Dagblad voor Schiedam en Omstreken,
ioü.;::,;::j 13
De oorlog op den Balkan.
Gratis Ongevallenverzekering f
35ste Jaargang.
Donderdag 14 November 1912
.Nó. 10473.
p n n bu veriies pi r
overeenkomstig op ie polis vermelde voorwaarden,
Officieel© berichten.
Kennisgeving.
een onderwijzeres
BolteiilaiMlsdi Nieuws.
FEUILLETON.
DE COTILLON.
Bureau: Boterstraat 50. Telef. 85. Postbus 39.
Abonnementen per 3 maanden ƒ1.50, per week 12 cent, per maand
50 ct.( Iranco p. post ƒ2.p. kwartaal. Afzonderlijke nummers 2 cent.
Advertentiën: Familieberichten 20 ct. per regel; Handelsadvertentiën
16 regels 92 ct.elke regel daarboven 15 ct. 3 maal plaatsen wordt 2 maal
berekend. Ingezonden mededeelingen 35 ct. p. regel. Speciale conditiën voor
herhaaldelijk adverteeren.
bü verlies
van
levenslange X* 0 f] f] verlies van
geheele I I 11 I een hand,
invaliditeitI (.Uü voet of oog ;1|U(J I UU een duim
De verzekering wordt gewaarborgd door de Hollandsche Algemeene Verzekeringsbank, gevestigd te Schiedam.
oy
verlies van
eiken ande*
ren vinger.
Inrichtingen welke gevaar, schade oi
hinder kunnen veroorzaken.
Burgemeester en Wethouders van Schiedam,
Gezien het verzoek van W. Kester om ver
gunning tot het uilbreiden van zijne bakkerg
gelegen Broersveld no. 81, kadaster Sectie B no.
850, door bijtrekking van een gedeelte van perceel
Sectie B no. 2597 bij de bestaande bakkerij
Gelet op de bepalingen der Hinderwet;
Doen te weten
dat voormeld verzoek met de bijlagen op de
secretarie der gemeente is ter visie gelegd
dat op Donderdag, den 28 November a.s., des na
middags ten 2 ure, ten raadhuize gelegenheid zal
worden gegeven om bezwaren tegen het toe
staan van dat verzoek in te brengen en die
mondeling of schriftelijk toe te lichten
dat gedurende drie dagen voor het tijdstip hier
boven genoemd, op de secretarie der gemeente,
van de schrifturen, die ter zake mochten zijn
ingekomen, kennis kan worden genomenen
dat volgens de bestaande jurisprudentie niet
tot beroep op eene beslissing ingevolge de Hin
derwet gerechtigd zijn zij, die niet overeenkom
stig art. 7 dier Wet voor het Gemeentebestuur
of een of meer zijner leden zijn verschenen, ten
einde hun bezwaren mondeling toe te lichten.
En is hiervan afkondiging geschied, waar het
behoort, den 14 November 1912.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. L. HONNERLAGE GRETE,
De Secretaris,
V. SICKENGA.
Aan de openbare school H te Schiedam (Uoofd
de heer C. Ruiter) wordt gevraagd
met akte vrije- en ordeoefeningen en nuttige
handwerken.
De aanvangsjaar wedde van f550, welke be
houdens goedkeuring van Gedeputeerde Staten,
met ingang van 1 Januari 1913 door den Ge
meenteraad is gebracht op f 575, wordt verhoogd
voor de akte nuttige handwerken met f25, voor
de akte vrije en ordeoefeningen met f 25, voor de
akte handteekenen met f 50, voor de hoofdakte
met f200, en voor 2, 4, 6, 8, 10,13 en 16-jarigen
dienst met f 50 voor ieder tijdvak en voor het
bezit der hoofdakte bovendien na 19 en 22-jarigen
dienst bij het lager onderwijs mede met f 50 voor
ieder tijdvak.
Dienstjaren, ook tijdelijke, elders doorgebracht
tellen mede voor de berekening van het salaris.
Sollicitatiën in te zenden aan het adres van
den Burgemeester van Schiedam vóór 1 Decem
ber a.s.
De sollicitanten worden verzocht, in hun adres
te willen opgeven, aan welke school zij werkzaam
zijn of aan welke school of scholen zij voorheen
zijn werkzaam geweest.
De Ts j at al zj a-linie.
De berichten, uit Gonstantinopel meidein, dat
18)
De voorbereiding tot het feest was inderdaad
buitengewoon. Aan de zaal van het huis werd
een tent gebouwd die bij ongunstig weer geslo
ten kon worden bleef zij echter open, dan had
men een heerlijk uitzicht op het park en op
het water.
De vloer voor het dansen was nieuw gelegd
tallooze lampions werden in den tent en in den
tuin aangebracht, zoodat het 's avonds helder
lichte dag moest worden.
Ook Daniel en Samuel waren bezig aan eene
verrassing Alles wat zij als roovers noodig had
den was voorhanden. De pluimen voor hunne
hoofddeksels hadden de fazanten moeten atstaan.
In de stad hadden zij stilletjes vuurrood katoen
gekocht, waarvan zij hunne gordels hadden
gemaakt.
Toen de bediende in den winkel vroeg, waar
toe het dienen moest, bloosden zij beiden tot
achter de ooren en Samuel zeide verlegen „och
öergens voor."
Nog dienzelfden dag werd de winkelbediende
lot vijand verklaard.
de gevechten nabij1 de Tsja.talzj.a-li.niei voortdu
ren.
Bepaalde resultaten zijn aan beide kanten niet
bereikt.
Deskundigen! zijn van meening, dat een omtrek
king van de linie geheel' onmogicJijk is, zoodat eer.
a.igemeene fmntaanval het cenige middel is, cm
door te breken. Daartoe is noodzakelijk, dat de
Turksche artillerie uit de linie wondt verwijderd
want eerst, daarna kan tot den infanterie-aanval
worden overgegaan.
De „Roichsposl" verneemL uit Ihieit hoofdkwartier
van het Oostelijk Bulgaarsebe leger, d.d. 12 No
vember liet volgende:
,.De hoofdaanval tegen het centrum van de
Turksche stellingen, der Tsjatalzja-linie, zoomede
df aanvallen in het Noorden, zijn ibezig con gunstig
verloop te nemen.
In de laatste dagen werden de- Turken uit al
hun voorpost-stellingen teruggeworpen. Het Eó-
gir. van den 'hoofdaanval zal nog t'wc-e dagen wor
den uitgesteld. Als oorzaak wordt, aangenomen
de bestaande moeilijkheid, om over de door de
zware en onophoudelijke regions dor laatste da
gen doorweekte wegen ammunitie naar het front
te voeren en de versterkingen, die uit zware
artillerie bestaan, snel gtemocg' aan te voeren.
M o n a s t i r.
Uit Belgrado wordt gemeld, dat na het gevecht
hij' Pril op de Servische troepen naar Monastir
oprukken. Bij' de rivier Beravitza had eein bloedig
treffen met de Turksche troepen plaats. Volgens
berichten uit Servische biron werden de Turken
vers lagen en vluchtten zij in de richting van Mo
nastir, waar thans 45 Tuiksche bataljons met 40
kanonnen geconcentreerd zijn.
De Grieiksche troepen haddein eigenlijk Monas
tir moeten innemen, doch zij zagen daar van af.
Naar verder verluidt, wilde de Servische generale
staf, ofschoon het Servische leger in de onmid
dellijke nabijheid van Saloniki stond, niet gelijk
mei de Grieken die stad binnenrukken. Hij wilde
daarmede te kennen geven, dat de Servische
belangensfeer niet tot de Egeïsc'he Zee reikte.
Treurige tafereelen.
Ilet „Berliner Tageblatt" ontving den dag voor
de overgave van Saloniki over oen rit naar de
Turksche linies de volgende beschrijving:
Op weg troffen wij: overal verwarde 'roepen
soldaten in den treurigs ten toestand aan. Zij
staan voor de winkels en bakkerijen en bedelen
om een stuk brood of om geld en vormen op de
hoeken van de straten jammerlijke groepen. Hoe
inc-er wij de grens van de stad naderen, hoe dichter
wordt deze erbarmelijke volksverhuizing en de
i; koude wind geeselt dezoi van koude bij'na. ver-
''tïj'fcle menschen. Het is een ellendig schouwspel.
Dat is niet alleen de ontbinding van het voort
durend verslagtein lógter, bet is de volkomen ruïne
van een vroeger gevreesde natie. Men moet deze
Turken gtezien hebben om te kunnen beoordee-
len wat een ellendei en wat een verval er heer-
schen. Er komt een troepi infanteristen aan op
„Hij wou ons ons geheim afpersen", zeide
Samuel, „maar ik was flink op mijne hoede. Als
hij had kunnen vermoeden, waarvoor wij het
rood katoen noodig hebben, zou hij ons zeker
hebben verraden. Alle kapiteins van rooverben-
den hebben roode gordelsdaar steken ze hunne
pistolen en Damasceener klingen in."
„Damasceener klingen moeten we ook nog
hebben."
„En dolken."
Het voornaamste echter, de pistolen, waren
erSamuel had ze, zonder te vragen, uit de
kamer van zijn broer genomen; Albrecht miste
ze niethij wijdde zijn opmerkzaamheid aan
gansch andere dingen dan aan de wandversie
ring van zijne kamer.
Het waren een paar oude pistolen, die 'eerst
in het bezit waren geweest van Albrechts va
der. met vuursteen en kruitpan. een paar on
handige dingen, zoo zwaar en onbeholpen als de
tijd, waaruit zij afkomstig waren.
Het roode katoen, de pluimen en de pistolen
werden zorgvuldig verborgen onder het oude
papier dat in hunne „voorraadskamer" lag.
Alleen moesten ze nog kruit zien te krijgen.
Het katoen voor de gordels had een tlink gat
in Daniëls zakgeld geboord, ook voor snoepgoed
was een groot deel gebruikt, zoodat er niet veel
overschoot voor de munitie.
Op een namiddag gingen zy samen naar de
stad, zonder dat iemand hupne afwezigheid be
merkte.
geroofde artillerie- en tmapaaïden, de hoofden
in bebloede doeken, sjaals, enz. Geen van hen
heeft meer een geweer. Andere soldaten loope n
moeilijk op stokken. Zij' zijn barrevoets. Weer
anderen houden -zich iets beter, maar het. geweer
hangt niet aan den riem, maar zooals gewoonlijk
aan ©en touw. Heele scharen Turken zitten bib
berend van koude, samen bij' vuren en bijten met
een waren geeuwhonger in broodten, die ze de
hemel weet waar vandaan gekregen hebben.
Overal links on rechts van den weg ziet men
verlaten tentkampen en verlaten parken van am
munitie- en treinwagons, ja wij1 zien zelfs een
troep hurkende kameelem, waarvan de drijvers
zich uit de voeten gemaakt hebben. Steeds dichter
wordt de geüniformeerde menigte, die naar ü'e
stad terugstroomt. Het is als een maskerade van
de ellende, grijs in grijs en alleen opgefleurd door
de. roode tulbanden van de boeren en de xleeren
van vluchtende vrouwen. Bij een Roemeensch
graf, eenige K.M. van de stad, staan om ten
vuur eenige schildwachten en vele gendarmen, een
kleine rots in deze zee van algemeene, verwar
ring. De gendarmen wagen het niet de terug-
stroomende borden tegen te houden, die thans ae
vlakte vullen, zoover het oog reikt.
Hier aan den kant van den weg liggen de eer
ste lijken. Het zijn de bloedige lichamen van
gewónde soldaten, die aan den weg omgevallen
en bevroren zijn. Boven hen vliegen krijs chemie
raven.
Er komen nu uit Saloniki versterkingen aan-
Zij kropen door eene opening in het hek en
maakten, om hun tocht geheim te doen blijven
allerlei omwegen.
Met 'den Inkoop van het kruit hadden zij veel
meer last dan met dien van de gordels. In den
eersten winkel, waar zij aarzelend aan de toon
bank om los kruit vroegen, werd hun onmid
dellijk de vraag gedaan voor wien? en of zij
een bewijs van hun vader hadden, dat zij het
kruit moesten halen, want los kruit mocht niet
aan minderjarige kinderen verkocht worden.
„Wij wilden het zoo maar eens hebben, „stot
terde thans Daniël, het voorbeeld van Samuel
volgend.
„Ge wilt zeker daarmede spelen antwoordde
de winkelier. „Kinderen, doet dat niet, er is
reeds menigeen daardoor ongelukkig geworden
en heeft oogen en vingeis daarbij verloren.
Koopt liever een pijp zoethout, dat is zoet en
gezond en zal geen mensch kwaad doen. Neen,
van mij krijgt ge geen kruit.
Zij deden, wat hun gezegd werd, kochten in
het winkeltje een paar pijpjes zoethout en gin
gen druipstaartend weder heen.
„Dat is onze derde vijand, op hem zullen wij
vreeselijk wraak nemen," zeide Samuel, toen zij
den hoek der straat waren omgeslagen en het
winkeltje van dien afschuwelijken man niet
meer te zien was.
„Maar als het kruit zoo gevaarlijk is," zeide
Daniël, een beetje angstig.
„Hebt je geen moed
„O zeker!" antwoordde hij fier.
„Ik heb wel eens gehoord van een roover, die
op een zak met kruit sliepin zijne nabijheid
stond een brandend petroleumlampje en toch is
hem niets overkomen."
„Ik ben ook niet bang voor het kruit, in de
verste verte niet, maar ik koop het niet graag
die man was zoo akelig."
„Ik weet waar we het krijgen kunnen. Als
ik zeg, dat het voor mijn broer Albrecht is, dan
geven ze het mij dadelijk."
„Maar dat is niet waar."
Samuel zweeg.
„Liegen roovers ook 7"
„Zij zijn brave, goede menschen maar als
niemand hun kruit wil verkoopen, dan zeggen
zij, dat het voor een ander iszij kunnen an
ders niet schieten en zijn bij den eersten aanval
verloren. Als je bang bent, ga ik alleen:"
„Ik wacht liever buiten voor de deur."
De twee jongens deden al hnn best om de
verboden vrucht te bemachtigen en zij zagen
in, dat het niet zoo gemakkelijk was om het
leven van roovers te leiden, waarvan zij zulke
prachtige geschiedenissen gelezen en met gre
tigheid verslonden hadden zij hadden die boe
ken gekregen, omdat buiten op den omslag
duidelijk gedrukt stond„Voor de jeugd."
Wordt vervolgd.)
Onze trouwste