Dagblad voor Schiedam Omstreken.
f
f60
tl
flIHl jf inn
TWEEDE BLAD.
Legerreserve.
Gratis Ongevallen verzekering 4*1 f] f]
w8 aELSttJ" ,e orgM—
38ste Jaargans
Zaterdag 20 iVlaart 1015
No. 11184
oyereeülofflstiff op ie polis vermelde voorwaarden. J jj y (J
AugusLertKgef°emde 200 00°' die nu sedert
terwijfe TI UVaat' geVal van
Gemengd Nieuws.
Bureau: Boterstraat 50, Telef. 85. Postbus 39.
Abonnementen per 3 maanden ƒ1.50, per week 12 cent, per maand
50 ct., franco p. post ƒ2.— p. kwartaal. Afzonderlijke nummers 2 ceDt.
Advertentien: familieberichten 20 ct. per regel; fctandelsadvertentiën
1 regels 92 ct.elke regel d&arboven 15 ct. 3 maal plaatsen wordt 2 maal
berekend. Ingezonden mededeelingen 35 ct. p. regel. Speciale conditiën voor
herhaaldelijk adverteeren.
by verlies
van een
wijsvinger;
by
levenslange
gebeele
invaliditeit;
De verzekering wordt gewaarborgd door de
voet of oogH S SJy i I U U een duim
'Joinntisctn- Algemeene Verzekeringsbank, gevestigd te Schiedam.
verlies van
eiken ande
ren vinger.
Van de hand van G. Pol vliet, gep. kapitein der
'hfanterie, is een brochure verschenen, getiteld
^Het meest noodige
tn deze brochure, uitgegeven door de vereeni
8mg Volksweerbaarheid, wordt een uitvoerig plei
dooi gehouden voor de spoedige formatie van een
reserve voor onze weermacht.
Op het oogenblik beschikt ons land over een
zeer kleine reserve, daar de landstorm, welke als
reserve zou moeten dienst doen, nog niet isgeor
ganiseerd.
De alleszins deskundige schrijver begint zijn
et0°g net de volgende historische herinnering
»Den 30en Augustus 1870, elf uur 's avonds,
werden in het groete hoofdkwartier te Busancy
oor von Moltke de bevelen uitgegeven voor de
operatien, die de capitulatie van Sedan tot slot
ladden. Deze bevelen bevatten de volgende zin
snede »Komt de vjjand op Belgisch grondgebied
en wordt hij er niet onmiddellijk ontwapend, dan
za hij daar zonder dralen krachtig vervolgd
Worden."
Het ging hier om het insluiten, wellicht ge
vangennemen van Frankrijk's laatste leger en van
en Keizer. Dit was een zaak van zoo groot ge
wicht, dat onder geen voorwaarde gelegenheid tot
ontsnappen over mocht blijven. Daarom werd een
voudig gelast, zoo noodig, België's neutraliteit te
schenden, in dat koninkrijk door te dringen, er
te vechten.
Iets dergelyks kan zich op de Nederlandsche
Stens gaan afspelen, als er in de aanstaande lente
»ar een beslissende slag te slaan is. Ook dan zal
er geen Nederlandsche grens bestaan, als deze
lot overal gevormd kan worden door onze
o iele weermacht»door de borsten onzer man-
en zooals generaal Snijders het gezegd heeft.
Zeker, ons leger staat aan de grens", lezen wjj
an een weinig verder. »Wjj dragen onze finan-
t e en oeconomische lasten. Onze geheele ma
otieele militaire kracht is gemobiliseerd. Maar
ze weermacht is niet geworteld in een weer-
ar ederlandsch volk. Die weermacht beschikt
aar lp6' de meest noodzakelijke reserven voor
mailt'ng der verliezen tegen eventueele over-
versi*Vm g8Val VaD °°r,og' voor noodzakelijke
Wii' J Strijd' maar óók en bier taken
mannT andend aclueele kwestie - om de
zeven r°HZe landweer en militiedie nu
WossiT^ r aaH hUn Werk °ntrukt ziJn'door
het conti reserve-troepen, zoolang wij buiten
gevent aan dat werk terua te
torn, vraagt schr. dan, uit de 600.000
Waa._,
om 1Sri!b'eVenen geen reserve gevormd van 200.000,
Hot r zÜn, af te lossen?
«nkeplirl81 V°gr dC haDd"' vervoi8t schr. »dat de
bestaand eD °rgan'sat'e V8n eene reserve bjj den
CeaÏ t0eStaDd Diet aa* der in functie
van oorlof r;aUt0nteiten °f aan het élement
hun hani ,°Pg g6D WOrden"Beiden hebben
baar bliïl 7 moeten ««middellijk beschik-
fnuctionnporg rende dit conflict het geregeld
verzekerd towtlljl!'61 °rgaaD reservevorming
^tlijkf'desknnf apan °rgaaD °nder een afzön
°nzer reserve lge autoriteit voor het scheppen
aard van zhn wTT' Dlt orgaan moet uit den
van het aicem ng met velerlei autoriteiten
komeTlTllf m"itair besta- - aan,a
Als eerst! tTT GB Snel kunnen handelen.
een deskundige op heT f benoeming van
Voering en reserve n gebl van recrutenaan-
een releellT PerS°neel noodzakelijk voor-
den minister TanTrióT rechtstreeks onder
'nstructie beschikt en °Ver 6eD ruim gestelde
noodige perSon f l 7°°' °P di6BS 'e"oek,het
eene reserve snel en 4a°weziSe elementen voor
van Pruisen en fen» Ultgeputten toestand
T Delgig op ditT; T ,Frlökr»k in 1814 of
Pfaats een schat van seT-i'l 1S m de eerste
van geschikt personeel aan oud
gediende officieren en onder-officieren en minderen
aanwezig:
le van het leger hier te lande.
2e van de vloot en de mariniers.
3e van het leger in de koloniën.
4e van de schutterij.
6e van het reserve-kader.
7e van de weerbaarheids- en sehietvereenigingen.
Wat betreft het personeel van de vloot, staan
ons op het oogenblik geen cijfers ter beschikking.
Neemt men echter, wat de landmacht betreft, de
oud-officieren tot hun zestigste en de oud-onder
officieren tot hun vijftigste jaar, dan zullen aan
wezig zjjn ongeveer:
250 oud-officieren,
1000 oud-onder-ofïicieren,
5000 oud-vrijwilligers bij het reserve-kader,
en bovendien pl. m. 5 0.0 0 0 oud-gediende mili
tairen.
Nemen wij aan, dat deze getallen geflatteerd
zijn, dan kunnen wij met de oud-gedienden van
marine, mariniers en koloniaal leger toch zeker
rekenen op pl. m. 150.000 hoofden, allen oud
gedienden.
Deze zouden, eenmaal gemonsterd, georganiseerd
uitgerust en gekleed, als het moest, in geval van
een plotseiingen aanval, eene onmiddellijk be
schikbare reserve vormen.
Zoolang wij niet in een conflict betrokken zijo,
z°uden deze mannen aan den arbeid moeten
blijven. Zij zouden na hun keuring en indeeling,
hun wapening en uitrusting, beschouwd moeten
worden overeenkomstig de miliciens met groot
verlof, doch op het telegrafisch bericht aan de
burgemeesters zich op daartoe aangegeven punten
moeten verzamelen.
Het zou overweging verdienen, het uit zoo
uiteenloopende categoriën bestaande officiers- en
onderofficierskader bij voorbeeld eens per week
in de voornaamste steuen der provinciën bijeen
te doen komen. Van dit kader ware wellicht een
deel aan te wijzen om, ingeval van een vijande
lijken aanval, onverwijld het bestaande tekort bij
het veldleger aan te vullen."
»Wjj zouden in overweging geven," lezen wij
verder o.m., »om de helft van de landweer in onze
stellingen en forten (door loting en vrije keuze in
verband met werkeloosheid te laten besluiten wie)
met groot verlof te zenden en deze landweer, voor
zooveel de infanterie betreft, over te loten gaan
naar de reserve van het veldleger en wat de
artillerie aangaat naar de reserve der bezettings
troepen.
Op den dag van hun vertrek zouden de in de
stellingen en forten opengevallen plaatsen bezet
moeten Worden door een gelijk aantal recruten,
te nemen bij opvolging voor zooverre noodig uit
a. het restant der geheele lichting 1915.
b. de geheele lichting 1916.
c. de vrijgeloot hebbenden der lichting 1914.
d. de vrijgeloot hebbenden der lichting 1913,
e. de vrijgeloot hebbenden der lichting 1912
enz., naarmate van de behoefte.
Hiervoor is een kleine wijziging der Militie-wet
noodig en met terugwerkende kracht; de onge
zonde loting er uit, het sterkende beginsel van
algemeene oefenplicht er in.
Ook bij het gekantonneerde veldleger zou dit
stelsel van oefening, wat de infanterie betreft, zon
der gevaar voor de slagvaardigheid toepasselijk
zijn, zoolang wij buiten het conflict blijven."
Spr. driDgt alzoo op de volgende maatregelen aan
Zij, die tot nu toe van alle verplichtingen zijn
vrygeloopen n.l. de categoriën bovenvermeld onder
a c. worden onverwijld ter eerste oefening onder
de wapenen geroepen, en geoefend, gedeeltelijk
in de recrutensecties der compagniën van het ge-
kantonneerd veldleger en bij de bezettingen der for
ten, gedeeltelijk ook, in zooverre onderwijzers be
schikbaar zjjn, in eenige oefeningskampen.
Deze categorie is dan na zes maanden geleide
lijk beschikbaar gekomen, zoodat op dit tijdstip
de landweer en de oudste lichtingen der militie
van de nu mobiele weermacht geleidelijk met
groot verlof gezonden zijn.
Deze verlofgangers vormen dan de reserve le
ban en worden als zoodanig georganiseerd, hebben
hun wapens en uitrusting, doch bljjven thuis aan
hun werk.
Het ligt voor de hand, dat men niet zoo lang kan
wachten, om ln den kritieken toestand, die nu
uit het jabsoluut gebrek aan eenige behoorlijke
reserve geboren is, te voorzien Daarvoor dient het
onverwijld organiseeren niet onder de wapens
roepen der categorie van oud-gedienden, vrij
willigers en miliciens, eveneens boven vermeld.
Deze komen dus, zoolang de juist genoemde lste
ban niet voor een nader vast te stellen deel be
schikbaar is, daarvoor in de plaats. Daarna vor
men zij de reserve 2de ban.
»Met het bovenstaande krijgt men dus", zegt
x>schr., den normalen logischen toestand, dat de
jongste mannen en zij, die tot nu toe geen enkele
hunner militaire verplichtingen ten opzichte der
gemeenschap hebben vervuld, in de eerste linie
komen, terwjjl onze thans dienstplichtige oudere
miliciens met de landweer de eerste en de oud
gedienden, ook die van militie en landweer, de
tweede reserve uitmaken, welke laatste categorie,
als geoefend, reeds nu beschikbaar te stellen is,
al blijft ze met verlof thuis."
Hij besluit nog met de volgende waarschuwing
»Ook al blijven wij buiten het conflict, dan is
bij de komende*vredes onderhandelingen of vredes
congressen een herziening van de staatkundige
kaart van Europa, wellicht die der aarde, aan de
orde. De waarde vkn onze stem moet het
zijn, van ons protest zal daarbjj niet bepaald
worden door onze daarvoor betoonde anti-oorlogs
stemming, evenmin door de mate der rechtzinnig
heid onzer hedendaagsche neutraliteit, maar wel
door de militaire kracht waarover wij op dat
oogenblik, dank zy onze offervaardigheid, beschik
ken. Een Nederlandsch woord, een Nederlandsch
protest van een regeering, die minstens een half
millioen gewapende, geoefende burgers achter zich
heeft, telt mee.
In het andere geval kan het ons gaan als
Hannover en zijn Bismarcks grievende woorden
toepasselijk»Als de Hannoveranen hun plicht
hadden gedaan, zouden zij niet zoo op hun
nationale verdediging hebben moeten beknibbelen.
Een otivoldoende verdediging draagt de straf
daarvoor in zich. Door verwaarloozing van zijD
nationale verdediging heeft Hannover zijn onaf
hankelijkheid verspeeld en een gelijk lot wacht
alle staten, die zich daaraan schuldig maken;
die verwaarloozing wordt hun aldus betaald ge
zet.""
G e Ld van e e n B- e 1 g Bij het schoonmaken
van een gebouw, waarin begin November 1914
eenigie onbekende Belgische vluchtelingen hadden
verblijf gehouden, is onaer bet lege:.si, on gevon
den en in bewaring genomen een roode zakdoek,
waarin geborgen waren 35 vijl franc-si tikken en
5 kimstukken, omtrent welk geld geen navraag;
is gedaan. Niet onwaarschijnlijk bevindt kich de
rechthebbende onaer de vluchtelingen, die ver1.lijf
houden in een vluchtoord of by particulieren
hier te lande. (Tel.)
Een valsclie beschuldiging.
Beeds meermalen hebben wij melding gemaakt
vin de werkzaamheden van het R. K Persbureau
„Pax dat zich te doel stelt beschuldigingen
tC'gfen de geestelijken tte onderzoeken Ook in
deze tijiden, heeft dit bureau niet. stil gezeten
en vele der valsche beschuldigingen legen Bel
gische priesters ingebracht, achterhaald
Vqqr de beschuldiging dat priesters ara den
lVanc-tireur-Qorlog' in België hebben deelgenomen,
heeft men dan ook' nog' geen bewijzen kunnen
aanbrengen
,..iDie Tijd" doet nu mededeelingj van een bëlatig-
rijk geval Het betreft den pastoor van Battice,
•len weleemv. heer G. Voisin
Het Duitsehe gezantschap te Madrid heeft den
7en en Sen Febr j 1. in de Spaansche bladen
een communiqué doen verschijnen, om ae Spaan-
^T,<; katholieke bevolking gerust te stellen ten
aanzien der pries termoord on in België In dit
communiqué heette het oa, dat „sleclds eenige
priesters hun plichten zeer slecht zijn nagekomen"
ln vage termen werden door hef Duitache ge-
zantxhap o a. genoemd de pastoors van „Battice
en Spontin
Ook in Duitsehe soldatenbrieven heet het:
„dieser Pfarrer habe den Ueberfall organisiert
mil der Roten Kreuz-binde am Ann und die
Bogend ausspionniert." Om ieza misdaad zou
hij zijn doodgeschoten, toen hij «.en Duitschers
in handen viel!
„De lijd'"' ontving1 nu het volgend schrijven van
dezen „doodgeschoten fianc-tiieur", waardoor we
een eenigszins anderen kijk op de zaak krijgen:
'k heb hier voor mij1 „Dc Tijd
zoo schrijft pastoor Voisin waarin men
spreekt over mijn vroegere sympathieën voor
Duitschland, ten einde aan te toonen hoe
weinig de verschrikkingen van den invai ge
rechtvaardigd waren. Sta me toe dit bericht aan
te vullen.
Vooreerst moet ik verklaren, dat op het oogen
blik mijn gevoelens tegenover de indringers
dezelfde zijn als die van alle Belgen. Maar ik
geef toe, dat de oorlog noodig geweest is, om
mij de oogen te openen. Evenals vele mijner
landgeuooten bezat ik aan gene zijde van den
Rijn vrienden, en om meer dan een reuen echcen
D.idschland mij bewonderenswaardig; ik stelde
veel belang in de publicaties van zijn geleerden
op het gebied der Gewijde Wetenschappen en
de geschiedenis, zonder natuurlijk de werken
van de Fransche, Engelsthe of Belgische ge
leerden te veronachtzamen.
Ik ben echter nooit zoo naief geweest om
van oen kansel te zeggen - gelijk men heeft
gte.chw.ven dat de parochianen van Battice
de brave onderdanen van den Keizer tot voor
beeld moesten nemen. -De waarheid is, dat ik
op Maandag 3 Augustus, 's avonds, mijn be
angstigde parochianen heb willen geruststellen,
«k zei hun;.„6$ hebt niets te vreezen; als gij
de soldaten niet lastig valt, zullen dezen ook u
geen kwaad doen. Denkt gij, dat zij uw huizen
zullen plunderen, het dorp in brand steken, de
vrouwen en kinderen zullen vermoorden? De
Pruisen zijn g-een wilden
-Den volgenden dag was het eerste werk der
-oldaten, die zich in Battice ophielden, osm de
deuren en vensters in te rammeien, weg te
nemen wat hun begeerte gaande maakte, ver
scheidene personen te dooden en andere te:
mishandelen, 's Woensdags oen Gden Augustus,
in den namiddag', kwam een hoofdofficier bij mij:
Mijnheer pastoor, waar is de burgenrees-
tei
antwoordde:
- De burgemeester is er' niet.
- En de bevolking1?
Er zijn eenige inwoners hier; maar de
meeste zijn gevlucht naar een naburig gehucht.
Waarom zijn zij bang? Ga hun zeggen,
Itrug te keeren; gij zult bun een dienst bewijzen.
En hij voegde er letterlijk aan toe:
Zeg hun, dat zij niets te vreezen hebben. Ik
ben de commandant van de troepen, welke zich
hier ophouden, en ik neem u onder mijn be
scherming. Zegt vooral aan de inwoners, dat ik
hen onder mijne hoede stel.
Ik vertrok, vol vertrouwen in zijn woor-
Ji n. Maar nog had ik het gehucht niet
leredkt. of de plundering' van Battice begon.
Meer dan twintig: personen werden gedood
o: levend verbrand, geheel het dorp in brand
ge-loken, behalve de stations-wijk, walkte de,
Dorden noodig' hadden. Dat is de balans van
dien dag.
En weet g'ij hoe men dat moorden en die ver
nieling van een geheele parochie wil rechtvaar
digen? Eerst heeft men gezega„Iemand heeft
van uit dit huis- geschoten." (het huis nl. van
den heer Fraikin.) Nu kan ik op ae meest be
sliste wijze verklaren, dat er zich noch in dat
huis, noch in de omliggende huizen iemand be
vond. Daarna beschuldigde men den pastoor:
.,bjj heeft op ons geschoten van den kiokketo-
ren Echter hadden de soldaten, evenals de
inwoners, mij, op verzoek van den officier, het
dorp zien verlaten, tien minuten voor de fusillade.
Ten slotte, als derde lezing: „de burgemeester
heeft onzen commandant gedood, na hem eerst
welkom te hebben geheeten". De burgemeester
echter was vóór de aanikomst v.in den vijand
verdwenen en men heeft hem in Battice niet
weergezien dan na verscheidene weken, toen de-
Duitschers hem noodig hadden, om zich de ge
meentekas toe te eigenen.
G. v'OISIN,
Pastoor van Battice.
Valkenburg) 12 Maart 1915.
bij