Staten-Generaal. Binnenland. Stads- en Gewestelijk MeuW8, ten. A,an de reenden heeft men zelfs sehein- ding van den eed np hot vaandel durven ver wijten. Het optreden van von Forstner is slechts de laatste druppel die den beker doet overloopen, de vonk in het kruitvat. De korpseomtnuudard von Deimling is de erg ste vertegenwoordiger der soldatesks, die het volk onder den militairen knoet wil drijven. Indien de Rijkskanselier namens den keizer verklaart, de vexantwooirdelijikheid voor der gelijke dingen niet te kunnen dTagea, dan zul len de gelukwenschen van de groote meerder- heid van het Duits-dhe volk hem ten deel val len." Nadat de Elzassische afgevaardigden hun in terpellatie gemotiveerd hadden, nam de Rijkskanselier van Bethmann-HoUweg het woord. Hij zeide: „Luitenant van Forstner gaf tijdens het instructie-uur de recruten inlich tingen over de wijze, waarop zij móesten op treden, indien zij aangevallen werden. Het uit loven van een premie was natuurlijk iets on gewoons. [De luitenant noemde bij deze gele genheid dengene, die een rccruut aanviel, pen „Wackes". 'Verder gebruikte von Forstner met betrekking tot den dienst in het Vreemde legioen zijn betreurenswaardige en onbehoor lijke uitdrukking; dat von Forstner oe Frari- sche vlag' beschimpt heeft, is, zooals het on derzoek heeft aangetoond, onjuist. Naaat dit geconstateerd was werd met het onderzoek voortgegaan. Beleedigingen tegen een leger, waarmede wij veertig jaar geleden op eervolle wijze de wapenen gekruist hebben, kunnen niet geduld worden. (Drav o-geroep). Hetgeen tijdens het instructie-uur voorviel is door betrokken personen openbaar gemaakt Ten gevolge van dit met de militaire discipline in strijd zijnde optreden, zullen de schuldigen gestraft worden. (Grootte beweging). Ook moet ik ontkennen, dat de ElzasserS niet beleedigd werden. Het woord „Waokes" mag onder de troepen niet gebruikt worden. Von Bethmann-HoUweg schildert dan in bij zonderheden de gebeurtenissen te Zabern, voornamelijk de beleedigingen tegen van Forstner in de straten van Zabern, die ten gevolge hadden, dat het kazerne-plein ont ruimd werd. Was dit ook ni,et in overeenstem ming met de wet, het geschiedde om erger te voorkomen. Het leger kan de beleedigingen aan zijn of ficieren niet dulden. (Beweging en toejuichingen) Onder de arrestaties hadden ook onschuldigen te lijden. De arrestaties hadden ongetwijfeld op onwettige wijze plaats; maar de civiele autoriteiten schoten te kort en konden de officieren niet be- schermen. De civiele autoriteiten ontkennen uit en de beooraeeling van beide standpunten op grond van onpartijdige gegevens is nog niet mogelijk. (Interrupties). De rechters zullen moeten heslissen, maar ook in dit ernstige en betreurenswaardige ge vat mag niet worden vergeten, dat het leger het recht en de plicht heeft, zich tegen directe aanvallen te verdedigen. („Bravo!" rechts: in terrupties onder de sociaal-democraten„Het volk ooki") Ik moet er echter ten sterkste tegen protesteeren, dat afgevaardigde P ei rotes van de officieren van Zabern sprak als van hoogverraders." (Geroep links: „Het zijn ook slechts hoogverraders!!" Groote onrust.) Vorder verklaart de rijkskanselier de gebeurte nissen te' Zabern vooral te betreuren, voor zoo ver hieruit blijkt, dat er een diepe kloof bestaat tusschen de civiele- en militaire autoriteiten. „Ik wil niets aldus gaat de rijkskanselier'voort verzwijgen of vergoelijken. Te Zabern moet weer een normale toestand terugkeeren en daartoe behoort een voortdurend contact tusschen de civiele- en militaire autoriteiten, evenals een goede en vriendschappelijke verhouding tus schen de bevolking en de militairen, waar tot dusverre de regeering en de militaire, autori teiten op aanstuurden. Het is echter absoluut noodzakelijk, en ik vertrouw vast, dat ue be volking dit streven zal steunen, in weerwil van de opwinding' van het oogenblik. Ik heb Maandag gezegd, dat de legfer-autoriteiten. even goed beschermd moeten worden als de civiele autoriteiten, en daarbij blijf ik." (Toe juichingen rechts, gesis bij de sociaal-democraten). Vervolgens neemt de minister van' Oorlog 't woord „Wat betreft de gebeurtenissen tus schen 6 en 11 November, heb ik onlangs een verklaring afgelegd, waaraan ik niets wensch toe te voegen. De toen door mij gegeven v er- zekeringen, hadden echter geen betrekking op het iOptreden van militaire beambten te genover het opruiend, ophitsend en onrustwek kend geschrijf van persorganen." (Een geweldig tumult ontstaat op de meeste banken van het huis). De minister van Oorlog beproeft tevergeefs met spreken' voort te gaan. Eerst na verscheidene minuten slaagt de voorzitter er in, de orde te herstellen en dan herhaalt de minister ue bovengenoemde woorden. Opnieuw breekt een zelfde- tumult los. De voorzitter roept een aan tal sociaal-democraten tot de orae. Daarop gaat de minister van Oorlog als volgt verder: „Deze pers is het uitgangspunt van het ge- heele spectakel te Zabern. Men heeft te doen met een duidelijke poging om noor couranten geschrijf de discipline bij het leger te ver zwakken." (Nieuw tumult). „Ik ben, wat het beschermen der volksrechten betreft, van dezelfde meening als' gijMaar het is voor het legereen levensvoorwaarde, dat het gezag', ue discipline m eerbied bewaard blijven; moet 't leger somtijds tot politiediensten overgaan, dan is het onvermijdelijk, dat harde klappen iraj'len." (Tumult; geroep: „ongehoord!").; [Men gaat over tot verdere bespreking1 der interpellaties, die morgen afgehandeld zullen worden. Die' vrijzinnigen dienen een motte van afkeuring in teigien den Rijkskanselier wegens de wijze, waarop hij' de interpellatie behandeld heeft. Deze motie wordt, met uitzondering oer rechterzijde door het geheel® Huis onder steund. Bij de verdere debatten verklaart de afge vaardigde Farenbach van het Centrum„Wij komen op voor alle' gezag, maar wat heden hier gezegd is, dat ging; te ver. Deze klove kan niet meer overbrugd worden. (Stormachtig ge roep: „Zeer juist!") Hoorden wij «enigen maat regel aankondigen, die genomen zal. worden, om tegen de rechtsverkrachting te Zabern te - profes teexen? Het leger' is aan dezelfde wetten onder worpen als de burgerlijke bevolking. (Luid geroep: „Zeer waai1!" Stormachtige toejuichingen). Wij hopen, dat de toon, waarop de minister van Oorlog spreekt, geen weerklank is van diens laatste onderhoud met den keizer, (Levendig- toe juichingen. Vele afgevaardigden applaudiseeren). De spr'eker gaat verder: „De schuldigen moe ten verwijderd worden; zulk een wig mag niet in het volk gedreven, worden. (Levendige toe juiching, herhaald bravo-geroep. applaus). ENGELAND. Uit Londen, wordt gemeld De staking van machinisten op de Ijjnen der Great Western Railway in Wales dreigt zich uit te breiden. De staking is veroorzaakt door het ontslag van een machinist, die weigerde een goederentrein te rijden, omdat daarin goederen uit Dublin waren. Bet treinverkeer in het Zuiden van Wales is gestremd, met name het goederen vervoer. Men verwacht dat de handel te Swansea en vooral aan de haven aldaar stop zal worden gezet. De kolenhandel te Cardiff staat stil. De vakvereeniging van spoorwegpersoneel doet alle moeite om een staking te voorkomen. OOSTENRIJK-HONGARIJE. Graaf Stephan Tisza, Hongaarsehe premier, heeft gisteren in het Heerenhuis verklaard, dat de Oostenrijksch-Hongaarsche vloot niet bestemd was om tegen, maar om aan de zijde van dé Ita- liaansche te vechten. De correspondent van de Frankf. Ztg., die deze verklaring aan zijn blad seint, merkt er bij op, dat het de eerste maal is, dat een lid der Regeering zich aldus uitlaat. MEXICO. De correspondent te Mexio (stad) van de »Ti- mes" critiseert op scherpe wijze het beleid, door de Amerikaansche regeering nopens Mexico ge volgd. Dat beleid heeft, naar hij betoogt, reeds rampzalige gevolgen gehad en zal een nog nood- lottiger nasleep krijgen, indien de Amerikaansche regeering er in mocht slagen, het bewind van Huerta weg te krijgen. De Amerikaansche regeering schijnt te geloo- ven, dat de Mexicaansche opstandelingen een gerechtvaardigde revolutie voeren. Maar daarte- tegen voert de »Times"-correspondent aan, dat de Mexicaansche rebellen integendeel juist bandieten zijn, die de allerergste gruwelen bedrijven, en wier toomelooze ongerechtigheden nog honderd maal zoo erg zullen worden, wanneer Huerta gedwongen mocht worden te vertrekken. Millioenen onschuldigen zouden dan daaronder lijden. Het Mexico-beleid van de Wmerikaanscbe re geering moedigt de bandietenhoorden in Mexico aan en staat die bij. Alle buitenlanders in Mexico deelden de opinie van dezen correspondent De »Times" onderschrijft in een hoofdartikel deze opvatting. Echter spreekt het blad de hoop uit, dat de Amerikaansche regeering er in zal slagen Huerta weg te krijgen. Want pas daarna z«u de Amerikaansche regeering haar Mexico- beleid kunnen herzien. TWEEDE KAMER. Zitting van Woensdag 3 December. De algemeene beschouwingen over de S t a a t s- begrooting worden voortgezet. De heer Troelstra vervolgt zijn gisteren afgebroken rede en geeft een toelichting op enkele stellingen, welke hierop neerkomen, dat de groei der S.D.A.P. het voortbestaan van de antithese meer en meer onmogelijk maakt, en dat die groei, waardoor de S D.A.P. voor de portefeuillekwestie geplaatst is, een wijziging noodzakelijk zal maken in ons parlementaire stelsel. Spr. zegt o.a., dat de burgerlijke partijen zich hebben af te vragen, of net mogelijk is elkaar te blijven bekampen op den grondslag van een idio- logische antithese. Hij roert enkele andere punten aan, als monarchale regeering, militaire kwestie en arbeidersconflicten in verband met een voor spelde verdere was van den sociaal demoeratischen vloed en waarschuwt voor tegenkanting tegen het algemeen kiesrecht. Spr. is van oordeel, dat de S.D.A.P beter kan samenwerken met een na uit-den-weg ruiming van de antithese ontstaand burgerlijk, democra tisch centrum, dan met de liberalen. Hij geeft aan, in welke richting de politiek zich zal moeten bewegen. De herstemmingseischen der S.D.A.P. worden dan besproken, daarna het algemeen kiesrecht in verband met het huismanskiesrecht en het vrou wenkiesrecht, en verder de ouderdomsrente. Spr. toetst de redenen van bestaan en de taak van het kabinet aan den uitslag der verkiezingen waarbij hij den nadruk legt op de uitspraak van de kiezers. Een zakenkabinet had z.i. niet aan kunnen blijven, maar zou door concentratie en S.D.A.P. zijn weggezonden. Het zittende kabinet acht spr. het meest levenskrachtige, dat bij de politieke constellatie te verkrijgen was. Van links heeft men z.i. altijd een extra-parlementair kabi net gewenscht en voor de ev. weigering van minister-portefeuilles door de sociaal-democraten gewaarschuwd. Spr. bespreekt dan zijn standpunt in verband met de beslissing van het Zwolsche congres der S.D. v.;P. en kritiseert verder de houding en het oeleid van de concentratie, waarbij hij o.a. de vraag van de homogeniteit van een vrijzinnig- socialistisch kabinet ontleedt. in zaken van koningschap, politieke neutraliteit van het onderwijs, militarisme en arbeidsconflicten ontbreekt tusschen socialisten en vrijzinnigen een heid van regeeringsbeginsel. De homogeniteit in een gemengd socialistisch-vrijzinnig kabinet zou dus hebben ontbroken. Over één punt geeft spr. een korte verklaring, nl. in zake het militaire vraagstuk. Spr. hoopt dat de Regeering met een pertinente verklaring zal komen van haar plannen. Met dezelfde strijd lust treedt spr.'s partij tegen het militairisme op ook onder dit Kabinet. De Regeering kan rekenen op steun bij de militaire begrooting, indien het 'Kabinet oneenigheid krijgt met rechts bij bezui nigingen. De heer v. d. Voort v. Zijp heeft ge dreigd met verwerping van de begrooting niet om de begrooting, maar om de persoon, die ze zal hebben uit te voeren. Hieruit blijkt dat momen ten zijn te wachten waarin een beslissing over een oorlogsbegrooting zal zijn een beslissing over den levensduur van het Kabinet. In dit geval zal spr. en de zijnen overwegen wat hun te doen staat, in verband met de omstandigheden. Vrij heid van handelen houdt spr. veel van, maar met de verklaring van den heer v. d. Voort v. Zjjp zal nu rekening gehouden worden. Het slagen van deze Regeering gaat spr. 's partij aan het hart zoolang zij zal trachten haar program uit te voeren. Te betreuren zou het zijn als ze kwam met vlootplannen, die de sympathie ver minderden. Laat de Regeering voorzichtig zijn en zich niet roekeloos wagen in het gevaar. Bij de verkiezingen heeft geen enkel militair belang gegolden. Met een votum tegen den Minister van Marine zou het Kabinet daarom niet getroffen worden. Met genoegen zag spr. de plannen op belasting gebied. Spr. hoopt dat deze bewindsman het noodige beleid en den ijver zal bezitten die plannen te verwezenlijken. Hiermede wenscht spr. kapitein Van der Linde op zijn Regeeringsschuit met zijn mannen goeden reis De heer De Meester, zal een enkel woord wijden aan den financieelen toestand van het land en verdedigt zich tegen de opmerkingen van den heer Kooien in de vergadering van gisteren, aangaande spr. 's uiteenzetting in het Propagan- daboek der Vrijzinnigen. Nadat dit betoog was geschreven is spr. ge bleken dat er een suikerpotje is. Dat verheugt spr. De conclusie van zijn betoog handhaaft spreker. De grief van spr. was dat er geen geld is voor de kosten van art. 319 van de Invaliditeitswet te bestrijden. Wij staan voor een ongedekte uit gave van 8 a 9 milioen, maar dit bedrag zal stijgen door het groote getal rentetrekkers, -dat stjjgende is, mede in verband met art. 370 van de Invaliditeitswet. In de M. v. A. wordt mee gedeeld dat er 7 milioen te kort is. Men moge optimistisch zijn, maar zoo optimistisch als de heer Koster, is spr. niet. Met de denkbeelden van den Minister over de inkomstenbelasting sympathiseert spr. zeer. Op spoedige indiening van de nota van wijziging dringt spr. aan. Er is veel geld noodig ook voor de verbetering der salarissen van de onderwijzers. De successiebelasting zal moeten worden ver hoogd. De rechte lijn zal niet gespaard kunnen worden. De vergadering wordt verdaagd tot 's avonds. Avondzitting. Buitenlandsche Zaken. De heer F o c k bespreekt maatregelen tot be strijding der gele koorts. Hij is niet ingenomen met de uitzending van Ned. olficieren naar Alba nië. Naar verluid, heeft een andere mogendheid, eerst aangezocht, het verzoek afgewezen. Spr. meent dat die regeering verstandiger gedaan heeft, Men had zich niet in een wespennest moeten steken. De heer De Beaufort ontwikkelt eveneens bedenkingen tegen het zenden van een delegatie naar Albanië. Hij bespreekt voorts de vredes beweging. De minister van buiten 1. zaken be antwoordt de verschillende sprekers. Veler wen- schen zal hij in overweging nemen. Ten opzichte van de zending van officieren naar Albanië zegt de minister: Er is gewezen op de gevaren hieraan verbon den. De inzichten van de betrokken afgevaar digden kan spr. maar tot zekere hoogte deelen. Er heerscht ook een zee van misverstand over deze zaak en spr. gaat de geschiedenis van de opdracht nog eens na. Na gevoerde besprekingen, werd 't beste geoordeeld een Ned. hoofdofficier met een adjudant naar Albanië te zenden om poolshoogte te nemen. Spr. en zijn ambtgenoot van oorlog vonden 't beter twee hoofdofficieren te zenden, kolonel de Veer en majoor Thomson. Beide blijven Ned. officierenzij hebben alleen het terrein te verkennen en een rapport uit te brengen hoe het corps Ncd. olficieren zou samen gesteld moeten worden. Gaan officieren bij aan neming der opdracht naar Albanië, dan zullen die staan onder de Albaneesche regeering. Spr. kan dus de geopperde bezwaren niet deelen het uit te brengen rapport zal opheldering moeten bren gen over de al ot niet wenschelijkheid van uit zending der officieren. WeL hebben de beide ge zonden officieren de opdracht hun best te doen, opdat de opdracht kan aanvaard wordener zullen dan gaan Ned. en Ned.-Indische officieren, ook m rine officieren. Vooralsnog is de opdracht dus zoo gevaarlijk niet en mocht 't, een wespennest blijken, dan '5 dat nog wel toevertrouwd aan Ned. officieren. Bij de verdere beantwoording der sprekers zeg de minister, dat hij niets gevoelt voor de idee?11 van den heer Van Leeuwen ten opzichte der reorganisatie van het corps diplomatique. Hierna volgen replieken. De algemeene beschouwingen worden gesloten' De artikelen worden alsnu behandeld, waarna de begrooting z. h s. wordt aangenomen. De zitting wordt verdaagd tot heden. Prov. Statenverkiezing. GOUDA, Het Centraal Bestuur der R- R Centrale kiesvereeniging in 't statendistrict Gouda heeft voor de vervulling der vacature-Nederhou' in de Provinciale Staten van Zuid-Holland voor* loopig besloten den aangesloten kiesvereenigingen met den aandrang te adviseeren den candidaatte steunen, die door de Centrale Anti-Revolutionaire Kiesvereeniging in overeenstemming met bet Christelijk-Historisch Districts-Comité zal worde° aangewezen. De Hoofdcommissaris te Amsterdam. Naar de sMaasb. verneemt, zou de benoemt0'' van den heer Th. M. Roest van Limburg tot hoofdcommissaris te Amsterdam zoo lang uitbhj' ven, omdat men nu te Rotterdam bezig zou z'J" met het voeren van onderhandelingen om 10 trachten den poliechef a raison van f 8500 vo0r Rotterdam te houden. Onderscheiding. Naar de »Zw. Gt." mededeelt, is mr. A J- Vos de Wael benoemd tot ridder in de Orde H. Gregorius den Groote. Yolkspetitionnement voor Plaatselijke Keuz0, Men meldt ons Het Bondsbestuur van de R. K. DrankbesM* aers-Vereenigingen in het bisdom Haarlem he0# van zijn Geestelijken Adviseur medeüeeling' Pot' vangen, dat Z. D'. H. de Bisschop aan rte Krui»' verbonden verbiedt deel te nemen aan de tbaU" gevoerde actie inzake een ^olkspetitionne-ineF voor Plaatselijke Keuze. Het Bestuur vindt deswege thans geen vrijhei" zijn medewerking1 te verieenen aan bedoelde act'6 er, acht zich verplicht zijn goedkeuring aan ver dere deelneming, daaraan door bij den.Bond a9° gesloten Kruisverbonden te onthouden. Weerbericht. Telegrafisch bencüt naar waarnemingen, verried in den morgen van 4 Dec. medegeaeeld d°"f het Kon. Ned. Met. instituut te De Bildt. Hoogste barometerstand 770.8 te Horta. Laagste barometerstand 732,8 te Lerwick. Verwachting tot den volgenden dag: stori0' achtige, later afnemende zuidwestelijke t0' westelijken wind, zwaarbewolkt, aanvankelijk buiig, kouder. De uitslag Verhuring. der gister van wege de gemeen'0 plaats gehad hebbende Verhuring van 23 perceel0" Bouwland in of nabij het Sterrebosch, 6 perceel" Bouwland io de Keilen en 1 perceel Berm We®' Frankelandsche dijk, luidt als volgt: Sterrebosch. Perceelen 8, groot 1.18 H.A. Oostelijk vaD de Hoofdlaan en 9, groot 1.11 H.A. Oostelijk van Hoofdlaan, C. de Kroes te Overschie, f198; Pel'- ceel 10, groot 1.03 H.A. Westelijk van de Hoofd' [aan, R. L. van Lingen, Alhier, f95; Perceel groot 1.03 H.A. Westelijk van de Hoofdlaan, R van Lingen, alhier, f80; Perceel 12, groot 1-^ H.A. Westelijk van de Hoofdlaan, D. Nouwt '0 Vlaard.-Ambacht, f92; Perceelen 13, groot 0$ H.A. Westelijk van de Hoofdlaan; 14, groot 0 9 H.A. Westelijk van de Hoofdlaan, en 15, gr0"' I.— H.A. Westelijk van de Hoofdlaan, A. Mof0" te Vlaardingen, f205; Perceelen 16, groot 0-9 H.A. Westelijk van de Hoofdlaan, en 17, gr°ot I.04 H.A. Westelijk van de Hoofdlaan, C. e o01 id' Kroes te Overschie, f 203Perceelen 18, gf' 1.16 H.A. Oostelijk van de Hoofdlaan; 19, gf"1 1.18 H.A. Oostelijk van de Hoofdlaan, en groot 1.27 H.A. Noordelijk van het Kastanjepit"' iii 9$, groot 1.12 H.A. Oostelijk van de Hoofdlaan, en groot 1.11 H.A. Noordwestelijk van het Kastahr plein, C. Doelman, alhier, f229; Perceelen 9 t groot 0.75 H.A. Oostelijk van de Hoofdlaan, 25, groot 0.79 H.A. Oostelijk van de Hoofdl®9"' o' D. Vroeg in de Weij. alhier, f245; Perceelen groot 1.05 H.A. Oostelijk van de Hoofdlaan; C. de Kroes te Overschie, f 117 Perceel 26, gr°[ 1.21 H.A. Noordelijk van het Kastanjeplein, R van Lingen, alhier, f 125Perceelen 27, gr°' io* 0.76 H.A. Noordelijk van het Kastanjeplein 28, groot 0.76 H.A. nabij den Elzenhoek, J- Clemens, alhier, f183; Perceel 29, groot i- y H.A. nabij den Elzenhoek, G. van Nielen, alh'0"' f118; Groot 0.18 H.A., laags den West-Frank0 landschen dijk nabij den Vlaardingerdijk, Buitelaar, alhier, f 24. Keilen. Perceel 1. groot 1.10 H.A. tusschen de Oos'", haven en de Nieuwe Maas, D. Vroeg in de We,J alhier, f 119 Perceel 2, groot 0.76 H.A. Ooste'iJ van perceel 1, D. Vroeg in de weij, alhier, f* Perceel 3, groot 0.74 H.A, Oostelijk van perceel •D. Vroeg in de Weij, alhier, f123; Perceel groot 0.72 H.A. Oostelijk van perceel 3, D. Vr°0" in de weij, alhier, f90; Perceel 5, groot 0.69 R Oostelijk van perceel 4, B. Dijkshoorn, alh'er!

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1913 | | pagina 2