijn eigen omgeving toewenschen. Maar er ontbraken ook in het begin vijf Raadsleden, waarvan er echter spoedig tweeter vergadering verschenen. Met het afscheidswoord door 's Raads waarn. voorzitter gewijd aan den ontslag nemen van den heer Van der Drift zullen zeker Schiedams wel denkende ingezetenen van harte instemmen. Hij was een stoer werker, ook in de com missiën, een Raadslid, dat in zijn eenvoud dikwijls den spijker op den kop wist te slaan en wiens adviezen in den Raad steeds met referentie vernomen werden. Dat zulk een man in het openbaar leven voor goed zou gemist worden, kunnen wij niet denken wel licht wacht hem eene nieuwe toekomst aan gene zijde der Maas, waar hij zich gaat vestigen. De benoeming van een leeraar voor het Gym nasium lokte reeds in den aanvang der zitting eene breede discussie uit. Na de intrekking der sollicitatie van den heer Roetert Frederikse, die no 1 op de aanbeveling stond voor de benoeming van een leeraar in de Geschiedenis en Ned. taal aan het Gymnasium, verzochten curatoren, door B. en W. naar hunne meening in de gegeven omstandigheden gevraagd, de aanbeveling als niet gedaan te beschouwen. Dientengevolge stelden het Dag. Bestuur voor, bedoeld punt van de agenda af te voeren. Over dit voorstel is een vrij breede discussie gevoeid, naar 't ons voorkomt, ten onrechte. Waar art. 17 der Hooger Onder wijswet uitdrukkelijk voorschrijf, dat de Raad be noemen moet op een aanbeveling van curatoren, kon hij hier niet benoemen, omdat er na de mededeeling van het curatoren-college geen aan beveling was. Bovendien is in den loop der dis cussie wel juist uiteen gezet, dat ook met den Wensch van het hooger schooltoezicht moet wor sen rekening gehouden. Is 't nu waar,' wat de eer Houtman mededeelde, dat de inspecteur der gymnasia een benoeming van een dame tot leer- aresi aan een gymnasium niet wenschelijk acht ie nseening van een zoo ervaren man als dr. mresteyn zal zeker wel op goeden grond be ften dan moet de Raad toch minstens zoo- e vnJheid van keuze hebben, dat hij kan na- Uit het Duitsch vertaald). 10) ^ruirnd, De droefheid zijnefamil\t aJteSemoet- zich zelf echteJinhUTyh^fzd0^^er;voor zich wel door heen slaan - en voor Z°U-ei' gaf hij zich geheel over aan Gods wil °Venge Van de herberg „De Ooievaar", die teeenn™, den molen lag, kwam een klein groepje De herbergier geleidde zijn zoon, Karei, die' met eter in het zelfde bataillon gediend had. Die van den molen zagen den buurman aankomen ven op hem wachten. Peter snelde terug. TW a drempel voor „De Ooievaar' zag hij hiomV dochter van den waard. Peter en Toni als in" ,T ,Uan elkaar en zoowel op den molen beiden el 0oievaar was men het eens, dat zij gisteren leedPsaa^ZrdOT worden' Zij hadden wilde nog een handdnït genomen 5 maai' Peter onderweg mmmn. 0^^ gaan of met dien wensch van den inspecteur rekening kan worden gehouden. De Raad kon dus slechts op eene (nieuwe) aanbeveling, door de wet imperatief voorgeschreven, benoemen. Terecht is dah ook, na verwerping van het tegenvoorstel, het punt van de agenda afgevoerd. Voor de benoeming van een onderwijzer aan school C heeft de heer Gerlach een lans gebroken voor de herziening van de jaarwedden der onder wijzers, wijzend op de vele mutatiën in het onder wijzend personeel. Duidelijk heeft daarna de heer Goslinga, wethouder van onderwijs, uiteengezet, dat die mutatiën moeilijk zijn te keeren, waar steden van den tweeden rang zeker met kunnen bijhouden de geweldige opdrijving der salarissen in de groote steden. Nog schijnt hier een andere oorzaak in 't spel te zijn, waar zelfs Amsterdam met zijn zoo hooge salarissen geen voldoend aan tal sollicitanten vindt. Zou 't soms zijn het vaak overgaan van onderwijzers in andere betrek kingen buiten het onderwijs De heer Gerlach heeft zich moeten tevreden stellen met de verze kering dat de salaris-herziening in overweging blijft en kreeg ten* slotte nog den goeden wenk bijzondere personen niet meer in het publiek te bespreken. Nadat de heer Scheffers zijn pleidooi voor de vergunninghouders, die in overgroot aantal hoo ger zijn aangeslagen, tot een nadere zitting had verwezen gezien het punt werd toch van de agenda afgevoerd trok vroede De Bruin de partij van de vereeniging ^Inrichtingen voor oog lijders te Rotterdam," die mede eenige subsidie van den Raad vroeg. Deze vereeniging is eene andere dan die welke reeds sedert jaren subsidie van de gemeente geniet. Zij staat onder de lei ding van dr. Mol, terwijl de reeds gesubsidieerde vereeniging (Nadorststraat) onder beheer van dr. De Haas staat. Waar De Bruin hoofdzakelijk het motief, dat hier geen gelegenheid tot verpleging is, aanvoerde, stond daar zeker sterk tegenover het feit dat wij hier thans een kundig oogarts hebben, nu dr. Elzevier Dom zich na volbrachte studie met allen ijver aan de oogenpraktijk wijdt. Onder die omstandigheden moeten wij er zeker toe medewerken hem in die praktijk te steunen door zoo min mogelijk ooglijders naar Rotterdam te doen gaan, ook waar toch zeker niet allen ver pleging in eene inrichting noodig hebben. Met het afwijzend Raadsbesluit kunnen wij ons dan ook wel vereenigen, waar toch nog altijd de inrich ting van dr. De Haas voor hen die verpleging behoeven, openstaat. Maande niet het schrik barend groeien van het bedrag der subsidiën tot bedachtzaamheid, dan zou er wellicht aanleiding bestaan, mèt de inrichting van dr. De Haas, die van dr. Mol voor Schiedamsche ooglijders die ver pleging behoeven, te ruimer open te stellen. Op initiatief van de heeren mr. von Briel Sasse en Houtman heeft de Raad eene lange dis cussie gewijd aan het ongevraagd advies door dr. Ruysch, hoofdinspecteur der Volksgezondheid in Zuid-Holland en Zeeland, en zijne mede-inspecteurs aan den Delftschen Raad gegeven. In den loop dier discussie zijn de purnjes terecht geducht op de i gezet Aanvankelijk sloeg mr. von Briel Sasse den spijker reeds op den kop door te be- toogen dat als het Schiedamsche water voor Delft niet deugt, 't ook voor Schiedam niet goed kan zijn en ook in het verder debat is 't zeer juist gezegd, dat dr. Ruysch zeker aan zijn plicht is te kort geschoten als hij jaren lang zonder onder zoek of waarschuwing het Schiedamsche publiek dat slechte water heeft laten gebruiken. Een enkele omstandigheid die nog noopt met het uit spreken van een definitief oordeel over het onge hoord optreden van dr. Ruysch te wachten, is de mededeeling door den wethouder, voorzitter van de commissie voor de Gasfabriek en de Drink waterleiding, in den loop der discussie gedaan- De Delftsche burgemeester had den heer Van Westendorp verzekerd, dat er in het advies van dr. Ruysch veel meer staat dan de bladen in en kele regels vermelden't zal worden gedrukt en ook aan Schiedams gemeentebestuur zal een haast niets verstaanbaars uitbrengen. „Je moet 't zoo zwaar niet tillen," trooste Peter. Waarschijnlijk is de heele oorlog in een paar maanden afgeloopen dan komen we allen weer terug. Karei en ik en de anderen." „Alsof ooit uit een oorlog allen ware terug gekeerd 1" Toni was het moedigst. Zij deed hem belo ven, haar getrouw te blijven en dagelijks voor haar te bidden. De tijd drong. Nog een laat ste blik uit zijn goedige bruine oogen. toen ging hij. Het jonge meisje bleef staan en zag hem na, totdat een kromming van de straat hem aan hare oogen ontrok. De zon had nooit nooit een schooner, edeler jonge man beschenen, dat stond vast. Op den weg naar het station stonden drie grijsaards, ieder op een stok geleund. Zij droegen een langen, grauwblauwe overjas, met blanke metalen knoopen en op hun grijze haren een platte soldatenmuts met breeden rand het waren de oud gedienden uit het tijdvak van Napoleon. d hadden door de ongelukkige verhoudingen van dien tijd eerst onder Napoleon gediend rmi,,^varen, no& steeds vol verkropte woede, geweldige vcd bewondering voor den en''TlsenvêSendUoïk."de Franschen klop krijgeü oude1?"' Napoleon' is dat een zoon van den „Neen, broerszoon." afdruk worden toegezonden. Noopt die belang rijke mededeeling nog tot eene afwachtende hou ding, terecht wekt 'thier toch algemeene veront waardiging dat een man als dr. Ruysch, zonder onderzoek en zonder de stukken te dezer zake gelezen te hebben, alleen op hetgeen hij vernam, een advies bouwde als hetgeen hij nu zonder tegenspraak aan den Delftschen Raad meende te moeten geven. Ook hier is een roep om x>meer licht". Moge 't op het Schiedamsche water in verklarenden glans schijnen Aan het eind dezer zitting heeft de Raad, die reeds het plan tot straat- en plantsoenaanleg aan de Broersvest (afbraak school F.) goedkeurde, waardoor aldaar een zeer noodige verbreeding der straat zal komen, ook het plan voor straat- aanleg bij het »Huis te Riviere" waar de glas fabriek der heeren Zoetmulder en ICIeypool zal verrijzen, goedgekeurd, terwijl hij zich ten slotte nog met de wijziging van het bouwplan aan plein Eendragt (Tainlaan) vereenigde. Zeker zal aldus in verschillende deelen der gemeente een heel ander aanzien ontstaan. Nadat de agenda was afgewerkt, werd er weer na sluiting der zitting, ruim 4 ure, een comité-generaal gehouden, dat. wij tegen 5 ure nog niet geëindigd zagen. Was er weer een grondaanvrage in 't spel Zeker is 't, dat er in den laatsten tijd gewichtige zaken achter de dubbele gesloten deuren behandeld worden. TWEEDE KAMER. Zitting van Vrijdag 24 Mei. De Kamer zet de algemeene beraadslaging over het ontwerp tot regeling van de arbeidersziekte verzekering voort. De heer De Savornin Lohman is aan het woord. Hij bespreekt het beginsel van v e r- plichte verzekering. Het gaat hier om de vrij heid van het gezinshoofd, over zijn eigen inkomen te beschikken naar hem goeddunkt. Spr. bestrijdt de door de regeering aangevoerde gronden, om aan dit recht te kort te doen Spr. verzet zich ook tegen de beperking van het ontwerp tot de arbei ders. Wil men het (verkeerde) beginsel van het ontwerp aanvaarden, aanvaardt het dan ook con sequent en in zijn geheel en maak het van toe passing voor allen. Maar het systeem is verkeerd. De staat moet zich niet op deze wijze in de economische omstandigheden en behoeften der arbeiders mengen. Wil hij het per se, laat men dan ten minste een stelsel kiezen, waarbij de individueele vrijheid en de persoonlijke energie niet aan banden gelegd wordt. Zoo n stelsel is de vrije verzekering met steun van de overheid. Spr. verdedigt nader de subsidieering van het particu lier initiatief in zake ziekteverzekering. Hij zal niet zegggn hoe hij zal stemmen, doch afwachten wat gedaan zal worden voor de bijzondere kassen. De heer K u y p e r zegt, dat dit ontwerp den minister aanspraak geeft op den naam van Chris ten democraat. Hij hoopt, dat de minister het verband met de Ongevallenwet zal laten varen. De overheid moet tegen voiksbederf optreden, dat mede door de op komst van het fabriekswezen is opgetreden. Het uitgangspunt is voor spr. art. 36 van de Belijde nis der Vaderen, dat de door God aan de overheid opgelegde taak aangeeft. De mensch moet niet worden gebruikt als krachtwerktuig. Spr. beoogt dan dat het vrije initiatief onvoldoende is geble ken. Spr. houdt dan een historische beschouwing over den loondienst en de armenzorg. Hij is tegen staat pensionneering en verdedigt een bedrijfsor ganisatie. Voor men zoover komt, moet de overheid echter met opvoedend karakter, ingrijpen. En dan moet men beginnen daar, waar hulp het meest noodig is, d. i. bij de arbeiders. De heer De Visser hoopt aan de Ziektewet zijn stem te geven, al zou hij haar ook gaarne geamendeerd in het Staatsblad zien opgenomen. Principieel is spreker voor de vrijwillige verze kering," doch het nadeel van dit stelsel is, dat het de arme arbeiders niet helpt. Daarom gaat spreker met den minister mede, die geen nieuw beginsel in onze wetgeving brengt, wijl in art. 1638 ij van het arbeidscontract de verplichting reeds voorkomt Intusschen bepleit spreker de noodzakelijkheid om in het particulier initiatief de grootst mogelijke vrijheid en ruimte te laten. Doet de minister dit, dan zal spreker voorstemmen. De heer Roodhuyzen stelt met den heer De Kanter de volgende motie voorDe Kamer van oordeel, dat bij de regeling de ziekteverze kering op den voorgrond moet worden gesteld verzekering bij particuliere kassen, beantwoordend aan wettelijke eischen, en dat die bij de over heidskassen aanvullend behoort te zijn, gaat over tot de orde van den dag. De motie moet tegelijk bij deze discussies be handeld worden. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Han del, de heer T a 1 m a, brengt hulde aan den arbeid van de commissie van voorbereiding en aan den griffier bij deze gelegenheid. Hij verdedigt zich tegen de bewering als zou hij Staatssocialist zijn en de meerwaarde theorie aanhangen. Hij heeft slechts geschreven, dat de arbeider de vruchten van zijn arbeid niet an ders tot zich ziet komen dan in Hen vorm van een hooger loon. Is dat socialistisch, dan is dat een compliment voor het socialisme, want het is eenvoudig het vaststaande feitin den regel heeft de arbeider geen ander inkomen dan zijn loon. Hij wijst er verder op, dat vroeger de Liberale Unie ook voor verzekering was, doch eerst ten gunste van Staatspensionneering is veranderd na dat de Minister zijn voorstellen had gedaan I Het geldt hier dus een advies après coup" en dat ont neemt veel aan de waarde daarvan. Hij verdedigt zijn stelsel van decentralisatie.. Het is niet te doen om ambtenaren over het ge- heele land te verspreiden, maar om de uitvoering van de wet te leggen in handen van den man, die in elk district uit kracht van zijn ambt van agent van de Rijksverzekeringbank de toestanden kent ter plaatse heerschende. Hij wordt aange wezen als voorzitter van den Raad van Arbeid. Daardoor zal het ook veel eenvoudiger zijn, de kleine ongevallen daarbij te brengen. Immers de Raad van Arbeid heeft immers den contro leerenden geneesheer en de andere ambtenaren bij zich. Alles sluit hier bij elkander aan. De administratie, zoowel als de controle, moet er bij winnen. Hij verdedigt het gekozen stelsel van samen werking tusschen beide soorten van verzekeringen, ook uit een oogpunt van fïnancieele voordeelig- heid. Woensdag 29 Mei a.s. zal de Minister zijn rede voortzetten. Kou. Echtpaar te Parys. Bij het bezoek aan Parijs zullen H. M. de Ko ningin en Z. K. H. Prins Hendrik, naar de Bel gische bladen melden, bij den tocht naar Parijs, op het kasteel te Laeken een kort bezoek bren gen aan de koning en de koningin van België. Het »H. v. A." meldt nog dat een bijzondere zending het koninklijk echtpaar aan de Holland- sche grens zal begroeten. Grondwetsherziening. Naar wij vernemen is het rapport der Staats commissie voor de Grondwetsherziening thans bij H. M. de Koningin ingediend. „Maar het is toch ook een slimme vos." „Ik kan maar niet begrijpen, waarom onze lui ook mee moeten, daar het toch alleen de Pruisen aangaat." „Wij moeten ons allen aaneensluiten. Anders kunnen wij 't niet winnen. Zou je dan willen, dat onze mannen wederom onder Napoleon tegen de Duitschers moesten optrekken „Neen, God beware ons er voor." 't Is toch iets gruwelijks, zoo'n oorlog. Waar om bestaan er toch zulke gruwelen op de wereld Wij ouden, hebben het meegemaaktmaar de jongeren zij weten niet wat hun nog wacht. God sta hen bijl" En hun bevende hand strekte zich zegenend vooruit over de jonge mannen, die met snelle schreden naar het station mar cheerden, gevolgd door een groote menigte weenende vrouwen en meisjes en ernstig be zorgde mannen. De jonge mannen trokken ten strijde. Met spanning wachtten de thuisgeblevenen op de eerste berichten. „Als de Franschen den eersten slag winnen, dan zijn ze in drie dagen hier. Van Straatsburg over den Kniebes, dat is de naaste weg. waar langs de oude Napoleon ook dikwiiis gekomen is, zooals grootvader me verteld heeft- Op een wit ros is hij door het dal gereden met vele soldaten, tot het marktplein en in „Hohenberg", waar nu de dokter woont, heeft hij overnacht. Op zijn schimmel is hij de trappen opgegaan," vertelde Frans Brenner aan Theo Raad van Vlagofficieren. Bij beschikking *an den interimairen Minister van Marine is ingesteld een Raad van Vlagofficie ren. waarin zitting zullen nemen de directeuren en commandanten der drie marinedirecties. Deze Raad zal van advies dienen in belangrijke aange legenheden betreffende de zeemacht, voor zoover deze buiten den werkkring vallen van den Raad van Defensie. Staatscommissie voor de verdediging van Indië. Naar de »N. Crtverneemt, ligt het in het voornemen van de Regeering in de Staatscommis sie voor de verdediging van Indië ook een drietal hooggeplaatste personen op te nemen verbonden aan den Indischen dienst, namelijk een hoofdof ficier en twee hoofdambtenaren. Pest op Java. ,Bij het departement van koloniën is ontvangen het volgende telegram van den gouverneur-gene raal van Ned.-Indië, d. d. 23 dezer, betreffende pestgevallen op Java gedurende het veertiendaag- sche tijdvak van 8 tot en met 21 dezer; Afd. Malang 36 nieuwe pestgevallen, 34 dooden. Madioen4 doodelijke gevallen. van den molen. „Ja, zeggen ze. Maar 'ik geloof er niets van. Waarom zou hij de trappen oprijden „Uit louter hoogmoed. Hij was klein, kort en dik, heeft grootvader verteld, en daarom wilde hij niet graag voor al de soldaten af stappen." Theo lachtte. „Hij kon toch niet altijd op zijn paard blijven zitten." „Je gelooft ook nooit wat; vraag 't dan aan grootvaderEn Napoleon had duizenden solda ten bij zich en die hebben al het koren mee genomen en al het hooi en de paarden en het vee. En als de Franschen weer komen, gaat het op dezelfde manier." „Als, ja als ze komen pochtte Theo. „We laten ze niet door. Toen was het ander. De Duitschers waren niet één. Een deel moest zelfs nog Napoleon dienen Je weet 't zelf van je grootvader. Maar nu trekken allen met elkaar op, de Pruisen, de Beieren, de Wurtembergers en alle anderen Je zult zien, dat de Franschen niet over den Kniebes zullen komen Theo had gelijk. De Franschen kwamen niet over de Duitsche grenzen, nog minder aan deze zijde van het Zwarte Woud Daarentegen vlogen de overwinningsberichten door het iand. Zoo dikwijls er een telegram kwam dat de Duitsche wapens een overwinning hadden behaald, werden de klokken geluil en de vlaggen uitgestoken. I De schoolkinderen kregen een vrijen miauag. I Wordt vervolgd

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1912 | | pagina 5