Binnenland. Statos-Generaal. Stads- en Gewestelijk Nieuws. zoo fortuinlijk waren juist daar aanwezig te zijn, Z. M. bleek in uitstekenden gezondheidstoestand en beste stemming. Toen hij zijn auto verliet, drukte hy den plaat selijken commandant hartelijk de hand en een aantal Fransche officieren waren aanwezig om zijne majesteit »bon voijage" te wenschen. Het begon nu te regenen, maan' zij deden hunne mantels af en gingen in vol uniform aan boord. Eenige oogenblikken laler stonden de koning en de prins van Wales met elkander te praten op het dek. Dan kwam de prins aan wal en ging op den rand van de kade staan. De koning bleef op het pro menadedek bij de achterste hut. De trossen werden losgegooid en langzaam be gon het schip los te geraken en weg te varen in de aangroeiende duisternis. De prins stond op de kade om zijn vader te zien vertrekken tot het laaatste oogenblik. Dan, na een eind-saluut. keerde hij zich om ging weer den auto in en keerde, vergezeld door een officier van den staf, naar het front terug, DUITSCHLAND. Uit Berlijn wordt d.d. 8 Dec. geseind Z. M. de Keizer heeft zyn voor heden vast gesteld vertrek naar het front wegens ongesteld heid eenige dagen moeten uitstellen. Hij lijdt aan een bronchiaalkatarrh en heeft koorts. Gisteren en vandaag heeft hy nochians het rapport van den chef van den generalen staf van het leger *e velde kunnen nagaan RUSLAND De slag byLodz. Aan een overzicht van de Kölnische Zeitung over de krijgsbedrijven in het Oosten ontleent het »Vad." Vat men de gevechten in het Westen op als een belegering van Frankrijk door de Duitsche legers, dan hebben de Russen de taak, den inge sloten bondgenoot ontzet te brengen. Daaruit blijkt de zeer groote beteekenis van de overwinning van Von Hindenburg, wiens onver zettelijk doel is, beide legermachten, in het Oosten en in het Westen, te vernietigen. Begin November had onze cavalerie de spitsen van het Russische leger op verscheidene plaatsen teruggeworpen, zich echter, onder voortdurende aanraking met den vijand, langzaam op de gren zen teruggetrokken,! terwijl de grootere troepen- deelen achter dezen sluier naar de hun aangewe zen plaatsen opmarcheerden. Veertien November kwam het bericht, dat een Russisch legercors by Wloclawek verslagen was en in de eerstvolgende dagen werd die boodschap aangevuld en men vernam, dat de aangerukte Russische versterkingen eveneens teruggeworpen en in aftocht wareD. Terwijl dit zuidelijk van de Weichel gebeurde, was op den rechtervlengel een andere Russische groep, die tegen Thorn optrok, eveneens versla gen en moest zich op Plock terugtrekken. In het Zuiden had onze bondgenoot met zwaar hart Oost-Galicië prijs gegeven en zich onder de muren der groote vesting Krakau verzameld, van waar uit zij in Noord-Oostelijke richting op rukten. Een legergroep, samengesteld uit beide bondge- nooten, hield bij Czentochan de verbinding tus- schen de op den linkeroever opereerende Duitsche troepen en het zuiden in stand. Tusscben de hoofdmachten van beide partijen ontwikkelden zich noordelijk van Lodz en zuide- ljjk van Plock nieuwe gevechten, waarbij de Duitsche linkervleugel zich tegen den flank en den rug van den vijand keerde. Bij Lodz stond de strydstil, daarentegen gelukte het den Russen, zeer sterke krachten uit het Zuiden en Oosten samen te brengen, teneinde deze te omsingelen. Volgens een ouden ervaringsregel loopt elke omsingelingspoging gevaar van zelf omsingeld te worden. Door een wapendaad, die tot de schit terendste der historie behoort, onttrok de Duitsche groep zich aan het afsnijdingsgevaar. (De historie van Rennenkampf zou de strategische beteekenis van het wapenfeit belangrijk kunnen verkleinen. Red.) Om dezen aanval mogelijk te maken, heb ben de Russen de in Galicië staande legers, voor al het insluitingsleger van Przemysl, moeten ver zwakken, door de aanvallen der bondgenooten uit Krakau en Gzentochau hen niet toelieten- van dit deel van het front troepen weg te halen. Zoodra de Duitsche linkervleugel, het leger van Mackenzen, de (aansluiting met onze hoofdmacht teruggekregen had, ging dit tot een nieuw offen sief over Russische aanvallen op Duitsche stel lingen bij Lodz mislukten en het Duitsche tegen offensief heeft thans tot de inneming van Lodz geleid. Hoeveel buit en gevangenen gemaakt zijn, is nog niet bekend, maar het belang daarvan treedt ook op den achtergrond by de beteekenis van het taktisch succes, dat het knooppunt van ge wichtige lijnen en wegen in ons bezit bracht en aan onze operaties een steunpunt geeft, van waar uit de verdere operaties zich kunnen ontwin- kelen. Van de Weichsel over Lowitsch, Lodz, oostelijk vao Sdonska Wolja loopt ons front naar de om geving van Nowo Radomsk, gaat oostelijk langs Czeotochau en sluit met de stellingen van onzen bondgenoot no rdoosteliik van Kiakau. Wy moeten thins afvmchteu, hoe de gebeurte nissen bij Lodz zich verder ontwikkelen en welken terugslag zy op den totalen toestand hebben. ENGELAND. De stemming in Ierland. De drukkeryen van de Irish Freedom, Ireland, Irish Worker, Irisch Volunteer en Leader, alle te Dublin, ontvingen een waarschuwing van de politie, dat zij voor den krijgsraad gedaagd zullen worden, wanneer zij artikelen publiceeren, welke ontevre denheid stichten of de recruteering belemmeren. Alle in Ierland aankomende wapenen en am munitie, zelfs die voor sportgebruik worden ge- confiskeerd. Dagorder van Koning George. Voor zijn vertrek uit Frankrijk heeft de Koning een dagorder uitgevaardigd, luidende »Het ver heugt mij, dat ik in de gelegenheid geweest ben myn leger in het veld te zien en eenige ervaring op te doen omtrent het leven, dat ge daar leidt. Door tucht, dapperheid en uithoudingsvermogen hebt ge de tradities van het Britsche leger hoog gehouden en nieuwe luister aan zijn geschiedenis toegevoegd. »Ik kan niet deelen in uw beproevingen, geva ren en successen, maar geef u de verzekering van het fiere vertrouwen en de dankbaarheid van mijzelf en uwe landgenooten. In ooze gedachten volgeft wij u dagelijks op den weg, die u gewis naar de overwinning zal leiden". ZUID-AFRIKA. De ops tand. Een bijzondere» corresp. van „Die Tijd" schrijft d.d. 11 November uit Groenkiaalfonteiii Met den opstand schijnt het zoo'n vaart niet te loepen. Het overgroote deel van het lanü is trouw en volgens mijn idee w*as de opstand al verloren, voordat ze er mee begonnen. Het schijnt alleen de kwestie te zijn, om de leiders gevangen te krijgen en dan is bet heoiemaal uit. Die leiders hebben wèl goed-klinkende namen: de oude generaal De Wet, die in Jen boeren oorlog den Engelse hen heel wat las' bezorgde; generaal Beyers, die tot voor kort aan het hoofd van de verdedigdngsmacht stond, e.a. t Zijn wel allemaal lui, die in den groeten oorlog tot de alleibesten behoord hebben, maar het volk hier is erg- tegen „opstand tegen hel Gezag", en verder zijn ze nogl lang niet bekomen van de verschrikkingen van den laatsten oorlog. Als je dat hoort, wat die lui hier zoo ai ver loren hebben! B.v. die oude haas, bi, wien ik woon. Vóór den oorlog was hij een welgesteld man, had twee woonhuizen, een eno:rne opper vlakte land, eenige honderden beesten en dan verder nog schapen, varkens, hoenders, enz. Toen de oorlog' voorbij was, had hij zijn land nog, maar dat was ook alles. Het ceae huis lag geheel tegen den grond; wat er nog van stond, wordt nu als open stal voor de schapen ge bruikt. Het andere huis was geheel uitgebrand, en verder had hij geen beest, geen schrap, geen varken, geen hoen, niets, absoluut niets. Hij heeft er zich nu weer ziojowat novenop' gewerkt het huis is voor Zuid-Afrikaandeus weer be woonbaar en nu bezit hij weer 40 h 50 ossen en koeien, circa 300 schapen en nog wat klein goed. Maar denkt u, dat die man er iets voor kan voelen, opnieuw te gaan vechten met risico weer alles te verliezen? 1) En zijn geval is niets bijzondere, alleen heeft hij nog1 geluk gehad; er zijn er velen, die er minder goed aan toe zijn dan hij. Die mensehen gaan niet vechten voor een denkbeeldig iets, als een vlag!. Wat kan het hun schelen, wat voor vlag ze in Pretoria hebben? 2) Als ze nu maar ongestoord leven, zich rustig aan hun arbeid wijden kunnen en niet te veel last hebben, met onder de wapenen te moeten komen Belasting wordt er op het land zoo goed als niet betaald, en de regeering is slechts in naam Epgelsch! De meer ontwikkelden zien dan oi in. dat ze het nu misschien nog beter hebben, dan toen ze vrij waren. Ze hebben absoluut hun eigen Tegee,r:og, hur. eigen vertegenwoordiging en hun eigen be ambten. Alleen is er een gouverneur generaal, een Engelschman, die officieel vt el te zeggen beeft en in werkelijkheid maar een man met een mooie uniform en een mooien titel is, en niets in te brengen heeft. De heele opstand is zuiver een sentiments- qoaestie en de groote massa is daar ongevoelig voor. Het zal wel spoedig' weer geheel kalm zijn hier. Brieven uit Holland worden alle opengemaakt en dan weer met een etiquet „geonerm door censor" dichtgeplakt. 1) Deze laatste zin scheen den censor uit het hart gegrepen. Hij heeft hem tenminste mei. een bkuw1 potlood dik onderstreept en ook aan den karit aangehaald I 2) Opk deze zin is door den censor onder streept, maar met een vraagtteeken er voor. Waarschuwing. Dloor de positiecammandant van IJnmiden wordt ter kennis gebracht, dat alle personen, die zon der speciale toestemming, kiekjes of teekeningen van verdedigingswerken of andeie photo's Van iJ-muiden maken of zelfs maar langs oen weg Icopen met een photofoestel zullen öes<*houwd worden als spion, en hunne toestellen in beslag genomen worden. Tweede Kamer. Het Kamerlid Beumer heeft, de vplgënde vra gen tot den Minister van Oorlog gericht: I. Is het waar, hetgeen de dtgbladen mel den, dat de heer Mr. P. J. Troelstra naar aan leiding van de betreurenswaardige gebeurtenissen in het interneeringsfcamp te Zeist, den minister van OoTloig heeft aangeboden met oen Belgischen volksvertegenwoordiger Camille Huysmans ge noemd kamp te bezoeken, opdat laatstgenoemde zijn landgenooten zou kunnen toespreken en tot rust aanmanen. II. Indien, Ja, is1 de Minister alsdan bereid mede te deelen welk antwoord door hem op dat aanbod is gegeven. De geïnterneerden. De heer dr. Fr. v. Cauwelaert afgevaardigde van Antwerpen heeft zich tot den Minister van Oorlog1 gewend met het aanbod, de Belgische geïnterneerden te Zeist naar aanleiding van het op 3 Dec. j.l. voorgevallene te gaan toespreken cm hen den raad te geven, dien zij: in deze om standigheden van noode hebben. De minister heeft het niet noodzakelijk geacht dit aanbod aan te nemen. Voorts heeft de heer v. Cauwelaert zich ter beschikking van den minister gesteld voor het houden van voordrachten en het organismen van ontwikkelings- en ontspanningsavonden voor de geïnterneerden zoowel in Zeist als in andere plaatsen. Het departement heeft dit aanbod in overweging genomen. De Minister van Oorlog' zal heden en morgen een bezoek brengen aan de interneeringskampen in Zeist en in Harderwijk. In zijn Oorlogsbeschouwingen in »Het Vader land", behandelt de oud-minister Staal de vraag, hoe het staat met een militair, die zich laat interneeren Hij doet dat le. uit eigen keuzehij wil liever niet krijgsgevangen zijn. De neutrale staat bewijst hem dus op zijn verzoek een dienst. Hij doet dat 2e. om zich aan den strijd te onttrekken. M.a.w. hij bergt zich op onder de beschermde vleugelen van den neutralen staat. Hij doet dat 3e. met de wetenschap, dat bij aan dien staat veel last, zorg en moeite veroor zaakt. Vooral des winters zullen het huisvesten, het verplegen en het kleeden van een groot aantal geïnterneerden tot veel bezwaren aanleiding ge ven, welke niet worden vergoed door een even- tueele restitutie der gemaakte kosten. Inzonderheid kan de bewaking van zooveel geïnterneerden voor een kleinen staat, die bovendien voor de hand having der neutraliteit zijne troepen in actie heeft te stellen aan de grenzen en aan de kust, of ze beschikbaar heeft te houden op gewichtige punten, een bezwaar opleveren dat te nauwernood over wonnen kan worden, terwijl in ieder geval he1 personeel, voor dien bewakingsdienst aangewezen, een zware en hoogst onaangename taak heeft te vervullen. Uit een en ander volgt, meent de schrijver: a. dat aan hen die zich aanmelden om te wor den geïnterneerd als eisch ware te stellen, dat zij zich verbinden om verder niet aan den oorlog deel te nemen en geen poging te zullen doen om uit de interneeringsplaats te ontvluchten. Wie die belofte niet wil afleggen, blijft vrij om naar eigen land terug te keeren. Wel zal hem dan krijgsge vangenschap bedreigen, maar tegenover het harder lot dat hem daarin wacht staat, dat hij vrij blijft in een pogen om te ontvluchten b. dat, ook al wordt die eisch niet gesteld, de geïnterneerde heeft te beseffen, dat hij den hem beschermenden onzijdigen staat ernstig benadeelt en bezwaart door eene poging tot ontvluchten. c. dat de geïnterneerde de weldaad van de mterneering, hem na eigen keuze en als 't ware op zijn verzoek bewezen, te erkennen door zich trouw en stipt te onderwerpen aan de inter- neeringsbepalingen d. dat hy geen aanspraak heeft op weelde, gemakken, amusementen enz. die hij zeker ook niet zou hebben genoten als bij de krijgsgevan genschap had verkozen boven het geïnterneerd worden e. dat terwijl geen burger van den onzijdigen staat er aan mag en zal denken de geïnterneerden noodeloos te plagen, overdreven streng te behan delen, onmenschlievend te bejegenen, het van zijn kant een misplaatste menschlievendheid zou zijn, als hij voor het gemak, de behoeften, de amuse menten van de geïnterneerden meer moeite en offers over had dan voor die van zijn medebur gers, waarvan zoo velen van een en ander zijn verstoken f. dat bijaldien geïnterneerden het den onzijdi gen staat, die hen welwillend opnam, lastig ma ken, zy zich tegen de orde en de bepalingen ver zetten, zij het staatsgezag aantasten en beleedigen in den persoon der staatsambtenaren, zij onrecht matige eischen stellen en geweld gebruiken om deze voldaan te krijgen zij zich schuldig ma ken aan een misdaad tegen den staat onder de meest verzwarende omstandigheden en die dus met de uiterste strengheid en zonder genade moet worden bestraft. Het kwam generaal Staal in deze dagen niet overbodig voor, hierop eens te wyzen. Naar zijne meening zou het een gruwelyke misvatting zijn als ons volk bij incidenten of ac cidenten, die zich met de geinterneerden mocfiten voordoen, 't vorenstaande uit 't oog verloor en door een verkeerd geplaatste humaniteit gedreven, de geinterneerden willende helpen en beschermen het gezag van den staat en zelfs het leven van onze militairen die bij hen bewakingsdienst ver richten, in gevaar bracht. Belgische grensgemeenten. Bij Kan. besluit van 5 dezer is ingesteld een commissie tot regeling1 van de voorziening' in noodzakelijke levensbehoeften in Belgische grens gemeenten en zijn in die commissie benoemd tot lid en voorzitter, de heer A. N. Fleskens, lid van de Tweede Kamer der Staten-Geneiaal, te Geldrop tot leden, de heeren: mr. W F. VV. Kolkman, burgemeester der gemeente Weert; J. H. C. Moers, burgemeester der gemeente Thorn; W. C. J. Passtoors, burgemeester der gemeente Ginneken: E E H. Regout, lid der Provinciale Staten van Limburg', te MaastrichtChr. van Ginneken, hoorn- kweeker te Zundert; L. G. James, notaris tte Sluis: F. J. L. M. van Waesberghe, burgemeester der gemeente Hulst; tot secretaris, de heer C. W. A. van Uden, bur gemeester der gemeente Budel; en is tevens benoemd tot legeering's ommissaris ter behartiging van de belangen der commissie in België, de heer mr. dr. J. van ïïest, lid van do Tweede Kamer der Staten-Gmieraal. te Eind hoven, voorzitter van de commissie ter behar tiging van de belangen van Nederlanders in Bel gië. TWEEDE KAMF.R In de zitting van gisteren werd onder groote belangstelling de Leeningwet aan de orde gesteld. De heer de Meester verklaarde sympathiek te staan tegenover een oorlogschatting, doch er kende, dat de heffing in eensgroote bezwaren zou opleveren. Daarom achtte spr. het een goede oplossing, dat de voorgestelde dekkingsmiddelen slechts zul len worden vastgesteld tot 1 Januari 1917, zoodat in 1916 zal moeten worden beslist of de leening al of niet zal worden gedelgd door een nu met name in het wetsontwerp genoemde heffing in eens. Het bedrag der leening 275.000.000 gld vindt spr. te hoog, maar kan zich er mee vereenigen nu de minister den vierden termijn facultatief heeft gesteld. Spr. heeft met genoegen geconstateerd, dat de aanvankelijk voorgestelde opcenten op den ge slachtaccijns, op de invoerrechten en op de suc cessierechten zijn geschrapt. Evenwel had de afgevaardigde nog wel bezwa ren tegen de opcenten op de Grondbelasting voor zoover het gebouwde betreft en nog veel grootere tegen de opcenten op de Personeele belasting, die vooral op den middenstand zullen drukken. Waarom hij verlichting van dezen opcentendruk wenschte door tot 1 Januari 1918 niet van de leening af te lossen. Spr. zou het verder een schande voor onze natie achten als moest worden overgegaan tot het sy steem van een gedwongen leening. Spr. had dit dreigement dan ook liever niet bij deze wet gezien. De heer Rutgers betoogde, dat leening verre te verkiezen was boven beffing ineens. Gevaar voor de sociale wetgeving, voor de onder wys-pacificatie en voor de defensie vreesde spr. niet van de jaarlijksche betaling van 26J millioen voor rente en aflossing gedurende 15 jaar. Over 15 jaar, betoogde spr., zouden de belastingen toch met 26 millioen worden verminderd, en nu is er wel een middel te vinden om de op die wijze dan vrijkomende millioenen vooraf te ver- disconteeren voor noodige hervormingen. Een leening geeft meer gelegenheid, zeide spr. om de lasten over alle inwoners te verdeelen, daarentegen zou een heffing in eens te veel ka pitaal aan den handel en de industrie onttrekken. Spr. merkte nog op, dat het merkwaardig was, dat een deel der politieke vrienden der regeering zich zoo schrap zette tegenover het ministerie. De heer P a t ij n verklaarde voor het ontwerp te zullen stemmen al kon het compromis hem nog niet geheel bevredigen, o.a. wegens schrapping der opcenten op de successie belasting en de handhaving der personeelopcenten, Spr. meende dat nog wel eenigen tijd met leenen had kunnen worden gewacht. Men had voorloopig schatkist biljetten tot kleine bedragen kunnen uitgeven. Spr. vindt het bedrag der leening wat hoog waardoor gevaar kon ontstaan, dat de leening uiet volteekend werd. Spr. verdedigde de rente vau 5 proc. omdat het een tijdelijke leening geldt. De voorzitter deelt mede, zoo noodig Donder dag en Vrijdagavond vergadering te houden. Weerbericht. Telegrafisch bericht naar waarnemingen, verricht in den morgen van 9 Dec., medegedeeld door het Kon. Ned. Met. Instituut te De Bildt. Hoogste barometerstand 761.9 te Breslau. Laagste barometerstand 744 5 te Christiansand. Verwachting tot den avond van den volgenden dagaanvankelijk zwakke tot matige winden, uit oostelijke richtiDgen, nevelig tot zwaar bewolkt, waarschijnlijk nog regen, iets kouder. Gisteren zijn door de politie aan- gehouden vier personen verdacht van diefstal van lood van het dak van een loods behoorende bjj een pand aan den Noordvestsingel. Het lood werd in beslag genomen. Gisterenmiddag werd in de Hoofd- straat voorde sigarenwinkel van den heer Jurgens» diens fiets medegenomen en een ander rywiel daarvoor achtergelaten.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1914 | | pagina 2