Dagblad voor Schiedam en Omstreken, De oorlog op den Balkan. Gratis Ongevallen verzekering p n n ver,ies ni r 35ste Jaargang. Vrijdag 15 November 1912 No. 10474. op de polis vermelde voorwaarden, Officieele berichten. Kennisgeving. Boitenla&dsch Nieuws. FEUILLETON. DE COTILLON. Bureau: Boterstraat 50. Telef. 85. Postbus 39. Abonnementen per 3 maanden ƒ1.50, per week 12 cent, per maand 50 ct., franco p. post ƒ2,p. kwartaal. Afzonderlijke nummers 2 cent. Advertentiën: Familieberichten 20 ct. per regel; Handelsadvertentiën 16 regels 92 ct.elke regel daarboven 15 ct. 3 maal plaatsen wordt 2 maal berekend. Ingezonden mededeelingen 35 ct. p. regel. Speciale conditiën voor herhaaldelijk adverteeren, De verzekering wordt gewaarborgd door de verlies van een hand, voet of oog Hollandsche Algemeene b\j verlies van V erzekeringsbank, een duim gevestigd te Schiedam. verlies van eiken ande ren vinger. Inrichtingen welke gevaar, schade oi hinder kunnen veroorzaken. De Burgemeester der Gemeente Schiedam, Gelet op de bepalingen de Hinderwet, Brengen ter algemeene kennis, dat op heden aan M. J. Vlug en zijne rechtverkrijgenden ver gunning is verleend tot het uitbreiden zijner bakkerij aan den Singel no. 222, kadaster Sectie J no. 381, met een dubbelen heetelucht-oven. Brengen ter algemeene kennis dat op heden aan A. R. van der Burg Pzn., en zijne recht verkrijgenden vergunning is verleend tot het op richten van een laboratorium voor watersterili satie in het pand staande aan de Willemskade no. 11, kadaster Sectie L. no. 2126, gedreven door een benzinemotor van 4 P.K. Schiedam, 14 November 1912. Burgemeester en Wethouders voornoemd M. L. HONNERLAGE GRETE, Be Secretaris, V, SICKENGA. De Ts j at al z j a-1 i n i e. Van verschillende kanten komen Berichten, dat de Bulgaren door de Tsjataldzja-linie zijn gewro ken. De Rnlgaarsch© legermacht zon Hadenikeni (21 mijl afstand van Constantinopel) bezet hebben. Ten Noorden van de ïurksche verdedigingslijn moeten Macedonische vrijwilligers op' de rmalle landstrook tusschen het Derkosmeer en de kust met een vormctelen aanval doorgedrongen zijn, zich van Dei'kds meester gemaakt en ook Ak Boe- nar bezet hebben. Ook in de nis, waar oo spoorweg een grooten hoek naar het Noorden maakt, moet het den Bulgaren gelukt zijn zich van eenige stellingen meester te maken en z;oo ute verdeeligingskcten door te breken. 'Het artillerie-gevecht. wordt vo-origcztet. De Tur ken hebben ongeveer' 50 kanonnen van zeer zwaar kaliber, die alle vrij: oud zijin, zoodat hij de Bulgaren de kwaliteit van hun artillerie: en hun manschappen tegen dit voordeel van de Tu.rken opweegt. Op den zuidelijken vleugel hebben cie Bulgaren de grootste moeilijkheden. Hier verspert Tsjekmedzje met zijn uitgestrekte moerassen bet voorwaarts dringen. Zij1 besteden daarom al hun klacht aan aanvallen op het centrum. De li Vie gevechtslinie is slechts 25 K.M. breed. Aan beide zijden staan tweehonderdduizend man, zoodat op ieoeiwn meter acht man staan. Dit verhindert elk'e mogelijkheid tot manoeuvreeiren. De slag moet het karakter van een wilde slachting aannemen en de verliezen zullen aan beide zijden verschrikke lijk zijn. Dit zou vooral de Turken treffen als de troepenmassa's de hellingten van de Tsjataid- zja-lijn afvluchten en de granaten van de Bulgaar- 19) In dien tusschentijd maakte de vijand Ober- dieck van hunne afwezigheid gebruik om in de rommelkamer eens alles goed natezien „wat onze jongen en die Hennkirch toch in den zin hadden." „Wat ze willen, dat weet ik niet," mompelde Oberdieck bij zich zeiven, maar dat ze de een of andere streek willen uithalen, is zeker En hier hebben ze wat, hier verstoppen zij zich altijd als mollen. Zoo ziet men ze nog en rrrt... weg zijn ze en dan zijn ze weer ergens anders. Oberdieck begon in het oude papier te snuf felen. „Als het ergens moet zijn, dan zit het hier," zeide hij. „En hier is het," riep hij, toen hij het roode katoen voor de gordels tevoor schijn taalde. „Daarmee willen ze zeker den kalkoen schuw makendie arme beesten kun nen geen rood zien in den laatsten tijd kropen ze dikwijls onder de heg achter de hoenders. Maar daar hebben we nog meer. Haha... pistolen 1" De oude tuinman dacht er lang over na, wat sehe artillerie, die toc-n vervolgt, bij hen inslaan. Aangezien de Bulgaarsche cavalerie te zwak' is om er krachtig mede te kunnen vervolgen, is hef de taak van de artillerie de vervolging alleen te doen, met welk resultaat bewij'zen. oe ver- lieslijsten oter Turkten bij' Boenar Hissar. Hier zullen ze nog verschrikkelijker zijn, daar op ae smalle landstrook voor de opeengedrongen (.ui- zenden geen ontkomen mogelijk is. De Turken vechten met de dapperheid van de wanhoop en iedere soldaat vecht niet alleen voor het lot van het legter, maar ook voor zijn leven. De Bulgaren tonnen lmn gewonen moed; ofschoon zij: sedert drie weken bijna onafgebroken in het vuur staan en op de door den regiem in moerassen verandertia wegen geforceerde marschan hebben moeten doen. Daar de prpviandeeringr in de zware ossenk.irren uicf bij kon blijven, zijn de soldaten dagen lang zonder verzorging geweest. Niettegenstaande al deze ontberingen en vermoeienissen bestormen zij' met onverminderde kracht de! sterkste verde- digingsliniën van den vijand. De uitslag bij Tsjataldzja schijnt niet twijfel achtig. Koning Ferdinand heeft zijn hoofdkwartier naar Kirk Kilisse overgebracht. Adrianopel. Er wordt gemeld, dat Adrianopel door de Bul garen en Serviërs is bezet. Wat hiervan waar is, zal wel spoedig blijken. Skoetari. Volgens berichten uit Montenegrijnsche bron zouden de krijgsbedrijven rondom Skoetari, die tengevolge van het slechte weer eenige dagen zijn onderbroken geweest, weer hervat zijn. De Turken schijnen nog niet van plan te zijn de vesting over te geven. V redesonderhand el ingen. Van alle kanten komen berichten, dat de Tur ken en Bulgaren reeds vredesonderhandelingen zouden zijn begonnen. Men zegt te Sofia dat Turkije ook rechtstreeks Servië, Griekenland en Montenegro om vrede heeft gevraagd. Uit Belgrado wordt gemeld De gezanten van Rusland, Oostenrijk, Frankrijk, Engeland, Italië en Duitschland hebben zich gister achtereenvolgens naar het ministerie van buiten- iandsche zaken begeven en aan den secretaris generaal Jowanowits, bij afwezigheid van den minister-president, in gelijkluidende bewoordingen de goede diensten van hun regeering aangeboden voor een bemiddeling om een einde aan den oorlog te maken. Jowanowits verontschuldigde zich met een beroep op de afwezigheid van Pas- jits, dat hij niet kan antwoorden voor er eenige dagen zouden verstreken zijn. De oorlogscorrespondent van het „Berliner Ta- gehlatt" heeft aan het Biulgaarsche departement van huitenlandsche zaken inlichtingen ingewon nen in verband met de geruchten over een wa penstilstand. Op de vraag hoe Bulgarije tegenover het nieu we Turkscho verzoek om een wapenstilstand staat, hij doen zou. Zou hij het aan mijnheer van Horn vertellen of zou hij de ontdekking voor zich houden? Ten slotte borg hij het rood ka toen en de veeren weder waar hij ze gevonden had, maar de pistolen behield hij; „Zoo" zeide hij, „als zij die dingen mogen hebben, dan zul len zij gauw genoeg schreeuwen weet niemand er echter iets van... dan zullen we eens zien, wat zij beginnen? Laat ze maar zoeken, laat ze maar zoeken, dat is goed voor zeik houd me van den domme." De oude ging regelrecht naar zijn huisje en legde de wapens in een lade, waarvan hij den sleutel steeds bij zich droeg. Glimlachend zeide hij tot zich zelf: „Ziezoo Daniël en Samuël, als ge verstandig geweest waart, dan hadt ge nu een hok vol konijnen en een gerust geweten. Zoeken jelui nu maar." Toen Daniël en Samuël terugkwamen om het gelukkig bemachtigde kruit bij hunne an dere geheime schatten te verbergen, waren de pistolen verdwenen. Zij zochten tusschen de hoopen papier, gooiden alles 't onderste boven tot het zweet hun van 't voorhoofd droop, ang stig en steeds met meer ijver bleven zij zoeken, maar vruchteloos. „Ze zijn weg," riep Samuel half schreiend. „We hebben kruit, trootste Daniël." „Dat hebben we aan onzen vijand Oberdieck te danken L" „We zeggen het aan papa." „Neen, neen, denk er aan, ge hebt gezworen antwoordde men hem: Welk verzoek meent ge en aan wie zou het gericht zijn? Als gij van liet verzoek spreekt, waarvan gisteren melding; ge maakt werd, waarbij1 de vier Bakanstalten do voorwaarden voor het staken van de vijandelijk heden zouden formuleeren, dan moeten wij ant woorden, dat van dit verzoek ons officieel nog niets bekend is en dat ons antwoord zou luiden: dat de vier Bal kans taten geein tusschenkomst ver langen voordat de strijd bij1 Tsjataldzja beslist is en nog eenige andere militaire kwesties afgedaan zijn. Als wij de verslagenen waren, dan zouden «ij misschien om de hulp van de groote mo gendheden vragen. Thans echter hebben wij ons zelf geholpen, beter dan ooit anderen ons ge holpen hebben, eni wij willen een beslissing, c.ie volkomen duidelijk is, en die iedere onduidelijk heid van den toestand voor de toekomst onmo gelijk maakt. Kunt gij ons> dat kwalijk nemen? De groote mogendheden zijn het blijkbaar nog niet eens geworden over wat zij1 zullen zeggen, want van de te Sofia geaccrediteerde gezanten hebben, als wij juist ingelicht zijin, twee, tot dus ver nog geen instructies van hun regeering ge kregen. Als er werkelijk eenstemmigheid verkregen was, zouden wij toch niet anders kunnen dom dan bij den laatsten raad, die ons voor den oor log gegeven weid, nl. met achting aanhooren, n:.aa;r antwoorden, dat wij' den begonnen strijd ten einde willen1 voteren voor wij1 ops met een bemiddeling inlaten. Albanië. Sommige berichtgevers willen het doen voor komen alsof ten aanzien van Albanië zoo goed als volkomen overeenstemming is verkregen tus schen de Balkanstaten en Oostenrijk. Als men leest wat door het Montenegrijnsch ambtelijk blad wordt gemeld over het onderhoud tusschen koning Nikolaas en den Oostenrijkschen gezant, zal men tot de conclusie komen, dat men nog mijlen ver in die aangelegenheid van elitair verwijderd is. Het Montenegrijnsche blad schrijft »De gezant verklaarde, dat Oostenrijk met zijn protest de militaire operaties van Montenegro geen moeilijkheden in den weg wilde leggen, dat hij echter in opdracht van graaf Berchtold den koning moest mededeelen, dat noch Servië noch Monte negro er op rekenen kunnen, dat de havens Allessio en Medua, die later bij het autonome Albanië moeten komen, in- het bezit van de twee staten konden blijven. Koning Nikolaas gaf het volgende antwoord Ik heb geen opdracht van mijn bondgenooten hierover een verklaring af te leggen. Persoonlijk kan ik echter heden reeds verklaren, dat het ondenkbaar is, dat Medua en Alessio niet bij het koninkrijk Servië zouden ingelijfd worden en dit te meer, omdat, nu Turkije niet meer bestaat, ook Albanië ophoudt autonoom te zijn. De koning voegde daaraan toe, dat hij de verklaring van den Oostenrijkschen gezant als niet gegeven beschouwde. Na den Oostenrijkschen gezant verscheen de Italiaansche en legde dezelfde verklaring af. De geen woord te verraden. Met den dood zult ge liet boeten als ge het doet." „Wat doen we nu met het kruit?" „We zullen een helsche machine maken. Je zult zien die is prachtig." En Daniël en Samuel begonnen werkelijk een machine te vervaardigen. Een stuk looden pijp dat zij in de oude fabriek vonden en een leege ton waren de hoofdbestanddeelen der machine. Samuel was zeer handig; hij wist hoe patro nen gemaakt werdendat had hij van zijn vader afgezien ook was hij er bijgeweest, toen op het veld de ratten door middel van kruit damp uit hunne holen werden gejaagd. Daniel hielp hem, zooveel hij kon. „Je zult eens zien hoe het knalt en hoe de menschen schrikken. En Oberdieck ergert zich dood. O, het zal zoo leuk zijn." Zij genoten reeds de voorpret. „En weet je," zeide Daniël, „wat we ook nog kunnen doen „Nu, wat dan „De bloemenspreuken, die we moeten over schrijven, schrijven we alle verkeerd." „Dat zou ik ter wille van Gerda niet doen." „'t Is ook niet om Gerda te plagen, maar om dien zwarten Kertweil, dien kan ik niet uitstaan." „En Oberdieck moet de bouquetjes er voor makenhet is zijn verdiende loon als allen er om lachen." Daniël en Samuel waren van plan op deze koning zeide De Italiaansche regeering zal de liefde en de sympathie van Montenegro en haar eigen nationale belangen te kort doen, als zij verlangt dat Montenegro afziet van operaties tegen Alessio en Medua. Naar Europa zelf erkent, be staat de status quo niet meer. Bovendien, Italië is tegenover Oostenrijk-Hongarije, wat Albanië betreft, niet gebonden." Er is vroeger ook reeds gemeld, dat de Balkan staten absoluut tegen de autonomie van Albanië zijn. Een bericht van de »Reichspost" van een voor naam katholiek Albanees uit den omtrek van Alessio dat over Triëst is verzonden, zegt het volgende De Montenegrijnen waren tegen Alessio opgerukt, maar konden dit niet innemen. Zij leden tegen de Miridieten, die zich met de Turk- sche troepen vereenigd hadden, zware verliezen. De Montenegrijnen werden gedwongen hun stel lingen aan de Drin tusschen de dorpen Kakaric en Kukli te ontruimen en zich tot op de Bojana terug te trekken. De Miridieten en Dibresen zijn Zeer verontwaardigd, dat de Montenegrijnsche troepen bij het dorp Kukli eenvoudige Albanee- sche boeren hebben aangevallen. De Serviërs. De Servische kroonprins Alexander, die na den slag bij Koeraanowa, waar hij vijftien uur aan een stuk in den regen moest zijn, een aanval van griep heeft gehad, heeft het leger voor Monastir verlaten, waar de Turken nu op Macedonisch gebied hun laatste verzet bieden. Men verwacht, dat de Turken zich vinnig zullen verdedigen, in de eerste plaats omdat zij over een sterke troepen macht beschikken, en in de tweede plaats, omdat Zekki-pasja, Fethi-pasja, Djzawid-pasja, Kaja-pasja en Said-pasja, naar men zegt, een laatste poging zullen doen, om den krijgsmansnaam te redden- Volgens geruchten, heeft de stad aangeboden om zich over te geven, op voorwaarde dat de Tnrk- sche troepen zouden mogen aftrekken. De Kroon prins heeft dit nadrukkelijk geweigerd. Allerlei nieuws. Een Central-'News-teleg'ram meldt, dat er te Tsjallalcizja moer dan 2000 gevallen van cho lera onder de Tnrk'sche troepen zijn geconstateerd. Danef, de president van de Sobranje, is te Sofia teruggekeerd. De termijn, die toegestaan is aan Grieksche schepen met graan om uit de Zwarte Zee te ver trekken, eindigt 19 November. Be koning van Servië zal eerst over 10 dagen te Belgrado terugkeeren, daar hij te Uskub een groote godstdienstoefening ter gelegenheid van het patroonfeest van Tsaar Duschan van Servië wil bijwonen. De Mirditenvorst prins Bib Doda wordt uit Rome te Antivari verwacht, om met den koning van Montenegro te beraadslagen over de houding van Montenegro ten aanzien van de autonomie van Albanië. DUITSCHLAND. Vrijdagavond 22 dezer wordt de Duitsche kei- wijze hunne bijdrage te leveren tot het welsla gen van het feest. De privaatonderwijzer, die nu met de vacantie uit de stad was, had reeds dikwijls gezegd, dat er in beide jongens een „duivels" grappige aard stak men stoorde zich echter niet aan zijne opmerkingals hij er nu geweest was, zou hij tot zijne groote voldoening kunnen beleven, hoe waar zijne bewering om trent de karakters der jongens wasjammer dat hem dit genot thans was ontzegd. De bewoners van den papiermolen waren zeer blij in den student Kertweil een ceremo niemeester voor hun feest gevonden te hebben. Deze stond hun in veel dingen met raad en daad ter zijde. Aan hem zou men de leiding overlaten van het bal en de amusementen, terwijl mijnheer en mevrouw van Horn het oudere gezelschap aangenaam zouden bezig houden. Dit was de reden waarom Gerda en Louis Kertweil dagelijks bij elkander kwamen en na tuurlijk spoediger goede vrienden werden dan anders in gewone omstandigheden mogelijk ware geweest- Hij voldeed aan al hare wen- schen en -trachtte haar in hare kleine liefheb berijen aan te moedigenhij vond alles goed wat zij voorstelde en sprak haar nooit tegen, zelfs dan niet als zij tegenspraak verwachtte. Wordt vervolgd.) flOOOsknöO b\j b\j

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1912 | | pagina 1