(i
fkNA T°G£
Binnenland.
Staten-Generaal.
Stads- en Gewestelijk Nieuws.
Ingezonden Mededeelingen.
sterkt w o
jyen e-n LicUa,
Gemeenteraad.
voorbereid, en de depóts der banken waren naar
Moskou gezonden. Do stad had reeds een burger
wacht tot bewaking der orde tijdens de (eventu-
eele) bezetting door de Duitschers opgericht.
Buitengewoon groot was de paniek onder de
250.000 Joden van Warschau, die beschuldigd
werden van sympathie en heulen met de Duit
schers en in hoopen vluchtten. De militaire gou-
verneurgeneraal Turbin beloofde hun echter vol
doende bescherming. Onder de drie bruggen over
den Weichsel zijn mijnen gelegd. Het is streng
verboden aan de soldaten alcohol of zelfs bier te
schenken. Ook de officieren drinken slechts water.
De uitwerking van het alcoholverbod op de sol
daten is buitengewoon en de houding der mannen
voortreffelijk. Omdat er vernieling van telefoon-
en telegraaflijnen is voorg< komen, is er bij leger-
bevel de doodstraf opgezet. Eiken dag verschijnen
er Duitsche vliegeniers boven Warschau en hun
bommen eischen vele slachtoffers.
Als gevolg van een bijzondere gunst kon de
correspondent door een officier begeleid de ge
vechtslinie bezoeken. In het prachtige slot Willa-
now, 8 kilometer ten zuiden van Warschau, lig
gen duizenden gewonden, die berichten, dat de
uiterst heftige gevechten ten zuiden van War
schau nog steeds voortduren. Nog verder zuidelijk
trof Magrini in een dennenbosch Russische artil
lerie aan, in hevig gevecht met de Duitsche ar
tillerie, die tusschen Piaseczno, 20 km., en Gora
Kalwaria, 34 km. van Warschau, op een heuvel
reeks aan den linker Weichseloever in positie
was. 300.000 man Russische troepen zijn er voor
de verdediging van Warschau aangewezen Of het
hun gelukken zal de inneming der stad te ver
hinderen blijft nog een open vraag. De stemming
is optimistisch en de geest der troepen prachtig.
Op 27 October heeft een Oostenrijksch legerkorps
voor zich alleen reeds 10.000 Russen gevangen
gemaakt tegenover een sterke overmacht.
Binnenlandsche industrie.
Gelet op de wenschelijkheid, dat onder de
tegenwoordige omstandigheden alles gedaan moet
worden om de binnenlandsche industrie zooveel
mogelijk te bevorderen, ten einde werkloosheid
en armoede tegen te gaan, heeft de Minister van
Oorlog ter kennis van de militaire autoriteiten
gebracht, dat het zijn wensch is, dat in de can-
tines zooveel mogelijk producten van binnenland
sche industrie worden ingeslagen, waaronder ook
te begrijpen sigaren enz.
Het mijnengevaar.
De minister van marine heeft naar aanleiding
eener bespreking, die gisterenmorgen met de di
recties der groote Nederlandsche Stoomvaart-
Maatschappijen plaats vond, bepaald, dat in het
belang der scheepvaart het Nederlandsche licht
schip «Noord-Hinder", dat thans nog gelegen is
binnen het door de Engelsche Admiraliteit als
onveilig aangegeven mijnenveld, zoo spoedig mo
gelijk plm. 10 zeemijlen in noordelijke richting
zal worden verplaatst, en wel naar een punt
gelegen in de lijn, gaande van het Nederlandsche
lichtschip «Schouwenbank" naar het Engelsche
lichtschip «Galloper".
Bovendien zal de Nederlandsche Regeering de
gebruikelijke scheepvaartrouten tusschen de nieuwe
plaats van het lichtschip «Noord-Hinder" en de
Nederlandsche kust overdag doen bekruisen door
een politie-vaartuig van Hr. Ms. zeemacht ten
einde van hun ankers geslagen mijnen op te
sporen en onschadelijk te maken.
«Maar wat is het dan? vroeg hij, haar vriende
lijk aanziend.
sik weet niet, of ik het geld wel mag houden"
sprak zij vol vertwijfeling.
«Waarom niet Ge zeidet mij toch dat 't een
legaat was".
«Eene oude vrouw, in het St. Winfreds Hospi
taal liet mij haren bijbel na. De directie zei, dat
ik hem mocht houden, hoewel het aan verpleeg
sters nooit geoorloofd is, geschenken van hare pa
tiënten aan te nemen. Onlangs liet ik den bijbel
vallen. De band ging er af, ea tot mijn groote
verbazing waren er bankbiljetten iu verborgen".
«Denkt gij, dat die oude vrouw wist, dat het
geld er in was Of had ze bloedverwanten, die
er aanspraken op kunnen doen gelden
«Zij scheen te denken dat zij mij iets zeer
kostbaars gaf", sprak Mathilne «en zij was maar
alleen op de wereld, het arme oudje. Zij voelde
haar verlatenheid diep.
Dokter Marlof streek als in gedachten verdiept
met de hand over zijn bruinen baard en keek
haar toen aan met iets van een glimlach in zijn
blauwe oogen, hoewel zijn gelaat ernstig stond.
Hij sprak
«Luister eens. De directie meende, dat ge een
klein getchenk ontving, dat later gebleken is zeer
kostbaar te zijn".
»Ja", sprak Mathilde eenigszins verlicht.
«Dan zou ik morgen naar den president gaan
«Beste zuster, ik zie volstrekt geen reden, waar
om ge het geld niet zoudt nemen. Het is nu een
maal een regel, dat de verpleegsters geen ge
schenken mogen aannemen, maar die regel spreekt
niet van legaten".
De kleine president lachte terwjjl hij sprak- Hij
was een zeer rijk man, voor wien eene som van
twaalfduizend gulden eene kleinigheid was.
«Ik ben zoo blij, dat ik het geld mag houden",
sprak zuster Lester, met een dankbare uitdruk
king in hare oogen, «Het heeft voor mij zooveel
waarde".
Wel stellig moet ge het houden. De oude
vrouw had geen familiebetrekkingen. Als gij
weigerdet het geld aan te nemen, zou het aan
het rijk komen. Ge zult dan nu het hospitaal
zeker wel met een gift vereeren Goeden morgen
zuster, goeden morgen 1"
Vergrjjpen tegen de krijgstucht.
In hel huis van bewaring! te 's-Hage zijn
thans een 60-tal militairen gedetineerd, die allen
veer den krijgsraad te 's-Hage moeten terecht
staan wegens ernstige vergrijpen tegen de krijgs
tucht. VfljOiral komen veelvuldig! voor diensl-
weigeren en bedreigingen met woorden en geba
ren en zelfs mishandeling van meerderen. Hei zijn
vocaal deze vergrijpen, die zeer zwaar door den
krijgsraad gestraft wCnden. (Mgb.)
Commissie ter behartiging der belangen van
Nederlanders in België.
Naar aanleiding van de op 25 Oct. jl. onder
leiding van haren voorzitter, Mr. Dr. Jan van
Bost lid van de Tweede Kamer1 der Staten Gene
raal gehouden constitueerende vergadering1 dei-
onlangs door den Minister van Buitenlinclsche
Zaken benoemde Commissie ter behartiging1 der
belangen van Nederlanders in België wordt hei
volgende opgemerkt.
Hoewel uit den aard der zaak de Commissie
aan zich zal trekken de persoonlijke of zakelijke
1 elan gen van uit België gevluchte Nedertan Iers,
die daarvo-or in de termen vallen, bepaalt noch
tans haar taak zich allerminst tot oen ieifeiijk
en juridisch onderzoek van die gevallen. Immers
ligt hot in de bedoeling der Commissie orn den
R( geerings-Ciommissatis in België fe adviseeiten
over elk geval, waarbij de belangen van N e der-
la niclers onverschillig of zij al dan niet
in België gtedomicileerd zijn op den voorgrond
treden. -
Men denke hier in de eerste plaats aan de
privaatrechterlijke verhoudingen zoowel van per
soonlijken als van reëelen aard, die tal van
landg'enooten met onze zuidelijke naburen onder
houden. Zoodoende hoopt men gaandeweg uit
dezen thans heersöhenden c haptische n toestand
een eenigszins systematisch stelsel van vormen
op te bouwen, waar particulieren en autoriteiten
zich zullen kunnen wenden.
TWEEDE KAMER.
Zitting van Woensdag 28 October.
Aan de orde wordt gesteld de
Indische begrooting.
De heer T y d e m a n vindt het onjuist, dat
sommige noodige organisaties zooals die van het
schooltoezicht, door de bezuiniging zijn getroffen.
Spr. is van meening dat voor de defensie wat
moet gedaan worden en dringt aan op een voor
zichtig en beleidvol beheer.
De heer de Stuers dringt aan op voorzich
tigheid bij de invoering van het Europeesch be
heer. Spr. gelooft dat door de ambtenaren wel
eens te weinig rekening is gehouden met de inge
wortelde gebruiken der inbooilingen waardoor
gevaar bestaat voor onlusten, die dan met geweld
van wapenen moeten onderdrukt worden.
De heer bock acht het aanstellen van meer-
dece ambtenaren, bij de departementen waar het
werk verminderd is overbodig. Ook hadden z.i.
de irrigatiewerken niet moeten worden uitgesteld.
Verder bespreekt de heer Fock nog den fman-
cieelen toestand en de spoorwegexploitaties en
petreleumconcessies in Djambi.
De heer de Scheuer, dringt bij den minister
aan op nadere bestudeering van de concessies in
Djambi.
De heer de Meester bespreekt den finan-
cieelen toestand en dringt aan op versterking van
de middelen. Spr. vraagt inlichtingen omtrent de
Borneo-branden en het aandeel van de Chineezen
daarin.
De heer v. Deventer brengt hulde aan den
gouverneur-generaal voornamelijk dat deze is aan
gebleven. Spr. bepleit verhooging van belasting
als tijdelijke maatregel.
De heer Schaper acht het niet wenschelijk
te veel te bezuinigen op onderwijszaken en dringt
aan op het invoeren van werken mede om de
wekeloosheid te bestrijden,
De heer Rutgers oordeelt niet zoo optimis-
over den fioancieelen toestand. Verhooging van
belasting zal niet kunnen uitblijven.
Spr. meent dat, als de oorlogsloestand voorbij
is, de Nederlandsche Regeering uit erkentelijkheid
voor de thans betoonde aanhankelijkheid, de In-
landsche bevolking zelbestuur moet geven, over
eenkomstig haar ontwikkeling.
De heer Boogaard dringt aan op instelling
van een Kolonialen Raad.
De minister van koloniën, de heer P ley te,
heeft tot zijn leedwezen de begrooting moeten
besnoeien. De salarisverhooging van vele ambte
naren, o.a. ook van de onderwijzeressen meende
de minister met het oog op de tijdsomstandig
heden thans niet te mogen doorvoeren.
De aanleg van spoorwegen geeft vele handen
werk. Voor de koelies, die geen werk hebben,
wordt al het mogelijke gedaan. In verband met
den gebrekkigen inlichtingsdienst met de koloniën
kan spr. den heer de Stuers niet volledig op zijn
vragen antwoorden. Spr. gelooft dat de berichten
omtrent de kolossale branden op Borneo sterk
overdreven zijn.
Spr. weerlegt de meening als zou uitbreiding
van het personeel van de departementen niet
strikt noodig zijn.
De zaak van de Djambi-concessies hoopt de
minister op voldoende wijze te hebben beëindigd
vóór 1 Januari 1915 Zoo niet, dan zal hij ver
schuiving van den termijn trachten te verkrijgen.
De kwestie van invoering van een Kolonialen
Raad is een zeer ingewikkelde, die thans niet
kan worden vastgekoppeld aan de reeds zoover
voorbereide hervorming van het binnenlandsch
bestuur.
Omtrent de financieele maatregelen zegt de
minister, dat het niet mogelijk was een begrooting
sluitende met een groot tekort van 48 millioen,
in te dienen, zonder tevens eenige maatregelen te
noemen om in den nood te voorzien. Die maat
regelen werden dan ook voorgesteld. Doch toen
kwam de oorlog en het snoeimes moest in de
begrooting. Mocht het nu mogelijk blijken, dat
op aannemelijke voorwaarden eeri beroep op de
geldmarkt valt te doen, dan zal het alsnog gedaan
worden.
Door niemand wordt gerepliceerd, zoodat de
algemeene beraadslagingen hiermede zijn geëin
digd.
Op voorstel van den voorzitter wordt na
eenige discussie besloten, a.s. Dinsdag het afdee-
lingsonderzoek van verschillende wetsontwerpen
te doen plaats vinden.
De vergadering wordt verdaagd tot heden
(Donderdag) half twaalf.
Weerbericht.
Telegrafisch bericht naar waarnemingen, verricht
in den morgen van 29 Oct. medegedeeld door het
Kon. Ned. Met. Instituut te De Bildt.
Hoogste barometerstand 771,3 te Hernosand.
Laagste barometerstand 746.1 te Munchen.
Verwachting tot den volgenden dagmeest
matige wind uit oostelijke richtingen, betrokken
tot zwaar bewolkt, waarschijnlijk regenbuien,
zelfde temperatuur.
Steun-Comilé.
Op de Maandag j.l. gehouden ledenvergadering
heeft de Typogiafen-Vereeniging; „Adelphisrnus"
.'k- loten een bedrag] van f25.-— af te u agen
aar-, het Steun-Comité. Hoewel een gtedeelle ha
ler leden eveneens door den huldigen ongnnstigen
toestand getroffen wordt, meende zij toch ook
haar steun niet te mogen onthouden aan de
groioische taak welke het Steun-Comité iu deze
moeilijke dagen op zich genomen heeft.
De verkoop van mosselen.
Het Steuncomité acht het van belang' liet vor
sende onder de aandacht te brengen;
De waarborg, dat de mosselen door bemiddeling
van het Comité zijn verstrekt, heeft men alleen
wanneer zij bij de venters door het Con rité d,aar-
De aangewezen, zijn gekocht.
Deze verkioopers zijn voorzien, van een aan-
.•Icl'ing1 ge teekend door Voorzitter en Secretaris
van het Qomité en voorzien van het stempel
van den Commissaris van Politie.
De aanyoer staat ouder geregelde en scherpe
ccnlnole, De verkoop van andere mosselen woedt
niet toegelaten.
De verkoop moet geschieden in de bekende
emmertjes, tegen den prijs va,n 15 cent per hee-
len en 7i/2 cent per halve emmer.
De verkoop op andere w'ijize gaat buiten het
Comité om.
Het Comité dringt er bij H.H. werkgevers op
aan, ingeval zij behoeften hebben aan werkkrach
ten, zooveel mogelijk deze uit de Seine iarnsche
werkeloozen te betrekken.
Een enkele maal schijnt het uit 't oog te wor
den verloren, dat de zorg voor de workéloozen
groote financieele offers van de Gemeente cischi,
en dat door werkverschaffing' de werklieden zoo
wel als het Steuncomité, het krachtigst worden
gesteund.
Hét Comité vertrouwt, dat ook in dit opzicht,
de grootst mogelijke medpwosfkinsS'. zal worden
verleend door ieder die daartoe'in staat is om
de economische ellende zooveel rüoglejijik te le
nigen.
Hoogwater te Schiedam: Vrijdag
30 Oct. 1.54 v.m., 2.23 n m.
{Vervolg.)
Wordt overgegaan tot artikelsgewijze behande
ling van de gemeente-begrooting.
Uitgaven.
Hoofdstuk I.
Volgnummer 7 0. Jaarwedden Wet-
hou d e r s.
De heer de Bruin vraagt, of een wethouder
een gemeente ambtenaar is, zoo ja, ot dan de
verordening regelende de uitkeeringen aan amb
tenaren, die onder de wapenen zijn op hem van
toepassing is. Spr. vraagt dit met het oog op
den wethouder, die onder dienst is.
De voorzitter zegt, dat de wethouders niet
kunnen worden beschouwd als gemeente-ambte
naren en dat hun salaris door de wet wordt
geregeld.
Volgnummer 74. Jaarwedden amb
tenaren en bedienden d er gemeente
secretarie, den concierge en de
boden.
De heer Scheffers is niet geheel tevreden
met het het antwoord door B. en W. gegeven op
de vraag of het salaris van den 2de bevolkingscon
troleur niet moet worden verhoogd. Spr. vindt
een bezoldiging van 500 gld. te gering. Waar
B. en W. nu aanvoeren, dat de ambtenaar eerst
kort in dienst is verwacht spr. de toezegging, dat
binnen niet al te langen tijd dit salaris zal worden
herzien.
De voorzitter merkt op, dat de vaststelling
van het salaris van dezen ambtenaar bij B. en
W. berust. Deze ambtenaar is nog pas kort aan
gesteld en dat wel bij wijze van proef. Wordt
de betrekking bestendigd dan zullen B. en W.
rekening houden met het gesprokene.
De heer v. d. Hoek vindt niet alleen het sa
laris van 500 gld. veel te laag voor een man van
41 jaar, die getrouwd is en ten huishouden heeft,
maar ook vindt spr. het verkeerd, dat B. en W.
een man van 41 jaar voor die betrekking hebben
aangesteld. Op zijn bemerking is geantwoord,
dat het geen invloed heeft op de pensioenbijdrage
omdat de gemeente een vast percentage van het
loon betaald. Toch is spr. van meening, dat het
wel degelijk een slechten invloed heeft, dat iemand
van dien leeftijd word benoemd, juist in verband
met het pensioen. Als die man 65 jaar is, is zijn
pensioen nog slechs zeer gering. Het gevaar be
staat dus, dat zoo iemand langer in zijn betrek
king wordt gehandhaafd dan wenschelijk is.
De voorzitter zegt, dat man de zelf heeft ge
solliciteerd naar een betrekking waarvan hij wist,
dat de bezoldiging slechts 500 gld. bedroeg. Den
man was tevens de gelegenheid gegeven een bij
betrekking uit te oefenen. De man heeft echter
reeds plannen om weer weg te gaan. De be
trekking is daarenboven geschapen als proeC
Blykt het noodig de betrekking van 2e bevolkings
controleur te bestendigen, dan zal ooic het salaris
worden verhoogd.
Volgnummer 10 3. Jaarwedden.
De heer v. d. H o e k heeft reeds meermalen
aangedrongen op plitsing van de betrekking van
belastingcontroleur en van deurwaarder bij de
plaatselijke belastingen. Spr. acht het voor de
gemeente voordeeliger, den ambtenaar belast met
de vervolging een vergoeding te geven en verder
de kosten van vervolging in de gemeentekas te
doen vloeien. B. en W. waren echter voor dit
voorstel niet te vinden. Toen het salaris van
den ambtenaar onlangs is verhoogd van 1100 op
1200 gld. wisten de leden zeker niet, dat deze
ambtenaar er nog 1200 gld. bijverdiende als deur
waarder van de belastingen. Spr. heeft in com
missie gevraagd hoeveel door dien ambtenaar als
deurwaarder is genoten, maar in het antwoord
is daarvan niet gerept. Later is spr. gezegd, dat
dit f600 was en voor buiten de stad f20. Spr.
wist echter dat die cijfers onjuist waren daar de
deurwaarder voor vervolging buiten de stad in
een week reeds meer dan f20 had ontvangen.
Na nader onderzoek is gebleken, dat de deurwaar
der dit jaar f1020 -j- f20 voor buiten de stad
heeft verdiend aan vervolgingskosten en spr. ge
looft dat dit nog wel wat beneden de werkelijk
zal zijn.
Het rijk heeft ons hierin een voorbeeld gegeven
door den deurwaarder vast aan te stellen en de
vervolgingskosten aan het rijk te doen vervallen.
Dit stelsel verdient ook nog de voorkeur omdat
de deurwaarder wel een weinig anders zal optre
den vooral bij loonbeslag. Hier wordt nog vaak
berekend voor de opheffing van het beslag fl.10.
Waar niet meer bestaat hoeft geen opheffing van
het beslag te volgen en worden de menschen on-
noodig op grootere kosten gejaagd. Spr. is er van
overtuigd, dat het in het belang van de gemeen
te is den ambtenaar belast met de vervolging een
vaste vergoeding te geven en de opbrengst der
vervolgingskosten in de gemeentekas te storten.
De heer v. d. Zee merkt als rapporteur van
de 2e sectie op, dat de vraag van den heer Hoek
hoeveel de belastingcontroleur als deurwaarder
verdient niet in het verslag is opgenomen als
zijnde van te persoonlijken aard.
De heer de Graaf, die in dezen geheel ac-
coord gaat met den heer v. d. Hoek, wijst nog op
het verschil dat het rijk voor het 3de beslag in
rekening brengt 1.40, terwijl voor dit beslag bij
de gemeentebelasting 3.85 moet worden betaald.
Om onnoodige kosten te vermijden plaatst het
Rijk bij voldoening van de belasting door middel
van een stempel op het belastingpapier zelf: «hier
mede wordt het beslag opgeheven." Spr. beveelt
dezen maatregel ook hier aan. Spr. vraagt of de
vervoegiDgskosten in de boeken voorkomen, zoodat
hierop controle kan worden uitgeoefend.
De heer Koopmans vindt het immoreel, dat
een ambtenaar profijt heeft van het niet betalen
van belastingschuldigen.
De heer de Bruin wil hier even opmerken,
dat hij wel mocht zeggen bij de algemeene be
schouwingen dat het antwoord van B. en W. op
deze vraag er finaal naast is geweest.
B. en W, zeggen in hun antwoord, dat men
zich gelukkig mag rekenen een ambtenaar te
bezitten, geschikt en in staat die functie bij zijn
ander werk waar te nemen. Spr. gelooft dat het
geluk in dit geval, aan de zijde van den ambte
naar is, die in naam der gemeente een zeer
voordeelig zaakje voor zich zelf exploiteert.
Wethouder Lagerwey geeft toe, dat de
stellers van deze vraag het geluk aan hun zijde
hebben. Men moet echter in aanmerking nemen,
dat de ontvangstpost, die den ambtenaar ten
goede komt door toevallige omstandigheden het
laatste jaar aanzienlijk gestegen is. Voor eenige
jaren bedroegen de uit de vervolgingskosten
voortvloeiende inkomsten ±- f600. Toen de sa
larisverhooging voor den belastingcontroleur werd
voorgesteld, bedroegen die inkomsten f700, een
bedrag dat dus niet te veel afweek van het be
drag dat hiervoor algemeen was aangenomen. In
dit jaar is het kohier der belastingen ontzettend
uitgebreid en zijn de vervolging ook in aantal
toegenomen. Spr. wil gaarne erkennen, dat B. en
W. hiermede misschien wat eerder rekening had
den kunnen houden. Het toont nu echter duidelyk
het nut aan van de jaarlijksche behandeling en
bespreking van de gemeentebegrooting, waardoor
op iederen post nog eens de aandacht wordt ge
vestigd.
Den heer de Graaf antwoordt spr., dat de
vervolgingskosten in de boeken van den gemeen
teontvanger worden gebrocht. De ontvangen ver-
volgingsgelden worden eens per week aan den
ambtenaar, die er volgens de bestaande regeling
recht op heeft, afgedragen.
Op de andere opmerking, die feitelijk de be
schuldiging inhoudt, dat de ambtenaar de men
schen op onnoodige kosten zou jagen, kan spr.
antwoorden, dat zoover de inlichtingen strekken,
wel rekening wordt gehouden met de omstandig
heden waarin de onwillige betaler verkeert. Spr.
komt nu op het principieele in de zaak, nl. de
splitsing van de betrekkingen. De vorige spr.
wenschen een persoon voor de controle en een
ander persoon voor de vervolging. B. en W..ach-
ten de tijd nog niet gekomen deze splitsing door
te voeren.
Het stelsel zooals dit nu bestaat heeft altijd
goed gewerkt. Bij een betrekkelijk groot kohier
hebben wij weinig oninbare posten en B. en W.
meenen derhalve dit stelsel te moeten handhaven.
Het Rijk heeft voor eenige jaren wel een ander
stelsel ingevoerd maar de bewijzen zijn nog niet
geleverd, dat het stelsel beter is. Spr. gelooft