Staten-Generaal.
onteigening daarvan met het doel om in het
bezit van terreinen pot berging van de bagger
specie, welks bij de uitvoering van het werk
verkregen, niet noodig geacht, weshalve zij het
algemeen nut der onteigening van de gronden,
voor zooveel deze voor die bestemming zullen
gebezigd bestrijden. Dit standpunt kan niet
als juist worden erkend.
De lossing van uit. een baggerwerk voortko
mende specie maakt steeds - en dus ook hier
deel uit van het werk.
Bij het thans voorgenomen werk zou, volgens
eene daarvan opgemaakte raming, indien alle
uitkomende specie in zee zou moeten worden
gelost, voor het te verichten baggerwerk wor
den gevorderd 299.000, terwijl de kosten van
ditzelfde baggerwerk, bij lossing deels in zee,
deels op ten behoeve van grondberging te ont
eigenen gronden, zijn te stellen op ƒ2.640.000,
gevende alzoo een verschil van 350.000.
Het wil de minister voorkomen, dat bij een
onteigening voor een werk als het onderhavige
hetzelfde standpunt dient te worden ingenomen
van havens met toebehooren.
Vermist voor het rijk de onbeperkte beschik
king der gronden noodig zal zijn, zal niet kun
nen worden getreden in het voorstel van enkele
eigenaren, om van de onteigening af te zien en
genoegen te nemen met 't jn huur nemen van
hunne gronden.
Met de bezwaren wegens te verwachten na
deel voor afwatering, uitweg en watertoevoer zal
bij de uitwerking der plannen Yoor de rivier
betering zooveel mogelijk worden gerekend,
terwijl de bezwaren wegens schade in bedrijf
en vermindering der waarde van de den eige
naren verblijvende perceelen bij het bepalen
der vergoeding hunn oplossing zullen kunnen
vjnden.
Onze gezant te Berlijn.
Naar men verneemt heeft de Nederlandsche
gezant te Berljjn, W. A. F. Baron Gevers, het
voornemen in den loop der volgende week enkele
dagen te 's-Gravenhage te komen doorbrengen.
Grondwet- en Belasting-ontwerpen.
Naar de »Tel." verneemt wordt in parlemen
taire kringen aangenomen, dat de ontwerpen-
Grondwetsherziening eerst in het komende najaar
door de Tweede Kamer in openbare behandeling
zullen worden genomen. De bedoeling is dan, om
vóór het zomer reces zooveel mogelijk fioancieele
wetsontwerpen af te doen.
De opvolger van dr. Bos.
Het schijnt zoo goed als zeker te zjjn, dat
mr. H. P. Marchant, het lid der Tweede Kamer
voor Deventer, dr. Bos zal opvolgen als voorzitter
der vrijzinnig-democratische Kamerfractie. De
twee leden, die er allereerst voor in aanmerking
komen, zijn mr. Marchant en mr. J. Limburg.
Eerstgenoemde zal zeer vermoedelijk tot het
leiderschap geroepen worden.
Goederen uit Engeisch-lndië.
Naar men verneemt, heeft de Eugelscne regee
ring besloten, dat in het vervolg verzoeken om
vergunning tot uitvoer van voor uitvoer verboden
goederen uit Engelsch-Indië naar Nederland,
moeten uitgaan van de importeurs en moeten
gericht worden aan het Indian Office te Londen,
hetwelk na het War Trade-Department te heb
ben geraadpleegd, zich met de regeering van
Britsch-lndië in verbinding zal stellen.
Deze regeling is 8 dezer in werking getreden.
De »Berkelstroom".
Wij vernemen, dat door de directie van de
Hollandsche Stoomboot Maatschappij te bevoegder
plaatse verzocht is, om stappen te doen bij de
Duitsche regeering betreffende een eventueele
vergoeding van het s.s. »Berkelstroom".
Van andere zijde gewerd ons de mededeeling,
dat getracht zou worden, te onderhandelen over
't teruggeven van 't sinds de eerste oorlogsmaan
den te Zeebrugge vastgehouden s s. s Zaan stroom",
als compensatie voor 't verlies van de xBerkel-
stroom". Van deze laatste mededeeling gewerd
ons van de zijde der directie geen bevestiging.
(Tel.)
Tarwe en meel.
Op na te melden vragen van het lid van de
Tweede Kamer, den heer Sannes, heeft de minis-
(er van landbouw enz. het daaronder volgende
antwoord ingezonden
Is de minister bereid mee te deelen
lo. welke feiten hebben geleid tot den geringen
tarwe voorraad, ten gevolge waarvan het voor-
schrilt is uitgevaardigd, dat van 24 April af
slechts brood van ongebuild tarwemeel fbruin-
brood) mag worden gebakken
2o. waarom niet gezorgd is voor een behoor
lijke reserve gebuild taeel, wanneer het door
bjjzondere omstandigheden niet mogelijk of niet
geraden was, een voldoende reserve aan tarwe te
vormen, voor het geval dat de regelmatige aan
voer van tarwe zou worden onderbroken -
3o. welke maatregelen getroffen zyn om in de
naaste toekomst verzekerd te wezen van voldoen
den aanvoer van tarwe en meel
4o. voor welk tijdsverloop het sub 1 bedoelde
voorschrift vermoedelijk zal gelden
5o. of en, zoo ja, welke maatregelen ont
worpen zijn, die tengevolge zullen hebben, dat in
de toekomst zoodanige aanvoer en resetvevorming
van tarwe en gebuild meel zal plaats hebben, dat
het bakken van brood uit gebuild tarwemeel,
behoudens onvoorziene omstandigheden, niet zal
behoeven te worden verboden
Antwoord van den heer Posthuma, minister
van landbouw, nijverheid en handel:
Vraag I. Toen de eerste afladiagen van de
wintertarwe van den oogst 1915 binnenkwamen,
bleek dat die niet geschikt was om te worden
bewaard. Daarom werd het wenschelyk geoordeeld,
den reservevoorraad aan tarwe, die op 1 Septem
ber 1915 ruim 120.000 tons bedroeg, te vermin
deren, te meer, daar ook in de voorradige tarwe
sommige partjjen teekenen van. achteruitgang
hadden getoond, welke aanleiding tot ernstige
klachten hadden gegeven. Toen dan ook van den
kant yan de Belgische Relief Commissie het drin
gend verzoek kwam, uit den voorraad hier te
'ande 26.000 tons als ondersteuning voor de Bel
gische bevolking af te staan, werd met het oog
op het zoo even gezegde, hieraan voldaan, zonder
door bevrachting van nieuwe scheepsruimte in
de aanvulling van den voorraad te voorzien.
Buitendien werd van de voor tarwe bevrachte
scheepsruimte in de maanden September en No
vember in de eerste plaats ca. 40.000 tons met
rogge afgeladen, daar aan dit artikel groote be"
hoefte bestond ten gevolge van onvoldoenden
aanvoer van particuliere zijde.
Verder werden nog ongeveer 10.000 tons gerst
in plaats van tarwe verscheept om zoo noodig op
de verkoopprijzen van dit artikel hier te lande
eenigen matigen invloed te kunnen uitoefenen.
Voor verscheping van tarwe bleet aldus be
schikbaar
aflading Augustus 1915 39.000 tons
September 40.000
October 20.000
November s 40.000
December 50.000
en werd later extra bevracht
aflading Nov.'Dec. 30.000
Januari 1916 53.000
Februari 50.000
Totaal aankoop en bevrachting 322.000 tons
waarvan dus de aankomst in Nederland tot einde
Maart 1916 was te verwachten.
Hoewel de benoodigde tarwe in tjjds was aan
gekocht, vonden de aanvoeren zeer. onregelmatig
plaats en wel
in September 1915 35.790 tons
October 23.012 n
November 47.306
December 34.734
Januari 1916
Februari
Maart
61.465
45.376
36.040
totaal aanvoer283.723 tons
De vertraging in den aanvoer was het gevolg
van ongekend lange reizen der stoomschepen,
wederom het gevolg van zee-evenement, aan
houding aan de Engelsche kust eu het loopen op
mynen van sommige schepen. Buitendien was er
op gerekend, dat de stoomschepen, die chilisalpe-
ter voor de regeering aanvoerden, na lossing ter
beschikking zouden komen. De onverwachte slui
ting van het Panama Kaaaal ten gevolge vau
aardverschuivingen, alsmede het bekende eiode-
looze oponthoud der chilischepen in het Kanaal
deden ben voor de graan vaart uitvallen. Toen zich
by het voorgaande nog moeilijkheden bjj het uit
varen van schepen hier te lande voordeden werd
de afladmg in de maand April en de aankomst
in de maand Mei zoo onzeker, dat ondergetee-
kende het wenschelijk vond zoo spoedig mogelyk
de noodige voorzichtigheid te betrachten en daar
mede niet te wachten totdat de moeilijkheden
bij het aankomen van graan in Nederland (einde
Mei) zouden blijken te bestaan.
V r a a g II. Ook aan Amerikaansche bloem was
op 1 September een behoorlijke reserve aanwezig
en wel niet minder dan 71.000 tons. De opmer
kingen, bij de beantwoording van vraag I om
trent de houdbaarheid van de Ameiikaanscbe
tarwe gemaakt, gelden uit den aard der zaak, zjj
het ook in gewijzigden zin, eveneens voor de uit
deze tarwe bereide bloem.
Tot systematische aanvulling van den voorraad
kon dus eerst worden besloten toen omtrent de
houdbaarheid vau de Amerikaansche tarwe meer
zekerheid was verkregen. De bjj de beantwoording
van vraag I vermelde bevrachting van extra
scheepsruimte stond ook hiermede in verband. -
Pogingen om tegen eenigszins redeljjke vracht
nog meer scheepsruimte te verkrjjgen, faalden en
toen de verscheping van tarwe beneden den aan
koop bleef, bad het geen zin, den bloemvoorraad
te verstrekken en daarvoor scheepsruimte af te
staan ten koste van reeds gekochte tarwe, temeer
daar er gegronde redenen waren te vermoeden,
dat behalve de regeeringsvoerraad niet onaanzien
lijke voorraden bloem in het land aanwezig waren.
Het thans door het hoofdbestuur van den Neder-
landschen Bakkersgezellenbond aangegeven cjjfer
van 700.000 balen bloem (of 35.000 ton) bjj de
tweede hand beschikbaar, bevestigt trouwens de
juistheid dezer vermoedens.
Vraag III. Daar steeds bjjtjjds voor de be
vrachting der noodige scheepsruimte voor norma
len aanvoer is gezorgd, wordt de achterstand
vanzelf ingehaald, behoudens de steeds voor oogen
te houden niet te voorziene omstandigheden zee
evenement en andere, wier aard hier niet nader
behoeft te worden aangeduid.
Zoo kwamen bij voorbeeld in April ongeveer
82.000 tons tarwe binnen, tegenoVer de oorspron
kelijke voor alluding in Maart bevrachtte 64.000
tons. Ora den aanvoer nog meer te bespoedigen
werd door de reederjjen, waarmede de regeering
thans vrachtovereenkomsten heeft loopen, ver
vroegde scheepsruimte beschikbaar gesteld, terwijl
tevens door toepassing der Scbepenuitvoerwet de
hand op eenige prompt beschikbare tonnage werd
gelegd.
Vraag IV. Uit den aard der zaak kan vaste
toezegging omtrent de opheffing van het verbod
van het bakken van brood van gebuild meel,
niet worden gedaaD. De duur van het voorschrift
zal daarvan afhangen, of en in hoeverre de ge
nomen maatregelen niet wederom door onvoor
ziene omstandigheden worden te niet gedaas.
Vraag V. De onvoorziene omstandigheden,
omtrent welke in deze vraag steeds een voorbe
houd wordt gemaakt, spelen in den precairen
toestand waarin ons land nog steeds verkeert, een
zoodanige rol, dat een positief antwoord daardoor
onaaogeljjk wordt gemaakt.
Welke maatregelen de regeering dan ook neme,
er moet voortdurend mede worden gerekend, dat
van tijd tot tijd de voorraad tarwe en bloem zal
moeten worden beschermd door het uitsluitend
bakken van brood uit ongebuild tarwemeel.
Het wil den minister voorkomen, dat waar dit
brood op zich zelf een uitstekend voedsel is, het
uitsluitend gebruik daarvan geen offer genoemd
kan worden.
Verbod van uitvoer van honden.
Het St.bl. no. 185 bevat een Kon. besluit van
den 9dea dezer, houdende verbod van uitvoer van
honden.
Aardappelen.
Het bestuur van de Rotterdamsche Vereeniging
van Fruit- en Groenten-Exporteurs heeft gisteren
telegrafisch aan den minister van Landbouw,
Nijverheid en Handel gevraagd, den directeur der
Aardappel-vereeniging opdracht te verstrekken tot
omiddelljjke vrjjlating van ongeveer 60.000 balen
Dumbar-aardappelen, in schepen te Rotterdam
aanwezig, opdat het daarin gestoken kapitaal met
volkomen verloren ga.
Aanvoer en distributie van veevoederartikelen.
De minister van Landbouw, Nijverheid en Han
del maakt bekend, dat hem gebleken is, dat voor
namelijk ten gevolge van schaarste aan scheeps
ruimte, de prijzen der veevoederartikelen (gerst,
haver, ljjnkoeken en derlijkej meer dan noodig
zijn gestegen en dat in verband daarmede de
aanvoer en de distributie van deze artikelen van
regeenngswege ter hand genomen zullen worden
en wel van 15 dezer af.
Den houders van reeds verscheepte partjjen van
bovengenoemde artikelen wordt verzoebt zich
voor overgave van deze artikelen te wenden
tot het fyksbureau voor de distributie van
graan en meel te 's-Gravenhage.
Drieërlei fout.
De „Ned." schrijft
Het ia waarlijk een onverkwikkelijk schouw
spel dat de leiders van het zoogenaand Neder
landsche weekblad. „De Toekomstons te zien
biedenhet begiugt een tegenhanger te gelijken
van de 'berucnie Hoidert-affaire. Was de eene
„pro-geallieerd' in het Nederlandsche belang,
de ander is pro-uuitscn alweder in het
Nederlandsche belang. Wij hebben al meer
malen gezegd, dat wij ook in dezen oorlog
niemand s sympathieën aan banden kunnen of
willen leggen maar wij mogen toch wel verlan
gen, dat de wyze waarop aie sympathieën worden
geuit, geen twijfel aan de Nederlandsche
bedoelingen Van Nederlanders mogelijk laten.
Het was de fout van „De Telegraafen haar
leiders, dat zjj dien twyfel wekken; de fout
van de Vaderlandsche Club, dat zij, die een
afgesloten anti Duitsch gezelschap vormt, onder
Nederlandsche vlag uitvoerhet is de fout van
„De Toekomst" dat zij steeds meer het Neder
landsche standpunt ondergeschikt schijnt te
willen maken aan Duitsche inzichten.
Onder den titel ^weerzinwekkend bedrijf®
schrijdt »De Tjjd®
Wij hebben in een vorig nummer de corre
spondentie van dr. J. G. Sleeswjjk medegedeeld)
waaruit bljjkt, hoe deze hoogleeraar in de tech
nische hygiëne aan de Delftsche Hoogeschool zijn
blad »De Toekomst® financiert. Eigenlijk bevat
ten de copieën zjjner brieven, door prof. Van
Hamel overgelegd, niets, wat ons bjjzonder meer
verwonderen kanmaar als men de stukken
zwart op wit voor zich afgedrukt ziet, dan moet
er toch een gevoel van walging bjj den lezer op
komen van dit bedrijf. Verschillende bladen
wyzen er op, dat dit over de schreef gaat, van he1
geoorloofde in een neutraal land en de actie
evenaart van »De Telegraaf®, van welk blad, wat
men ook moge zeggen, nog niet is bewezen, dat
het door het buitenland met geld is betaald.
De laagheid van het werk is eigenlijk de inkt
niet waard, die men aan de qualificatie ervan
besteden wil. Maar er is toch een vraag, die
hier moet gesteld worden, n.l. aan welken Neder-
landschen ambtenaar is het geoorloofd, op deze
manier de belangen van een vreemdé mogendheid
te dienen Zou dit veroorloofd wezen aan een
belastingambtenaar, aan een politie- of rechterljjk
ambtenaar, aan een onderwijzer of leeraar aan
jagere of middelbare school, aan een soldaat of
officier, aan een ambtenaar van een ministerieel
bureau, aan een ^burgemeester Zoo niet,
waarom is het dan wèl geoorloofd aan een onder
wijzer van een hoogere sehool Zijn deze heereo
schotvrij.
En nog een vraag. Er zjjn tegenwoordig 9*n
Duitsche hoogescholen allicht vacatures en ook
wel in de technische hygiëne. Waarom zou onle
Regeering prof. Sleeswijk niet kunnen afstaan
aan de Duitsche Regeering? Te Delft zou ®e°
lichtelijk een opvolger kunnen vinden of z®*1
tijdelijk behelpen, tot er zich een goede sollicitant
opdoet.
Wij zouden wel eens willen weten, in welk
land ter wereld een handeling als die van pr0^'
Sleeswijk getolereerd zou worden. In Duitscbla®!
zeker niet 1 Geen student kvtam daar meer op
het college van een hoogleeraar, die zich zulke
buitensporigheden veroorloofde.
De politieke professor.
De bekende professor Eerdmans, Kamerlid voor
Rotterdam III, heeft een brochure geschreven
over het rapport der Bevredigmgscommissie.
spreekt wel vanzelf dat deze anti-clericale pr°'
fessor van een compromis niet wil weten. H'J
beschuldigt in die brochure de liberale leden van
de commissie, dat zij woordbreuk hebben ge'
pleegd tegen het concentratieprogram
Het is nu wel aardig eens te hooren hoe p1^'
Eerdmans wordt afgestraft door het Vaderlands
»Wij mogen om de waarheid haar volle ®aat
te meten niet voor ons houden, dat bjj bet
lezen van de brochure ons meer dan eens
gedachte bekroop of de schrjjver zelf wel
portee voelde van de hoogst ernstige bescbul'
diging door hem tot de vrijzinnige leden &et
Staatscommissie gericht, en of wjj deze d°s
niet wat te hoog opnemen. Die tWjjfel kW*®
met name toen wjj de grieven van den hoog'
leeraar tegen de Staatscommissie lazen, grieve0
die tegeljjk bekoren door hunne kinderljjke
frischheid en verbijsteren door hu®®
onnoozelhei d."
Als de professor fulmineerde tegen de Roo
schen gaf hij meermalen staaltjes van verhijs®'
rende onnoozelheid die zyn politieke vriend®1
echter niet zoo hebben opgemerkt. De minis®r
van oorlog had anders zijn bekende order over I®1
gebruik van militaire goederen voor particulier
doeleinden wel ingehouden, die hy heeft uitgevaar'
digd omdat de -anti-clericale professor
geergerd had aan een Roomsche militaire mis-
Verbjjsterende onnoozelheid 1
TWEEDE KAMER
Vergadering van Woensdag '10 Mei.
Aan de orde is het wetsontwerp tot het hef'
fen van een
oorlogs winstbelasting.
De heer van G ij n minister van Financi®11
zegt, dat door het overlijden van den heer B°3
een zware schaduw is gevallen op dit wetso®'
werp. De spoedige indiening van deze wet
aan hem te danken.
De rechtsgrond van dit ontwerp zou moeilijk
te vinden zijn, meenden sommige leden-
September 1914 ware het onmogelijk gewee®
een oorlogswinstbelasting samen te stellen,
dat toeu nog niet was aan te geven hoe
oorlogswinst zou verloopen.
Wanneer .de oorlogswi..st zuiver toeval £e'
weest ware, dan zou de Min met het tarief n°*
wel verder willen gaan. Maar zoo is de zaak
verloopen. Dat deze belasting niet populair1^
ontkent de Min Trouwen» dat is een belast111®
bij degenen die ze treft nimmer. De nadruk1®
gelegd op den durf en de energie, die lei"0
tot oorlogswinst, maar de Minister wijst er W
dat in vele bedrijven in het geheel geen w®9,
was te maken al durfde meD alles en al ®l„
men de grootst mogelijke energie. Een scb%
ding tusschen toevallige winst en winst
gevolg van durf en energie is onmogelijk. ve
maatregelen die de Regeering verplicht was
nemen, hebben grooten invloed gehad op
vorming van oorlogswinst. Het eenige stad'a
punt is te vragen of er ten gevolge van °e
oorlog extra-winst is gemaakt en deze
die"3
door belasting getioffen te worden. j
De grondslagen van deze belasting besprek®11
behandelt de Min. de vraag of een inkomst®
dan wel een vermogensvermeerderingsbelas11
gewenscht is. Voor een gemengd stelsel gevt?ejt
de Min, niet veel, omdat het hem o*nmogelL
lijkt dit samen te stellen. Het denkbeeld
den heer Ankerman, een inkomstenbelast11'
voor het verleden en een vermogensbela3tl r,
voor de toekomst, acht de Min. niet uitvoerbi®^
Het stelsel dat in het voorliggende ontwerpe
gekozen, acht de Minister het beste. Ie. gt,
toeneming van winst wordt als oorlogsW®
beschouwd, tenzij het tegendeel wordt beweZ®
Dat dit moeilijkheden oplevert, onveinst de M
zich niet. Het adres uit visscherij kringeni
w(jst dit reed3. Met andere voorbeelden ®u
oof'
treert de Min. de moeilijkheden.
De reserves voor moeilijke jaren na de».-,
lag wilden sommige leden uitschakelen,
neer deze noodig zijn blijkt .daaruit dat
den oorlog groote winsten zijn gemaakt, 1 -ei
de concurrentie minder was. Intusscheo
de Min. niet in, waarom na den oorlog
klaps de concurrentie zooveel grooter en 3<;P
per zal ziin. pe
Ook hier is de energie- quaestie bijzaak- r
Min- bezit zelf een paar aandeelen in sto oI-
vaartmaatschappijen en hij weet dat hi) 40
dat bezit geen energie noodig had. Indi®peeIi
directies energie hadden moet men hun
extra toelage geven doch dit mag niet van 3
fiscus worden gevergd. In Augustus 19lP,iost'
men al zeer tevreden met de gemaakte fli
Alleen was men bang dat de Staat er een
van zou vragen. Sindsdien is de winst v«r°
beid.
ga-
Voor het vaststellen van afschrijving®1}
de Min. een commissie van advies in het1 0.
roepen, die den inspecteurs ter zijde zal 3
Aan den heer Fock antwoordt de Min. nogi