Dagblad voor Schiedam en Omstreken, f I buII De Oorlog. Gratis Ongevallen verzekering 37ste Jaargang. Woensdag 9 September 1914. No. 11023 f f) f) by verlies r Offidtoelft berichten. Uit Leuven ontvlucht. overeenkomstig op fle polis vermelde voorwaarden, Kennisgeving. Buitenlandsch Nieuws. BureauBoterstraat 50. Telef. 85. Postbus 39. Abonnementen per 3 maanden f 1.50, per week 12 cent, per maand 50 ct., franco p. post f 2.p. kwartaal. Afzonderlijke nummers 2 cent. Advertentiën: Familieberichten 20 ct. per regelHandelsadvertentiën 1—6 regels 92 ct.elke regel daarboven 15 ct. 3 maal plaatsen wordt 2 maal berekend. Ingezonden mededeelingen 35 ct. p. regel. Speciale conditiën herhaaldelijk adverteeren. voor D'e verzekering wordt by levenslange geheele invaliditeit gewaarborgd door de by verlies van een hand, voet of oog Hoilandsche Aigemeene by dood Y erzekeringsbank, bij verlies van een duim gevestigd te Schiedam, by verlies van eiken ande- ren vinger. Burgemeester en Wethouders van Schiedam, brengen ter kennis van de ingezetenen dat door den raad dier gemeente in zyn open bare vergadering van den lsten September j.l. zijn benoemd in de Raadscommissie a. belast om burgemeester en wethouders bij te staan in het beheer van de gasfabriek, de drinkwaterleiding en het electriciteitsbedrijf der gemeente, onder voorzitterschap van het lid van het dag. best., den heer J. H. van Westendorp J.Dzn tot leden, de heeren C. Houtman, A C. A. Nolet, D. Ris Jzn., C. H. Schefïers, N. van der Velden en C. J. Wouterlood b. voor gemeentewerken, onder voorzitter schap van het lid van het dagelijksch bestuur, den heer J. H. van Westendorp J.Üz.tot leden, de heeren W. A. Beukers, C. H. Schefïers, A. J. Schreuder en N. van der Velden c. voor het Grondbedrijf, onder voorzitter schap van het lid van het dagelijksch bestuur, den heer T. S. Goslingatot leden, de heeren Mr. J. C. von Briel Sasse, C. Houtman, A. C. A. Nolet en N. van der Velden d. belast om burgemeester en wethouders bij te staan in het beheer van de gemeentereinigiDg, onder voorzitterschap van het lid van het dage lijksch bestuur, den heer P. M. J. A. Lagerweij tot leden, de heeren W. A. Beukers, J. H. Evers, E. Koopmans en C. J. Wouterlood e. tot het ontwerpen der verordeningen, tegen wier overtreding straf wordt bedreigd, ter vol doening aan art. 177 der gemeentewet en ter voorbereiding van hetgeen bij art. 178 dier wet is bevolen, onder voorzitterschap van den Bur gemeester tot leden, de heeren P. de Bruin, T. S. Goslinga, J. H. M. de GraafT en Mr. M. J. C. M. Kavelaars f. voor de financiën en de belastingentot lid-voorzitter, de heer Mr. M. J. C. M. Kavelaars, tot leden, de heeren J. H. M. de GraafT en J. M. van der Schalken tot plaatsvervangende leden, de heeren C. Houtman, E. Koopmans en C. H. Schefïers g. belast met het onderzoek der bezwaar schriften van aangeslagenen over hunnen aanslag in de plaatselijke directe belasting naar het inkomentot lid-voorzitter, de heer P. M. J. A. Lagerweij, tot leden, de heeren E. Koopmans, J. van der Meer, A. J. Schreuder en B. van der Zee; en tot plaatsvervangende leden, de heeren W. A. Beukers, C. H. Schefïers en N. van der Velden h. bedoeld bij art. 175 der Bouwverordening: tot lid-vt>orzitter, de heer Mr. M. J. C. M. Kave laars, tot leden, de heeren G. Dubbelman en E. Koopmanen tot plaatsvervangende leden, de heeren C. Houtman en P. de Bruin. En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, den 8sten September 1914. Burgemeester en Wethouders voornoemd, M. L. HONNERLAGE GREÏE, De Secretaris, V. SICKENGA. ii. Wy waren nu aan het einde van onze eerste dagreis. Het dorpje Thienen zag er vrijwel nog onbeschadigd uit. Slechts enkele huizen waren door kogels beschadigd en afgebrand. De pastoor die juist aan de deur van zijn pas torie stond, toen wij langs kwamen, noodde ons uit binnen te komen. Het was echter reeds half acht en na acht uur mocht niemand meer op straat loopen. Wij konden dus het aanbod niet aannemen omdat onze pas nog moest worden na gezien.. Twee paters bleven in de pastorie en zouden daar ook den nacht doorbrengen. Wij gingen met ons drieën verder naar het stadhuis. De daar aanwezige officier behandelde ons zeer voorkomend. Hij zag onzen pas en vroeg wat wij wisten van Leuven. Deze officier was van mee ning, dat geschoten was door Engelsche en Fran- sche soldaten, die zich als burgers gekleed in de huizen hadden verborgen. De plaatselijke commandant was niet aanwezig en wij moesten den volgenden dag om acht uur terugkomen voor onzen pas. De officier wees ons nog een hotel in de buurt van het station. In het hotel deelde men ons mede, dat geen enkele kamer meer vrij was. De hotelhouder Van het Westelijk oorlogsterrein hebben wij vernomen, dat Maubeuge in handen der Duit- schers is gevallen. 40.000 krijgsgevangenen, 400 kanonnen en ander oorlogsmateraal vielen in handen der Duit- schers. Uit de berichten uit Fransche bron valt op te maken, dat de troepen der [geallieerden oflensief zijn gaan optreden. i Een officieel communiqué luidt le. Op den Franschen linkervleugel dringen de legers der bondgenooten, waartoe ook vooruitge schoven troepen van de Parijsche bezetting be- hooren, voortdurend vooruit van de oevers der Ourcq tot in de streek van Montmirail (aan de Marne, 50 K. M. ten Oosten van Parijs). De vy- and trekt terug in de richting der Marne. Fransche en Engelsche troepen hebben tusschen Meaux en Sézanne tal van Duitschers gevangen genomen, o. a. een bataljon infanterie en een compagnie met machinegeweren en bovendien verscheidene caissons buitgemaakt. 2e. Het Fransche centrum is in hevige ge vechten gewikkeld tusschen Fére Champenoise (10 K.M. ten Noordoosten van Sézanne, aan den spoorweg van Parijs naar het Oosten), Vitry le Fiancois (30 K.K. ten Oosten van Fère Champe noise) en een punt ten zuiden van het bosch van Argonne (nog 40 K.M. verder naar het Oosten). De Franschen zijn nergens teruggeslagen, de vijand heeft integendeel terrein verloren bij Vitry le Frangois, waar een terugtrekkende beweging der Duitschers geconstateerd wordt. 3e. Op den Franschen rechtervleugel heeft een Duitsche divisie een aanval, gedaan op de linie Chateau— Salins (in Duitscn Lotharingen, ten N.O. van Nancy) Nancy waar zij is teruggeslagen ten Noorden van het bosch van Champenoux- Meer naar het oosten hebben de Fransche troe pen de bergkam van Maudray (in de Vogezen) en de pas van Fourneuux hernomen. Uit dat communiqué valt op te maken, dat de Duitsche troepen in hun opmarsch worden gestuit- Van Duitsche zijde hebben wij nog niets over deze krijgsoperatie's gehoord, zoodat men wel rekening dient te te houden, dat deze berichten uit Fransche bron komen. Van de Russische grens is geen nieuws bekend. Allerlei berichten over den slag bij Lemberg worden nog geplubliceerd waarbij de Russen het feit als een belangrijke overwinning trachtten voor te stellen en de Oostenrijkers de overwinning van weinig of geen waarde noemen. keek ons wantrouwend aan en scheen niet op onze klandizie gesteld. Wij zagen er dan ook alles behalve voordeelig uit. Onze kleeren vol stof en zand, de handen en en het gezicht zagen er ook niet al te frisch uit. Te verwonderen was het dus niet, dat de man ons niet met open armen ontving. Maar voor Ons was het minder aangenaam. Na acht uur mocht niemand meer op straat. Waar moesten wij heen lerwijl wij nog met den hotelhouder staan te praten, komt een onderofficier, die in de ge lagkamer zat op ons toe en vraagt onzen pas. Wij lieten deD pas zien en vertelden, dat wij Hollanders waren. De pas werd in orde bevonden en ook de hotelhouder had een ander houding aange nomen. Hij ging nog eens kijken en kwam tot de ontdekking, dat hij nog twee kamers voor ons open had. Met allerlei verontschuldigen bracht men ons naar de werkelijk fraaie kamers. Wat waren we blij onze moede leden een oogenblik te kunnen uitstrekken. De verschrik kingen van den afgeloopen dag en nacht belette ons te slapen. Hoewel wij in 36 uur niets hadden -gegeten, konden wij den volgenden morgen nog niets naar binnen krijgen. Om acht uur waren wij present bij den com mandant om een pas te vragen. We werden ont vangen door den officier, die ons den vorigen avond had te woord gestaan, vervolgens werden wy toegelaten bij den commandant. Deze ontving FRANKRIJK Officieel wordt medegedeeld, dat de Fransche opperbevelhebber onder dag'teektemngj van 7 de zer een dagorder heeft uitgevaardigd', waarin hij den ongeduldigen troepen mededeelt, dat het nu niet meer het oogenblik is om achteruit te zien, maat om den vijand aan te vallen, terug' te drin gen en het terrein dat gewonnen wordt, het koste wat het wil, te behouden. Eveneens uit ,officieele bron wordt medege- deelaIn den ochtend van den 7den heeft het eehste Duitsche leger (de uiterste rechttTvleuglel van de Duitschers) onder den druk van het lin ker Kger der Engelschen en Franschen naar het Ncc-rden, terug1 moeten trekken. Het wordt op zijn from, en zijn flank gevolgd. tan het front tegenover het tweede, derde en vierde Duitsche leger wordt geen ernstigl ge vecht gemeld, maar aan het front van het vijfde Duitsche legér, waar de rechtervleugel der Fran schen staat, is het tot een vinnige ontmoeting gek. men. In den avond van den 6den hebben de troepen van Verdun een uitval gedaan en ccnvooien, fcehioiorende tot het vijfde Duitsche leger, geno men. De inneming van Reims. Over de bezetting van Reims door Duitsche cavalerie melden de oorlogscorrespondenten in het Groote Hoofdkwartier. Aangezien nog geen zekerheid bestond of de bewering van Fransche burgers, dat de bezetting Reims verlaten had, juist was, besloot ritmeester van Hubrecht om zich met een patrouille te gaan overtuigen of hot fort Vitryles door den vijand ontruimd was. Op zijn vraag om vrijwilligers boden zich velen aan hij koos drie officieren, twee onderofficieren en zeven man. Langs den 6 K.M. langen' weg door het woud galoppeerde de patrouille naar het fort, dat wer kelijk verlaten bleek. Daarna werd doorgereden naar Reims, waarvan zij de grens om 9 uur 's avonds bereikten. De patrouille trok door de met nieuwsgierigen gevulde straten naar het stadhuis, waar de com mandant den burgemeester mededeelde, dat Reims thans Duitsch bezit was en dat hij burgemeester, als waarborg voor de veiligheid der Duitsche troepen, gevangen werd genomen. Een luitenant werd opgedragen het gebeurde te gaan rapporteeren de overigen bleven tot vijf uur 's morgens in de stad 's Middags reden zij aan het hoofd van de brigade van Suckow, die onder het spelen van de muziek de stad binnen rukte. Reims heeft generlei letsel bekomen. BELGIë. De verwoesting van Dinant. Zooals wij gisteren onder telegrammen meldden, ons zeer vriendelijk en de beide officieren vroegen ons naar bijzonderheden van het gevecht in de straten van Leuven. Wij vroegen den commandant op den pas te zetten, dat wij Hollanders waren ook vroegen wij of wij geen soldaat ter begelei ding mee konden krijgen. De commandant riep eenige onderofficieren, die op het plein stonden, vroeg hen iets en wendde zich vervolgens tot ons met de mededeeling, dat hij geen soldaat kon missen. Hij stelde ons echter gerust en geloofde niet dat wij op onzen verderen tocht nog zouden worden lastig gevallen. Dat was ook niet het geval, maar toch was onze vlucht nog lang geen pleizierreisje. Den geheelen morgen viel de regen met stroo men neer. De weg leek een modderpoel. Onze kleeren waren doorweekt en vol modder. In de nabijheid van St. Truijen waren weer alle huizen verwoest en verbrand. Wij hadden een kilometer of tien geloopen en hadden groote behoefte aan rust en vooral hadden wij vreeselijken dorst. Langs den weg stond een nog weinig beschadigd huis. De bewoner stond juist voor de deur. Wij vroegen hem om een glas water. Angstig keek hij den weg op en af of er geen soldaten in den omtrek waren. De weg was veiligwe mochten even binnen. Onmiddellijk werd de deur achter ons gesloten en men verzocht ons voor de ramen weg te blijven, wanneer er troepen langs kwamen. Wij vertelden, dat wy paters van Leuven waren, heeft Dinant het lot van Leuven gedeeld. Hier heette het, dat vanaf de heuvels rondom Dinant op de troepen werd geschoten. Honderden notabelen zijn gefusilleerd. Met ontzetting verneemt men de verwoesting van het lachende en schilderachtige stadje Dinant met zijn omgeving van kalkrotsen, zegt de ®Tel." Van den ijzeren brug af, over de rivier, had men een verrukkelijk uitzicht over de beide Maasoevers. In de 15e eeuw had de stad de gramschap van Filips den Goede van Bourgondië opgewekt. De vorst belegerde het stadje, nam het in en verdronk 800 Dinant-bewoners in de Maas. In de zestiende eeuw werd de stad door de Franschen, onder den hertog De Ne vers genomen en geplunderd. De »dinanderies", de koperwerken, de pulletjes en potjes waren reeds in de 13e, 14e en 15e eeuw beroemd. Moderne toeristen van heinde en ver hebben zich verlustigd in de kijkjes, die men van uit den tuin van het Casino, en van uit de Jardins de Montfat heeft. Wie herinnert zich ook niet met vreugde het schilderachtige uitzicht over de welige Maas-vallei van Bouvignies tot Anseremme... Een weinig ten Noorden van Dinant ligt St. Tronds de Lelie, een nauw rotsravijn, waarin ontelbare watermolens door den wind tot dartele en vroo- lijke beweeglijkheid gewekt worden, terwijl 0p den rechter Maasoever, tegenover de spoorlijn naar Givet, die den linker Maasoever volgt, zich de koene rots verheft die Beiaards-rots genoemd is, naar het reusachtige paard Beiaard, van de vier Heemskerken, dat volgens de legende, met zijn hoef een gat sloeg in den berg, toen het over de vallei sprong, achtervolgd door Karei de Groote... In deze buurt vindt men ook de bekende zwarte- marmer groeven. Dinant is het schilderachtige middenpunt geweest van een streek, bekoorlijk door heerlijk natuurschoon en romantische herin neringen... Dinant is een der oudste steden van België, en ligt in de provincie Namen, aan den rechteroever der Maas en aan een kruispunt van spoorwegen, tusschen steile kalkrotsen. Op een hoogte boven de Maas, ligt de voormalige citadel. Beroemd is de Gotische Lieve Vrouwekerk, uit de 13e eeuw en onlangs gerestaureerd met een 68 meter hooge toren en fraai gebeeldhouwd portaal, het oude stadhuis en het gerechtshof. De inwoners van Dinant houden zich bezig met de fabricatie van tapijten, behangsel, leder, zeep, ijzer- en koper waren. Reeds in de 11e eeuw was het een be roemde handelsplaats, sedert de 12e eeuw bekend om een belangrijke metaalindustrie. De stad is reeds eenige malen veroverd en verwoest en wel in 1466 door Karei den Stoute en in 1554, 1675 en 1794 door de Franschen. Het stadhuis bevat eenige merkwaardige schil derijen van den talentvollen, maar excentrieken schilder Anton Wiertz. Achter de Lieve Vrouwe Kerk zijn 408 treden in de rots gehouwen, welke en gij kunt niet gelooven, hoe onze gastheer, die een broeder is van een Leuvensch pastoor, plotse ling veranderde. Het is alleen de vrees verdacht te worden spionnen te herbergen, die de anders zoo gastvrije Belgen hun huizen gesloten doet houden. We moesten binnenkomen en dra zaten we aan de koffie. Het gerucht was daar reeds verspreid, dat van Leuven geen huis meer was blijven staan. Al konden wij den menschen geen inlichtingen geven omtrent hun broeder, den pastoor, wij konden toch het gerucht tegenspreken, dat heel Leuven zou zijn verwoest. Wij gaven onze verwondering te kennen, dat. zijn huis gespaard was, terwijl alle huizen in de buurt waren afgebrand. De man vertelde ons, hoe men hem uit huis had gehaald"'en hij gedwongen werd een afdeeling soldaten den weg te wijzen. lederen dag hadden zij soldaten in huis gehad. Door hen zooveel mogelijk te geven trachtte hij tenminste iets te behouden. Doodsangst hebben de menschen uitgestaan. Zoo werd hun eens gezegd, dat zij zouden gefusilleerd worden. Hij werd met zijn vrouw op een bank geplaatst, een twaalftal soldaten richtte hqn geweren op hen. Er werd geteld een... twee... en bij drie barstten de solda ten in een woest lachen uit. Dit wreedaardig spelletje werd verschillende dagen achtereen her haald. Onze gastheer deed ons vele verhalen van het barbaarsche optreden der soldaten. l

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1914 | | pagina 1